Ik kreeg deze email van Willem van Genugten:
In jouw ogen maak ik kennelijk verkeerde keuzes, en dat mag je vinden. Ikzelf heb er al jaren geleden voor gekozen om naast mijn universitaire werk, met name in het kader van wat nu heet de Adviesraad Internationale Vraagstukken, te trachten bij te dragen aan de integratie van de rechten van de mens in het buitenlands beleid. En anders dan jij soms lijkt te denken is dat geen kwestie van grote stappen, maar van hele smalle marges.
Om nog even terug te keren naar het begin. Ik heb de heer Van Agt niet willen ridiculiseren of iets dergelijks. Ik heb naar mijn smaak een zakelijk stuk geschreven, dat als doel had een ander perspectief op de zaak te laten zien. Dat jij dat niet apprecieert is aan jou, de NRC dacht daar anders over. De krant liet mij dat ook met zoveel woorden weten.
Verder schrijf je dat ik moet opkomen voor het internationale recht. Natuurlijk! Maar hoe zit dat in dit concrete geval? Als de Veiligheidsraad nu over een resolutie moet stemmen, stuit deze zeker op een veto van de VS, terwijl ik het van Frankrijk, het VK en de Russische Federatie niet zou weten (zij onthielden zich in de Algemene Vergadering van stemming). Nu kun je mij tegenwerpen dat dat een inherente zwakte is van het internationale recht, wat ik met je eens ben, maar ik teken maar even aan dat ik het VN-Handvest niet heb gemaakt.
De zaak zou dus acuut vastlopen, zoals de afgelopen decennia veel zaken Israel betreffend zijn vastgelopen in de Raad; ook al om die reden is - naast wat ik al eerder schreef - het alternatief m.i. nu gewoon beter: onderzoek door partijen zelf, onder internationaal toezicht en opnieuw voorleggen aan de hogere echelons als dat geen bevredigende resultaten oplevert. Succes is niet verzekerd, zoveel staat vast, maar ik vind het nog steeds de beste weg. Het internationale recht en de plaats van de mensenrechten daarin is een project dat ons in ruim zestig jaar van alles heeft gebracht, maar vaak ook staat het machteloos en zijn Grote Sprongen voorwaarts uitgesloten. En dan gaat het om het zoeken naar ingangen om weer een stapje verder te komen. En daar lopen onze meningen dan uiteen.
Met hart. groet,
Willem
SEPTEMBER 1, 1939 by W.H. Auden I sit in one of the dives On Fifty-second Street Uncertain and afraid As the clever hopes expire Of a low dishonest decade: Waves of anger and fear Circulate over the bright And darkened lands of the earth, Obsessing our private lives; The unmentionable odour of death Offends the September night. Accurate scholarship can Unearth the whole offence From Luther until now That has driven a culture mad, Find what occurred at Linz, What huge imago made A psychopathic god: I and the public know What all schoolchildren learn, Those to whom evil is done Do evil in return. Exiled Thucydides knew All that a speech can say About Democracy, And what dictators do, The elderly rubbish they talk To an apathetic grave; Analysed all in his book, The enlightenment driven away, The habit-forming pain, Mismanagement and grief: We must suffer them all again. Into this neutral air Where blind skyscrapers use Their full height to proclaim The strength of Collective Man, Each language pours its vain Competitive excuse: But who can live for long In an euphoric dream; Out of the mirror they stare, Imperialism's face And the international wrong. Faces along the bar Cling to their average day: The lights must never go out, The music must always play, All the conventions conspire To make this fort assume The furniture of home; Lest we should see where we are, Lost in a haunted wood, Children afraid of the night Who have never been happy or good. The windiest militant trash Important Persons shout Is not so crude as our wish: What mad Nijinsky wrote About Diaghilev Is true of the normal heart; For the error bred in the bone Of each woman and each man Craves what it cannot have, Not universal love But to be loved alone. From the conservative dark Into the ethical life The dense commuters come, Repeating their morning vow; 'I will be true to the wife, I'll concentrate more on my work,' And helpless governors wake To resume their compulsory game: Who can release them now, Who can reach the dead, Who can speak for the dumb? All I have is a voice To undo the folded lie, The romantic lie in the brain Of the sensual man-in-the-street And the lie of Authority Whose buildings grope the sky: There is no such thing as the State And no one exists alone; Hunger allows no choice To the citizen or the police; We must love one another or die. Defenseless under the night Our world in stupor lies; Yet, dotted everywhere, Ironic points of light Flash out wherever the Just Exchange their messages: May I, composed like them Of Eros and of dust, Beleaguered by the same Negation and despair, Show an affirming flame. |
|
2 opmerkingen:
Als bovenstaande uitleg het goed begrijp, is het volgens hoogleraar Internationaal Recht Willem van Genugten "de beste weg" wanneer de slager zijn eigen waren onderzoekt, en dat als enige unieke bewijs in een zaak aan een rechter voorgelegd mag worden. Maar waarom dat de beste weg is geeft hij niet aan. Hij noemt het zelfs een 'beter alternatief', maar hij legt niet uit waarom dat zo is. Logisch, want er bestaat eigenlijk maar één alternatief voor recht, en dat is (het propageren of steunen van) geweld.
Het komt er uiteindelijk op neer dat een hoogleraar hier (en ik vrees ook elders) zijn argumenten onderbouwt met: het is beter om het zo te doen, omdat ik dat zeg. Ware het niet dat Van Genugten, die zich mijns inziens in deze als beulsknechtje opstelt (of desgewenst: Schreibtischmörder), met zijn idee over recht (want over recht gaat zijn betoog niet). Met dat idee speelt hij met mensenlevens.
Helemaal tenenkrommend vind ik dat deze hoogleraar het oordeel van nota bene een (commerciële) krantenredactie nodig heeft om zijn gelijk kracht bij te zetten. Een andere truc die hij gebruikt is om het Recht weg te zetten alsof het zich niet aan vastgelegde, met elkaar afgesproken wetten dient te houden, maar het in het geval van Israël oneindig multi-interpretabel is. Omdat, en dat is het kwalijkste van allemaal, hij suggereert dat het Recht een dienaar is van de politiek. Maar omdat Van Genugten naar zeggen hoogleraar Internationaal Recht is, zal hij moeten weten dat er in dat geval geen sprake meer is van democratie, maar van een vorm van fascisme, namelijk het recht van de sterkste.
"Conflict is in fact the basic law of life in all social organisms, as it is of all biological ones; societies are formed, gain strength, and move forwards through conflict; the healthiest and most vital of them assert themselves against the weakest and less well adapted through conflict; the natural evolution of nations and races takes place through conflict." (Alfredo Rocco, Italiaans minister van Justitie en lid van de Italiaanse Nationale Fascistische Partij)
Met de meest positieve insteek zou ik alleen nog kunnen verzinnen dat Van Genugten een opvallend laag IQ en vermogen tot inzicht en analyse bezit, aangezien hij beweert dat Israël, die aan de hand van zijn traditionele zogenoemde 'onderzoeksrapporten' zijn onschuld optekent, en een rechter zich met dat 'bewijs' een oordeel zou moeten vormen, op deze manier 'het beste' kan worden aangepakt.
Van Genugten heeft natuurlijk gelijk wanneer hij meent dat het Internationaal Recht weinig en langzaam vooruit komt. Maar wat hij vergeet te vermelden is de reden waarom. Dat kun je begrijpelijk noemen omdat hij, met zijn adviesfunctie, mede verantwoordelijk is voor het traineren van het Internationaal Recht wanneer het Israël betreft.
Willem van Genugten, kijkt u nog eens goed naar Vrouw Justitia. Die blinddoek draagt zij niet omdat het licht pijn aan haar ogen doet. Maar misschien lag u al te slapen tijdens uw allereerste college.
Excuses voor de schrijffouten.
Een reactie posten