Afgezien van de Amerikaanse oorlog in Vietnam en de aanval van de Sovjet-Unie op Afghanistan is de Koude Oorlog, van 1949 tot 1989, misschien wel de vreedzaamste periode die de moderne mensheid gekend heeft. De diepste oorzaak daarvan is de kernbom.
Zoals in 1945 in Japan was bewezen, is de uitwerking zo verwoestend dat de supermachten en de daarmee verbonden allianties zich geen oorlog konden veroorloven. In tijden van oplopende spanning gingen de partijen tot de rand van de oorlog, maar niet eroverheen.
Dankzij een uiteindelijk beheerste buitenlandse politiek hebben de machtsblokken met het kernwapen leren leven. Het heeft geen actuele invloed meer, behalve in de verhouding tussen Israël en Iran en ook daar raakt het sinds het aantreden van de nieuwe president Hassan Rohani geleidelijk op de achtergrond. Op 23 maart begint in Den Haag de tweedaagse nucleaire topconferentie waaraan 58 wereldleiders en zo’n vijfduizend delegatieleden deelnemen. Geen halve maatregelen, maar een actueel gevaar valt daar niet te bedwingen.
Henk Hofland. De Groene Amsterdammer. 19 februari 2014
In my 7 years as Secretary, we came within a hair's breadth of war with the Soviet Union on three different occasions. 24 hours a day, 365 days a year for 7 years as Secretary of Defense, I lived the Cold War… Hell, it was a hot war!
Robert McNamara. Fog of War.
Delivering a clarion call for nuclear disarmament, former US Secretary of Defense Robert S. McNamara was the focal point of back-to-back sessions at the United Nations on October 17, 2001, including a high level luncheon for key ambassadors and a public presentation before an overflow crowd at the Dag Hammarskjöld Library Auditorium…
The current United States and NATO nuclear policy is 'absurdly dangerous' Mr. McNamara told some forty ambassadors, dignitaries and representatives from more than twenty countries at the luncheon… he said that even an exchange between arsenals reduced to 1,500 warheads each would be catastrophic. Furthermore, he said, the combination of launch-on-warning policy and human error make an inadvertent nuclear war a very real possibility as long as the weapons exist in their current deployment.
Hoog op de lijst blijft Iran. Werkt het aan een kernwapen of niet? Israël blijft ervan overtuigd dat dat zo is. Daarom moet in toenemende mate rekening worden gehouden met een preventief ingrijpen, dat wil zeggen een bombardement zoals dat van 1981 op de kerninstallaties van Saddam Hoessein.
Henk Hofland. NRC/Handelsblad. 8 april 2009
Twee stellige, aan elkaar tegenstrijdige uitspraken van Henk Hofland, beide over kernwapens: de eerste uit 2009:
'in toenemende mate [moet] rekening worden gehouden met een preventief ingrijpen,'
de tweede uit 2014:
'een actueel gevaar valt… niet te bedwingen.'
Waarom moet het Westen 'in toenemende mate rekening' houden 'met een preventief ingrijpen,' van Israel, zoals bekend nauw verbonden met een 'supermacht' die vanwege de 'kernbom' zich 'geen oorlog' kan 'veroorloven'? Hier ontbreekt logica: allereerst omdat het begrip 'preventief ingrijpen' een absurd eufemisme is voor een oorlogsmisdaad, aangezien een 'preventive war undertaken without the approval of the United Nations is illegal under the modern framework of international law.' Maar aangezien voor polder-opiniemakers als Hofland het internationaal recht een te verwaarlozen detail is, zodra die door het Westen wordt geschonden, gebruikt hij met de air van een deskundige het begrip 'preventief ingrijpen,' zoals een arts preventief ingrijpt om een ziekte niet te laten voortwoekeren. Mede gezien het feit dat Iran al eeuwenlang geen enkel land heeft aangevallen (in tegenstelling tot Israel in zijn 66-jarige bestaan) en ook geen aanstalten maakt om de zionistische staat aan te vallen, kan een dergelijke illegale 'preventieve ingreep' zelfs juridisch worden uitgelegd als een 'agressie-oorlog,' dat het
International Military Tribunal at Nuremberg, which followed World War II, called… 'essentially an evil thing… to initiate a war of aggression… is not only an international crime; it is the supreme international crime, differing only from other war crimes in that it contains within itself the accumulated evil of the whole.' Article 39 of the United Nations Charter provides that the UN Security Council shall determine the existence of any act of aggression and 'shall make recommendations, or decide what measures shall be taken in accordance with Articles 41 and 42, to maintain or restore international peace and security.'
The Rome Statute of the International Criminal Court refers to the crime of aggression as one of the 'most serious crimes of concern to the international community,' and provides that the crime falls within the jurisdiction of the International Criminal Court (ICC)
http://en.wikipedia.org/wiki/War_of_aggression
Hoflands gebrek aan logica blijkt tevens uit zijn bewering dat de 'bezetting van de Krim en de militaire ingreep in Kiev pure oorlogsdaden [zijn], daarover kan geen misverstand bestaan,' terwijl hij een Israelisch zogeheten 'preventief ingrijpen,' laat staan de langdurige bezetting en annexatie van Palestijns land en de gewelddadig onderdrukking van de Palestijnse bevolking, geen 'pure oorlogsmisdaden' noemt. Het Westen en zijn 'allianties' mogen dat wat Rusland en zijn 'allianties' niet mogen; het is een treffend voorbeeld van Hoflands Koude Oorlogsretoriek. Wat er ook mogen gebeuren, zijn rol is die van propagandist voor de belangen van de neoliberale elite. Hij heeft dit zijn hele werkzame leven gedaan. Hij kan op zijn oude dag onmogelijk bekennen dat hij zijn hele leven lang in een leugen heeft geleefd. Zijn carrière zou daarmee betekenisloos worden. Hij zou te kennen geven dat zijn bestaan vergeefs is geweest. Hofland zelf weet dat beter dan wie ook. De mens is niet in staat een leven lang te liegen en te bedriegen om op hoge leeftijd te bekennen dat zijn leven een leugen was geweest. Vandaar dat toen hij in 2011, op 83-jarige leeftijd, de P.C. Hooftprijs ontving de onthullende woorden sprak dat die prijs 'een onvergetelijke erkenning' was. H.J.A. Hofland voelde zich eindelijk 'erkend' door de gezeten burgerij van een klein land, en die ervaring was voor hem 'onvergetelijk.' Al die jaren had hij gewacht op die 'goedkeuring,' en nog net voor het definitieve einde kreeg hij die 'waardering' van het establishment, en kan hij zich nog even tot de groten van de polder rekenen. Hij ervoer het als een fraaie afronding van een werkzaam leven in dienst van de elite. Ook hier duikt de onbeantwoordbare vraag op: hoe kan een mens in een leugen leven? Hoe kan hij leven met al die paradoxen? Bezitten deze mensen geen gevoel van waardigheid? Meer concreet: hoe kan een redelijk intelligent mens zo lang met twee maten meten, zonder zich te schamen voor zijn bedrog?
Moet die vraag überhaupt worden beantwoord? Ik denk het wel, omdat de consequenties van hetgeen opiniemakers verkondigen zo ingrijpend kunnen zijn voor ontelbare andere mensen, zoals de Amerikaanse sociaal psycholoog Stanley Milgram aantoonde, die als hoogleraar aan zowel Yale als Harvard University wereldberoemd werd door experimenten die onderzochten tot hoever de mens gehoorzaam blijft aan een autoriteit.
Milgram summarized the experiment in his 1974 article, 'The Perils of Obedience,' writing:
The legal and philosophic aspects of obedience are of enormous importance, but they say very little about how most people behave in concrete situations. I set up a simple experiment at Yale University to test how much pain an ordinary citizen would inflict on another person simply because he was ordered to by an experimental scientist. Stark authority was pitted against the subjects' [participants'] strongest moral imperatives against hurting others, and, with the subjects' [participants'] ears ringing with the screams of the victims, authority won more often than not. The extreme willingness of adults to go to almost any lengths on the command of an authority constitutes the chief finding of the study and the fact most urgently demanding explanation.
Ordinary people, simply doing their jobs, and without any particular hostility on their part, can become agents in a terrible destructive process. Moreover, even when the destructive effects of their work become patently clear, and they are asked to carry out actions incompatible with fundamental standards of morality, relatively few people have the resources needed to resist authority…
Thomas Blass of the University of Maryland, Baltimore County performed a meta-analysis on the results of repeated performances of the experiment. He found that the percentage of participants who are prepared to inflict fatal voltages remains remarkably constant, 61–66 percent, regardless of time or place.
Van iedere tien volwassenen in welke tijd of plaats ook, zijn tenminste zes bereid bevelen uit te voeren ten koste van alle geproclameerde normen en waarden. Interssant is de minderheid die weigert hun empathie te negeren. Ik bedoel, wanneer één het kan kunnen de anderen het ook. Waarom is de meerderheid dan toch in staat de eigen beschavingsnormen te verkrachten? Concreet gesteld: wanneer de bevolking in 'West-Europa' na de chaos in Irak, Afghanistan, en Libië, en de ontelbare Amerikaanse oorlogsmisdaden in Vietnam tegen nieuw grootscheeps westers geweld is in het Midden-Oosten spreekt H.J.A. Hofland in De Groene Amsterdammer van 'een populistisch alarmisme' dat 'wortel heeft geschoten. Het zaait angst, maar het heeft geen uitvoerbare oplossing.' Hofland stelt daarmee dat 'het vredestichtende Westen,' zoals hij het massale westerse geweld kwalificeert dat alleen al in Irak tenminste '500.000 burgerdoden' heeft geëist, wel met een 'uitvoerbare oplossing' kwam. Anders kan hij dit argument niet als verwijt gebruiken. Hoflands logica is die van het straattuig dat er op los mept zodra het meent dat zijn belangen worden geschaad. Weliswaar verpakt Hofland, als woordvoerder van de westerse elite, zijn agressie in keurige taal, maar in de praktijk komt het erop neer dat degene met de meest 'vernietigende stok achter de deur,' zoals Hofland de Amerikaanse dreiging met terreur betitelt, zijn wil aan de anderen oplegt. Vanachter zijn schaakbord speelt Hofland als een kleine veldheer zijn spel, vaak aan de hand van scenario's van rechtse Amerikaanse denktanks, daarbij kritiekloos gevolgd door zijn publiek. In dit geval rechtvaardigt hij een illegale aanval op Iran van de VS en Israel, met zinnen als de volgende:
Misschien bewaren de moellahs ergens onder de grond nog een geheime bom. En zolang niet alle kernwapens vernietigd zijn, blijft het probleem bestaan. Intussen nadert als gevolg van deze oorlog de volgende oliecrisis. Over de chaos in de internationale politiek wordt in dit scenario niet gerept.
De schrijvers in Foreign Affairs sluiten het gebruik van geweld uitdrukkelijk niet uit. Maar met deze vernietigende stok achter de deur geven ze veruit de voorkeur aan een politiek van containment. Door dit in bedwang houden van een roekeloos bewind in Teheran wordt het ertoe gedwongen beter over de consequenties na te denken en - hopen we - het gezond verstand te gebruiken. In dit laatste geval zal het ontdekken dat de Verenigde Staten een bondgenoot kunnen zijn bij het verwezenlijken van de legitieme nationale aspiraties. Eind goed, al goed. Maar dan zullen China en Rusland wel hun medewerking moeten verlenen.
Was deze tekst niet zo gevaarlijk, dan zou het lachwekkend zijn, om een aantal redenen. Allereerst is zijn bewering dat wanneer Iran afziet van 'het verwezenlijken van de legitieme nationale aspiraties' Washington 'een bondgenoot kunnen zijn bij het verwezenlijken van de legitieme nationale aspiraties' van Iran. Een cirkelredenering. Hofland verzwijgt namelijk dat nog steeds niet bewezen is dat Iran aan een kernwapenprogramma werkt. Zo citeerde zijn eigen NRC op 25 februari 2012 als volgt de New York Times:
Amerikaanse inlichtingendiensten geloven niet dat Iran bezig is met het ontwikkelen van een kernwapen, ondanks een nieuw rapport van atoomwaakhond IAEA dat Teheran de productie van hoogverrijkt uranium de afgelopen vier maanden flink heeft opgevoerd.
Dat schrijft de New York Times vandaag. Hiermee blijven de inlichtingendiensten bij een beoordeling uit 2007, die concludeerde dat Iran al in 2003 het programma om een kernwapen te ontwikkelen hadden stopgezet. Een conclusie die in 2010 ook al werd bevestigd volgens veiligheidsanalisten van de zestien inlichtingendiensten in de Verenigde Staten.
Deze informatie past niet in Hoflands propaganda, die hier naadloos aansluit bij propaganda van de zionistische staat. En zolang niet bewezen is dat Iran aan een eigen kernwapen werkt, en de Verenigde Naties, dus de wereldgemeenschap, geen mandaat heeft gegeven voor een aanval, is dergelijk geweld even illegaal als het 'zinloos geweld' op straat. Bovendien verzwijgt Hofland dat Israel zelf een kernwapen-staat is en in 1973 zelfs gedreigd heeft die in te zetten. Ook de volgende bewering is absurd: 'zolang niet alle kernwapens' van Iran 'vernietigd zijn, blijft het probleem bestaan.' Terecht wees Noam Chomsky al in 2009 op het feit dat de
threat from Iran is minuscule. To believe Iran would use nuclear weapons to attack Israel, or anyone, 'amounts to assuming that Iran's leaders are insane' and that they look forward to being reduced to 'radioactive dust' strategic analyst Leonard Weiss observes, adding that Israel's missile-carrying submarines are 'virtually impervious to preemptive military attack,' not to speak of the immense U.S. arsenal.
Het grote probleem met een journalist als Henk Hofland is zijn gebrek aan logica, en dat is weer te verklaren uit het feit dat hij het gewelddadig westerse expansionisme verdedigt. Hoflands uitgangspunt is een hiërarchisch wereldbeeld. Daarom stoort hij zich net zoveel aan 'het grote publiek' dat 'minder dan ooit geneigd [is] om de gezagsdragers op hun woord te geloven,' als aan de machthebbers in een land als Iran waar 'een roekeloos bewind' moet worden 'gedwongen beter over de consequenties na te denken...' Beide, 'het grote publiek' als 'een roekeloos bewind' kennen hun plaats niet meer. Ze zijn brutaal geworden door te menen dat ze niet meer naar de macht hoeven te luisteren. Ze moeten op hun plaats gezet worden. Het begrip 'roekeloos' is in dit verband onthullend. Het betekent 'vermetel, al te stout, onbezonnen, niet op gevaar lettend.' Die kwalificatie illustreert Hoflands autoritaire opvattingen.
Het is 'roekeloos' een eigen koers te varen, als de baas in Washington dit niet wil. Israel mag kernwapens bezitten, Iran niet, zo heeft de elite het bepaald. Daarnaast is de nestor van de polderjournalistiek kennelijk niet goed op de hoogte van de Iraanse geschiedenis, anders had hij geweten dat het huidige bewind in Teheran van alles kan zijn, maar zeker niet 'onbezonnen,' in de betekenis dat het 'niet op gevaar letten.' Het regime weet maar al te goed hoe gevaarlijk en rücksichtlos de Amerikaanse elite is. In tegenstelling tot Hofland zijn de Iraniërs wel degelijk door ervaring wijs geworden. In 1953 organiseerde de CIA een gewelddadige staatsgreep waarbij de democratisch gekozen regering ten val werd gebracht en meer dan een kwarteeuw een door de VS gesteunde dictator over de Iraanse bevolking heerste. De instigator was Kermit Roosevelt, hoofd van de CIA-Operaties in het Midden-Oosten.
Nadat de democratisch gekozen Iraanse premier Mossadegh de Iraanse oliebronnen had genationaliseerd, zorgde de CIA ervoor dat de populaire leider ten val werd gebracht. Er zijn drie vooraanstaande Amerikaanse intellectuelen die hierover tamelijk recent uitgebreid en gedocumenteerd hebben geschreven. Ik meld dit even voor mijn collega's. Misschien kunnen ze zich erin verdiepen. Deze mensen zijn Robert Dreyfuss, auteur van onder andere Devil's Game. How the United States helped unleash fundamentalist Islam. Michael Scheuer, het voormalige hoofd van de Bin Laden Eenheid van de CIA en auteur van Imperial Hubris. Why the West is Losing the War on Terror, en tenslotte professor Stephen Kinzer, jarenlang bureauchef van The New York Times in Turkije, Duitsland en Nicaragua, auteur van Overthrow. America's Century of Regime Change from Hawaii to Iraq, die ik in 2010 onder andere over dit onderwerp in Boston interviewde. Kortom, drie alom gerespecteerde bronnen.
Kermit Roosevelt, de kleinzoon van president Theodore Roosevelt, was de man die in Iran voor een regime-wisseling zorgde door met CIA-geld de Iraanse onderwereld te bewegen om de pro-Mossadegh bevolking te terroriseren. Kermit Roosevelt nam daarvoor contact op met twee van zijn Iraanse geheime dienstmensen. Stephen Kinzer:
These two agents had excellent relations with Tehran's street gangs, and Roosevelt told them he now wished to use those gangs to set off riots around the city. To his dismay, they replied that they could no longer help him because the risk of arrest had become too great. This was a potentially fatal blow to Roosevelt's new plan. He responded in the best tradition of secret agents. First he offered the two agents $50,000 to continue working with him. They remained unmoved. Then he added the second part of his deal: if the men refused, he would kill them. That changed their minds. They left the embassy compound with a briefcase full of cash and a renewed willingness to help. That week, a plaque of violence descended on Tehran. Gangs of thugs ran wildly through the streets, breaking shop windows, firing guns into mosques, beating passersby, and shouting 'Long Live Mossadeqh and Communism!' Other thugs, claiming alliance to the self-exciled shah attacked the first ones. Leaders of both factions were actually working for Roosevelt...
De rest is geschiedenis, Mossadegh werd gevangen genomen, de shah in het zadel geholpen, de oppositie gemarteld en vermoord, en de democratie vernietigd. Op die manier kon het terreur van het shah-regime tot 1979 ongestoord doorgaan. Voor de Amerikaanse economische en politieke elite was deze staatsgreep jarenlang het schoolvoorbeeld van hoe hun belangen het best verdedigd konden worden, en dus werden decennialang overal ter wereld marionetten aan de macht geholpen die middels geweld en corruptie de Amerikaanse belangen veilig stelden. Dat kan iedereen weten, behalve dan Hoflands 'politiek-literaire elite,' want die beweert bij monde van Geert Mak dat de VS 'decennialang als ordebewaker en politieagent' optrad 'om maar te zwijgen van alle hulp die het uitdeelde.'
Wikipedia meldt het volgende over Kermit Roosevelt:
Head of Operation Ajax
See also: 1953 Iranian coup d'état
By the early 1950s, Kermit Roosevelt, Jr. was a senior officer in the CIA's Middle Eastern division. At that time, there was a political crisis centered in Iran that commanded the focused attention of British and American intelligence outfits. In 1951, the Iranian parliament, under the leadership of the nationalist movement of Dr. Mohammed Mossadegh, voted unanimously to nationalize the oil industry. This shut out the immensely profitable Anglo-Iranian Oil Company (AIOC), which was a pillar of Britain's economy and political clout. A month after that vote, Mossadegh was elected prime minister of Iran.
In response to nationalization, Britain placed an embargo on Iranian oil exports, which worsened the already fragile economy. Neither the AIOC nor Mossadegh was open to compromise in this period, with Britain insisting on a restoration of the AIOC and Mossadegh willing only to negotiate the terms of its compensation for lost assets.[citation needed] U.S. President Harry S. Truman ruled out joining Britain in a coup against Mossadegh, and Britain felt unable to act without American cooperation,[citation needed] particularly since Mossadegh had shut down their embassy in 1952. Truman's successor, President Dwight D. Eisenhower, was persuaded by anti-communist arguments[citation needed] that there was potential for Iran's Communist Tudeh Party to capitalize on political instability and assume power, aligning Iran and its immense oil resources with the Soviet bloc. Coup plans which had stalled under Truman were revived by an eager intelligence corps, with powerful aid from the brothers John Foster Dulles (Secretary of State) and Allen Welsh Dulles (Director of Central Intelligence), after Eisenhower's inauguration in 1953.
According to Roosevelt, he slipped across the border under his CIA cover as 'James Lockridge' on June 19, 1953. He was put up in the capital, Tehran, in a place rented by British intelligence. As Mr. Lockridge, he became a regular at the Turkish Embassy where he played tennis. No one suspected that 'Mr. Lockridge' was the grandson of the 26th US President but he came close to blowing his cover. When playing tennis and making some frustrating mistake he would cry out, 'Oh Roosevelt!' Puzzled by this, his friends asked him about this interesting way of expressing his annoyance with his game. He explained that as loyal member of the Republican Party back in the states, that every Republican had nothing but scorn and hatred for Franklin D. Roosevelt and that he despised the man so much that he took to using FDR's name as a curse.
Under Roosevelt's direction, the CIA and British intelligence funded and led a campaign of black propaganda and bribery leading to a coup d'etat to overthrow Mossadegh[citation needed]with the help of military forces loyal to the Shah in Operation Ajax.[8] The plot hinged on orders signed by the Shah to dismiss Mossadegh as prime minister and replace him with General Fazlollah Zahedi, a choice agreed on by the British and Americans.
Despite the high-level coordination and planning, the coup faltered initially and the Shah fled Iran. After a brief exile in Italy, however, the Shah was brought back again, this time through a second coup which was successful.
In his book All the Shah's Men: An American Coup and the Roots of Middle East Terror, The New York Times reporter Stephen Kinzer reported that the CIA ordered Roosevelt to leave Iran. Roosevelt ignored the order and, instead organized a second coup, this one successful. The deposed Mossadegh was arrested, given a show trial, and placed in solitary confinement for three years in military prison, followed by house arrest for life. Zahedi was installed to succeed prime minister Mossadegh.
After that coup, Kinzer reported that the Shah said to Roosevelt, 'I owe my throne to God, my people, my army—and to you.'
Roosevelt tells his story
Twenty-six years later, Kim Roosevelt took the unusual step of writing a book about how he and the CIA carried out the operation. He called his book Countercoup to press home the idea that the CIA coup was staged only to prevent a takeover of power by the Iranian Communist Party (Tudeh) closely backed by the Soviet Union. He also may have meant to imply that the exile of the Shah constituted the initial coup, and that he was merely restoring the rightful leader to power.
In 2003, William Blum, in Killing Hope: US Military and CIA Interventions Since World War II criticized Roosevelt for providing no evidence when he 'argu[ed] that Mossadegh had to be removed to prevent a communist takeover' of Iran. Blum noted that while Roosevelt kept repeating how Mossadegh was a danger due to his seizure of the oil industry and his other Socialist reforms as well as his cooperation with the Tudeh Party, Mossadegh's role was much more nuanced.
Kermit Roosevelt, keurig in het pak, telg uit een Amerikaanse aristocratische familie, bereid om te moorden, te martelen, te verkrachten en de democratie omver te werpen, omdat de democratisch gekozen regering van Iran zo 'roekeloos' was geweest om de nationale oliebronnen te nationaliseren. De mainstream-opiniemakers deden de rest, de terreur verkopen aan het grote publiek.
Met al deze informatie in het achterhoofd komen de beweringen van Henk Hofland in een geheel andere licht te staan. Bijvoorbeeld deze:
Door dit in bedwang houden van een roekeloos bewind in Teheran wordt het ertoe gedwongen beter over de consequenties na te denken en - hopen we - het gezond verstand te gebruiken. In dit laatste geval zal het ontdekken dat de Verenigde Staten een bondgenoot kunnen zijn bij het verwezenlijken van de legitieme nationale aspiraties. Eind goed, al goed. Maar dan zullen China en Rusland wel hun medewerking moeten verlenen.
Het is de tendentieuze voorstelling van zaken die Hofland tot zo'n populaire opiniemaker van de gevestigde orde heeft gemaakt, waarbij ik aanteken dat de éminence grise beweert dat 'orde' niet 'bestaat,' en ook nog eens 'verderfelijk' is, zoals de titel van één van zijn talloze boekjes luidt. Omdat er geen 'orde' bestaat kiest hij, zoals veel kleinburgers, de kant van degenen die temidden van alle wanorde de grootste mond hebben en het hardst kunnen meppen. Als teenager zag Hofland Messerschmitts overvliegen, Stuka's en de Heinkels die het centrum van zijn geboortestad Rotterdam in 1940 verpulverden. Later verklaarde hij: 'In de oorlog heeft onze generatie zichzelf opgevoed,' en dat is niet vreemd, want welke fatsoenlijke volwassene had de logica van het ultieme geweld kunnen uitleggen? Hofland:
Later, jaren na de oorlog, ben ik een keer ontzettend kwaad geworden, toen ik gewoon ergens stond te wachten om over te steken. Ik zag opeens dat het half twee was. Om half twee waren de klokken stil blijven staan door het bombardement. Ik wilde die piloot ter verantwoording roepen. Als hij vijftig meter noordelijker had gevlogen, was ik er niet meer geweest. Wat is vijftig meter? Na de shock and awe-operatie in Irak in 2003 heb ik een particuliere wet opgesteld: iemand die het bevel geeft om een stad te bombarderen, moet eerst zichzelf laten bombarderen. Wat weten die machthebbers ervan wat het is om een stad te verwoesten?
Ik citeer: 'shock and awe, particuliere wet, zichzelf laten bombarderen.' Hier zijn we opnieuw getuige van de schizofrenie van de elite en haar opiniemakers. Ze weten dat hun politiek een grove inbreuk is op de geproclameerde normen en waarden, ze beseffen dat hun economische en politieke systeem niet is gebaseerd op ethiek of esthetiek, op cultuur, maar op grootscheeps geweld en op de normalisering van wat eens ondenkbaar leek. Maar als het eenmaal gedacht is, wordt het herhaald, dat is geen 'particuliere wet,' maar een universele wetmatigheid. Daar hoeft geen complot aan te pas te komen. Dezelfde universele wetmatigheid gaat op zodra opiniemakers de geest van de massa rijp maken voor geweld en daarmee staatsgeweld legitimeren. Is de terreur eenmaal gerechtvaardigd dan volgt de rest als het ware automatisch. 'Nu nadert op de een of andere manier een oorlog met Iran,' schreef Hofland vier jaar geleden, om precies te zijn op 31 maart 2010 in De Groene Amsterdammer. Maar desondanks bleef Hofland zwijgen over de oorzaken die 'op de een of andere manier' ertoe zouden hebben geleid dat er 'een oorlog met Iran' naderde, en gaf hij zonder enig bewijs alvast de schuld van het dreigende Amerikaanse geweld aan Iran, omdat het 'bewind in Teheran' volgens hem 'roekeloos' is, terwijl toch 'Amerikaanse inlichtingendiensten [niet] geloven dat Iran bezig is met het ontwikkelen van een kernwapen.' Hofland signaleert inmiddels met weerzin 'een populistisch alarmisme' in 'West-Europa' dat 'angst [zaait],' meent dat in 'West-Europa als in Amerika bij een zeer groot deel van het publiek de vaderlandslievende eerzucht en de strijdlust [zijn] verloren gegaan,' beweert tegelijkertijd dat 'de Koude Oorlog, van 1949 tot 1989, misschien wel de vreedzaamste periode die de moderne mensheid gekend heeft. De diepste oorzaak daarvan is de kernbom,' en dat daardoor kernwapens vandaag de dag geen 'actueel gevaar' opleveren, terwijl de Amerikaanse minister van Defensie ten tijde van de Cuba-Crisis, Robert McNamara, enige jaren voor zijn dood verklaarde: 'the indefinite combination of human fallibility and nuclear weapons will destroy nations.' Intussen maakt Hofland zich druk over het feit dat 'het grote publiek minder dan ooit geneigd [is] om de gezagsdragers op hun woord te geloven,' waardoor 'Bestuurders zich in het nauw gedreven, aan de ene kant doordat het onvermijdelijke internet ook een middel tot voorbarige openbaarheid kan zijn, aan de andere kant doordat ze daarmee worden uitgeleverd aan het onmiddellijke oordeel van de dan plotseling goedgelovige massa.'
En dit alles wordt geponeerd met een aanmatigende stelligheid die weerzinwekkend is, aangezien ze levensgevaarlijk is. Hoflands dwaasheden leiden de aandacht af van de werkelijkheid. Al vijf jaar geleden, 26 oktober 2009, schreef Noam Chomsky het volgende:
Amid the furor over Iranian duplicity, the IAEA (International Atomic Energy Agency svh) passed a resolution calling on Israel to join the Nuclear Non-Proliferation Treaty (NPT) and open its nuclear facilities to inspection.
The United States and Europe tried to block the IAEA resolution, but it passed anyway. The media virtually ignored the event.
The United States assured Israel that it would support Israel's rejection of the resolution — reaffirming a secret understanding that has allowed Israel to maintain a nuclear arsenal closed to international inspections, according to officials familiar with the arrangement. Again the media were silent.
Dit alles dus gesteund door het Europa van 'Geen Jorwerd zonder Brussel.' De logica van de mainstream-opiniemakers in de polder is zo gering én hun intellectuele corruptie zo groot dat de toekomst angstaanjagend is. Zonder dat er hier ook maar één schot is gevallen, zijn mijn collega's al gecapituleerd. Dat belooft wat als de echte strijd begint.
Henk Hofland met P.C. Hooftprijs-trophee, met naast zich Gemma Nefkens van Gemma Nefkens Coaching.
CIA documents acknowledge its role in Iran's 1953 coup
The CIA has released documents which for the first time formally acknowledge its key role in the 1953 coup which ousted Iran's democratically elected Prime Minister, Mohammad Mossadeq.
The documents were published on the independent National Security Archive on the 60th anniversary of the coup.
They come from the CIA's internal history of Iran from the mid-1970s.
"The military coup... was carried out under CIA direction as an act of US foreign policy," says one excerpt.
But until now the intelligence agencies have issued "blanket denials" of their role, says the editor of the trove of documents, Malcolm Byrne.The US role in the coup was openly referred to by then US Secretary of State Madeleine Albright in 2000, and by President Barack Obama in a 2009 speech in Cairo.
This is believed to be the first time the CIA has itself admitted the part it played in concert with the British intelligence agency, MI6.
Mr Byrne says the documents are important not only for providing "new specifics as well as insights into the intelligence agency's actions before and after the operation", but because "political partisans on all sides, including the Iranian government, regularly invoke the coup".
The documents were obtained under the Freedom of Information Act by the National Security Archive, a non-governmental research institution based at George Washington University.
Iranians elected Mossadeq in 1951 and he quickly moved to renationalise the country's oil production, which had been under British control through the Anglo-Persian Oil Company - which later became British Petroleum or BP.
That was a source of serious concern to the US and the UK, which saw Iranian oil as key to its post-war economic rebuilding.
U.N. Committee Criticizes U.S. Record on Human Rights
The U.N. Human Rights Committee has issued a wide-ranging report criticizing the human rights record of the United States. The report assessed U.S. compliance with a key human rights treaty and found it lacking in more than two dozen areas. Issues of concern included the Obama administration’s drone program, National Security Agency spying, the death penalty, detention of homeless people and immigrants, life sentences imposed on juveniles, racial profiling and police brutality. The committee called for closing Guantánamo, releasing the Senate Intelligence Committee report on the George W. Bush administration’s torture and rendition program, and prosecuting those involved in torturing prisoners.
Four people have been killed after three bombs went off in a market area in the Iraqi capital Baghdad. Today’s attack follows a wave of bombings that killed more than 30 people in Baghdad on Thursday. Meanwhile, the U.N. envoy to Iraq says about 400,000 people have been displaced so far this year by violence in western Iraq, including the cities of Fallujah and Ramadi.
President Obama was in Italy Thursday where he met with Pope Francis for the first time. During his visit, protesters gathered outside the U.S. Embassy in Rome to criticize Obama’s policies. Among them was Piero Bernocchi, leader of the Cobas trade union.
Piero Bernocchi: "Obama has not changed the U.S. government policies, be it for the wars they engage in, nor the divisions the U.S. creates in several countries to be then able to intervene, or be it for the economic accords like the Transatlantic Trade and Investment Partnership, which will be destructive for the environment and the social conditions in this country. Therefore we are here to say that he is not a welcome guest."
The U.S. Air Force has fired nine commanders entrusted with the oversight of nuclear weapons amid a cheating scandal at a base in Montana. A 10th official, who was the senior officer at Malmstrom Air Force Base, is also resigning follow reports of widespread cheating on exam
U.S. lawmakers in both the House and Senate have voted nearly unanimously to pass a $1 billion aid package for Ukraine. Senator Bob Menendez, chair of the Senate Foreign Relations Committee, said Congress could take further steps if needed.
Sen. Bob Menendez: "We will continue to engage in whatever we think would be helpful to position the United States in a way that exerts leadership with our European allies, gives President Putin a real sense that there are real consequences for any further actions, and also says to other global actors in the world: ’Don’t think about it, because it’s not going to be worth your time.’"
Hunger In America
Hunger in America exists for over 50 million people. That is 1 in 6 of the
U.S. population – including more than 1 in 5 children.