maandag 11 januari 2010

De Israelische Terreur 1101


Verhagen moet doorpakken

Sonja Zimmerman,Mohamed Rabbae, 27-11-2009 14:55

Het Midden-Oostenconflict zit muurvast. Maar Nederland kan best iets doen om het (een beetje) vlot te trekken.

Het zogenaamde vredesproces tussen Israël en de Palestijnen is vastgelopen. Israël heeft aangekondigd niet te stoppen met nederzettingenbouw. De Palestijnen willen niet meer praten zolang er geen moratorium op de bouw komt. De Verenigde Staten hebben woedend gereageerd op Israëls recente goedkeuring van de bouw van nog eens 900 woningen bij Oost-Jeruzalem, in de illegale nederzetting Gilo.

Stoppen
Oost-Jeruzalem vormt een 'integraal deel van Jeruzalem', zo redeneert premier Netanyahu, en dus hoeft Israël daar niet te stoppen met de bouw van woningen. Zelfs minister Verhagen, in de regel een fervent verdediger van de politiek van de staat Israël, reageerde 'verbijsterd'. Volgens hem 'kan er een punt komen' waarop stappen tegen Israël genomen moeten worden. Hij beschouwt het oude idee dat het bezetten van de Westelijke Jordaanoever en het hebben van nederzettingen Israëls veiligheid dient, als achterhaald. Israël moèt volgens hem ook de grenzen met de Gaza-Strook openen.

De Palestijnse president Mahmoud Abbas kondigde aan te zullen toewerken naar het zelfstandig uitroepen van een Palestijnse staat. Dit idee werd meteen neergesabeld door de EU en Verhagen, omdat eerst de goedkeuring vereist zou zijn van Israël.

De blokkade door Israël is compleet. Hoeveel menselijke drama’s zijn er nog nodig voordat er stappen tegen Israël genomen gaan worden? En welke stappen kan Nederland nemen? Op initiatief van Harry van Bommel van de SP heeft minister Verhagen een onderzoek gelast naar de herkomst van schoonheidsproducten van het merk Ahava. Deze uit Dode Zee-klei en –zout vervaardigde producten met als etiket Made in Israel zijn in werkelijkheid afkomstig uit bezet Palestijns gebied. Gestolen waar, dus, zoals in Nederland aan het licht werd gebracht door de actiegroep Mooi Niet.

Als Ahava de importheffing van de EU heeft ontdoken (Israël geniet immers belastingvrijstelling, behalve voor producten uit de in 1967 Palestijnse bezette gebieden), zal de minister maatregelen nemen. De minister zou er goed aan doen dit onderzoek te verbreden naar andere Israëlische producten op de Nederlandse markt, bijvoorbeeld landbouwproducten die hier op de markt gebracht worden door het Israelische bedrijf Agrexco dat naar eigen zeggen een belangrijke exporteur is van nederzettingenproducten.

Onderzoek
Ook zou hij een onderzoek kunnen gelasten naar de 35 Nederlandse bedrijven die volgens de bevindingen van United Civilians for Peace directe of indirecte relaties onderhouden met de bezetting van Palestijnse of Syrische gebieden (Profundo Rapport). Voorts kan hij kijken naar de investeringen van banken en pensioenfondsen.

Zijn eigen ABP-spaargeld gaat naar talrijke foute investeringen, zoals onlangs is onderzocht door Who Profits?, een Israëlische organisatie die een website onderhoudt met informatie over bedrijven die profiteren van de Israëlische bezetting. Who Profits wijst 17 foute investeringen aan, waaronder Alstom, Veolia en Elbit. Alstom’s dochteronderneming Citadis Israël is een van de maatschappijen die betrokken zijn bij het lightrail project in Jerusalem (het Citipass-consortium) dat de stad Jeruzalem met de illegale nederzettingen moet gaan verbinden.

Veolia neemt via zijn dochteronderneming Connex Israel deel in het eerder genoemde light rail project; ook is het via zijn dochteronderneming Veolia Environmental Services Israel eigenaar van de Tovlan vuilnisopslagplaats op de bezette Westelijke Jordaanoever, waar het Palestijns natuurgebied gebruikt voor de vuilnisopslag van Israëlische illegale nederzettingen.

Elbit is één van de twee leveranciers van het elektronische waarnemingsscherm dat onderdeel vormt van de illegale Muur op de Westelijke Jordaanoever.

De Noorse regering heeft in juni van dit jaar opdracht gegeven aan de Norges Bank om Elbit uit de investeringsportefeuille van het Noorse overheidspensioenfonds te halen. Wat de Noren kunnen kan Nederland ook! Het Pensioenfonds Zorg en Welzijn is inmiddels begonnen met een onderzoek naar Veolia, Veolia Environment, en Alstom, hetgeen een positieve ontwikkeling is.

Als minister Verhagen echt maatregelen wil, zou hij in Europees verband moeten toewerken naar het verhinderen en strafbaar stellen van de import van Israëlische producten uit de illegaal bezette gebieden en van investeringen in dezelfde gebieden.

Aftrekbaar
Een vorm van steun die buiten de sfeer van investeringen valt is de aftrekbaarheid voor de inkomstenbelasting van giften aan het Joods Nationaal Fonds (JNF). Het JNF maakt Palestijnen al decennialang grond afhandig. Dit fonds is tevens verantwoordelijk voor de exploitatie en uitgifte van land. De Palestijnen hebben als niet-Joden per definitie geen toegang tot de grond van het JNF. De Nederlandse regering dient de aftrekbaarheid van giften aan dit fonds daarom op te heffen.

Lees verder: http://extra.volkskrant.nl/opinie/artikel/show/id/4644/Verhagen_moet_doorpakken

Meer over het Joods Nationaal Fonds: En hoewel wij Palestijnse Israëli’s sinds 1966 onder het civiele recht vallen is er geen sprake van gelijkheid voor de wet, wij hebben nog steeds niet dezelfde rechten als de joods-Israeli’s en worden niet als volwaardige burgers behandeld. Allereerst bestaat er legale discriminatie, dat wil zeggen: discriminatie die in de wet ligt besloten. Joden bezitten speciale privileges, zoals het recht op terugkeer. Een jood waar dan ook ter wereld heeft in Israël rechten, zelfs als hij of zij geen ingezetene is. In sommige gevallen heeft een jood zelfs rechten waarop Palestijnse Israëli’s geen recht hebben. Daarnaast worden zionistische organisaties door de staat gesubsidieerd voor projecten die alleen ten goede komen aan joden en dus niet aan alle Israëlische burgers. Ik geef u een praktisch voorbeeld. Wanneer Israël land van Palestijnen confisqueert dan zou dat gebied dus eigendom moeten worden van alle ingezetenen van de staat. Welnu, 17 procent van het Israelische territorium is door de staat aan het Joods Nationaal Fonds (JNF) gegeven. Het Joods Nationaal Fonds is statutair verplicht om in dienst te staan van louter en alleen joden. Met andere woorden: het JNF is statutair en dus wettelijk verplicht om te discrimineren, het mag niet in dienst staan van niet-joden. Welnu, wij hebben geen problemen met joodse organisaties, maar wel met joodse organisaties die feitelijk met staatsbezit discrimineren tegen niet-joodse Israëlische burgers. Dat land zou ten goede moeten komen aan alle ingezetenen en niet alleen aan de joodse. Die 17 procent is dus niet langer meer eigendom van de staat, maar joods bezit geworden. Als er op dat land woningen worden gebouwd dan is het ons niet-joden bij wet verboden om die huizen te kopen. Met andere woorden: wij mogen niet op 17 procent van ons eigen land wonen. En dat percentage blijft stijgen. In bepaalde wijken van bijvoorbeeld Tel Aviv mogen Palestijnen niet wonen omdat het joods bezit is. Stelt u voor dat er in Nederland een organisatie actief is die land bezit waarop joden niet mogen wonen, dan zou de hele wereld er terecht schande van spreken. Maar hier in Israël is deze vorm van racisme wettelijk geregeld en niemand protesteert daartegen. Een joodse inwoner van Amsterdam of New York heeft het recht om hier overal een woning te kopen. Een Palestijnse inwoner van Israël niet. Sterker nog: de niet-joodse ingezetenen van de staat Israël kunnen geen gebruik maken van rechten die joodse ingezetenen van landen als bijvoorbeeld Nederland en de Verenigde Staten wel hebben, niet alleen in hun eigen landen, maar ook in Israël. Ook dit toont aan dat het joodse karakter van de staat discriminerend is tegenover 1 op de 5 inwoners van Israël.

Lees verder: http://www.stanvanhoucke.net/deoneindigeoorlog/interviews/zeidan2.html

Geen opmerkingen: