Ik kreeg net deze email van professor Frissen:
Wat er in zes uur veranderd is? Niet de ironische grondtoon, maar het feit dat u mij mededeelde het niet nodig te achten mijn boek te lezen omdat daarin niets nieuws te vinden zou zijn
Ik had dit geschreven: 'Hoewel ik natuurlijk blij ben dat mijn analyse van zijn werk klopt, heb ik toch nog een kanttekening gemaakt. Ik heb de Tilburgse hoogleraar deze reactie gestuurd: 'dank u, ik vrees toch dat ik het verhaal veel eerder gehoord heb, zoals u kunt lezen.
met vriendelijke groet
stan van houcke.
Ik kan alleen maar concluderen dat de Tilburgse hoogleraar mijn argumentatie niet heeft gelezen, anders zou hij niet zo aangebrand reageren. Paul Frissen kan toch nauwelijks verwachten dat ik een boek ga lezen waarvan ik het uitgangspunt al jaren in alle toonaarden heb horen verkondigen en waarmee ik het volstrekt oneens ben. Wanneer professor Frissen stelt dat 'dat politiek en samenleving' geen 'een-op-een afspiegeling van elkaar moeten zijn. De representatie zoals die georganiseerd is moet wel als een zinvolle representatie worden ervaren', dan is dit ouwe koek. De parlementaire democratie, geachte professor is nooit, maar dan ook nooit een precieze afspiegeling van de poltieke wens van de meerderheid geweest. Integendeel, de staat is er niet om de meerderheid tegen de minderheid te beschermen, maar om de minderheid te beschermen tegen de meerderheid, de rijke elite tegen de modale of arme massa, zoals de Schotse filosoof Edward Hume al heel lang geleden heeft duidelijk gemaakt. En met talloze citaten van geleerden heb ik geprobeerd dit duidelijk te maken. Op geen enkel van die argumenten gaat u in, maar u verwacht wel dat iedere criticus uw boek gaat lezen. Dat is een aanmatigend standpunt. Ik reageerde bovendien op een kranteninterview. Uw visie is alles behalve nieuw. Al in 1928 pleitte de vooraanstaande adviseur van de Amerikaanse politieke- en economische elite, Edward Bernays, voor aristocratische politiek omdat een echte democratie niet mogelijk zou zijn en daarom was volgens hem 'the engineering of consent the very essence of the democratic proces, the freedom to persuade and suggest... The conscious and intelligent manipulation of the organized habits and opinions of the masses is an important element in democratic society. Those who manipulate this unseen mechanism of society constitute an invisible government which is the true ruling power of our country.'
U bepleit een 'aristocratische politiek', maar beste Paul Frissen, een 'aristocratische politiek' kan alleen voortkomen uit een aristocratische cultuur, en die bestaat op dit moment niet. Wij leven in een platte consumentistische massacultuur met dito politici. Waar zou deze aristocratie die een 'aristocratische politiek' gaat voeren in godsnaam vandaan moeten komen? U stelt een schijnwereld voor: 'De representatie zoals die georganiseerd is moet wel als een zinvolle representatie worden ervaren.' Een democratie dus die geen democratie is maar geleid wordt door een aristocratie. Met andere woorden: u bepleit een schijndemocratie in handen van een niet bestaande 'aristocratie'.
Het probleem hier is dat in Nederland de journalistiek van een dermate laag niveau is dat journalisten autoriteiten zoals u ongestoord laten doorpraten, klakkeloos opschrijven wat ze horen, en vaak te onnozel zijn om regenten kritisch te ondervragen. Toen u tegen de betreffende Volkskrant-journaliste verklaarde niet te vinden 'dat politiek en samenleving een een-op-een afspiegeling van elkaar moeten zijn. De representatie zoals die georganiseerd is moet wel als een zinvolle representatie worden ervaren', had ze u meteen kritisch moeten ondervragen, en u vervolgens moeten confronteren met de consequenties van uw politieke visie. Maar dat gebeurt in Nederland niet, het land is te klein, de apenrots te vol en dus speelt iedereen het poldermodel. En dan krijg je deze nonsens. Ik bedoel, dan krijg je ook uitspraken als dat 'de democratie' moet 'functioneren als een permanent correctiemechanisme op de macht en op misbruik van de macht.' Deze uitspraken zijn zo voor de hand liggend dat je er met gêne kennis van neemt. Van een hoogleraar verwacht je iets meer dan het met enige pedanterie verkondigen van obligate wijsheden.
2 opmerkingen:
Kijk hier eens.
Citaat:
Het kabinet bereidt een Handvest Verantwoordelijk Burgerschap voor. Toen ambtenaren mij daarover consulteerden heb ik aan hen gevraagd of het kabinet een ander volk wil. Te weinig burgers zijn kennelijk verantwoordelijk. Ik heb hen erop gewezen dat in een democratie de verhoudingen helaas anders liggen. De burger kan een ander kabinet willen, niet andersom. Sterker nog, de notie van burgerschap houdt in dat de burger eenzijdig zijn verhouding met de staat definieert. Voor het overige moet de burger vooral tegen de staat worden beschermd. Het handvest komt er.
- Helaas, de letterlijk klassieke vraag doet zich voor: quis custodiet custodes ipsos?
Wie moet de burgers tegen de staat beschermen?
Frissen houdt vast aan een postmodern vertoog en beseft niet dat zijn "kleine verhaal" zelf een groot verhaal is.
Frissen volgt natuurlijk Plato na, die in zijn 'Republiek' al pleitte voor de heerschappij van de besten en wijsten. Karl Popper geeft in zijn boek 'The open society and its enemies'een bijzonder grondige kritiek van Plato en andere vijanden van de open samenleving. Frissen is inderdaad de zoveelste in de rij. Gezien zijn reactie naar jou lijkt hij zich daarvan totaal niet bewust.
Bijzonder relevant hier lijkt me het onderscheid dat Thomas Jefferson maakte tussen twee soorten politieke benaderingen, tussen democraten en aristocraten. (Zie bv. 'Deterring democracy' van Chomsky hierover.) Ook dit wijst erop dat Frissens originaliteit veel minder is dan hijzelf (of zijn uitgever) denkt.
Een reactie posten