zondag 25 januari 2009

Rabbijn Awraham Soetendorp 6

Geachte rabbijn Shalom Awraham Soetendorp,

U verschuilt zich achter een muur van stilzwijgen, terwijl een geestelijk leider zich juist nu zou moeten uitspreken. Het moment der waarheid is namelijk aangebroken. Niet langer kan de volgende vraag genegeerd worden: kan er een ‘Joodse staat’ bestaan zonder moraliteit? Kan een ‘Joodse natie’ Palestijnse vrouwen, kinderen, bejaarden en ongewapende mannen massaal afslachten zonder dat dit deze natie een verwerpelijke ‘schurkenstaat’ maakt, zoals de Israelisch-Britse historicus Avi Shlaim Israel betitelt? En bezit een rabbijn als u nog enige morele geloofwaardigheid wanneer hij zich achter dit Israel opstelt? Dat zijn onvermijdelijke vragen, rabbijn Soetendorp. Ik zal u uitleggen waarom.

Op 3 oktober 2008 verklaarde generaal Eisenkot in het Israëlische dagblad Yedioth: “We zullen disproportioneel geweld gebruiken tegen ieder dorp van waaruit schoten worden gelost op Israel, en we zullen immense schade en vernietiging te weeg brengen. Vanuit ons gezichtspunt zijn zij militaire bases. Dit is geen aanname, dit is een plan dat reeds is geautoriseerd.” In een rapport voor het Instituut voor Nationale Veiligheid van de Universiteit van Tel Aviv onderstreepte kolonel Gabiel Siboni even onverbloemd, dat het antwoord op de raketaanvallen de “disproportionele aanval in het hart van de zwakke plek van de vijand is, waarbij pogingen de lanceringcapaciteit te schaden op de tweede plaats komt.” Deze militaire doctrine van het ‘disproportioneel geweld’ is in flagrante strijd met de Geneefse Conventies, waarbij bepaald is dat de burgerbevolking zoveel mogelijk voor het geweld gespaard dient te worden.

Het internationaal recht, rabbijn, is uiteindelijk gebaseerd op moraliteit zoals die onder andere door de mozaische wetten werd geformuleerd, in bijvoorbeeld het zesde gebod: ‘gij zult niet doodslaan.’ En mocht er überhaupt worden gemoord, dan mogen in elk geval de onschuldigen, de zwakken, degenen die zich niet kunnen verdedigen, niet vermoord worden, zo bepaalt de moderne beschaving.

Met andere woorden, rabbijn Soetendorp, de militaire doctrine van de ‘Joodse staat’, een staat waarachter u zich onlangs nog publiekelijk opstelde, is in strijd met de moraliteit en de beschaving. En daarmee in strijd met uw geloof. Uw werkzame leven lang heeft u er zich op voorgestaan de moraliteit en de beschaving te dienen. Vandaar ook dat u zonder enige schroom jurylid werd van de Mensenrechtentulp, ingesteld door minister Verhagen, die op zijn beurt weer de Israelische terreur steunt.

In de NRC van zaterdag citeert Guus Valk, de correspondent in Israel, Yossi Beilin, een woorvoerder van progressief links in ‘de Joodse staat’. Hij zegt het volgende: ‘Ik zag de aard van vernieling, het grote aantal slachtoffers, maar ook het rampzalige effect op het imago van Israel in de buitenwereld.' De correpondent vraagt of deze progressieve intellectueel nu spijt heeft van het feit dat hij in eerste instantie de Israelisch inval in Gaza steunde. Het antwoord: ‘Nee… Oorlog is soms goed en noodzakelijk, vind ik. Maar in dit geval duurde het veel te lang’. Met andere woorden: zo lang het vermoorden van kinderen, vrouwen, en bejaarden kort duurt is er geen imagoprobleem voor Israel en is zelfs de woordvoerder van progressief links voor de Israelische slachtpartij. De NRC correspondent schrijft voorts: ‘Volgens Beilin is dit het verschil tussen links en rechts in Israel. Rechts zegt: oorlog is altijd prima. Links zegt: oorlog is prima, maar het moet niet ter lang duren.’ Dat tekent het gebrek aan moraliteit van Israel. En u, rabbijn Awraham Soetendorp, steunt dit al dan niet stilzwijgend.

De Israelische terreur tegen de Palestijnse burgerbevolking is niet nieuw. In oktober 1953 schreef de toenmalige Israëlische premier Moshe Sharett in zijn dagboek met afschuw over de bloedbaden die Ariel Sharons elitetroepen aanrichtten onder de weerloze Palestijnse bevolking. Bij een aanval van een eenheid paratroepers, onder commando van Sharon, werden volgens de historicus Bar-Zohar, biograaf van Ben-Goerion, ‘zeventig lijken onder het puin aangetroffen, onder wie tientallen vrouwen en kinderen.’ Op 31 maart 1955 schreef Sharett in zijn dagboek: ‘We rechtvaardigen het systeem van vergelding op grond van pragmatische overwegingen… We hebben de mentale en morele remmen op dit instinct vernietigd en hebben het mogelijk gemaakt om wraak als morele waarde aan te moedigen. Deze opvatting wordt gedeeld door grote delen van de bevolking in het algemeen en massa’s jongeren in het bijzonder, maar zij is geconcretiseerd en heeft de waarde van een heilig principe bereikt in Sharon’s bataljon, dat het vergeldingsinstrument van de staat is geworden.’

Dat is de werkelijkheid waarmee de Palestijnse bevolking al meer dan een zes decennia geconfronteerd wordt. Desondanks blijft u over deze terreur zwijgen. Rabbijn Shalom Awraham Soetendorp, waar wacht u op? Het is hoog tijd dat u zich uitspreekt tegen deze terreur. Zet u zich op zijn minst in voor de Palestijnse kinderen. Al doet u het maar om te voorkomen dat er helemaal niets meer over blijft van uw moreel gezag. Ik blijf aandachtig luisteren.

1 opmerking:

Anoniem zei

De heer Soetendorp zal het woord UNICITEIT ook wel kennen! Daar word je een beetje eenkennig van!

Anzi