dinsdag 6 juli 2010

Daphne Meijer 29

Daphne Meijer: En nu hebben we pundits die menen dat het allemaal heel erg meevalt.

Voor zionisten geldt dat de heilige drie-eenheid van joods, antisemitisme, Israel niet geschonden mag worden omdat in hun ogen de rechtvaardiging van het bestaan van een 'Joodse staat' daarmee ter discussie wordt gesteld. Zonder antisemitisme geen Israel, en hoe meer antisemitisme hoe meer de 'Joodse staat' zijn bestaansrecht demonstreert. Het als het ware verstoten zijn uit de wereldgemeenschap is de belangrijkste leerstelling waarop de zionistische identiteit berust. Desondanks blijft de meerderheid van de mensen die zich als joods definieert toch in het land leven waar ze geboren zijn en wel omdat ze zich daar veiliger en prettiger voelen dan in Israel. Dat feit weerhoudt het zionistisch regime in Israel geenszins om door te gaan met het stelen van Palestijns land om Lebensraum te scheppen voor joden die elders blijven wonen.


Onlangs schreef de journalist Pieter Hilhorst in de Volkskrant naar aanleiding van de lokjodenhype:

Heeft u in de krant gelezen hoeveel joden jaarlijks in elkaar geslagen worden vanwege hun geloof? Om hoeveel mensen gaat het? Doe een gok. Het antwoord verraste mij volledig. De kans dat een jood in Nederland om zijn geloof geslagen wordt, is namelijk nagenoeg nul. Hij loopt meer risico op een verkeersongeluk als hij achter het stuur kruipt dan op een antisemitische vechtpartij als hij over straat loopt. (Volkskrant)…

Enkele weken geleden was ik bij een bijeenkomst van het Joods-Marokkaans Netwerk Amsterdam. Ahmed Marcouch vertelde dat er joden niet meer de straat op durfden met een keppeltje. Ik was geschokt. Hij introduceerde toen het idee van een lokjood. Niet veel later verscheen in NRC Handelsblad een artikel van Paul Andersson Toussaint over antisemitische straatterreur in Amsterdam (12 juni 2010). 
Daarop publiceerde het CIDI cijfers over het aantal incidenten in het afgelopen jaar. Het aantal incidenten bleek met maar liefst 55 procent te zijn gestegen. Sinds 2007 was er zelfs sprake van een verdubbeling. Logisch dat iedereen in rep en roer is.  Elise Friendmann van het CIDI schrijft met veel gevoel voor drama: ‘Er is lafhartig weggekeken.’ 

Twijfel
Mijn twijfel werd gewekt door een verdwaald bijzinnetje in het Parool dat het aantal incidenten in 2001 ongeveer even groot was als in 2009 (26 juni). Afgaande op het aantal meldingen dat bij het CIDI binnenkwam, blijkt er helemaal geen sprake van een gestage toename van het aantal incidenten. In 2002 waren er 359 incidenten, in 2009 waren dat er 167. Een daling met meer dan 50 procent! Het grootste deel van de meldingen heeft niets te maken met intimidatie op straat, maar met e-mail en bekladdingen…
het is potsierlijk om te beweren dat joden in Nederland met doodsverachting over straat moeten. Wie dat beweert, is niet bezig om de problemen te benoemen, maar om mensen angst aan te praten…

Het inzetten van lokjoden is echter een paardenmiddel. Het suggereert dat joden dagelijks worden belaagd. Maar daar blijkt zelfs uit de cijfers van het CIDI niks van. Het is dan ook terecht dat de Amsterdamse politie heeft besloten geen lokjoden te gaan inzetten. Laat de politie boeven vangen en het verkeer veiliger maken. Daar hebben ook joden veel meer aan.

Aldus de op feiten gebaseerde column van Hilhorst. Naar aanleiding daarvan beweerde Daphne Meijer over onder andere Pieter Hilhorst:


En nu hebben we pundits die menen dat het allemaal heel erg meevalt.

en dat klopt niet, want er is 

een kleine groep, waar echt iets mee aan de hand is...

die 

eronder [lijdt] wanneer Hilhorst in de Volkskrant schrijft dat het allemaal wel meevalt.

En dus

Het is ingewikkeld. Ik ga niet beweren dat sommige dingen niet gepubliceerd mogen worden. Dat gaat in tegen mijn gevoel dat je alles moeten kunnen zeggen en schijven, met 137 F als de mattenklopper achter de deur.


Het is een buitengewoon chaotisch betoog dat maar 1 ding duidelijk aantoont en dat is dat hoewel Hilhorst wel mag schrijven wat hij schrijft, hij in feite niet mag schrijven wat hij schrijft, want 'een kleine groep' joodse Nederlanders lijdt eronder. Het is inderdaad een ingewikkelde redenering en ook wonderlijk, want er is tevens een niet te verwaarlozen groep joodse Nederlanders die publiekelijk de terreur van Israel steunt en voor wie -- in de woorden van Meijer -- 'de liefde' voor Israel 'diep en onvoorwaardelijk' is, 'dieper misschien dan de liefde voor Nederland.' Hun loyaliteit met 'de Joodse staat' leidt er toe dat een grotere groep Palestijnse, Arabische, islamitische Nederlanders zich al langere tijd vernederd en geschoffeerd voelt, en daaronder evenveel 'lijdt' als de 'kleine groep' joodse Nederlanders die 'lijdt' onder de feiten die Pieter Hilhorst aanvoert. Maar daarover zwijgt Meijer, want het gevoel van deze grotere groep mensen kan kennelijk genegeerd worden. Waarom zou het lijden van 'een kleine groep' joodse Nederlanders belangrijker zijn dan het lijden van een grote groep andere Nederlanders? Het is inderdaad buitengewoon 'ingewikkeld' om deze opvatting te rechtvaardigen, en dat doet Daphne Meijer dan ook niet in haar warrig betoog. 


Hoe dan ook, centraal blijft voor Meijer de heilige drie-eenheid die niet alleen het bestaan van Israel rechtvaardigt, maar in de praktijk ook het bestaan van Israel als schurkenstaat, want daar gaat het al geruime tijd om. De gecultiveerde angst voor een nieuwe holocaust is onmisbaar in de ideologie van Daphne Meijer. Vandaar ook dat ze stelt dat

die WO II pas voorbij [is] als ie voorbij is. Dat moment is nog niet voorbij gekomen. Nogmaals, dat is misschien onhandig, maar het is nu eenmaal zo. Wij moeten ons dat realiseren, we zijn het als totale samenleving aan onszelf verplicht.


In haar algemeenheid is deze bewering nonsens. Voor Meijer mag de oorlog dan wel niet voorbij zijn en een trauma blijven, maar dat betekent niet dat zij dit trauma naar willekeur kan gebruiken om haar zin te krijgen. Niemand is wat aan haar 'verplicht'.Niemand, geen god en ook geen mens. Haar bewering is kenmerkend voor de onverzadigbaarheid van de slachtofferist, die eeuwig blijft geloven dat de wereld iets aan hem of haar 'verplicht' is. Omdat zij en niemand anders, want uiteindelijk schrijft zijdit op, omdat zij bepaalt dat de Tweede Wereldoorlog nog niet 'voorbij is' mag de oorlog ook niet 'voorbij' zijn voor alle anderen. En waarom die oorlog niet voorbij mag zijn is omdat ze aan die oorlog een identiteit heeft ontleend en een bestaan als zionistische schrijfster en journaliste. En zo zal die oorlog generatieslang doorgaan, want als men het slachtofferisme beloont met geld en aanzien dan is het logisch dat men deze identiteit niet laat vallen. 


Opnieuw: de herinnering aan de oorlog is geen exclusief joodse zaak, maar iets dat ons allen aangaat zoals Imre Kertesz, die Auschwitz overleefde, schreef:

Het is inmiddels duidelijk: het overleven is geen persoonlijk probleem van de overlevenden, de lange, donkere schaduw van de Holocaust ligt over de hele beschaving waarin hij is gebeurd, en die beschaving moet verder leven met het gewicht en de gevolgen van het gebeurde.


Het herdenken van de nazi-terreur moet niet misbruikt worden voor een of andere politieke agenda, voor morele chantage. Het antisemitisme en de moord op zes miljoen mensen is er niet om te bepalen wie wel iets mag zeggen. Het politiek misbruiken van het gruwelijke verleden is niets anders dan 'een banalisering van de onschendbare tragedie van de Holocaust,' zoals wijlen Nahum Goldman, oud-president van de World Zionist Organisation, al lang geleden benadrukte. Het is niet Daphne Meijer, de 'linkse'zioniste, die bepaalt wat de lengte van de schaduw is die valt 'over de hele beschaving waarin hij is gebeurd.' Haar belangen als zionistische publiciste hebben geleid tot een politieke overtuiging die onverdedigbaar is geworden. Meer daarover later.

1 opmerking:

wiesje zei

Van dit verwarde verhaal snapte ik niets. Enkel een ding viel mij op. Mensen die Israel niet zien zitten zeggen niet of zelden gewoon dat ze de Joden niet mogen. Nee, ze laten dit zeggen door Joden die zij doorgaans Zionisten noemen. Die "zeggen toch zeker zelf dat Israel niet deugt". En dan komen er namen van antisemieten die misschien, ik weet dat niet, ergens uit het Joodse volk voortgekomen zijn maar door de vijandige wereld totaal hun orientaties verloren. Ik zou zeggen dat een mens alles mag zeggen en schrijven mits hij dat doet onder de eigen naam en verantwoordelijkheid. Dat op een ander, bij voorkeur een onjoodse Jood afschuiven, nee, dat vind ik laf.

Peter Flik en Chuck Berry-Promised Land

mijn unieke collega Peter Flik, die de vrijzinnig protestantse radio omroep de VPRO maakte is niet meer. ik koester duizenden herinneringen ...