Deze week schreef ik over de directeur van het NIOD, Marjan Schwegman. Zij ‘betreurt’ het dat de jaarlijkse nationale herdenking op de Dam op 4 mei, ‘een veel algemener karakter heeft’ dan de kleine buurt-herdenkingen die zijzelf bezoekt. Van de ceremonie op de Dam vindt Schwegman‘persoonlijk niet zo heel veel uit gaan,’ omdat door het herdenken van alle slachtoffers van al het oorlogsgeweld en staatsterreur ‘verschillende historische ervaringen worden gereduceerd tot hetzelfde. Daar ben ik niet van gecharmeerd,’ aldus haar enigszins pedante reactie.
Naar aanleiding daarvan kreeg ik deze reactie:
Een vakmatige opmerking: iemand die vindt dat historische vergelijkingen niet gemaakt zouden mogen worden is de titel van historica niet waardig. Nooit theoretische geschiedenis gehad, mw. Schwegman?'
Ik deel de kritiek van deze lezer. Daarom schreef ik eerder al:
De Zweedse hoogleraar en auteur Sven Lindqvist benadrukt de historische continuïteit van massamoorden aan het eind van zijn boek Exterminate all the Brutes, wanneer hij concludeert dat ‘Auschwitz de moderne industriële toepassing [was] van een uitroeiingspolitiek waarop de Europese overheersing van de wereld […] lang heeft gesteund.’ De titel van zijn boek verwijst naar de zin uit Joseph Conrads Hart der Duisternis, ‘verdelg al het gespuis’. Lindqvist vraagt zich af waarom de westerse protagonist ‘Kurtz zijn rapport over de beschavingstaak van de blanke man in Afrika met deze woorden eindigt?’ Hij schrijft dan: ‘Ik las Conrad als een profetische auteur die alle gruwelijkheden die in het verschiet lagen, voorzien had. Hannah Arendt wist beter. Zij zag dat Conrad over de genocides van zijn eigen tijd schreef. In haar eigen boek The Origens of Totalitarianism (1951), toonde ze hoe imperialisme racisme noodzakelijk maakte als het enig mogelijke excuus voor zijn daden […] Haar these dat nazisme en communisme van dezelfde stam komen is algemeen bekend. Maar velen vergeten dat zij ook de “verschrikkelijke slachtpartijen” en het“barbaarse moorden” van Europese imperialisten verantwoordelijk hield voor “de zegevierende introductie van dergelijke pacificatiemiddelen in de alledaagse, respectabele buitenlandse politiek”,daarmee totalitarisme en zijn genocides producerend.’ Lindqvist ontdekt gaandeweg dat de ‘Europese vernietiging van de “inferieure rassen” van vier continenten de grond voorbereidde voor Hitlers vernietiging van zes miljoen joden in Europa […] Het Europese expansionisme, vergezeld als het was door een schaamteloze verdediging van het uitroeien, schiep manieren van denken en politieke precedenten die de weg baanden voor nieuwe wandaden, die uiteindelijk culmineerden in de gruwelijkste van alle: de Holocaust […] En toen hetgeen was gebeurd in het hart der duisternis werd herhaald in het hart van Europa, herkende niemand het. Niemand wilde toegeven wat iedereen wist. Overal in de wereld waar kennis wordt onderdrukt, kennis die als ze bekend zou worden gemaakt ons beeld van de wereld aan gruzelementen zou slaan en ons zou dwingen om onszelf ter discussie te stellen – daar wordt overal het Hart der Duisternis opgevoerd. U weet dat al. Net als ik. Het is geen kennis die ons ontbreekt. Wat gemist wordt is de moed om te begrijpen wat we weten
en daaruit conclusies te trekken.’
In het geval van NIOD-directeur Marjan Schwegman is sprake van niet alleen een gebrek aan 'moed om te begrijpen wat we weten,' maar ik vrees ook van een zekere mate van doortraptheid. Wat ze doet is namelijk het uitspelen van twee groepen tegen elkaar wanneer ze verklaart van oordeel te zijn 'dat de Amsterdamse burgemeester Eberhard van der Laan zelfs "het unieke karakter van de Tweede Wereldoorlog en de Holocaust ter discussie stelde" toen hij als integratieminister gelijktijdig moslims opriep om naar de Auschwitzherdenking te komen en joden vroeg zich te verdiepen in de vlucht van
Palestijnen bij de oprichting van Israël.'
Schwegman stelt dat het leed die de joodse Europeanen is aangedaan een 'absoluut unieke karakter' heeft en dat daarom het leed van de Palestijnen daarmee niet te vergelijken is. Het onderscheid maken in leed in absurd. Bovendien is de 'Holocaust' niet uniek, en al helemaal niet voor christelijke Europeanen zoals de genocide van tientallen miljoenen Indianen en Kongolezen aantoont. Een historica als Schwegman dient dit te weten. Het op die manier uitspelen van twee groepen mensen is dus moreel verwerpelijk, zeker nu dit gedaan wordt door een autoriteit die daar persoonlijk belang bij heeft, zoals mevrouw Schwegman. Er zijn veel meer Anne Frank's in de geschiedenis. Dat feit doet geen jota af van het leed dat de joden is aangedaan, niet alleen door de nazi's maar eeuwenlang ook door andere blanke Europeanen. De joden hebben net zo geleden onder de Europese cultuur als, ik noem maar eens een groep, de gekleurde inwoners van 'Ons Indie,' die zelfs nog na 1945 het Hollandse koloniale geweld over zich heen kregen, een terreur die, zo maak ik uit Schwegman's eigen woorden op, nog steeds niet 'volledig' door Nederlandse historici en journalisten is onderzocht, kennelijk omdat dit in tegenstelling tot het onderzoek naar de 'Holocaust' niet belangrijk genoeg gevonden werd door onder andere Schwegman's NIOD. Het zou toe te juichen zijn als zij antwoord geeft op de vraag: waarom eigenlijk niet? Misschien dat het NIOD, zo naarstig op zoek naar werkgelegenheid, dat eens wetenschappelijk onderzoekt.
1 opmerking:
Een doordacht en vooral terecht betoog van de Belgische historicus Gie van den Berghe: Herdenken als wegkijken
(Gepubliceerd in De Standaard van 21 maart 2005)
Een reactie posten