maandag 1 februari 2010

De Nuance van de NRC 165

In de NRC van afgelopen zaterdag berichtte 'onze correspondent Floris van Straaten' op de voorpagina in een artikel over Tony Blair terloops over een 'oorlog, die volgens voorzichtige schattingen 100.000 mensen het leven heeft gekost.'

Dat is een interessante mededeling om verschillende redenen. Allereerst: '100.000 doden'? Precies 100.000? Geen 200.000, of 300.000 of 700.000? Want ook die cijfers zijn 'voorzichtige schattingen.' Nee, precies '100.000', volgens 'onze correspondent'. Hoe komt Floris aan dit getal? Waarom juist '100.000'? Ik weet het niet, maar de enige reden die ik kan bedenken is dat het zo'n mooi laag rond getal is. Er zijn namelijk geen andere feitelijke redenen. Omdat de Amerikanen weigeren het aantal Irakese doden en gewonden te tellen, zoals generaal Tommy Franks destijds liet weten 'We don't do body counts', gokt de website 'Iraqi Body Count' op dit moment het aantal op tussen de 95,158 en 103, 819 doden, van wie 4,693 Amerikaanse militairen zijn, en 1,611 buitenlandse soldaten. Waarom neemt Floris van Straaten deze bron als betrouwbare bron en niet enig andere instelling, zoals bijvoorbeeld Just Foreign Policy die het aantal Irakse doden als gevolg van de inval en de bezetting op dit moment schat op 1, 366, 350, een aantal dat 13 keer hoger is dan de schatting die de NRC-correspondent hanteert? Van Straaten had ook het aantal van 655,000 dode Irakese burgers kunnen noemen, het getal dat Gilbert Burnham van de Johns Hopkins Universiteit en de alom gerespecteerde epidemioloog Les Robert in 2006 gaven. Hun methodology werd door de gehele pers en alle politici blind geaccepteerd toen men in 2000 het aantal doden in Kongo schatte op meer dan 3 miljoen als gevolg van oorlog en hongersnood. Bovendien wordt deze methodology door deskundigen geprezen als de beste methode om het werkelijke aantal doden te achterhalen. Niet voor niets publiceerde het meest vooraanstaande medische tijdschrift in de wereld The Lancet deze cijfers.

Dit alles in tegenstelling tot het aantal van '100.000' van de Iraqi Body Count, een particuliere instelling, opgericht door een Britse hoogleraar in de muziekpsychology, die geen enkele wetenschappelijke methode gebruikt, en wiens werk niet door deskundigen wordt gecheckt. Hij telt alleen de door de westerse media gerapporteerde doden. In 2006 schreef de bureauchef van een van de drie westerse persagentschappen over de werkwijze van de Iraq Body Count: 'Iraq Body Count is I think a very misleading excercise. We know that we did not report anything like all the deaths we were aware of... we are also well aware that we are not aware of many deaths on any given day.' En in 2007 verklaarde James Forsyth, online editor voor de Business en de Spectator in de Guardian: 'Iraq is the most difficult conflict in any of our lifetimes to report... Much normal reporting is simply impossible.' Desondanks gebruikt de NRC-correspondent de schattingen van de Iraq Body Count en niet het wetenschappelijk gecontroleerde aantal van 655,000 uit 2006, een aantal dat volgens sommige schattingen inmiddels verdubbeld is.

Waarom gebruikt Floris van Straaten een schatting die 13 maal lager is dan de hoogste schatting? Een van de redenen die meespeelt is naar alle waarschijnlijkheid het feit dat de NRC zich medeschuldig heeft gemaakt aan deze slachtpartij toen de krant op de dag van de illegale inval, 20 maart 2003, in een redactioneel commentaar het volgende advies gaf: 'Nu de oorlog is begonnen, moeten president Bush en premier Blair worden gesteund. Die steun kan niet blijven steken in verbale vrijblijvendheid. Dat betekent dus politieke steun - en als het moet ook militaire.'

De illegale inval die vanaf die dag door de NRC werd gesteund heeft ertoe geleid dat op dit moment volgens de hoogste schatting meer dan 1,3 miljoen Irakese burgers om het leven zijn gekomen, meer dan 2,5 miljoen Irakese burgers naar het buitenland zijn gevlucht, en Irak is veranderd in etnisch gezuiverde regio's waar de chaos totaal is. Dit zijn feiten die op de achtergrond meespelen. The New York Times en de Washington Post hebben hun lezers excuses aangeboden voor de tendentieuze berichtgeving over Irak, de NRC nooit, en zal dat ook nooit doen uit angst dat daarmee bekend wordt hoe onevenwichtig hun berichtgeving is. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de NRC zulke lage cijfers hanteert, hoe hoger het aantal doden in Irak des te duidelijker het wordt hoe schandalig het advies van de NRC is geweest.

Terugkomend op Van Straaten's bewering over een 'oorlog, die volgens voorzichtige schattingen 100.000 mensen het leven heeft gekost.' Is hier nu sprake van een oorlog? Ik bedoel wat voor een taalgebruik is dit: 'oorlog'? Het is geen 'oorlog', het is geweld van de grootste militaire macht in de geschiedenis der mensheid tegen een bevolking die na 13 jaar boycot en decennialang geweld volledig weerloos was toen onder aanvoering van de VS de illegale inval begon. Dat blijkt ook uit de cijfers. Meer dan een miljoen Irakese burgers is om het leven gekomen tegenover 'slechts' 4,693 en 1,611 buitenlandse militairen, dat is ongeveer een half procent van het aantal Irakese burgerdoden. Kan men zoiets met fatsoen een 'oorlog' noemen? Nee, natuurlijk, dat is een bloedbad, en het begrip 'oorlog' rechtvaardigt deze massaslachting geenszins.

Nu de vraag: was er meer dan 1 miljoen Joden in Israel om het leven gekomen door geweld van buitenaf, had de NRC dan gesproken van een 'oorlog'? Nee, geen denken aan. Dan had de krant terecht geschreven hoe tragisch de dood van al die burgers was geweest. Hoe er sprake was van een genocide. Maar in het geval van Arabische burgers wordt de laagste schatting terloops genoemd, alsof het een te verwaarlozen detail is, en wordt er niet van genocide gesproken. Dode Arabische burgers vallen kennelijk onder het zieke eufemisme 'collateral damage'. En het zal zeker niet leiden tot excuses van de krant voor het advies om deze slachting met 'politieke steun - en als het moet ook militaire' mogelijk te maken. Het was overigens dezelfde NRC die in 2003 een kritische petitie over Irak weigerde te publiceren. De petitie was ondertekend door volkenrechtexperts, onder wie Karel Wellens, de toenmalige voorzitter van de Commissie van Advies inzake Volkenrechtelijke Vraagstukken (CAVV). De petitie onderstreepte dat „er geen volkenrechtelijke rechtvaardiging was te bedenken voor de inval in Irak.”

Zie: http://www.justforeignpolicy.org/iraq

2 opmerkingen:

AdR zei

Biafra. Oost-Timor. Cambodja. Indonesië 1965-66. Soedan. Algerije 1955-1962. Kenia.

De lijst is willekeurig en lang niet volledig.
De post-WOII holocaust.
Om met John Pilger te spreken: it did not happen.
De slachtoffers doen er namelijk niet toe voor de metropolen. Marchanderen over het aantal slachtoffers in Irak kan gerust.

En het erge is: het getal honderdduizend wordt plotseling een quantité négligeable. Ach, "maar" honderdduizend.
HeE aantal mensen dat zou verdrinken als plotseling de Haarlemmermeer overstroomt in een vloedgolf.
Schouderophalen?

Anoniem zei

Goed stuk,Stan, en wat een grof schandaal van de NRC. Wat een minachting voor het Nederlandse standpunt van het CAVV. En wat een goedkope motivatie om hun petitie niet te plaatsen. Ook hun latere antwoord dat men wel een KORT BERICHT had kunnen plaatsen n.a.v. het Nederlandse steunpunt van het CAVV is bij de beesten af. HOE BELANGRIJK IS DIT!!. Je laat duidelijk zien waar de belangen liggen van het NRC, Stan en hoeveel kritische petities men had geplaatst als de getroffen bevolking een andere samenstelling had.

anzi