dinsdag 28 april 2009

Heleen Mees van de NRC 6

Nadat Friedrich Nietzsche in de negentiende eeuw God dood had verklaard, schreef hij in een brief aan zijn vriend Overbeck: 'Es wird einmal an meinen Namen die Erinnerung an etwas Ungeheueres anknupfen, - an eine Krisis, wie es keine auf Erden gab, an die tiefste Gewissens-Collision, an einde Entscheidung, heraufbeschworen gegen Alles, was bis dahin geglaubt, gefordert, geheiligt worden war.' En toen de westerse wereld op het punt stond massaal ontheiligd te worden, stelde de filosoof het volgende: 'Mir besteht mein Leben jetzt in dem Wunsche dass es mit allen Dingen anders gehen moge, als ich sie begreife; und dass mir jemand meine "Wahrheiten" unglaubwurdig machen.' En wel omdat door de doodverklaring van God het nihilisme zijn intrede deed: 'der unheimlichste aller Gaeste.'

Dat nihilisme heeft een naam: ‘de vrije markt’, waarbij alles een prijs heeft, maar niets meer een waarde. En dat feit heeft een doorslaggevende invloed op het karakter van de moderne mens, de consument.

Van Nietzsche tot Erich Fromm en Richard Sennet in zijn studie The Corrosion of Character, the personal consequences of work in the new capitalism hebben westerse intellectuelen zich bezig gehouden met het feit dat de moderniteit dwingt to conformiteit. Een massamaatschappij kan alleen bestaan dankzij de ‘flexibiliteit’ en 'mobiliteit' van de massamens, waarbij iedereen onmiddellijk van identiteit en rol kan wisselen. Een simpel voorbeeld is Hirsi Magan/Ali, die van persoonlijkheid en naam wisselde zoals een kameleon van kleur. Tijdens een bijeenkomst in de Rode Hoed verklaarde ze: ‘In 1989 vond ik de fatwa tegen Salman Rushdie nog vanzelfsprekend. Ik was ook een radicaal,’ om nog geen tien jaar later 180 graden te draaien en ineens te verkondigen: ‘Ik ben een extremistische aanhanger van de vrijheid van meningsuiting,’ een extremist die meende dat er in Nederland een 'recht op kwetsen' bestond.

Een ander voorbeeld van iemand die van naam en en naar alle waarschijnlijkheid ook van persoonlijkheid wisselde, is Heleen Mees, als ‘zelfstandig ondernemer’ columniste van de NRC. In Trouw verklaarde ze: ‘Ik ging – weliswaar op aanraden van een ander – naar Amerika en ben daar, ook toen het tegenzat, gebleven omdat ik ergens zeker wist dat ik het dáár moest vinden. Dat is wat mij gaande houdt: waar kan ik nog dingen vinden? Voor mezelf, ja, niet per se om de mensheid verder te helpen.’ Wie was die ander die haar adviseerde naar elders te vertrekken? En waarom deed hij dat? In een interview met Mind Magazine, Psychologie voor een leuker leven zegt ze:

‘Ik moet weer een sprong maken. Ik heb nu nog het gevoel dat ik nergens goed in ben. Misschien wordt het een proefschrift of zoiets. Er is een gevoel van: er moet nog meer komen.Dat is toch de gouden graal. Beter denken, beter schrijven. Dat virus besmet je als je naar Amerika gaat. Alhoewel, misschien had ik het daarvoor ook al. Waarschijnlijk heeft mijn geliefde destijds daarom tegen me gezegd dat ik in Amerika thuishoor.’ Waarschijnlijk. Zeker weten doet ze het niet. Misschien wilde hij haar wel zover mogelijk van zich af hebben en was hij bang gestalkt te worden. Wie zal het zeggen? Hoe dan ook, ze noemt hem nog steeds ‘mijn geliefde’. Ze heeft nog steeds geen afstand van hem kunnen nemen. Ze heeft zich nog steeds niet losgemaakt van hem. Het trauma is zes jaar nadat hij haar verlaten heeft nog niet verwerkt.

In een interview met Trouw zegt Mees: ‘Laatst was ik met een vriendin naar Brussel. Ze heeft twee leuke kinderen, een Porsche, een mooi huis, een goede baan, een werkende man, een stralende lach, lange blonde haren en alle vrijheid van de wereld. Ik weet niet precies waar ik jaloers op ben, misschien is het zelfs geen jaloezie, maar ik probeer me wel eens voor te stellen hoe mijn leven was verlopen als mijn geliefde me niet had verlaten. Toen het mij zakelijk tegenzat in Amerika, heeft hij voorgesteld om terug te komen naar Nederland. Heb ik niet gedaan. Spijt? Nee, hoor. Dan had ik nu misschien met zijn kind op een of andere vinexlocatie gewoond. Was ik dan gelukkig geweest? Ik weet het niet. Ik ben nog steeds niet helemaal over die breuk heen. Hij is toch de man die bij mij de luiken heeft opengezet. Hij reikte me ideeën aan, hij bracht me op andere gedachten. Hij was ook degene die dacht dat ik in New York goed zou gedijen. Dát heeft hij in ieder geval wel goed gezien. Soms denk ik: hoe kan hij nou niet meer van mij houden? In die vraag ligt het antwoord eigenlijk al besloten: natuurlijk houdt hij nog van mij.’ Het is een vorm van gekte, ze kan niet accepteren dat hij weg is en dus 'houdt hij [natuurlijk] nog van mij.' Dat kan niet anders, dat mag niet anders. Zonder zijn liefde kan zij niet leven en toch, hij is er niet meer. Tegenover Trouw merkte ze op:

'In 2003, het jaar waarin mijn vader overleed, heb ik niet zozeer een contemplatief als wel een vegetatief bestaan geleid. Een jaar eerder was ik mijn baan in New York kwijtgeraakt, toen mijn geliefde en ten slotte ook nog mijn huis. Mijn annus horribilis. Er kwam niets meer uit mijn handen, het enige wat ik deed was huilen. Het kostte me best veel tijd om mijn leven daarna weer op te bouwen. Op een dag schreef ik het verhaal dat een doorbraak voor mij zou betekenen (’Vrouwen zouden nu eindelijk écht eens aan het werk moeten gaan’, gepubliceerd op de opiniepagina van NRC Handelsblad, 2006, AV) en vanaf dat moment is alles beter gegaan. Dat ik nu van die gemene stukken kan schrijven, heb ik aan die periode te danken. Het is geen boosheid, geen wraak – ik strijd niet voor de vrouwenzaak omdat mijn geliefde bij me weg is gegaan – maar het is wel zo dat het helpt als je bepaalde dingen ook werkelijk hebt gevoeld, doorleefd. Ik wist het toen ik mijn verhaal schreef: dit zal mijn leven veranderen. Ieder woord viel op zijn plaats. Ik wás al geëngageerd, ik wás al gedreven. Ik had alleen nog een cause nodig.”

Et voila, ze 'had alleen nog een cause nodig' en toen ze die had gevonden, kon ze haar gebroken identiteit weer opbouwen. Die 'cause' was in concreto het volgende: ‘Feminisme is geen keuze, het is een opdracht aan iedere vrouw.’ En: ‘Ik ga die “deeltijd-vrouwen” eens als volwassen mensen aanspreken.’ En: ‘Stop met borstvoeding'. En: 'Niet alleen is het ergerlijk dat vrouwen gemakshalve tot melkvee worden gereduceerd, een babysabbatical schaadt ook het belang van kinderen.’

Nu ze zelf geen levenspartner meer heeft en geen kinderen terwijl ze volgens eigen zeggen "Het liefst zou trouwen en kinderen krijgen" is haar boodschap aan alle andere vrouwen die wel een levenspartner en kinderen hebben dat ‘feminisme een opdracht aan iedere vrouw is’, met andere woorden: de vrouw moet ‘eindelijk eens echt aan het werk gaan’, dat wil zeggen: ga full-time werken en hou op met borstvoeding en de opvoeding van kinderen, want dat is een inferieure bezigheid! En zo dwingt de moderniteit haar tot een schizofrene levenshouding. Er is niet een Heleen Mees, er zijn er twee, die permanent met elkaar overhoop liggen.’Ik ben waar ik wil zijn en wat ik wil zijn. Nu nog met wie!’, verklaarde ze tegenover het glossy Mind Magazine. Bij een jeugdfoto is haar commentaar: 'Je ziet het niet, maar hier heb ik, middelbare scholier inmiddels, een pastelkleurig truitje aan. En toch was ik beslist geen kakker!' Hengelo, jaren tachtig. New York, ruim 20 jaar later, en nog steeds is ze bezig met haar uiterlijk, haar voorkomen, haar imago, haar identiteit, haar status. Onzekerheid. Iemand die zichzelf nog steeds niet heeft gevonden. En toch -- of beter nog: juist daarom -- wil ze de anderen vertellen hoe te leven. Als ik het niet heb, zullen anderen het ook niet hebben. Volgend keer meer over de postmoderne power feministe.

2 opmerkingen:

Anoniem zei

Daar ben je klaar mee met zulke dames! Moet er regelmatig mee omgaan en daar wordt je niet vrolijk van! Erg vervelende en onplezierige mensen!
Maar goed, op naar het volgende hoofdstuk!

P.s Geweldige illustraties, Stan!

anzi

Anoniem zei

Beste Stan,

Goethe met zijn Faust vind ik ook een hele sterke in deze context. Feitelijk heeft mevrouw Mees haar ziel verkocht in ruil voor macht/geld. Met haar natuurlijk vele anderen: politici, bankiers en noem maar op. Het gaat er niet meer om een positieve bijdrage aan de wereld te hebben maar om er zoveel mogelijk voor jezelf uit te halen. Ten koste van natuurlijk de armen en anderen die zich niet kunnen verweren. Kinderen sterven feitelijk om het luxe leventje van deze dames en heren mogelijk te maken. Het lot dat dit volk te wachten staat is vanzelf niet gering: dat is de hel.

Succes, Ben

Alleen Extremistische Joden worden Uitgenodigd door premier Schoof

  Joodse organisaties opnieuw uitgesloten van overleg over antisemitisme Onder meer Een Ander Joods Geluid, Erev Rav, gate 48 en The Rights ...