Het afgelopen weekeinde interviewde ik in Oslo de Amerikaanse voormalige diplomaat Peter W. Galbraith, de zoon van de grote econoom, en auteur van het ook in het Nederlands vertaalde boek The End of Iraq. How American Incompetence Created A War Without End, een haarscherpe annalyse van het failliet van de Amerikaanse politiek in Irak. Het interview met hem en een lezing die hij naderhand hield in The Norwegian Centre for Holocaust and Genocide Studies kunt u hier beluisteren onder de rubriek interviews: http://webdisk.planet.nl/houck006/default.aspx
Hier een bespreking van de Nederlandse vertaling van het boek:
'Irak afgeschreven.
Het einde van Irak. Hoe Amerikaanse incompetentie een oorlog zonder einde teweegbracht door Peter W. Galbraith
Het einde van Irak. Hoe Amerikaanse incompetentie een oorlog zonder einde teweegbracht door Peter W. Galbraith
De lezers van MO* zullen niet opkijken van de ondertitel die het boek van Peter Galbraith meekreeg: Hoe Amerikaanse incompetentie een oorlog zonder einde teweegbracht.
De eigenlijke titel -Het einde van Irak- verrast des te meer. Natuurlijk weten we dankzij Jef Lambrecht dat het geweld in Irak in toenemende mate communautair geweld geworden is. Iedereen -behalve de Koerden, betoogt Galbraith- is tegen de Amerikaanse bezetting, maar de echte vijanden zijn steeds vaker vroegere landgenoten. De machtsstrijd tussen soennieten en sjiieten wordt nog vaak voorgesteld als een conflict dat Irak op de rand van de burgeroorlog brengt.
Nonsens, zegt Galbraith: die burgeroorlog is al lang en breed aan de gang. En wat meer is: elke Iraakse regering of buitenlandse macht die de feitelijke onafhankelijkheid van de Koerden zou proberen terugschroeven, krijgt gegarandeerd te maken met nog veel meer geweld. Galbraith schrijft zijn boek vanuit een langdurige en diepgaande betrokkenheid bij het lot van de Iraakse Koerden.
Zijn engagement gaat terug tot de tijd van de oorlog tussen Irak en Iran in de jaren tachtig, hij heeft zich ook tijdens en na de eerste Golfoorlog tegen Saddam Hoessein ingezet om de Koerdische zaak te bepleiten en hij is ook vandaag nog op de eerste plaats een advocaat voor het recht van de Koerden op eigen bestuur. Dat maakt Het einde van Irak tegelijk subjectief en menselijk, maar niet minder analytisch en onderbouwd. Galbraith is tenslotte iemand die midden de politieke discussies en besluitvorming gezeten heeft en dus wéét dat de regering Bush in volle oorlogsvoorbereiding nauwelijks wist of begreep dat de recente Iraakse geschiedenis het verschil tussen soennieten en sjiieten explosief gemaakt had.
Dat betekent ook dat Washington niet voorzien had dat de inval in Irak tot een grotere regionale rol voor aartsvijand Iran zou leiden. 'Door hun inval in Irak en hun verkeerde aanpak van de nasleep van de oorlog hebben de Verenigde Staten de ineenstorting van Irak als eenheidsstaat versneld, maar niet veroorzaakt', schrijft Galbraith. De auteur argumenteert overtuigend dat Irak zoals we het kennen een Britse constructie was van na het ineenstorten van het Ottomaanse rijk, en dat die constructie onherroepelijk voorbij is. Pleidooien voor een unitaire en seculiere staat komen volgens hem te laat.
Het einde van Irak. Hoe Amerikaanse incompetentie een oorlog zonder einde teweegbracht door Peter W. Galbraith is uitgegeven door De Bezige Bij. 300 blzn. ISBN 90-234-2073-X'
De eigenlijke titel -Het einde van Irak- verrast des te meer. Natuurlijk weten we dankzij Jef Lambrecht dat het geweld in Irak in toenemende mate communautair geweld geworden is. Iedereen -behalve de Koerden, betoogt Galbraith- is tegen de Amerikaanse bezetting, maar de echte vijanden zijn steeds vaker vroegere landgenoten. De machtsstrijd tussen soennieten en sjiieten wordt nog vaak voorgesteld als een conflict dat Irak op de rand van de burgeroorlog brengt.
Nonsens, zegt Galbraith: die burgeroorlog is al lang en breed aan de gang. En wat meer is: elke Iraakse regering of buitenlandse macht die de feitelijke onafhankelijkheid van de Koerden zou proberen terugschroeven, krijgt gegarandeerd te maken met nog veel meer geweld. Galbraith schrijft zijn boek vanuit een langdurige en diepgaande betrokkenheid bij het lot van de Iraakse Koerden.
Zijn engagement gaat terug tot de tijd van de oorlog tussen Irak en Iran in de jaren tachtig, hij heeft zich ook tijdens en na de eerste Golfoorlog tegen Saddam Hoessein ingezet om de Koerdische zaak te bepleiten en hij is ook vandaag nog op de eerste plaats een advocaat voor het recht van de Koerden op eigen bestuur. Dat maakt Het einde van Irak tegelijk subjectief en menselijk, maar niet minder analytisch en onderbouwd. Galbraith is tenslotte iemand die midden de politieke discussies en besluitvorming gezeten heeft en dus wéét dat de regering Bush in volle oorlogsvoorbereiding nauwelijks wist of begreep dat de recente Iraakse geschiedenis het verschil tussen soennieten en sjiieten explosief gemaakt had.
Dat betekent ook dat Washington niet voorzien had dat de inval in Irak tot een grotere regionale rol voor aartsvijand Iran zou leiden. 'Door hun inval in Irak en hun verkeerde aanpak van de nasleep van de oorlog hebben de Verenigde Staten de ineenstorting van Irak als eenheidsstaat versneld, maar niet veroorzaakt', schrijft Galbraith. De auteur argumenteert overtuigend dat Irak zoals we het kennen een Britse constructie was van na het ineenstorten van het Ottomaanse rijk, en dat die constructie onherroepelijk voorbij is. Pleidooien voor een unitaire en seculiere staat komen volgens hem te laat.
Het einde van Irak. Hoe Amerikaanse incompetentie een oorlog zonder einde teweegbracht door Peter W. Galbraith is uitgegeven door De Bezige Bij. 300 blzn. ISBN 90-234-2073-X'
Geen opmerkingen:
Een reactie posten