Vicepremier Lodewijk Asscher: 'Ik ben heel dankbaar dat ik me in mijn werk kan inzetten voor de samenleving waarin ik heilig geloof.'
Marx’s once scandalous thesis that governments are simple business agents for international capital is today an obvious fact on which ‘liberals’ and ‘socialists’ agree. Jacques Rancière, Dis-agreement (1999)
Feiten, zoals die op 4 december 2014 in de Daily Show van Jon Stewart te horen waren:
Feiten, zoals die op 4 december 2014 in de Daily Show van Jon Stewart te horen waren:
The United States incarcerates percentagewise more Afro-Americans than Apartheid-South Africa did.
The race-gap in wealth in the United States between the medium white family and the medium black family is right now eighteenfold. That is again greater than the black-white wealth gap was than in Apartheid-South Africa.
Naar aanleiding van deze feiten reageerde de zwarte Zuid Afrikaanse humorist Trevor Noah met de opmerking:
Here is het amazing part: for South Africa to achieve this black-white wealth gap we had to construct an entire Apartheid State, denying blacks the right to vote or own property. But you, you did it, without even trying.
Meer feiten over de machtigste 'democratie':
Wealth inequality in the United States (also known as the wealth gap) refers to the unequal distribution of assets among residents of the United States. Wealth includes the values of homes, automobiles, personal valuables, businesses, savings, and investments. Just prior to President Obama's 2014 State of the Union Address, media reported that the top wealthiest 1% possess 40% of the nation’s wealth; the bottom 80% own 7%; similarly, but later, the media reported, the 'richest 1 percent in the United States now own more wealth than the bottom 90 percent.' The gap between the top 10% and the middle class is over 1,000%; that increases another 1000% for the top 1%. The average employee 'needs to work more than a month to earn what the CEO earns in one hour.' Although different from income inequality, the two are related. In Inequality for All—a 2013 documentary with Robert Reich in which he argued that income inequality is the defining issue for the United States—Reich states that 95% of economic gains went to the top 1% net worth (HNWI) since 2009 when the recovery allegedly started.
Aan de hand van de feiten dient een journalist de geloofwaardigheid van westerse autoriteiten en hun woordvoerders te toetsen, zeker wanneer de westerse borstklopperij over 'democratie' en 'mensenrechten' en 'beschaving' opnieuw aanzwelt, of wanneer bijvoorbeeld de populaire opiniemaker Geert Mak verkondigt dat de
kracht van onze westerse samenleving onze democratie [is], onze variatie in ideeën, onze tolerantie, onze openheid tegenover andere culturen.
Nu de taal gecorrumpeerd is geraakt, dient de journalist allereerst de taal te zuiveren. Wanneer een PVDA-minister als Lodewijk Asscher laat weten 'heel dankbaar' te zijn 'dat ik me in mijn werk kan inzetten voor de samenleving waarin ik heilig geloof,' dan moet de journalist door het boerenbedrog heen prikken, aangezien in die 'samenleving' de kloof tussen arm en rijk almaar groter wordt. De maatschappij waar de minister van Werkgelegenheid, die al jarenlang er niet in slaagt genoeg werk te creëren, zo'n 'heilig geloof' aan hecht, is de 'samenleving,' waarin de economische elite met miljarden aan staatssteun een kapitalistische werkelijkheid hebben gecreëerd, waarbij, volgens het neoliberale Britse tijdschrift The Economist,
de mogelijkheden van mensen ongelijk [zullen] blijven. In een wereld die economisch steeds meer gepolariseerd is, zullen velen hun kansen zien verminderen, terwijl hun salarissen worden afgeknepen.
Volgens de gezaghebbende Economist zijn in de toekomst
Veel van de banen die gevaar lopen voor mensen onderaan de maatschappelijke ladder, terwijl de vaardigheden die het minst kwetsbaar zijn voor automatisering (creativiteit, management) vaak het terrein zijn van hoger geplaatsten.
In het artikel, dat door nrc.next werd overgenomen, werd gesteld dat
boosheid over de toegenomen ongelijkheid zal groeien, maar politici zullen moeite hebben er iets aan te doen. De vooruitgang mijden zal net zo onzinnig blijken te zijn als protesteren tegen de gemechaniseerde weefgetouwen in 1810. Want elk land dat weigert mee te doen wordt ingehaald door landen die de nieuwe technologie omarmen. En de mogelijkheden om de rijken te straffen met hoge belastingen zullen beperkt zijn, omdat kapitaal en hooggeschoolde arbeidskrachten dan doodleuk naar een ander land verhuizen.
Desondanks verzuimden de twee interviewers van Het Parool de neoliberale minister Asscher te vragen waarom hij zo'n 'heilig geloof' heeft in een dergelijke onrechtvaardige samenleving. Vooral ook omdat hij in het 'vraaggesprek' opmerkt dat
Je wilt dat kinderen opgroeien in het besef dat hun identiteit iets moois is. Iets wat je associeert met lekker eten tijdens feestdagen, vrolijke familiebijeenkomsten en mysterieuze dingen die misschien iets te maken hebben met een geloof.
Hierbij moet worden vermeld dat ik Lodewijk Asscher's woorden bewust uit hun context haal. Zijn opmerking slaat namelijk alleen op orthodox-joodse kinderen die vanwege hun keppeltje lastig kunnen worden gevallen door dwazen die menen dat onschuldige kinderen de oorzaak zijn van het leed in de wereld. Maar in wezen zou Asscher's verlangen naar een eigen 'identiteit' voor kinderen gebaseerd moet zijn op een universeel uitgangspunt. Het zou ook moeten gelden voor alle arme en vervolgde kinderen die het slachtoffer zijn van het geglobaliseerde neoliberalisme dat het mogelijk heeft gemaakt dat
JUST 1 PERCENT OF THE WORLD'S POPULATION CONTROLS NEARLY HALF OF THE PLANET'S WEALTH, ACCORDING TO A NEW STUDY PUBLISHED BY OXFAM AHEAD OF THE WORLD ECONOMIC FORUM'S ANNUAL MEETING.
Leed is niet alleen het product van racisme, etnische en andere vormen van discriminatie, antisemitisme, anti-islam, enzovoorts, maar ook van economische uitsluiting, repressie, uitbuiting etcetera. Het is daarom ook verwerpelijk dat de neoliberale Lodewijk Asscher zich beperkt tot joodse kinderen. Al enige tijd gebruikt de neoliberale vicepremier de spanningen met de islamtische wereld om zijn gebrek aan een politieke identiteit te verdoezelen. Zijn politiek van de angst 'is gericht op de bescherming tegen mogelijke slachtoffering of ongewenste intimidatie,' zoals de filosoof Slavoj Žižek in zijn boek Geweld (2009) duidelijk maakt. Als minister Asscher daadwerkelijk zou opkomen voor het lot van 'kinderen,' dan zou hij zich publiekelijk hebben gedistantieerd van de Israelische terreur in Gaza, waarbij vorig jaar zomer meer dan 500 Palestijnse 'kinderen' werden vermoord door de zionistische strijdkrachten die, volgens eigen zeggen, een strategie van 'buitensporig geweld' bewust uitvoerden, zonder dat het VVD/PVDA kabinet strafmaatregelen hiertegen voorstelde, laat staan uitvoerde. Dat vicepremier Asscher zich nu beperkt tot 'joodse kinderen' is afkeurenswaardig, omdat het zijn geloofwaardigheid als politicus nog verder ondermijnt, vooral bij de groepen die hij claimt te willen bereiken.
Op de bewering van Het Parool dat 'Met de aanslagen in Parijs de vraag [op]doemt of er nog plaats is voor Joden in Europa' antwoordt de vicepremier Asscher met de woorden: 'Bij zo'n afschuwelijke gedachte valt het stil in mijn hoofd.' Men hoeft geenszins joods te zijn, om bij die 'gedachte' alleen al 'stil' in het hoofd te worden. De bijdrage van de joodse Europeanen aan de westerse cultuur is onmeetbaar. Afgezien daarvan, moet niemand zich gedwongen voelen om uit het Avondland te vluchten. Dit is zo vanzelfsprekend dat het niet eens verwoord zou hoeven te worden. Wat dat betreft heeft minister Asscher volkomen gelijk. De vraag is echter waarom juist dezelfde minister Asscher zich niet kan verplaatsen in de positie van Palestijnse kinderen die slachtoffer zijn van de terreur van de 'Joodse staat.' Islamitische jongeren in Nederland identificeren zich wel met het leed van hun Palestijnse geloofsgenoten, en met dit feit heeft een vicepremier rekening te houden. Een beroep doen op de eigen joodse achtergrond schept verplichtingen, zeker wanneer iemand als hij het recht op terugkeer bezit, een recht dat vele joodse westerlingen bezitten, en dat de belangrijkste reden was voor de zionisten om in 1947/'48 met grootscheepse terreur en geweld naar schatting 750.000 Palestijnse burgers uit hun land te verdrijven, driekwart van de totale autochtone bevolking. De etnische zuivering van wat nu Israel heet is nog steeds in strijd met het internationaal recht. Door de Palestijnse exodus heeft de getroffen bevolking bovendien werkelijk alles verloren, hun land, hun huizen, hun vee, hun bibliotheken, hun kunst, hun banktegoeden, etcetera, zonder dat de Palestijnen daarvoor ooit werden gecompenseerd door Israel. En nog steeds blijft het zionistisch regime Palestijns gebied stelen, waardoor nu slechts zo'n 12 procent is over gebleven van al het land dat de Palestijnse bevolking in 1947 van de Verenigde Naties kreeg toegewezen. Dit alles wordt stilzwijgend geaccepteerd door de achtereenvolgende Nederlandse kabinetten. Sterker nog: ook Lodewijk Asscher steunt als vicepremier de Israelische terreur. En dit alles terwijl juist een politicus die zich beroept op zijn joodse achtergrond moet weten dat de zionistische vader des vaderlands, David Ben-Goerion, in 1937 aan zijn zoon schreef: 'We must expel Arabs and take their places,' en dat 67 jaar later de gezaghebbende Joods-Israelische historicus Benny Morris verklaarde:
Ben-Gurion was right... Without the uprooting of the Palestinians a Jewish state would not have arisen here.
De etnische zuivering van een groot deel van het oude Britse mandaatgebied is uitgebreid beschreven in gedegen historisch onderzoek van gerespecteerde Joods-Israelische historici als onder andere Simha Flapan, Ilan Pappe, Tom Segev, Avi Shlaim en Benny Morris. De gewelddadige verdrijving van de Palestijnse bevolking begon al in 1947, dus vóór de stichting van de staat Israel, een feit dat volgens Benny Morris:
is based on many documents... most of them from the Israel Defense Forces Archives. What the new material shows is that there were far more Israeli acts of massacre than I had previously thought. To my surprise, there were also many cases of rape. In the months of April-May 1948, units of the Haganah [the pre-state defense force that was the precursor of the IDF] were given operational orders that stated explicitly that they were to uproot the villagers, expel them and destroy the villages themselves.
En:
From April 1948, Ben-Gurion is projecting a message of transfer. There is no explicit order of his in writing, there is no orderly comprehensive policy, but there is an atmosphere of [population] transfer. The transfer idea is in the air. The entire leadership understands that this is the idea. The officer corps understands what is required of them. Under Ben-Gurion, a consensus of transfer is created... Ben-Gurion was a transferist. He understood that there could be no Jewish state with a large and hostile Arab minority in its midst. There would be no such state. It would not be able to exist.
Omdat de zionistische leiders wisten dat het verdrijven van een bevolking in strijd is met het internationaal recht gebruikten ze het woord 'transfer' als eufemisme voor etnische zuivering. Een fatsoenlijk mens zal denken dat de historicus Morris zou walgen van de meedogenloze zionistische politiek die de oorzaak is van het voortdurende geweld. Maar met schokkende eerlijkheid verklaarde hij vervolgens: 'I don't think that the expulsions of 1948 were war crimes. You can't make an omelet without breaking eggs. You have to dirty your hands.' Morris verklaarde naderhand zelfs:
Ik denk dat [Ben-Goerion] in 1948 een ernstige historische fout maakte. Hoewel hij het demografische vraagstuk begreep en de noodzaak van het vestigen van een joodse straat zonder een grote Arabische minderheid, werd hij tijdens de oorlog bang. Op het laatst aarzelde hij… Ik weet dat dit de Arabieren en de ruim-denkenden en de politiek correcte types verbijsterd. Maar mijn gevoel is dat deze plaats rustiger zou zijn en minder lijden zou kennen als de zaak eens en voor altijd opgelost was geweest… Als aan het eind van het liedje mistroostig blijkt te zijn voor de joden dan zal dit zijn omdat Ben Goerion de transfer in 1948 niet voltooide. Omdat hij een groot en veranderlijke demografische reserve op de Westbank en Gaza en binnen Israël zelf achterliet.
Op haar beurt schreef de grote joodse filosofe en zioniste van het eerste uur Hannah Arendt al in oktober 1945 in haar essay Het Zionisme Bij Nader Inzien:
Het eindresultaat van vijftig jaar zionistische politiek is belichaamd in de recente resolutie van de grootste en invloedrijkste afdeling van de Zionistische Wereldorganisatie. Tijdens de laatste jaarlijkse conventie in Atlantic City in oktober 1944 namen Amerikaanse zionisten van links tot rechts unaniem de eis aan voor een ‘vrije en democratische Joodse staat… [die] geheel Palestina zal omvatten, onverdeeld en onverminderd.’ Dit is een keerpunt in de zionistische geschiedenis, want het betekent dat het revisionistische programma, zo lang en bitter verworpen, uiteindelijk gewonnen heeft. De resolutie van Atlantic City gaat zelfs een stap verder dat het Biltmore Programma (1942), waarin de joodse minderheid minderheidsrechten had toegekend aan de Arabische meerderheid. Ditmaal werden de Arabieren simpelweg in de resolutie niet genoemd, wat hun duidelijk de keuze laat tussen vrijwillige emigratie of tweederangs burgerschap…
Deze doelen blijken nu volledig identiek te zijn aan die van de extremisten wat betreft de toekomstige politieke inrichting van Palestina. Het is de doodsklap voor die joodse groeperingen in Palestina zelf die onvermoeibaar hebben gepleit voor een vergelijk tussen de Arabische en de joodse bevolking. Anderzijds zal het de meerderheid onder het leiderschap van Ben-Goerion aanzienlijk versterken… Door de resolutie zo bot te verwoorden op een moment dat hun geschikt leek, hebben de zionisten voor een lange tijd iedere kans op onderhandelingen met de Arabieren verspeeld, want wat de zionisten ook mogen aanbieden, ze zullen niet vertrouwd worden. Dit zet op zijn beurt de deur wijd open voor een macht van buiten om de macht naar zich toe te trekken zonder de twee meest betrokken partijen te raadplegen. De zionisten hebben nu daadwerkelijk alles gedaan om een onoplosbaar ‘tragisch conflict’ te creëren, dat alleen kan worden beëindigd door het doorhakken van de Gordiaanse knoop. Het zou erg naïef zijn om te geloven dat het doorhakken van de knoop altijd in het voordeel van de joden zou uitpakken en ook is er geen enkele reden om aan te nemen dat het zou resulteren in een duurzame oplossing.
Hannah Arendt heeft gelijk gekregen. Hoe extremistisch de zionistische leiding al in een vroegtijdig stadium dacht, blijkt tevens uit het feit dat reeds in juni 1919 David Ben Goerion, de grondlegger van de 'Joodse staat' schreef:
Everybody sees a difficulty in the question of relations between Arabs and Jews. But not everybody sees that there is no solution to this question. No solution! There is a gulf, and nothing can bridge it… We, as a nation, want this country to be ours; the Arabs, as a nation, want this country to be theirs.
Al tenminste 29 jaar voor de stichting van Israel was de zionistische leiding er diep van doordrongen dat een 'Joodse staat' alleen mogelijk zou zijn door de massale etnische zuivering van Palestina, en dus verklaarde Ben Goerion tegenover zijn Joodse etnisch zuiveraars in 1949:
We must do everything to ensure they [the Palestinians] never do return... The old will die and the young will forget.
Dit laatste zei hij tegen beter weten in. Hij dacht de werkelijkheid te kunnen negeren, aangezien, in zijn woorden, 'What matters is not what the goyim say, but what the Jews do.' Op die manier zadelde hij de zionisten, de Palestijnen en de wereld op met de almaar voortdurende zionistische terreur, die logischerwijs verzet oproept. Niemand wil langdurig verdreven, onderdrukt en vervolgd worden. Dit is evenwel geen argument voor vicepremier Asscher om publiekelijk of achter de schermen op te roepen de 'Joodse staat' net zolang te boycotten tot het zich aan het internationaal recht houdt. Hij maakt een onacceptabel onderscheid tussen joodse slachtoffers en islamitische slachtoffers. Nogmaals, onacceptabel omdat hij vicepremier is van een multicultureel land. Als hij geloofwaardig wil zijn dan zal hij als politicus tevens het onrecht, dat mede in zijn naam wordt gepleegd, publiekelijk moeten bestrijden. Er moet een einde komen aan zijn steun aan het zionistisch onrecht. Zo niet, dan 'valt het stil' in de hoofden van de slachtoffers van vicepremier Asscher's 'Joodse staat,' en zal de contra-terreur gewoon doorgaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten