vrijdag 20 september 2013

De Mainstream Pers 22


Wellicht interessant voor je serie over DeNederlandse Mainstream Journalistiek(?):



Met vriendelijke groet,


Arnoud



vrijdag 20 september 2013

Dubbele moraal chemische oorlogsvoering: NAVO in Irak


Op 19 september 2013 verscheen bij de Britse mediawatchgroep MediaLens een analyse over de berichtgeving en het onderzoek naar de gevolgen van het gebruik van chemische wapens door de 'coalition of the willing' tijdens de Irakoorlog. Naast de dubbele standaard die gehanteerd wordt, is vooral het gebrek aan voldoende hulp voor de getroffen gebieden door het ontkennen van de begane wreedheden schrijnend.
Dubbele moraal chemische oorlogsvoering: NAVO in Irak
Amerikaanse tanks patrouilleren op 29 januari 2005 in de straten van Fallujah (foto US Navy Archives)

'Geen andere mogelijke verklaring' wordt 'geen sluitend bewijs'

In 2010 publiceerde MediaLens al een analyse van het gebrek aan berichtgeving over de catastrofale gevolgen van het gebruik van chemische wapens en verarmd uranium, het afval- of bijproduct van de nucleaire industrie, tijdens de oorlog in Irak. In de Iraakse stad Fallujah werden volgens studies beide wapens zowel in maart als november 2004 gebruikt.
De drastische verhoging van het aantal kindersterften, kankers en leukemiegevallen in Fallujah zou de gevolgen van het gebruik van de atoombommen op Hiroshima en Nagasaki in 1945 overtreffen. Vergelijkbare stijgingen werden ook vastgesteld in Mosul, Najaf, Basra, Hawijah, Nineveh en Bagdad.
Een nieuw rapport van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en het Iraakse ministerie van Volksgezondheid (MOH) was gepland om in november 2012 te verschijnen. De publicatie werd echter telkens uitgesteld zonder enige afdoende verklaring.
Ondertussen bracht de BBC in maart 2013 een verslag over aangeboren afwijkingen en kanker in Irak. BBC-reporter Yalda Hakim interviewde de Iraakse dokter Mushin Sabbak van de kraamkliniek in Basra. Hij verklaarde dat het gebruik van kwik, lood en uranium tijdens de oorlogsvoering verantwoordelijk is voor 60 procent van het aantal aangeboren afwijkingen sinds 2003 – het begin van de oorlog. “Wij hebben er geen andere verklaring voor”, ging hij verder.
Toen in mei 2013 nog steeds geen teken was van verschijnen van het rapport, deed een aantal volksgezondheidsdeskundigen – samen met een 50-tal anderen, onder wie Noam Chomsky - een oproep aan de WHO om het rapport onmiddellijk te publiceren. Daarnaast verzamelde dokter Samira Alaani, kinderarts in een ziekenhuis in Fallujah, bijna 50.000 handtekeningen via een petitie op Change.org.
Alaani: “Ik werk al sinds 1997 in Fallujah als kinderarts. In 2006 stelde ik vast dat er iets mis was. Ik besloot de gevallen nader te onderzoeken. Van elke 1000 levensvatbare geboorten zijn er vandaag 144 met een aangeboren afwijking. Volgens ons is dit te wijten aan de besmetting veroorzaakt door de gevechten in onze stad, nu ongeveer 10 jaar geleden."
"Fallujah is geen uniek geval; ziekenhuizen in het hele provincie al-Anbar en vele andere regio's in Irak kennen gelijkaardige stijgingen in het aantal geboorteafwijkingen. Elke dag zie ik de angst voor geboorteafwijkingen bij aanstaande moeders en hun families. De eerste vraag die ouders stellen, is niet “is het een jongen of een meisje”, maar “is het kindje gezond?”
In juli 2013 schreef een 50-tal medische experts en betrokken personen een tweede keer aan de WHO. Uiteindelijk publiceerde het MOH op 11 september 2013 toch een overzichtsrapport.
De WHO wordt weliswaar vermeld als medewerkende organisatie bij het rapport, maar ondertekende het opvallend genoeg niet – ondanks het feit dat de studie eerder was aangekondigd als een gezamenlijk project dat gefinancierd werd door zowel de WHO als het MOH.
Nog opmerkelijker is het feit dat in het rapport werd gesteld dat: “de studie geen sluitend bewijs bevat van een ongewoon hoog aantal aangeboren afwijkingen in Irak”.

Niet langer wetenschappelijk onderzoek, maar wel politiek

Voormalig raadsman bij de WHO, dokter Keith Baverstock, heeft zo zijnbedenkingen bij het overzichtsrapport. Hij vindt dat het rapport niet de onafhankelijke academische analyse biedt die vereist is – het zou bijvoorbeeld niet in een wetenschappelijk tijdschrift kunnen verschijnen.
Baverstock is immers van mening dat een rapport over de gevolgen van de oorlog voor de volksgezondheid een materie is die enkel door een werkelijk onafhankelijk uitgevoerde studie nagegaan kan worden, waarbij volledige transparantie moet gelden en het gebruikte statistische materiaal vrijgegeven dient te worden.
Volgens Denis Halliday, een voormalig adjunct secretaris-generaal bij de Verenigde Naties, vertoont de tragedie in Irak veel gelijkenissen met de gevolgen van het gebruik van chemische wapens tijdens de Vietnamoorlog. Ook daar heeft de VS nagelaten zijn verantwoordelijkheid te erkennen en voldoende medische bijstand te voorzien voor de duizenden misvormde kinderen als gevolg van het massale gebruik van Agent Orange door het Amerikaanse leger.
Er werden miljoenen liters van dit chemische spul, dat door onder meerDupont en Monsanto aan het Pentagon werd verkocht, gedumpt op het Vietnamese platteland.
Halliday: “Gezien de VS al meermaals naliet om verantwoordelijkheid op te nemen voor gruweldaden die tijdens oorlogsvoering werden begaan, vrees ik dat de moeders in Najaf en andere Iraakse steden en dorpen – aan wie nu wordt aangeraden geen kinderen meer te krijgen – nooit de nodige hulp zullen krijgen.”
Halliday besluit dat er nood is aan een hervorming van de structuur van de Verenigde Naties. De werking van de instellingen mag niet langer worden gecorrumpeerd door de vijf permanente leden van de VN-Veiligheidsraad.
De mainstream media hebben een traditie om de andere kant op te kijken wanneer het oorlogsmisdaden van het Westen betreft. Onderzoeken naar de gehanteerde methodologie en de eventuele politieke beïnvloeding in de studie van het MOH en de WHO moeten niet direct worden verwacht. 

Geen opmerkingen: