Mearsheimer is een intellectuele oplichter
„Weet je waar jij eens over moet schrijven? Over Mearsheimer. Die heeft het door. Altijd eerst naar de VS kijken”, aldus een advocaat en leeftijdgenoot die ik vorige maand op straat tegenkwam. John Mearsheimer, een 74-jarige politicoloog aan de Universiteit van Chicago, betoogt namelijk al sinds de annexatie van de Krim in 2014 dat het „dwaze” Westen schuldig is aan de oorlog in Oekraïne. En niet Poetin, een „eersteklas strateeg”, die er nooit op uit is geweest „gebied in het oosten van Oekraïne te veroveren”.
Mearsheimer is niet alleen voor deze advocaat een boegbeeld. Hij is dat ook in academische kring voor de zogeheten ‘realisten’. Realisten laten zich erop voorstaan dat ze vragen van oorlog en vrede nuchter analyseren, anders dan liberale ‘idealisten’ die zouden moraliseren.
Zoals een goeroe betaamt, hield Mearsheimer zijn koers onwankelmoedig vast. Ook nádat Rusland eind februari zijn frontale aanval op Oekraïne was begonnen. In een vraaggesprek met The New Yorker adviseerde hij Kyiv wederom om met het Westen te breken en zich aan „de Russen aan te passen”. Poetin was heus niet bezig een „groter Rusland te bouwen en niet geïnteresseerd in de verovering en integratie van Oekraïne”.
Mearsheimer had gesproken. Maar was de zaak ook afgedaan? Nee. In de negen maanden verliep immers alles anders dan de realistenpaus ex cathedra in Chicago had voorspeld. The New Yorker belde hem daarom in november weer op. Poetin had net vier Oekraïense provincies geannexeerd en gedreigd dit nieuwe Rusland met „alle beschikbare middelen” te verdedigen. Mearsheimer was niet onder de indruk van deze feiten. In het weekbladherhaalde hij dat „het verhaal dat Poetin agressief” is een „verzinsel” is van het Westen. Dat Kyiv zijn advies in de wind had geslagen, niet had „geaccommodeerd” maar juist terugvocht, is inderdaad raar, althans anders „dan de meeste mensen eerder hadden verwacht”.
Fraai is anders. Wat meer introspectie is wellicht te veel gevraagd van een goeroe, die alleen de hoofdlijnen volgt en op de keper beschouwd geen snars weet van Oekraïne en Rusland. De neiging om feiten, die de eigen voorspellingen logenstraffen, als „onverwachte verrassingen” terzijde te schuiven, is onder realisten in bredere kring gemeengoed.
Daarna wordt het interview echter smoezelig. Op de vraag waarom Poetin zelf bij de 300ste verjaardag van tsaar Peter de Grote erkende dat Rusland imperialistisch is, zegt Mearsheimer: „Er was voor de oorlog geen bewijs voor zijn imperiale ambities. [...] Er is geen bewijs dat hij vier provincies wilde bezetten.” Dat Poetin reeds een half jaar voor de invasie in een historiografisch artikel schreef dat Grootrussen (Rusland), Kleinrussen (Oekraïne) en Witrussen (Belarus) één taal en één geloof hebben, kortom „één volk” met één doel vormen, wuift hij weg. Hij beweert zelfs dat Poetin „in dat artikel heel duidelijk maakt dat hij het Oekraïense nationalisme erkende, dat hij erkende dat Oekraïne een soevereine staat was”. Het idee dat Poetin zou liegen, is ondenkbaar. Dat zou in de geschiedenis, op Hitler na, „ongekend” zijn, aldus Mearsheimer.
Hier nu speelt Mearsheimer openlijk vals. Want als Poetin in dat essay uit juli 2021 iets deed, dan was het de authenticiteit van Oekraïne juist ontkennen. De titel luidde niet voor niets ‘Over de historische eenheid van Russen en Oekraïners’. Poetin betoogde in het artikel zelfs dat Oekraïne historisch gezien niets meer is dan een westers „bruggenhoofd tegen Rusland”, een complot van respectievelijk Habsburgse Oostenrijkers, Polen, nazi’s en Amerikanen die Oekraïne inzetten als een project „anti-Moskou”.
Mearsheimer heeft zichzelf dit jaar ontmaskerd. Mearsheimer is een intellectuele oplichter.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten