|
12:21 (2 uur geleden)
| |||
‘Weet je, feitelijk kijk je altijd tegen de laatste restauratie aan,’ vatte de al wat oudere architect ons gesprek samen. We hadden het over wat behoud van cultuurgoed in originele vorm nog kan inhouden na eeuwen van onderhoud en herstel.
In de geest van welke geloofsbeleving restaureer je bijvoorbeeld een tempel; naar de beleving van een, twee eeuwen terug of van een nog eerder en vager begin?
Zo kijk je ook altijd tegen je eigen oordeel aan dat bij ontbreken van verdere nieuwsgierigheid vanzelf stolt tot een vooroordeel – totdat het weer ’ns wordt aangepast en hersteld.
Tijdens deze reis drong het langzaam tot me door dat mijn beeld van India voornamelijk stoelt op het middengebied. Op de droge vlakte tussen Delhi, Lucknow, Varanasi en Patna – zo ongeveer. En dat m'n oordelen uit de vorige eeuw stammen en daarbij vooral teren op de eerste indrukken uit de zeventiger jaren.
Niet alleen India was toen een stuk armer – ik ook. Wanneer elke roepie tèlt, is hassle op hassle haast onvermijdelijk. Het gedoe over eten, onderkomen, vervoer is dagelijks. Keer op keer krijg je nèt geen ruzie als je wéér tegen iets slimsluws aanloopt om wat paisa extra te vergaren – ongeacht of jij daardoor de rest van de dag voor niks in de weer bent, ziek wordt, of wat dan ook.
Niemand ontkwam aan het dagelijkse gehussel en zeker de buitenlander niet. Tegelijkertijd wist men wel dat bij een te hoog oplopende ruzie – meestal op een druk punt – je altijd nog met een kwinkslag de agressie kon doen omslaan in gegrinnik.
De kunst van het ruziemaken – only in India.
Wanneer land en cultuur zo absurd veelzijdig zijn, dan is het beeld dat je ervan hebt per definitie eenzijdig. India is naar mijn idee zonder twijfel het fascinerendste land ter wereld. Alles aan religies, filosofieën, kunst en cultuur ìs er – als het er niet altijd al was.
Toch was ik bij elk vertrek weer opgelucht. De gekmakende overblijfselen van een voormalig Brits bureaucratisch systeem, de vele geboden en verboden uit de communistische Indira Gandhi tijd, de corruptie die al op het postkantoor begon – het hield nooit op.
Niet dat men elkaars karma niet zag en begreep. Door de grote diversiteit aan talen, stammen en met name kastes was er echter weinig onderling vertrouwen. Althans in de steden, niet in kleine boerengemeenschappen.
Wat mijn oordeel met name uitbeitelde, was de arrogante toon en houding van de betere klassen (van midden tot boven). Niet dat ze na een handshake meteen hun handen gingen wassen, zoals tijdens de Britten, maar vaak spraken en gedroegen de bemiddelde heren en dames zich… alsof ze op een party stonden… arrogantie was het goede woord helemaal niet…. ik wist het niet beter te benoemen.
Totdat ik recentelijk het artikel These People van Sudha Koul toegestuurd kreeg. Het verwoordt precies dàt.
Pas na emigratie naar de Verenigde Staten realiseert de veertig jarige Sudha zich nog nooit een dag zonder personeel te hebben geleefd.
‘Thuis had iedereen een stuk of twee, drie bedienden; behalve de bedienden zelf dan.’
'Een niet-Indiër denkt misschien, gebaseerd op de manier waarop we omgaan met en praten over onze bedienden, dat wij denken dat die mensen kinderen van een mindere god zijn - een inferieur soort. Wat hun wellicht echt zal bezighouden, is hoe we desondanks hemelse wonderen van hen verwachten: eerlijkheid, loyaliteit, zelfbeheersing, voorspelbaarheid, onthouding, budgettering, tevredenheid, het ontbreken van wrok en afgunst.’
Het is deze vanzelfsprekendheid van personeel die in hun toon en houding resoneert en telkens met groot succes mijn nekhaartjes doet opstaan.
Geregeld verzekerden reizigers me dat de zuidpunt van het continent heel anders is.
Dat moest ik beslist nog eens bezoeken – voordat Ais me met pensioen stuurt.
Natuurlijk hadden ze gelijk. Waar ik niet zo bij stilstond – weet ik nu – was dat het zuiden nooit deel is geweest van het Mogolrijk (Moghul empire,1526 -1857), wat het middengedeelte toch cultureel enigszins egaliseerde.
Bevolking, taal, cultuur, landschap, klimaat, geschiedenis – in Tamil Nadu en Kerala bleek alles totaal anders.
‘Ik zou hier best als pensionado kunnen overwinteren,’ dacht ik hardop tussen de theetuinen rond Munnar. Vol ongeloof keek Ais me aan: ‘Zo, da’s nog ’ns een ander geluid.’
Zelfs een vastgeroest vooroordeel laat los bij een vleugje nieuwsgierigheid.
KASHBA
Ais Loupatty / Ton Lankreijer
www. kashba.nl
Staalstraat 6
Open 11:00 tot 17:30 uur
1074 CH Amsterdam
020 - 6235564
Geen opmerkingen:
Een reactie posten