Opvallend weinig
vrouwen spelen een belangrijke rol in Geert Mak's reisboek. Zo ontbreekt ook
Naomi Klein die in The Shock Doctrine. The Rise of Disaster Capitalism
een knappe analyse geeft van het neoliberale kapitalisme. Haar boek is in meer
dan twintig talen verschenen, waaronder Nederlands.
The Shock Doctrine was
adapted into a short film of the
same name, released onto YouTube. The
film was directed by Jonás Cuarón,
produced and co-written by his father Alfonso Cuarón. The
video has been viewed over one million times. [13] The
publication of The Shock Doctrine
increased Klein's prominence, with the New Yorker judging
her 'the most visible
and influential figure on the American left—what Howard Zinn and Noam Chomsky were thirty years ago.'
Geen woord bij Mak over de kritische Naomi Klein die
twee best-sellers schreef: No Logo en
The Shock Doctrine. Dat is tekenend
voor Reizen zonder John. Hoewel de
zogeheten 'Amerikaanse vrije markt' ideologie nu de hele wereld beheerst 'through
the exploitation of disaster-shocked people and countries' en Klein
talloze voorbeelden geeft van de wijze waarop de rijke elite de macht heeft
gegrepen via
the use of public disorientation following collective shocks -- wars,
terrorist attacks, natural disasters -- to push through unpopular economic
measures often called 'shock
therapy,'
zwijgt Mak in alle talen hierover, terwijl Naomi
Klein's heldere uiteenzetting bijna evenveel
pagina's beslaat als Mak's reisboek, en hijzelf, ik citeer, 'het
vitale karakter van de Amerikaanse democratie' prijst. Hoe een dergelijke 'vitale...
democratie' een 'shock therapy' kan toepassen waarvan de
massa de dupe is, legt Mak niet uit. Hij verklaart ook niet hoe het
komt dat door al die vitaliteit, om Mak's opmerking bij Pauw en Witteman te citeren,
in 1960 van elke tien dollar die werd verdiend 1
dollar naar de bovenste 1 procent ging, op dit moment is dat 4 dollar.
De werking van het neoliberalisme dat in de VS werd uitgedacht en als
eerste werd toegepast wordt door Mak niet geanalyseerd. Het is in zijn reisboek
alsof 'de Amerikanen' in een vacuüm
leven. De lezer van zijn boek zou zich na 576 pagina's kunnen afvragen of er geen
serieuze critici zijn van het huidige economische model. Ik zou hen wijzen op Things
they don't tell you about capitalism. Het is niet door de eerste de
beste geschreven, maar door Ha-Joon Chang die aan de prestigieuze Economische
Faculteit van de Universiteit van Cambridge doceeert. Chang is een
wereldberoemde econoom die zowel voor de Wereld Bank en de European
Invest Bank heeft gewerkt, als voor Oxfam en verschillende VN-instellingen.
Hij is tevens verbonden aan het Center for Economic and Policy
Research in Washington D.C.
Deze wetenschapper is zeker geen tegenstander van het kapitalisme maar
wel van de huidige vorm ervan, het neoliberalisme, en wijst dan ook op het feit
dat 'there is no such thing as a free market,' en dat 'the
absence of financial reforms, loose monetary and fiscal policies'
opnieuw leidt 'to new financial bubbles, while the real economy is
starved of money.' Door het onophoudelijk speculeren met niet
bestaand geld is de echte economie waar wel iets wordt geproduceerd, ten gronde
gericht. Maar dit heeft niet geleid tot fundamentele veranderingen terwijl
In the absence of financial reforms, loose monetary and fiscal policies
have led to new financial bubbles, while the real economy is starved of
money... The huge budget deficits created by the crisis will force governments
to reduce public investments and welfare entitlements significantly. negatively
affecting economic growth, poverty and social stability -- possibly for decades
[...] This catastrophe has ultimately been created by the freemarket ideology
that has ruled the world since the 1980s,
aldus
Chang. Er is dan ook geen sprake van een 'vitale... Amerikaanse democratie,'
zoals Mak beweert. Wij leven in een
consensusdemocratie waar dissidente stemmen ogenblikkelijk gemarginaliseerd
worden in de mainstream massamedia, en ook in Mak's mainstream versie van de VS. Een andere kritische stem is die van de Amerikaanse econoom
Richard D. Wolff. Hij benadrukt ondermeer de volgende feiten:
The US poverty rate rose between 2008 and 2009 from 13.2 to 14.3
percent. That is, while trillions were thrown at banks and corporations in
bailouts and stimulus programs, nearly 4 million more Americans fell into the
ranks of the poor. Those poverty-stricken among us entered 2010 numbering 43.6
million, one in seven of our fellow citizens. The US Census Bureau calculated
the threshold for poverty in 2009 for a family of four at $21,756. At that
level of income, the members of such a family of four would each have a total
of $14-15 per day for everything they need to spend money on. During the same
year, elite US colleges and universities charged a typical individual
undergraduate well over $50,000 for tuition, room, board and basic expenses for
an eight-month academic year.
Begin 2012 nam ik in New York de volgende toespraak op
van professor Wolf:
Ook toen wees Richard Wolff op het volgende:
Nothing better shows corporate control over the government than
Washington’s basic response to the current economic crisis. First we had “the
rescue” and then “the recovery.” Trillions in public money flowed to the
biggest US banks, insurance companies, etc. That “bailed” them out (suggestion
of criminality?) while we waited for benefits to “trickle down” to the rest of
us. As usual, the “trickle down” part has not happened. Large corporations and
their investors kept the government’s money for themselves; their profits and
stock market “recovered” nicely. We get unemployment, home-foreclosures, job benefit
cuts and growing job insecurity. As the crisis hits states and cities,
politicians avoid raising corporate taxes in favor of cutting government
services and jobs. http://stanvanhoucke.blogspot.nl/2011/02/neoliberal-religion-32.html
Capitalists and the rich remain determined now NOT to bear the costs of
the bailouts or the crisis. Unlike in the 1930s, they don't see organized,
determined and militant workers' movements to worry about today - nor any USSR
positioned as an alternative to modern capitalism. So, they push austerity
policies for governments everywhere. To sustain governments' austerity
policies, capitalists and the rich lean on their ideological crutches to try to
thwart political opposition.'
Dit is de werkelijkheid van Mak's 'vitale... Amerikaanse
democratie.' Uit zijn
literatuurlijst blijkt dat hij geen van de hier genoemde economen heeft
geraadpleegd. En ook Griftopia. Bubble
Machines, Vampire Squids, and the Long Con That Is Breaking America, van de
Amerikaanse Rolling Stone journalist Matt Taibbi ontbreekt aan zijn lijst, en waarover een van de grootste Amerikaanse oplichters Lloyd Blankfein, CEO
van Goldman Sachs, verklaarde dat Taibbi's onthullingen 'tapped into something.' Maar
niet bij Mak, wel bij geinteresseerden in de neoliberale luchthandel, het
gespeculeer met ontelbare miljarden van anderen, zonder dat de CEO's daar enige
verantwoording voor hoeven te dragen. Integendeel zelfs, ze worden juist
beloond voor deze zwendel. Vanuit het centrum van die luchthandel heeft Goldman
Sachs zijn tentakels overal uitgestrekt of zoals Taibbi op pagina 209 van zijn
boek schreef:
The first thing you need to know about Goldman Sachs is that it's
everywhere. The world most powerful investment bank is a great vampire squid
wrapped around the face of humanity, relentlessly jamming its blood funnel into
anything that smells like money. In fact, the history of the recent financial
crisis, which doubles as a history of the rapid decline and fall of the
suddenly swindled-dry American empire, reads like Who's Who of Goldman Sachs
graduates.
Geen woord daarover in Mak's boek waarin hij stelt 'op zoek naar Amerika' te zijn. Goldman Sachs
komt er niet in voor, wel de Britse toneelspeler 'Sir John Gilgud,' die
volgens Mak 'een grammafoonplaat' had opgenomen waaraan 'een
toneelspeler' die ooit eens John Steinbeck had ontmoet 'een
monoloog van Shakespeare woord voor woord' had 'ontleend.' Dit soort
trivialeiteiten dus. Maar de realiteit van het neoliberale kapitalisme blijft
structureel onderbelicht. Mak heeft zelfs niet eens de onthullende analyse getiteld The Looting of America. How Wall Street's
Game of Fantasy Finance Destroyed Our Jobs, Pensions, and Prosperity van
Les Leopold gelezen, de 'executive director of the Labor Institute
and Public Health in New York.' Een boek waarover Jonathan Alter, 'senior editor' en columnist van
Newsweek schreef:
Les Leopold's book is a cogent, clear, and compelling explanation of how
Wall Streets's Big Casino wrecked the economy... This book is a fun read,
despite the sickening scenario it describes.
Het is illustrerend voor de oppervlakkigheid van Mak's
beschrijving van de VS dat hij dit boek niet heeft gelezen aangezien
Leopold's account of the economic crisis the clearest and most
accessible [is] that I have seen. It gives a reader with little economic or
financial background a riveting description of How Wall Street tore down our
economy and what we van do about it,
aldus Leo Gerard, International President of the
United Steelworkers. Gerard's oordeel is juist, zo ontdekte ik als betrekkelijke
leek op dit gebied, nadat ik Leopold's boek had gelezen.
De vraag is gerechtvaardigd naar welk 'Amerika'
Geert Mak 'op zoek' was toen hij Reizen
zonder John schreef. In elk geval niet naar het 'Amerika' waarvan een niet
gering deel van de bevolking de negatieve aspecten ervan al vanaf het
allereerste begin van 'de republiek' aan den lijve
ondervindt. Zo beweert Mak met grote stelligheid dat 'het democratisch systeem'
in de VS 'een ontwikkelingsproces [was], een zoeken en tasten dat generaties zou
duren,' daarmee bewerend dat de VS tegenwoordig een 'vitale...
democratie' is, waarin 'alle souvereiniteit bij het volk'
is gelegd. Dit is in strijd met de feiten, zoals in historisch onderzoek en
wetenschappelijke studies al vele malen is aangetoond. Er was geen enkele
sprake van 'zoeken en tasten,' maar van een keiharde strijd die vele
mensenlevens kostte tussen de macht en 'het volk.' Maar dat nu wordt door
Mak angstvallig verzwegen. Op pagina 154 van zijn reisboek stelt hij:
De periode na de revolutie, inclusief de vreemde oorlog van 1812, is...
minstens zo interessant als de revolutie zelf. Het was een 'open proces', schrijft een van de grootste experts op dit gebied, Gordon Wood, 'waarin
de Amerikanen niet simpelweg een nieuwe regeringsvorm bedachten, maar een
totaal nieuw concept van politiek'. Dat
concept, en daarin verschilde het van alle andere revolutionaire systemen, was
zelfherstellend: het bevatte talloze mogelijkheden om zichzelf te corrigeren en
te verbeteren, het was een systeem van permanent hervorming. Vandaar dat de
Amerikaanse Revolutie 'niet
gedetailleerd was uitgedacht in een enkele boek; het was bovenal het product
van een democratische samenleving,'
aldus Mak en Wood, een historicus wiens boek The
Radicalism of the American Revolution 'publiekelijk en uitbundig geprezen' werd door de reactionaire
multimiljonair Newt Gingrich die naam maakte als Republikeinse voorzitter van
het Huis van Afgevaardigden. Kloppen deze lofuitingen van Mak en Gingrich? Wel
als men uitgaat van de veronderstelling dat er sprake is geweest van een 'Amerikaanse
Revolutie,' met hoofdletters. Maar heeft er in 1776 werkelijk een 'algehele ommekeer' plaatsgevonden in de VS? Immers 'Revolutie,'
zeker als het met een hoofdletter wordt geschreven, betekent een, volgens Van
Dale, 'gewelddadige ommekeer in de politieke toestand.' Welnu, in tegenstelling tot wat Mak
suggereert heeft er volgens de meeste gezaghebbende Amerikaanse historici na
1776 geen fundamentele verandering in
de maatschappelijke en politieke orde plaatsgevonden, zoals bijvoorbeeld in
1917 in de Rusland gebeurde. De Amerikaanse aristocratie die leiding gaf aan
het onafhankelijkheidsstreven zette alle op alles om juist te voorkomen dat er
een omwenteling zou plaatsgrijpen. De 56
ondertekenaars van de Onafhankelijkheidsverklaring waren blank en nagenoeg
allen bemiddeld, terwijl een derde van hen slaveneigenaren was, onder wie
George Washington en 'all men are created equal' Thomas
Jefferson. De Amerikaanse historicus Brian Price stelde de volgende vraag:
Is it possible for a class which exterminates the native peoples of the
Americas, replaces them by raping Africa for humans it then denigrates and
dehumanizes as slaves, while cheapening and degrading its own working class --
is it possible for such a class to create democracy, equality, and to advance
the cause of human freedom?
Volgens Geert Mak is het antwoord: Ja. Maar toen ik
die vraag ruim vijf jaar geleden voorlegde aan Jerry Fresia, een Amerikaanse beeldend kunstenaar en auteur van Toward American
Revolution. Exposing the Constitution & Other Illusions antwoordde hij
onmiddellijk:
Natuurlijk niet, mensen behartigen allereerst hun eigen belangen en zien erop toe
dat die koste wat kost verdedigd worden, en dat geldt historisch gesproken
zeker voor de rijken en machtigen.
In zijn boek schrijft Fresia, een voormalige
functionaris van de inlichtingendienst van de Amerikaanse Luchtmacht,
We live in an undemocratic system that is a major source of terror and
repression, both at home and around the world. In large measure this is due to
the tremendous concentration of unchecked corporate power.
Fresia toont aan dat al vanaf het begin van de staat de elite met argwaan naar de
meerderheid keek, de massa als onwetend beschouwde en zeker niet in staat
zichzelf zonder tussenkomst te regeren. Fresia:
the Constitution was purposely made to be anti majoritarian in several
ways.
De toonaangevende Amerikaanse historicus William
Appleman Williams wees erop dat de
Founding Fathers, knew the ideas, language, and reality of empire.
.
waarbij de opbouw van een Amerikaans imperium 'synonymous'
was 'with the realization of their Dream.'
Onder leiding van de slaveneigenaar James Madison, de
vierde Amerikaanse president en de man die verantwoordelijk was voor het schrijven van de
Amerikaanse Grondwet, werd de Constitutie in 1787 door de blanke elite achter
gesloten deuren aanvaard namens 'We the People!' De Grondwet is in de praktijk 'an
instrument of imperial government at home and abroad' geworden, aldus Williams. Charles A. Beard, één
van de invloedrijkste Amerikaanse historici van de eerste helft van de
twintigste eeuw, stelde in zijn studie An
Economic Interpretation of The Constitution of the United States dat de
door en voor de Amerikaanse aristocratie geschreven grondwet 'a counter-revolution,' was 'set
up by rich bondholders in opposition to the farmers and planters.' De Amerikaanse rijken zagen er nauwlettend op
toe dat er geen -- in hun woorden -- 'excess of democracy' zou ontstaan.
Maar hoewel Geert Mak stelt dat 'de periode na de revolutie... minstens zo
interessant [is] als de revolutie zelf' verzwijgt hij de grote sociale
spanningen die onmiddellijk na de Onafhankelijkheidsverklaring ontstonden
tussen de rijke handelselite en de verarmde boeren bevolking.
Welke kant de zogenaamde 'Amerikaanse Revolutie'
op zou gaan bleek onmiddellijk uit het beleid van Alexander Hamilton, de eerste
minister van Financien, en één van de belangrijkste ideologische grondleggers
van de republiek. Tijdens de Conventie in 1787 die de Constitutie bekrachtigde
verklaarde hij:
All communities divide themselves into the few and the many. The first
are the rich and well born, the other the mass of the people. The voice of the
people has been said to be the voice of God; and however generally this maxim
has been quoted and believed, it is not true in fact. The people are turbulent
and changing; they seldom judge or determine right. Give therefore to the first
class a distinct, permanent share in the government. They will check the
unsteadiness of the second... Can a democratic assembly who annually resolve in
the mass of people, be supposed steadily to pursue the public good? Nothing but
a permanent body can check the imprudence of democracy... It is admitted that
you cannot have a good executive upon a democratic plan.
Als gefortuneerde advocaat zorgde hij er als minister van
Financieen onder president George Washington voor dat de Amerikaanse Grondwet
de rijken diende. De Amerikaanse historicus John Steele Gordon merkte over
Hamilton op
Hamilton loved commerce, he understood money, banking
and money and flow of power through the economy,
En de Amerikaanse historica Carol Berkin wees erop dat de strijd van het volk destijds ging over het inperken van de macht die de parisiterende handelselite had
gegrepen ten koste van de producerende, werkende massa. Over Hamilton verklaarde Berkin terecht:
He was no friend to real democracy. He was not at all interested in the
masses of people having political voices, but I think he was very much
interested in creating a dynamic society in which anyone of ability could rise.
That is really American democracy in action.
Met als gevolg dat de 'dynamische' 1 procent in de VS
jaarlijks nu meer dan eenvijfde van het gezamelijke inkomen opstrijkt, en meer dan
40 procent van de rijkdommen bezit, of misschien nog duidelijker: in 2001 bezat
de rijkste tien procent van de Amerikaanse huishoudens 80 procent van de
financiele rijkdom, terwijl de onderste viervijfde van de bevolking slechts 9
procent in handen had, hetgeen het begrip 'dynamisch' in een bijzonder
daglicht plaatst. Deze feiten zijn het directe gevolg van de koers die de Founding Fathers
hadden uitgestippeld. Want zelfs zijn zogenaamde opponent, Thomas Jefferson,
ging tenslotte akkoord met Hamilton's financiele beleid, zelfs nadat
de schrijvers van
The Federalist Papers - Alexander Hamilton, James Madison en John Jay'
hadden uiteen gezet dat
'het 'systeem van checks and balances' zou voorkomen dat een groep 'verenigd
ten behoeve van een gezamenlijk belang of verlangen' anderen van hun rechten zou beroven.
Het belang van de gemeenschap werd daarmee ondergeschikt gemaakt aan het
belang van het rijke individu. Zo kon Hamilton als eerste Amerikaanse minister van Financien het volgende
doen:
He determines not only to pay
of all the debt incurred by the federal government during the war, but also to
take on the even larger debts incurred by the thirteen states. Hamilton had a
political agenda behind it. Most of the states' debt is held by wealthy and
powerful men. Hamilton needs these leaders of society to support the new
federal government.
Vanaf toen was de
staat er om de allereerst de rijken te dienen en niet 'het volk' dat volgens
Mak 'alle souvereiniteit' had
gekregen, zonder dat hij met feiten aantoont wat de reden was dat de rijken ineens
hun macht weggaven aan het volk waar ze altijd zo bang voor waren geweest. De Amerikaanse publicist Ron Chernow, Pulitzer Prijs winnaar en auteur van een
biografie van Alexander Hamilton, is daarentegen wel duidelijk wanneer hij uitlegt waarom
de rijken door Hamilton werden geholpen:
He felt that if the federal
government assumed the debt from the states that all creditors would feel that
they had a direct stake in the survival of this still shaky new federal government,
because that became the government that was going to pay them off.
In deze beschrijving
wordt duidelijk dat het niet zozeer om vrijheid ging, en al helemaal niet
gelijkheid en broederschap, maar om rijkdom. De rijken, die gepaaid moesten worden, kregen geld van de staat en dat geld moest via belastingen opgebracht worden door 'het
volk,' van wie een aanzienlijk deel te arm was om de opgelegde
belastingen en hun eigen schulden te betalen. Tijdens de onafhankelijkheidsoorlog
waren vooral de boeren, bij gebrek aan inkomen, gedwongen geweest schulden te
maken om hun gezinnen te kunnen onderhouden, terwijl zij aan het front vochten.
Toen ze failliet werden verklaard en hun bezit geveild werd, kwamen ze in
opstand. Dit liep ondermeer uit op de zogeheten grootschalige Shays Rebellion,
die tot grote schrik van de gevestigde orde in 1786 uitbrak en pas bedaarde
toen George Washington een groot leger op de opstandige Amerikanen afstuurde.
Mak verzwijgt dit, misschien moedwillig, misschien weet hij het zelfs niet
eens, maar dat maakt in wezen niet zoveel uit, want nu hij zich opwerpt als 'Amerika-deskundige'
is hier sprake van een gebrek aan intellectuele integriteit. Morgen meer
daarover.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten