Vandaag las ik de volgende reactie op Facebook van iemand, genaamd Rob Nuijten. Hij schreef:
NRC, en waarschijnlijk andere media ook, is nogal gepreoccupeerd met het complotdenken en complotdenkers.
Een opvallend hoog aantal artikelen en colums gaat erover.
Het cynisme van de NRC is dat de krant zelf grossiert in complotten. Ik geef een voorbeeld:
Op 20 maart 2003, de dag dat de illegale Shock and Awe-terreur tegen de Iraakse bevolking begon, adviseeerde NRC Handelsblad in een redactioneel commentaar het volgende :
Nu de oorlog is begonnen, moeten president Bush en premier Blair worden gesteund. Die steun kan niet blijven steken in verbale vrijblijvendheid. Dat betekent dus politieke steun — en als het moet ook militaire.
Tegelijkertijd liet de redactie weten: ‘[a]an de casus belli tegen Irak twijfelen we.’ Met andere woorden: de toenmalige hoofdredacteur Folkert Jensma, nota bene een jurist, liet samen met zijn voltallige redactie het publiek weten dat er geen oorzaak bestond die een inval rechtvaardigde. Maar dit feit was tegelijkertijd geen reden voor de krant om af te zien van een oproep de illegale aanval op het soevereine Irak te steunen. Geen enkele journalist die deze oorlogsmisdaad steunde, is hiervoor juridisch vervolgd. Als woordvoerder van de gevestigde orde steunde de ‘vrije pers’ met een verbijsterende kadaverdiscipline het terrorisme van de Verenigde Staten en Groot Brittannië, beide NAVO-leden.
Tekenend voor de hypocrisie van NRC Handelsblad is dat de krant op zaterdag 27 december 2014, op zelfgenoegzame toon liet weten dat het credo ‘facts are sacred’ niet alleen gold ‘voor nieuws,’ want wie dit ‘beginsel met de voeten treedt, ook in een “sfeerverslag,” legt de bijl aan de wortel van de journalistiek.’ Desondanks had de spreekbuis van de polder-elite meer dan een decennium na dato nog steeds geen excuses aangeboden aan het lezerspubliek voor de oproep een agressieoorlog te steunen, terwijl toch 4 jaar eerder de NRC had bericht dat het onderzoek van de Commissie Davids tot de slotsom was gekomen dat de:
[v]eiligheidsresoluties over Irak uit de jaren '90 geen mandaat [gaven] voor de Amerikaans-Britse inval in Irak. Dat concludeert de commissie-Davids. Voorzitter Davids heeft in Den Haag haar rapport aan premier Balkenende aangeboden. De commissie heeft zich gebogen over de steun die het kabinet Balkenende I in 2003 gaf aan de Amerikaans-Britse aanval op Irak. Davids zei bij de overhandiging dat de commissie haar taak heeft opgevat als een onderzoek naar de feiten. Hij benadrukte dat de commissie geen interpretatie geeft en geen politieke duiding.
Ondanks het feit dat vele miljoenen burgers in de hele wereld tegen de inval in Irak hadden gedemonstreerd, ontdekte de Commissie Davids dat het ‘ministerie van Buitenlandse Zaken al in 2002 het beleid’ had ‘vastgesteld dat Nederland een inval in Irak zou steunen. Dat de VN-Veiligheidsresoluties daarvoor onvoldoende legitimatie gaven, is hieraan ondergeschikt gemaakt.’ De rest was dus politiek bühnewerk geweest om de vele tegenstanders zand in de ogen te strooien en de schijn van democratie hoog te houden. Veelzeggend in dit verband is dat de NRC-redactie in zijn oproep deel te nemen aan de illegale inval het feit negeerde dat een agressieoorlog een oorlogsmisdaad is, waarvoor de meeste nazi-leiders tijdens het Neurenberg Proces in 1946 de doodstraf kregen. De toenmalige Amerikaanse hoofdaanklager, Robert H. Jackson, verklaarde destijds dat ‘[t]his trial is part of the great effort to make the peace more secure,’ en dat het Neurenberg Proces een ‘juridical action’ was ‘to ensure that those who start a war will pay for it personally.’
Op hun beurt veroordeelden de betrokken rechters de 24 nazi-kopstukken op grond van het feit dat ‘to initiate a war of aggression… is the supreme international crime differing only from other war crimes in that it contains within itself the accumulated evil of the whole.’ Eerder al had Jackson erop gewezen dat:
If certain acts of violation of treaties are crimes, they are crimes whether the United States does them or whether Germany does them, and we are not prepared to lay down a rule of criminal conduct against others which we would not be willing to have invoked against us.
Maar juist omdat de zelfbenoemde ‘kwaliteitskrant’ wist dat het hier een oorlogsmisdaad betrof, weigerde de redactie dit feit te melden. Na de publicatie van het ‘Rapport Davids’ wees een NRC-lezer hierop door te schrijven:
In het ambtenarenblad PM (22 januari) lees ik onder de kop ‘Kabinet zette commissie Volkenrecht buitenspel’ dat uw krant in 2003 een kritische petitie over Irak zou hebben geweigerd. De petitie was ondertekend door volkenrecht-experts, onder wie Karel Wellens, de toenmalige voorzitter van de Commissie van Advies inzake Volkenrechtelijke Vraagstukken (CAVV). De petitie onderstreepte dat 'er geen volkenrechtelijke rechtvaardiging was te bedenken voor de inval in Irak.' In PM zegt Wellens: 'Wij boden onze tekst ter publicatie aan zowel NRC Handelsblad als de Volkskrant aan, maar geen van beide ging tot onze ergernis en verbazing over tot publicatie van de brief, die uiteindelijk wel werd afgedrukt in het Nederlands Juristenblad.’
Ik ben nieuwsgierig naar de reden(en) waarom uw krant de brief toen niet plaatste. En, voor de actualiteit, ook naar de vraag of dat met de kennis van nu wel gebeurd zou zijn (of misschien beter: of dat met de kennis van toen nu weer zo zou gaan).
Marten Hofstede
Leiden
De weigering om het lezerspubliek te informeren over de illegaliteit van de aanval op Irak was geen incident. Feiten die afwijken van de officiële versie van de werkelijkheid worden al vele jaren door de mainstream-media verzwegen. In dit geval komt daar nog bij dat de NRC als ‘beginsel’ heeft dat ‘de veiligheid van de wereld niet bevorderd [zal] worden door een Nederlands neutralisme. Vandaar dat wij de grondslag van het Atlantisch bondgenootschap aanvaarden,’ oftewel de onvoorwaardelijke steun aan de NAVO. Vandaar dat de krant — in handen van het commerciële Vlaamse Mediahuis — zich tegen het respecteren van het internationaal recht keert zodra de westerse belangen in het gedrang komen. Dan maakt de redactie gebruik van wat in vakkringen 'censorship by omission' wordt genoemd. Een ander voorbeeld van deze vorm van censuur: terwijl de Israelische Strijdkrachten tenminste 1.300 Palestijnen om het leven brachten, van wie meer dan de helft burgerslachtoffer was, kreeg januari 2009 de Joods-Israelische hoogleraar Martin Levi van Creveld, bekend als zionist met extremistische opvattingen, zes kolommen breed de kans van de NRC om het Israelische 'disproportionele geweld' tegen de Palestijnse bevolking in Gaza aan te prijzen met argumenten als: 'het laatste wat de Israliers willen is de steegjes van Gaza, Rafah en Khan Yunis bestormen.' En dus zette de zionistische staat — net als in 1943 de nazi’s deden tijdens de joodse opstand in de eveneens van de buitenwereld afgesloten getto van Warschau —zijn ‘luchtmacht' in 'en de oneindig superieure artillerie om de Hamasstrijders weg te vagen,’ aldus Van Creveld. Tanks en artillerie schoten vanaf veilige afstand op alles dat ze konden raken, met als gevolg dat eenderde van het aantal doden kind was, en dit alles omdat de Israelische soldaten te laf waren om de vijand te 'bestormen.' Het 'disproportionele geweld' in de hoop een verzetsstrijder te treffen, is, zoals bekend, een oorlogsmisdaad, collectieve bestraffing van de burgerbevolking is namelijk verboden. Maar dat weerhield de Israelische autoriteiten niet om vooraf al publiekelijk bekend te maken dat de Israelische strijdkrachten buitensporig geweld zouden gebruiken. Ook de NRC-correspondent ter plaatse wist dit aangezien hij ook nog eens via de AIVD was gewaarschuwd niet naar Gaza te gaan, omdat het daar veel te gevaarlijk zou worden voor burgers, een waarschuwing die hij serieus nam, waardoor hij uit Gaza wegbleef en zo niet getuige kon zijn van de wijze waarop de Israelische strijdkrachten tekeer gingen. En dat was ook precies de bedoeling geweest van het zionistisch regime. Maar Israelische oorlogsmisdaden waren en zijn in de extremistische gedachtenwereld van Martin Van Creveld en de NRC een te verwaarlozen detail. Kinderen, vrouwen, bejaarden lopen in deze criminele strategie nu eenmaal 'de kans een zeer hoge prijs te betalen. Mais c'est la guerre,' aldus Van Crevelt’s rechtvaardiging in de spreekbuis van de Nederlandse gevestigde orde.
Typerend voor de NRC is dat acht dagen voordat Van Creveld onweersproken zijn enthousiasme voor het schenden van het internationaal recht in de NRC Handelsblad mocht ventileren, weigerde de redactie een ingezonden stuk te plaatsen, geschreven door ter zake kundige Nederlandse juristen, waarin zij gedocumenteerd wezen op het feit dat Israel bezig was oorlogsmisdaden te plegen. De aangevoerde reden was dat op dat moment het artikel over oorlogsmisdaden ‘weinig nieuwe gezichtspunten bevat... Met vriendelijke groet, Anna Visser, redacteur Opinie NRC/H.' De redactie steunde kennelijk toen al de geplande zionistische oorlogsmisdaden. Dankzij het Nederlands Juristen Blad en vervolgens internet kwam deze informatie toch bij een breder publiek terecht, met als gevolg dat de schrijfster van het artikel door de ambtelijke top van het ministerie van Buitenlandse Zaken werd gevraagd om de juridische aspecten te komen toelichten, aangezien het kennelijk nog niet tot het ministerie was doorgedrongen dat oorlogsmisdaden niet door de Nederlandse regering gesteund konden worden. Tijdens het onderhoud werd haar te kennen gegeven dat juridische verplichtingen niet doorslaggevend zijn in de geopolitiek van een grootmacht als de VS.
Kortom, Van Creveld kreeg van de NRC breeduit de ruimte om schendingen van het oorlogsrecht en de mensenrechten te rechtvaardigen, terwijl Nederlandse juristen van dezelfde NRC-redactie vernamen dat er geen behoefte bestond aan een artikel over de Israelische schendingen van het recht. En we weten nu dankzij internationale mensenrechtenorganisaties en een VN-rapport welke oorlogsmisdaden destijds door Israel gepleegd werden. Overigens was algemeen bekend dat Martin Levi van Creveld extremistische standpunten erop nahield. Hij werd ondermeer geciteerd in David Hirst's bekende boek The Gun and the Olive Branch (2003), waarin het volgende citaat van Van Creveld staat:
We have the capability to take the world down with us. And I can assure you that that will happen, before Israel goes under.' He quoted General Moshe Dayan: 'Israel must be like a mad dog, too dangerous to bother.’
Het toont opnieuw aan hoe weinig respect NRC Handelsblad heeft voor het internationaal recht zodra dit tegen de ideologische overtuigingen van de krant ingaat. Hoewel het avondblad stelt dat 'facts are sacred' heeft het zich nooit verontschuldigd voor de steun aan een agressieoorlog, of journalistieke verantwoordelijkheid afgelegd voor de steun aan de zionistische oorlogsmisdaden. Evenmin hebben de politiek verantwoordelijken in de Nederlandse ‘parlementaire democratie’ zich politiek, laat staan juridisch hoeven te verantwoorden voor hun steun aan de illegale inval in Irak. Alleen al de gedachte hieraan wordt rond het pleintje in Den Haag als absurd ervaren. Zowel de polderpers als de polderpolitici gedragen zich als straattuig door zich niets aan te trekken van het internationaal recht zodra het neoliberalisme zijn belangen wil veilig stellen, of uitbreiden. Hoeveel de terreur tegen de Iraakse samenleving de Nederlandse belastingbetaler in totaal heeft gekost, kon ik nergens vinden. Wel is bekend dat het Amerikaanse weekblad Newsweek op 14 november 2018 berichtte dat:
The United States has spent nearly $6 trillion on wars that directly contributed to the deaths of around 500,000 people since the 9/11 attacks of 2001.
Telkens weer blijkt dat zodra een onbeperkte toegang tot de noodzakelijke grondstoffen, en het monopolie op de zogeheten ‘vrije markt’ lijken te worden bedreigd ook de Nederlandse politiek en pers lak hebben aan het recht. Het gevolg van deze criminele houding is de voortdurende uitholling van de democratie en de vernietiging van de samenleving. Een voorbeeld: het feit dat het Westen op grote schaal terroristen in Syrië steunde, was al bekend in 2012, toen de prominente Franse journalist Thierry Meyssan begin augustus van dat jaar op Voltaire Network schreef:
No one doubts that terrorism in Syria is being sponsored by NATO and the GCC (Gulf Cooperation Council, de Samenwerkingsraad van de Arabische Golfstaten. svh) but until now it was being carried out behind a veil of hypocrisy. Unable to bombard and raze the country because of the Russian and Chinese double veto, the Western powers and their Arab partners decided to bleed the country while setting it up for an attack by mercenaries. Then on February 12 came the call to jihad issued by Ayman al-Zawahiri. Suddenly, NATO, the Gulf Cooperation Council and al-Qaeda found themselves pursuing the same objective. Notwithstanding, Brussels took the view that the Egyptian sheik’s declarations were his alone and were therefore unworthy of comment as if to underline that NATO doesn’t revise its positions in response to such fatwas. This rationale remained unconvincing because it ignored the issue of the common objectives shared by the self-proclaimed advocates of democracy, on the one hand, and Islamism, on the other. It did allow appearances to be preserved. The masks are now off. The Western powers have acknowledged their links with terrorists.
En hoewel de Nederlandse ‘corporate media’ dit wisten, moest het publiek tot september 2018 wachten voordat de gecorrumpeerde polderpers dit durfde te berichten. Toen was namelijk duidelijk dat de terroristen van onder andere Al Qaeda en ISIS in Syrië grotendeels verslagen waren. Het gevolg van de geheimhouding van mijn mainstream-collega’s was dat tevens twee opeenvolgende Nederlandse kabinetten terroristen in dat land ongestoord hadden kunnen steunen, met als resultaat vele honderdduizend doden en verminkten, onder wie allereerst vrouwen en kinderen. De samenwerking met fundamentalistische islam-terroristen verliep vanzelfsprekend na overleg met de zelfbenoemde ‘Joodse staat,’ waarvan de strijdkrachten sinds enige tijd deelnemen aan NAVO-oefeningen, ondanks het feit dat hun oorlogsmisdaden en misdaden tegen de mensheid door Amnesty International, Human Rights Watch en de Verenigde Naties uitgebreid gedocumenteerd en bekritiseerd zijn. Aan het NAVO-besluit tot samenwerking met terroristen en de schurkenstaat Israel is geen parlementaire goedkeuring vooraf gegaan, een feit dat de ‘vrije pers’ weigert te onderzoeken. Dit alles wordt gelegitimeerd door wat officieel ‘The War on Terror’ heet. Op die manier is eveneens Nederland direct betrokken bij wat bekend staat als het ‘Voeren van Israel’s Oorlogen,’ en ook dit wordt hardnekkig verzwegen door de Nederlandse commerciële pers, die door hun ‘conspiracy of silence’ volop meedraaien in het verspreiden van ‘nepnieuws.’ Tot ze, zoals in het geval van de steun aan terroristen in Syrië zich uiteindelijk toch genoodzaakt zien dit achteraf te melden.
Wat bezielt de polderpers? Waarom gedraagt zij zich zo corrupt? Waarom blijft zij het alles vernietigende neoliberale kapitalisme blind steunen? De grote joods-Hongaarse econoom Karl Polanyi zette daarover het volgende uiteen in zijn boek The Great Transformation: The Political and Economic Origins of Our Time (1944):
To allow the market mechanism to be sole director of the fate of human beings and their natural environment, indeed, even of the amount and use of purchasing power, would result in the demolition of society. For the alleged commodity, ‘labor power’ cannot be shoved about, used indiscriminately, or even left unused, without affecting the human individual who happens to be the bearer of this peculiar commodity. In disposing of a man's labor power the system would, incidentally, dispose of the physical, psychological, and moral entity of ‘man’ attached to the tag. Robbed of the protective covering of cultural institutions, human beings would perish from the the effects of social exposure; they would die as the victims of acute social dislocation through vice, perversion, crime, and starvation. Nature would be reduced to its elements, neighborhoods and landscapes defiled, rivers polluted, military safety jeopardized, the power to produce food and raw materials destroyed.
Polanyi constateerde dit driekwart eeuw geleden, maar pas vrij recentelijk begint door te dringen hoe profetisch de analyse van deze theoreticus was toen hij tijdens de Tweede Wereldoorlog schreef dat:
de gedachte van een zelf-regulerende markt een onwankelbare utopie impliceerde. Een dergelijk instituut zou niet langere tijd kunnen bestaan zonder het verwoesten van de menselijke en natuurlijke structuur van de samenleving: het zou de mens fysiek vernietigen en zijn omgeving in een wildernis veranderen.
Pas nu, anno 2019, kan dit feit niet langer meer worden genegeerd. De kapitalistische doctrine van de eeuwige economische groei is een levensbedreigende mythe gebleken. Maar doordat de indoctrinatie van de Amerikaanse liberals en de Europese sociaal-democraten zo succesvol is gebleken dat zij zelfs niet meer de verbeeldingskracht bezitten om een alternatief te bedenken, blijven zij het kapitalistische neoliberalisme steunen. Zo pleit Geert Mak nog steeds voor het verder overhevelen van nog meer macht naar het neoliberale bolwerk Brussel. Onder de leuze ‘Geen Jorwerd zonder Brussel’ verklaarde deze Bekende Nederlander een aanhanger te zijn van de, overigens niet echt bestaande, ‘vrije markt,’ omdat:
de EU een markt [is] van bijna een half miljard mensen met de hoogste gemiddelde levensstandaard ter wereld. Alleen al voor Nederland is de Unie goed voor tweederde van onze totale export, eenvijfde van het nationale product. We hebben nu een open toegang tot die markt. Gaan we die deur echt dichtgooien?
Dat was volgens Mak niet alleen ongewenst, maar zelfs onmogelijk, want ‘[m]et opstaan en vallen zijn we op weg naar een Europa van mensen, in plaats van een Europa van staten,’ een even inhoudsloze kreet als ‘Geen Jorwerd zonder Brussel.’ Maar omdat deze retoriek goed bekt, gaat het er bij zijn grijsharig gehoor net zo moeiteloos in als Gods woord in een ouderling. Hier geldt dat Mak tot op zekere hoogte gelijk heeft, want in een technocratie bepaalt niet de burger de loop van de geschiedenis, maar de financiële macht die de technocraten en bureaucraten in dienst nemen, en daarbij ideologische gesteund worden door de propaganda van de ‘corporate media.’ Vandaar dat de destructie van de mens en de natuur onbelemmerd kan doorgaan. Immers, ‘alles van waarde is weerloos,’ zoals Lucebert dichtte. Maar omdat mijn oude vriend Geert tot voor kort zich bleef vastklampen aan het vooruitgangsgeloof, zag hij zichzelf gedwongen mij te schrijven ‘Ik kan niet zonder hoop, Stan, dat klinkt misschien wat pathetisch, maar het is toch zo.’ Sinds de domineeszoon het christendom weer heeft omarmd, inclusief zijn verlossingsbelofte, heeft hij evenwel de Verlichting niet meer nodig, en meent hij ineens het licht te hebben gezien, zoals ik moet opmaken uit zijn voorlopig laatste boek Grote verwachtingen (2019). Zijn eigen ‘optimisme’ zweert hij nu af, en doet het nu voorkomen alsof werkelijk iedereen blind in de Verlichting geloofde. Dat dit meer zegt over de onwetendheid van Mak en de Makkianen dan over de rest van de wereld zal ik volgende keer aantonen aan de hand van het werk van de gezaghebbende Britse emeritus hoogleraar John Gray. In elk geval beseffen al langere tijd velen van ons dat er iets niet klopt, iets dat door de Amerikaanse auteur Barry Lopez in zijn boek The Rediscovery of North America (1992) met de volgende woorden wordt omschreven:
It is this paralysis in the face of disaster, this fear before the beast, that would cause someone looking from the outside to say that we face a crisis of character. It is not a crisis of policy or of law or of administration. We cannot turn to institutions, to environmental groups, or to government. If we rise in the night, sleepless, to stand at the ship’s rail and gaze at the New Old under the setting moon, we know we are thousands of miles from home, and that if we mean to make this a true home, we have a monumental adjustment to make, and only our companions on the ship to look to.
We must turn to each other, and sense that this is possible.
Hetzelfde geldt voor de veramerikaanste Europeanen. Zij zullen ‘een monumentale aanpassing’ moeten bewerkstelligen, of ten onder gaan. Een middenweg is er niet. De Europese cultuur is na het interbellum ten onder gegaan, en wat is overgebleven is een cultuurloze Amerikaanse Coca-Cola Civilisatie, zonder enige diepgang.
2 opmerkingen:
Hier zit zeker iemand achter die zichzelf als complotdenker voelt aangesproken. De gekste complotten worden ook bedacht over het coronavirus. Het bestaat niet is bangmakerij, je gaat er niet dood aan. In mijn omgeving zijn " fitte gezonde en nog jonge mensen " aan dood gegaan maar de complotdenkers zijn de argwanende waar je geen gesprek mee kunt beginnen. En stel je voor, de wereld zou ook wel eens ergens oprecht en goed zijn.Ik ben zat van alle media.
Spuit onanimuis 11 geeft ook bagger, houdt zich voor de domme om met dat gezichtsbedrog zogenaamd blind te kunnen blijven voor de denkcomplotten die door hem heen, nu anoniem hun witgewassen smurrie spuiten. Haal die bagger uit je ogen en zie.
Een reactie posten