zondag 6 november 2016

De Misdadige Nucleaire Doctrine van Elmar Hellendoorn

Een sterke NAVO is sinds het einde van de Koude Oorlog nog niet zo hard nodig geweest als nu. Rusland dreigt de laatste tijd immers met het inzetten van nucleaire wapens. De Tweede Kamer roept de regering echter op tot afbouw van de Nederlandse NAVO-kernwapentaken. De regering moet deze motie vooralsnog naast zich neerleggen. Eenzijdige ontwapening speelt Poetin in de kaart en maakt de Russische nucleaire dreiging alleen maar groter.
Rusland probeert stukje bij beetje zijn verloren invloedssfeer in Europa te herstellen. Om al te veel westerse tegenwerking te voorkomen, dreigt het Kremlin daarbij met de inzet van kernwapens. Het Russische leger oefent in nucleaire oorlogsvoering, nieuwe kruisraketten worden getest, en Moskou hint op het plaatsen van tactische kernwapens op de Krim en nuclear capable raketten staan al in Kaliningrad. Het gaat niet alleen om Oost-Europa: ook Denemarken wordt expliciet bedreigd en bewapende Russische nucleaire bommenwerpers vliegen over de Noordzee. De boodschap is duidelijk: Rusland is bereid om een beperkte kernoorlog te beginnen.
De Russische nucleaire dreigementen tegen het Westen moeten stoppen. De spanningen kunnen uit de hand lopen. Een Russische nucleaire aanval is niet ondenkbaar zolang de NAVO daar geen adequaat antwoord op formuleert. Een evenwichtige relatie met Rusland is nodig voor nucleaire ontwapeningsbesprekingen. Dat is tevens van belang voor Minister Koenders, die hamert op ontwapening. Onlangs pleitte hij zelfs voor de denuclearisering van de NAVO doctrine. Maar een duidelijke strategische visie van Koenders bleef uit. Daarmee worden de risico’s op Russische nucleaire escalatie niet minder. Het Westen moet op zoek naar realistische benaderingen om de Russische dreiging te doen stoppen.

Russische ontwapening zit er voorlopig niet in

Sommigen hopen vooral op wederzijdse kernontwapening om de nucleaire spanningen te beteugelen. Russische ontwapening ligt echter niet in de lijn der verwachting, zeker niet in deze tijd van geopolitieke onrust. Maar ook in tijden van rust is de hoop op volledige Russische nucleaire ontwapening niet realistisch. Rusland ontleent zijn status als grootmacht namelijk in belangrijke mate aan zijn kernwapenarsenaal. Bovendien acht het Kremlin kernwapens noodzakelijk als uiterst afschrikkingsmiddel tegen de conventionele legers van de NAVO en China.
Gedeeltelijke nucleaire ontwapening is eveneens problematisch. Mogelijk zou het Kremlin bereid zijn om alle strategische en tactische kernwapens uit Europees Rusland te verwijderen. Dat zal niet alleen gepaard moeten gaan met de ontmanteling van Amerikaanse, kernwapens in West-Europa, maar ook van de Franse en Engelse arsenalen. Frans-Engelse ontwapening is vooralsnog toekomstmuziek. Een Europese kernwapenvrije zone zou bovendien gekoppeld moeten worden aan conventionele wapenbeheersing, vanwege de NAVO-legers aan de Russische grens. Maar bij hernieuwde spanningen zal Rusland Europa met zijn overgebleven kernwapens opnieuw kunnen bedreigen.

Kissinger wil tweede Jalta

Een politiek compromis met Moskou over Oost-Europa biedt een tweede mogelijkheid. Volgens die benadering, gesuggereerd door onder andere Henry Kissinger, brengt herstel van de Russische invloedssfeer in Europa hernieuwde stabiliteit. De Russische nucleaire dreiging zou dan afnemen door die stabiliteit. Het betekent wel dat democratische NAVO-bondgenoten en EU-lidstaten worden uitgeruild aan autocratisch Rusland.
Echter, een uitbreiding van de Russische invloedssfeer geeft geen enkele garantie voor daadwerkelijke stabiliteit. Een geopolitiek compromis kan een adempauze opleveren en de nucleaire dreiging tijdelijk doen verminderen. Het historische precedent biedt weinig hoop: tijdens de Jalta Conferentie in 1945 werd de Westerse bondgenoot Polen door Amerika uitgeruild aan Rusland. Desondanks ging het Kremlin door met de uitbreiding van zijn invloedssferen en Europa werd nog lang geteisterd door Russische politieke intriges en de pressie van het Rode Leger.
Ten derde, de versterking van de NAVO als nucleaire alliantie kan het Kremlin mogelijk wel afhouden van verdere nucleaire dreigementen. De angst voor Russische atoomaanvallen kan de NAVO verlammen. Het lot van de oostelijke bondgenoten staat daardoor op het spel. De kans dat het bondgenootschap zijn bondgenoten niet beschermt tegen Rusland, ondermijnt de alliantie en vergroot het risico op Russische militaire assertiviteit in Oost-Europa. Daarom is het noodzakelijk dat de NAVO de geloofwaardigheid van de Russische nucleaire dreiging ondermijnt.

Twijfel is gevaarlijk

Het is alleen de vraag of de NAVO een doctrine weet te formuleren die zo krachtig en geloofwaardig is, dat Rusland niet langer durft te dreigen met kernwapens. Om Rusland effectief af te schrikken zal de NAVO de rol van kernwapens in zijn doctrine moeten benadrukken. Dat betekent niet per definitie meer aantallen kernwapens, maar wel dat de alliantie zijn karakter als nucleaire alliantie onderstreept.
De Russische dreiging in Oost-Europa zal niet afnemen zolang Moskou twijfelt aan de Amerikaanse bereidheid om kernwapens in te zetten voor de NAVO. Maar ook de Europese twijfel aan de nucleaire slagkracht van de NAVO is gevaarlijk en kan leiden tot een nieuwe nucleaire wapenwedloop. Als ze niet langer op de Amerikaanse nucleaire bescherming kunnen rekenen, gaan de Oost-Europese bondgenoten mogelijk over tot de ontwikkeling van hun eigen kernwapens. Die landen worden zeker niet gerustgesteld door de – Nederlandse – discussies over de denuclearisering van de NAVO.
De NAVO moet weer een positie van kracht ontwikkelen, gefundeerd op politieke eenheid en militaire capaciteiten. Zonder politieke eenheid is afschrikking van Rusland onmogelijk. Uitgaande van een positie van kracht kan het Westen onderhandelingen aangaan met Moskou, eventueel over arrangementen in Oost-Europa. Pas wanneer het vertrouwen tussen Rusland en het Westen is hersteld, en er weer stabiliteit in Oost-Europa is, kunnen effectieve stappen richting nucleaire ontwapening worden hervat.
Pleiten voor nucleaire ontwapening, zoals Koenders doet, komt nu te vroeg. Zijn idee om de NAVO doctrine te denucleariseren lijkt onvoldoende doordacht en speelt Poetin in de kaart. Koenders zou er goed aan doen om zijn ontwapeningsbeleid te koppelen aan een strategische agenda die de militaire, en dus nucleaire, doctrine van de NAVO versterkt. De ontkenning van de nucleaire realiteit maakt de nucleaire gevaren alleen maar groter.
Dit artikel is eerder in NRC-Handelsblad gepubliceerd
Hiroshima.

Geen opmerkingen: