maandag 4 augustus 2014

Esther Voet. Raciste. CIDI 4



Esther Voet,


zes jaar geleden schreef ik het volgende:



D E _ O N E I N D I G E _ O O R L O G
d o o r
_ S t a n _ v a n _ H o u c k e
Eind februari 2008 berichtte de wereldpers dat de Israelische staatssecretaris van Defensie Matan Vilnai via de Israelische legerradio de Palestijnen had bedreigd met een 'holocaust.' Dit soort expliciete onmenselijkheid onder militaire en civiele leiders was grotendeels onbekend tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog. Toen verklaarde generaal Sherman nog: 
'Heren, u kunt de oorlog niet in hardere bewoordingen kwalificeren dan ik doe. Wij kunnen de harten van deze mensen uit het zuiden niet veranderen, maar we kunnen de oorlog zo vreselijk maken en hen zo ziek maken van oorlog dat generaties zullen verstrijken voordat ze er weer aan zullen beginnen.'
Maar deze rationele overweging, die het lijden van de tegenstanders nog erkende, is verdrongen door een hysterische haat tegen iedereen die maar enigszins bestempeld kan worden als 'de vijand.' Wat dat betreft heeft de nazi-holocaust voor een omslag gezorgd, de rancune, de haat, de mateloosheid is in alle lagen doorgedrongen en de barbarij is nu overal, van hoog tot laag, van democratisch tot totalitair, van links tot rechts. Overal heerst de rancuneuze razernij van kleine mensen met gigantische ambities. De geest van 'Nooit meer Auschwitz' lijkt te hebben verloren. De massamaatschappij wordt niet door gedachten, maar door sentimenten gedreven. In toenemende mate functioneert de massamens via geconditioneerde reflexen. Onafhankelijk denken wordt in de parlementaire democratieën gemarginaliseerd. Iedere malloot kan van alles consequentieloos beweren in de mainstream pers. De moraal is ten onder gegaan in het gezever van het politiek cynisme. 'De moralist heeft plaatsgemaakt voor de specialist,' constateerde niet lang voor zijn dood de Poolse journalist en wereldreiziger Ryszard Kapuschinski. Hij was erdoor geschokt, en terecht. Jaren geleden hoorde ik tijdens een uitzending de voormalige VPRO-hoofdredacteur Radio Jan Haasbroek op een geciteerde opmerking van mij reageren met de uitspraak: 'Ja, maar Stan is een moralist.' En Jan heeft gelijk: ik ben een moralist, en vanuit mijn morele opvattingen zoals die mij werden bijgebracht door het burgerlijk milieu waarin ik opgroeide, benader ik de wereld en in dit geval Israel. Hoewel Haasbroek deed alsof mijn moralisme een soort handicap is, beschouwde ik zijn kwalificatie als een compliment. Respect heb ik nooit gehad voor de conformisten, de opportunisten, de carrièristen en al die andere mensen die slechts gemotiveerd worden door angst, een gebrek aan identiteit of door een beperkte opvatting over eigenbelang. Voor hen is moraal een hindernis. 'Men in Dark Times' is de titel van een collectie essays van Hannah Arendt over leven en werk van enkele grote creatieve en moreel hoogstaande mensen in de twintigste eeuw, onder wie Walter Benjamin, Karl Jaspers, Hermann Broch en Bertolt Brecht. Mensen die streden, die voor iets stonden, die een licht waren in duistere tijden, mensen, zoals degenen die ik hier in dit boek aan het woord laat en voor wie ik een immens respect heb. Moralisten die vanuit hun normen en waarden de wereld aanschouwen en die zien wat er gebeurt, net zoals de mannen in Arendts essaybundel het zagen, gidsen die niet onverschillig bleven, maar gedreven werden door hun verzet tegen 'de wanorde en de honger, de bloedbaden en de slachters' en door hun afschuw over het onrecht en de wanhoop ‘toen er alleen maar misstanden waren en geen verontwaardiging,’ de legitieme haat die je niettemin lelijk maakt, de gefundeerde woede die de stem hees maakt. 'Dit alles was realiteit genoeg terwijl het in het openbaar plaatsvond; er was niets geheim of mysterieus aan. En toch was het volstrekt niet zichtbaar voor iedereen, noch was het helemaal niet gemakkelijk om het waar te nemen; want tot precies het moment toen de catastrofe alles en iedereen overviel, was het verhuld, niet door de werkelijkheid maar door het in hoge mate efficiënte taaltje en de dubbelzinnigheid van bijna alle officiële vertegenwoordigers die zonder interruptie en met vele ingenieuze variaties onplezierige feiten en gerechtvaardigde zorgen weg redeneerden,' aldus Arendt. Net zoals nu. 'Wanneer we over duistere tijden nadenken en over de mensen die erin leven en zich erin bewegen moeten we deze camouflage in ogenschouw nemen, die voortkomt uit en verspreid wordt door "de gezeten burgerij" – of "het systeem," zoals het toen genoemd werd.' Arendt zette uiteen dat het publieke domein er is om licht te werpen op wat mensen doen en dat ter discussie te stellen, zo niet dan dooft het licht en is er sprake van 'gebrek aan geloofwaardigheid' en een 'onzichtbare overheid' die een taal gebruikt 'die niet onthult maar zaken "onder tapijt veegt,'" en van alles een 'betekenisloze trivialiteit maakt… In deze voorstelling van het menselijke bestaan wordt alles dat reëel en authentiek is aangevallen door de verpletterende macht van "het geleuter" dat onbedwingbaar oprijst uit het publieke domein, en elk aspect van het dagelijkse bestaan en de zin en onzin van alles wat de toekomst kan brengen anticipeert en vernietigt.' De werkelijkheid wordt dan een leugen en vice versa. Dan krijgt men een voorstelling van zaken, zoals de betaalde CIDI-lobbyist Ronny Naftaniel onweersproken gaf in de VPRO-gids: 'Als alle joden in de diaspora in Israel gingen wonen zou het dichtslibben.' De Palestijnse bevolking is akkoord gegaan met 22 procent van de 47 procent van het land dat zij in 1947 van de Verenigde Naties toegewezen heeft gekregen. Meer dan de helft van het land waar ze volgens de internationale gemeenschap recht op hadden, hebben ze al aan de Joden in Israel gegeven., en daarmee aan alle joden in de zogeheten diaspora, die moeiteloos een Israelisch paspoort kunnen krijgen. Hoewel hij er zelf niet wil wonen, eist Naftaniel nu nog meer Palestijns land op. Op welke andere grond dan grof geweld claimt deze Nederlander het bezit van anderen? In dit boek geen Ronny Naftaniel en ik heb ook geen enkele andere pro-Israel lobbyist in en buiten de journalistiek aan het woord gelaten. Hun verhalen zijn algemeen bekend. De tijd is aangebroken dat de propaganda permanent en stelselmatig wordt ondergraven door de feiten, het schreeuwende onrecht heeft al veel te lang geduurd. Onrecht waarvoor de christelijke wereld met haar millennia-oude antisemitisme, mede verantwoordelijk is. Europa is nu moreel verplicht te streven naar rechtvaardigheid, door bijvoorbeeld mensen te steunen, Palestijnen en Joden, die 'individuen zijn in een duistere tijd,' mensen die gehoord moeten worden, en niet genegeerd of gemarginaliseerd omdat het politiek niet opportuun lijkt om naar hun verhaal te luisteren. Mensen als bijvoorbeeld Nurit Peled-Elhanan, hoogleraar Taalonderwijs aan de Hebreeuwse Universiteit van Jeruzalem, moeder van een dochter die op 13-jarige leeftijd bij een Palestijnse bomaanslag om het leven kwam, een joods-Israelische vredesactiviste, die verklaarde dat niet de dader van de aanslag, maar de Israelische onderdrukking van de Palestijnen tot de dood van haar dochter heeft geleid. 'Mijn kleine meid werd vermoord omdat ze een Israelische was voor een jonge man, die louter en alleen omdat hij een Palestijn was zo vernederd, onderdrukt en wanhopig was dat hij zelfmoord pleegde en moord en onmenselijk handelde… Er bestaat geen wezenlijk moreel verschil tussen de soldaat bij de controlepost die een vrouw die op het punt staat te bevallen verhindert te passeren, en zo een misgeboorte veroorzaakt, en de man die mijn dochter heeft vermoord. En net zoals mijn dochter een slachtoffer was [van de bezetting], zo was hij dat.' In 2001 kreeg Nurit Peled de Sacharov Prijs voor Mensenrechten en Vrijheid van Meningsuiting, uitgereikt door het Europese Parlement. Ze is de dochter van de befaamde Israelische generaal en progressieve politicus, wijlen Mattityahu Peled, die al op 26 oktober 1953 tegenover een groep Amerikaanse zionistische leiders uiteenzette waar het zionistisch extremisme op zou uitlopen, aangezien 'het leger de huidige grens met Jordanië absoluut onacceptabel beschouwt' en 'dat het leger een oorlog voorbereidt om de rest van het westelijk deel van Eretz Israel te bezetten,' zoals Moshe Sharett in zijn dagboek schreef. Een bezetting die tenslotte in 1967 plaatsvond en tot op de dag van vandaag voortduurt. Nurit Peled heeft drie zoons die in verschillende organisaties met Palestijnen samenwerken. Een dag voor de zestigste verjaardag van de Nakba en de stichting van de Israelische staat (1948) hield ze in Amsterdam een toespraak tijdens een bijeenkomst georganiseerd door Een Ander Joodse Geluid en het Steuncomité Israelische Vredes- en Mensenrechtenorganisaties. 

Esther Voet, omdat jij kennelijk geen schaamtegevoel hebt en als gevolg van jouw gecultiveerd slachtofferisme geen enkele empathie kent met degenen die jij als vijand beschouwt, zal ik de Joods-Israelische intellectueel Nurit Peled's toespraak citeren. Naar aanleiding van de uitspraak van de Israelische minister van Buitenlandse Zaken Zipi Livni dat 'ik zou verwachten dat wanneer Israelische burgers letsel wordt toegebracht door doelbewust Palestijns terrorisme men geen vergelijking zal maken tussen hen en Palestijnse burgers die letsel wordt toegebracht tijdens Israel’s defensie operaties,' zei Nurit Peled over het bewust vermoorden van Palestijnse kinderen: 
'En de moordenaars? Hoe zit het met hen? Weten zij dat ze een misdaad hebben gepleegd? Liggen zij ‘s nachts onrustig te woelen in hun bedden? Worden zij gekweld door de beelden van de kleine lichamen die stuiptrekkend sterven door hun geweervuur, bommen en granaten? Waarschijnlijk niet. Wij kennen geen enkel voorbeeld van een Israelische of welke andere soldaat dan ook die zichzelf heeft aangegeven en berouw heeft getoond voor zijn daden. Dit is het grootste succes van het Israëlisch onderwijs: het onderscheid in bloed en bloed, tussen een joods dood kind en een Arabisch dood kind, en het erin hameren van de overtuiging dat de moord op Palestijnen en hun kinderen geen misdaad is. Iedereen die in het Israelische leger dienst neemt weet dat en wordt tijdens 12 jaar onderwijs daarvoor voorbereid. De jongemannen die de Al-Maatak familie vermoorden (bij een Israelische militaire aanslag svh) werden niet slecht geboren, ze waren net als degenen die het Centrum voor Remedial Onderwijs in Gaza met de grond gelijk maakten, en degenen die bij de controleposten mensen martelen en oude vrouwen bevelen onder bedreiging van de loop van een geweer zich uit te kleden, die treiteren en vernietigen en iedereen terroriseren. Zij allen zijn het product van onderwijs. De wreedheid die niet in woorden kan worden uitgedrukt, de methodische, vernuftige mishandeling, waarvoor de beste joodse hersenen worden ingezet om het te plannen en te perfectioneren, kwam niet uit een leegte voort. Het is het resultaat van een systematisch, diep, totalitair onderwijs. Israel’s kinderen worden opgevoed binnen een compromisloos racistisch discours. Een racistische lezing die niet stopt bij de controleposten, maar alle menselijke relaties in dit land beheerst. Israel’s kinderen zijn opgeleid om het kwaad dat ze onmiddellijk na hun scholing geacht zijn toe te passen, te zien als een noodzakelijke realiteit waarin ze hun rol moeten vervullen. Al zestig jaar lang hebben racisme, angst voor de ander en grootheidswaan onze levens gedicteerd. Zestig jaar waarin Israelische kinderen opgevoed worden met racisme van het type dat in de beschaafde wereld decennialang niet heeft bestaan. Zestig jaar waarin zij hebben geleerd hun buren te haten louter en alleen omdat ze buren zijn, hen te vrezen zonder hen te kennen, om hen te vergelijken met nazi’s, om bijna een kwart van de staatsburgers te beschouwen als een demografisch gevaar en een interne vijand, en om de inwoners van de getto’s die door de bezettingspolitiek zijn gecreëerd te zien als een probleem dat ‘opgelost’ moet worden. Slechts zestig jaar geleden waren joden de inwoners van getto’s en werden in de ogen van de onderdrukkers gezien als een probleem dat ‘opgelost’ diende te worden. Slechts zestig jaar geleden waren de joden ingesloten achter lelijke betonnen muren met elektrisch draad en wachttorens bemand met gewapende figuren, en waren ze beroofd van de mogelijkheid in hun levensonderhoud te voorzien of hun kinderen in waardigheid op te voeden. Slechts zestig jaar geleden eiste het racisme een prijs van het joodse volk. Vandaag de dag heerst het racisme in de joodse staat, vertrapt de menselijke waardigheid en ontneemt anderen de vrijheid, veroordeelt ons allen tot een leven in de hel. Veertig jaar lang heeft het joodse hoofd nu onophoudelijk gebogen voor de aanbidding van het racisme terwijl de joodse geest de meest creatieve manieren ontwerpt om het heilige land dat een onbewoonbaar gebied is geworden te verwoesten en te vernietigen. Dat is wat er is overgebleven van het joodse genie, zodra het eenmaal Israëlisch wordt. Joods medeleven, joodse barmhartigheid, de joodse kosmopolitische vitaliteit, liefde voor de mensheid en respect voor de ander zijn al lang vergeten. Hun plaats werd opgeëist door haat en achterdocht en racisme. Het was alleen maar racisme dat de soldaten motiveerden om in Gaza onschuldige kinderen en hun ouders te vermoorden. Het is alleen maar racisme dat bestuurders van bulldozers motiveert om huizen te verwoesten met de bewoners er nog in, om wijngaarden en akkers te vernietigen en eeuwenoude olijfbomen uit de grond te rukken. Alleen maar racisme kan wegen bedenken waarvan het gebruik is toegestaan op basis van ras, en het is alleen maar racisme dat onze kinderen drijft om vrouwen te vernederen die hun moeders zouden kunnen zijn en om oude mensen te beschimpen bij die vreselijke controleposten, om jonge mensen van hun eigen leeftijd te slaan die net zoals zij met hun families een dagje naar zee zouden willen, en om onbewogen toe te kijken terwijl vrouwen op straat bevallen. Het is alleen maar puur racisme dat onze beste piloten motiveert om bommen van 1000 kilo te werpen op flatgebouwen in Gaza en het is alleen maar racisme dat deze criminelen in staat stelt om ’s nachts onbekommerd te slapen. Dit racisme heeft voor zichzelf een monument naar zijn eigen gelijkenis opgericht – het monument van een lelijke, onbuigzame, bedreigende en inbreuk makende betonnen muur. Een monument dat de hele wereld laat weten dat schaamte en compassie uit het heilige land zijn verbannen. En wel omdat racisme schaamte elimineert. Deze muur is onze muur van schaamte, het is een getuigenis van het feit dat we van een licht onder de naties ‘een voorwerp van schande zijn geworden voor de naties en een aanfluiting voor alle landen’,” aldus in 2008 Nurit Peled-Elhanan in haar toespraak in Amsterdam. 
Dat racisme doordrenkt de Israelische samenleving en richt zich ook tegen de joodse Arabieren, de Mizrahi, die naar Israel werden gelokt, vaak onder valse voorwendselen. Een van hen, een oude joodse vrouw die in Tunesië werd geboren en daar wel weer naar terug wil, verklaart in de prachtige documentaireserie van Michel Khleifi en Eyal Sivan: 
'Israel heeft alles, het is een prachtig land. Het is niet zo dat we hier iets materieels te kort komen. Maar er is geen ‘joie de vivre’. Niemand geniet van het leven. We kunnen in vrede leven, net als in Tunesië, joden en Arabieren samen, in Marokko, in andere Arabische landen leefden we samen. Onze buren waren Arabieren. We dronken samen thee, het was een eenvoudig, vreedzaam leven. Hier, zelfs als je alles hebt, heb je niets. Hier geniet niemand van het leven. Het is helemaal geen leven. Het Joodse Agentschap was een vergissing. Wij waren jong, als ik weer jong zou zijn zou ik naar Canada gaan of terug naar Tunesië. De Duitsers wilden ons vermoorden en in greppels begraven, maar de Arabieren gaven ons onderdak. Ze hebben de joden gered.'
Vergeleken bij haar woorden en die van Nurit Peled en andere joodse en Palestijnse humanisten is nu na zestig jaar Israëlisch zionisme het gecultiveerde slachtofferisme van mensen als Anet Bleich, Max van Weezel, Leon de Winter en al die andere consequentieloze opiniemakers niet anders dan pathetisch. Ze zijn slachtoffers van hun inmiddels gecultiveerde angst en ze laten de 'joodse natie' hun strijd voeren, op een gewelddadige manier, omdat Israel voor hen de drager is van hun identiteit. Als slachtoffers zijn zo onverzadigbaar dat ze hun vermeend slachtofferschap tot een cultus van de dood hebben gemaakt, de psychische dood van henzelf en de fysieke dood van de Palestijnen en daarmee gedragen ze zich alsof Hitler alsnog de oorlog heeft gewonnen. Ongewild dragen ze hun angsten, woede en rancune over op hun kinderen met alle onvermijdelijke individuele zowel als collectieve rampzalige consequenties van dien, van het lijden van de Palestijnen tot aan de drang Auschwitz te bezoeken omdat zoals één van hen in 2002 schreef: 'Ik ervan overtuigd [ben] dat een deel van mijn anorexia door de Tweede Wereldoorlog komt. Altijd werd er in mijn omgeving over gepraat, vanaf mijn geboorte al.' Vandaar haar reis naar een vernietigingskamp in de hoop door daar 'een kijkje' te 'nemen in het verleden… een heldere toekomst te creëren.'
Aldus de inleiding van mijn boek De oneindige oorlog. Esther Voet, kijk jezelf in de spiegel aan, en stel jezelf de vraag: hoe komt het dat ik, een vrouw die in alle comfort en veiligheid leeft zo gruwelijk haatdragend ben, terwijl de Joods Israelische moeder van een kind dat bij een aanslag om het leven kwam wel begrip voor de Palestijnse bevolking kan opbrengen? De vraag is: waarom gedraag jij je als een joodse racist en Nurit Peled niet? Mail me jouw antwoord en ik plaats het onmiddellijk. Ik vrees alleen dat je te laf bent om te antwoorden. 
Palestijns kind vermoord door het 'dappere' Israelische leger.
Waarom steunt Esther Voet van het CIDI het Israelisch terrorisme? Volgende keer meer.

Democracy Now! Daily Digest

A Daily Independent Global News Hour with Amy Goodman & Juan González

Monday, August 4, 2014

Stories

The Palestinian death toll in Gaza has topped 1,800 as the Israeli offensive enters its 28th day. On Sunday, at least 10 people died when Israel shelled another United Nations school sheltering ...Read More →
The United States and the United Nations have condemned Israel after an airstrike killed 10 people near the entrance of a United Nations school sheltering Palestinian civilians. The school ... Read More →
Is a lasting ceasefire in Gaza possible—and on what terms? Our guest Nathan Thrall has laid out a possible plan for a ceasefire in his new article in the London Review of Books, ... Read More →
Early Friday morning, an Israeli airstrike on Khan Younis in southern Gaza killed nine members of the El-Farra family, including five children. The house was apparently hit by a rocket, ... Read More →

1 opmerking:

anzi zei

'Hamas wants Israel completely destroyed'


Israel Hayom

Ayaan Hirsi Ali, one of the world's most prominent fighters against radical Islam, defends Israel's right to fight Hamas, says the West is refusing to recognize the danger of growing Muslim extremism • "Netanyahu should get a Nobel Peace Prize," she says.

Alleen Extremistische Joden worden Uitgenodigd door premier Schoof

  Joodse organisaties opnieuw uitgesloten van overleg over antisemitisme Onder meer Een Ander Joods Geluid, Erev Rav, gate 48 en The Rights ...