zondag 22 oktober 2017

MH17 Mystery

Dag 1193
22 oktober 2017
Max van der Werff
Het gaat goed met het onderzoek. Dat vertelde Fred Westerbeke (hoofd van het MH17 Joint Investigation Team) in een interview met het Russische blad Novaya Gazeta.
Het is vanwege meerdere redenen een opmerkelijk interview. In deze tweet met link naar MH17 – even als Nederlanders onder elkaar leg ik uit dat Nederland precies doet wat het Rusland verwijt. Maar er is veel meer aan de hand.
Collega burgerjournalist en blogger Marcel van den Berg houdt een lijst bij met indicaties die aantonen dat Nederland niet erg geïnteresseerd is in het naar boven halen van de onderste steen over MH17. De nog altijd groeiende lijst bevat inmiddels 93 punten. Hoe is dit mogelijk? Kort antwoord: informatiemanagement.
Vrijheid van meningsuiting, democratie en rechtsstaat zijn geen garanties voor waarheidsgetrouwe berichtgeving
Voordat de Maleisische Boeing uit de lucht werd geschoten heb ik jaren onderzoek gedaan naar door Nederlandse militairen gepleegde oorlogsmisdaden in voormalig Nederlands-Indië. Tot voor kort hield de Nederlandse staat vol dat er weliswaar sprake was van “enkele excessen”, maar van ‘stelselmatig ernstig geweld’ was geen sprake. De staat maakte gebruik van diverse technieken om het gewenste beeld van de jonge Nederlandse knapen die onder moeilijke omstandigheden Recht en Orde kwamen herstellen in stand te houden. Ik bespreek een aantal van deze technieken en kom dan terug op het dossier MH17.
Informatiemanagement: ongewenste en belastende informatie geheim houden tot niemand zich er meer voor interesseert
Informatie die in 1948 staatsgeheim was, interesseert nu niemand meer. Van der Goes van Naters (fractieleider van de P.v.d.A. in de Tweede Kamer) schrijft aan Drees (minister-president) dat de oorlog in Nederlands-Indië opnieuw moet worden opgestart. Dit moet vooral op stiekeme wijze, wants anders zou de Marshall-hulp wel eens in gevaar kunnen komen en de Veiligheidsraad sancties tegen Nederland (!) afkondigen. We lezen:
Beste Wim, 
In dit prachtige land, met nogal veel reizen (morgen gaan wij naar Soerabaya) 
komt niet veel van uitvoerige rapporten; ik moet je thans, nu de ministers-dele- 
gatie terug gaat, wel mijn zienswijze meedelen, omdat de toestand hoogst ernstig 
is geworden.
[…]
Er moet gezuiverd worden, maar wanneer? ‘
[…]
t Liefst zou ik niets doen, zolang de Veiligheidsraad bijeen is. Dus op zijn 

vroegst 16 December beginnen. Tracht dit er door te krijgen; anders zijn we 
weg!! Anders gaat de Veiligheidsraad nog in deze richting sancties nemen: het 
vliegen naar Indonesië; Suez-kanaal sluiten; boycot; ook havenarbeiders in 
Amerika en gevaar voor het Marshall-plan. Wanneer we 16 December beginnen, 
kan het de 23e zijn afgelopen. Op 17 of 18 December kondig je het B.F.O.-ont- 
werp af. Voor Januari kan dan de nieuwe F.I.R. er zijn. De Veiligheidsraad 
komt dan stellig pas half Januari bijeen. Dan is alles passé. (bron) (screenshot)

(NOOT: FRANS TIMMERMANS VERTELDE ME IN EEN PERSOONLIJK GESPREK DAT VAN DER GOES VAN NATERS ZIJN MENTOR WAS.)


Informatiemanagement: voorkom dat de onderste steen boven komt en houd ongewenste getuigenverklaringen onder de radar.
“Vader heeft nooit iets verteld” – Veteraan Krijn van Putten (†) vertelt terloops de meest verschrikkelijke misdaden waar hij getuige van is geweest en legt mij uit waarom er nooit over werd gesproken. Geen enkele journalist, historicus of andere onderzoeker heeft ooit de moeite genomen het verhaal van Krijn vast te leggen. Zoals Krijn waren er velen. Voor Indonesische getuigen bestond nog minder belangstelling. Veel belangrijke informatie is met de dood van deze mensen voor altijd verloren gegaan.
Informatiemanagement: zorg dat getuigen en andere entiteiten met een afwijkend verhaal worden gemarginaliseerd
Willem Oltmans is 40 jaar van zijn leven door de Nederlandse staat gesaboteerd vanwege een interview met Soekarno en omdat hij niet binnen de bandbreedte bleef van wat het establishment aanvaardbare journalistiek achtte.
In 1969 veroorzaakte veteraan Joop Hueting grote opschudding door op televisie te vertellen dat Nederlandse soldaten kampongs in brand staken, tijdens verhoren mensen martelden en standrechtelijke executies uitvoerden. Dit lag erg gevoelig omdat de inzet van onze jongens vrijwel onmiddellijk volgde op de bevrijding van Nederland. De suggestie als zou het ook maar mogelijk zijn dat Nederlandse soldaten zich op soortgelijke wijze zouden kunnen misdragen als de Wehrmacht een paar jaar eerder, was onacceptabel. Hueting werd ernstig bedreigd door zijn vroegere strijdmakkers, maar de Nederlandse staat was dermate in verlegenheid gebracht dat hij zich genoodzaakt voelde een onderzoek in te stellen: De Excessennota werd besteld.
Informatiemanagement: organiseer een feitenonderzoek zodanig dat je zeker weet wat de uitkomsten zullen zijn
De door Hueting ontstane commotie was voor het kabinet De Jong reden om een onderzoek naar mogelijk misstanden te gelasten.
Er werd besloten:
– geen getuigenverklaringen van Nederlandse militairen te verzamelen.
– geen onderzoek ter plekke in Indonesië te doen.
Een commissie onder leiding van historicus Cees Fasseur kreeg de opdracht om in vier maanden tijd informatie in de Nederlandse archieven te vinden die voor de krijgsraad  of in de publiciteit waren geweest. Er werden 76 ‘mogelijke geweldsexcessen’ gevonden. Motto: wat niet binnnen vier maanden in de Nederlandse archieven gevonden kan worden, is simpelweg nooit gebeurd.
Van de in de Excessennota vermelde incidenten is er één wereldbekend geworden: Rawagede. De Nota vermeldt:
9 december 1947. Rawahgedeh. (regentschap Krawang in West-Java).
Het zonder vorm van proces executeren van ± 20 bij een actie door Nederlandse militairen aangehouden Indonesiërs. 
Na een klacht van Republikeinse zijde, is door waarnemers van de Commissie van Goede Diensten ter plaatse een onderzoek ingesteld. Het waarnemingsteam komt in een op 12 januari 1947 uitgebracht rapport tot de conclusie dat zich in het betrokken gebied een terroristische ondergrondse beweging had ontwikkeld, waarvan
Rawahgedeh het vermoedelijke centrum was geweest. De tegen Rawahgedeh gerichte actie van de Nederlandse troepen werd in het rapport niettemin “deliberate and ruthiess” genoemd. O.a. was immers van Nederlandse zijde – na een aanvankelijke
ontkenning – toegegeven dat enkele gevangenen na ondervraging zonder vorm van proces waren doodgeschoten, hoewel tijdens en na de actie, die volgens Nederlandse opgave in totaal 150 Indonesiers het leven kostte, geen wapens in de kampong waren aangetroffen en aan Nederlandse zijde geen doden of gewonden waren gevallen.
De majoor, die bij de actie de leiding had en voor de executie van de – in totaal ongeveer twintig – gevangenen verantwoordelijk was, is na overleg tussen de Legercommandant en de ProcureurGeneraal uit overwegingen van opportuniteit niet vervolgd.

(NOOT: EXCESSENNOTA DIGITAAL 54MB IN PDF-FORMAAT)




Geen opmerkingen: