In het Bulletin of the Atomic Scientists van 20 januari 2010 schreef Hugh Gusterson, hoogleraar antropologie en internationale betrekkingen aan de George Washington University, wiens 'expertise is in nuclear culture, international security, and the anthropology of science,' het volgende:
the Cold War turned the entire United States into a suicide bomber rehearsing obsessively for the moment when we would 'push the button' and take down millions of our enemies with us. Seen in this light, Americans trained for the biggest suicide bombing mission of all.
http://thebulletin.org/american-suicide-bomber
Veertien jaar na de aanslagen van 11 september 2001 en een serie desastreuze oorlogen later komt de columnist Henk Hofland in De Groene Amsterdammer van 18 november 2015, met nauwelijks onderdrukte verbazing, tot de ontdekking: 'Feitelijk zijn we al in oorlog sinds 9/11.' Zijn zorgvuldig gecultiveerde onwetendheid is kenmerkend voor het failliet van de polderpers, een feit dat de opiniemaker een week later nog eens benadrukt door te stellen dat 'we niet [weten]' hoe Isis 'binnen' de 'korte tijd' van 'drie jaar' erin is 'geslaagd,' een 'vervaarlijke organisatie op te bouwen.' De 88-jarige woordvoerder van het polder-establisment heeft volgens de jury van de P.C. Hooftprijs als geen ander 'hier te lande de afgelopen zestig jaar zo nauwlettend en tegelijk zo gedistantieerd, zo scrupuleus en tegelijk met zoveel sprezzatura én met een van ijzeren discipline getuigende volharding en continuïteit de maatschappelijke toestand gepeild.' In de praktijk van alledag betekent dit dat Hofland de zienswijze van de toonaangevende commerciële massamedia in de wereld kopieert. Het is dan ook niet verwonderlijk dat Hofland nu moet bekennen dat ook hij en de zijnen 'niet [weten]' wat er zich de afgelopen decennia allemaal afspeelde achter de coulissen van het wereldtoneel. Zijn 'sprezzature' is niet meer dan wat het is: bluf, schijn, kapsones, wind, humbug, al vele decennia opgediend met een air van heb ik jou daar, die desalniettemin onder provincialen grote bewondering afdwingt. Maar voor degene die zich heeft verdiept in de wereldgeschiedenis is de pedanterie van Hofland en zijn 'politiek-literaire elite,' zoals hij zichzelf en zijn clubje getrouwen betitelt, niet alleen onuitstaanbaar maar met de dag gevaarlijker. Neem deze uitspraak van hem, in De Groene van een week later:
Ik ben van mening dat het hoog tijd wordt voor een nieuwe krijgsgeschiedenis, waarin vooral de afgelopen vijftien jaar uiterst kritisch worden beschreven, de gevolgen van het wanbeheer waarmee George W. Bush en zijn geestverwanten de wereld hebben opgescheept en het wanbeheer waarmee zijn opvolgers hebben geprobeerd de schade te herstellen. En verder hebben we behoefte aan een nieuwe George Orwell die het vervolg op zijn 1984 kan schrijven. Hij werd geïnspireerd door het begin van de Koude Oorlog. Nu zijn we getuige van en deelnemer aan een nieuwe krachtmeting waarvan we ons het vervolg niet kunnen voorstellen.
Aldus de praatjesmaker die ruim zestig jaar lang de oorlogsmisdaden in Nederlands-Indië, waarvan hij op de hoogte was, angstvallig verzweeg. De voormalige directeur van het NIOD mag dan wel hebben gesteld dat 'In geschiedschrijving van de oorlog je de moraal niet buiten de deur [kunt] houden,' maar met die regel wist de grijze eminentie van de polderpers wel raad, hij verzweeg domweg de oorlogsmisdaden waarvan hij de 'gruwelfoto's [had] gezien - niet een paar, maar ettelijke,' en ongetwijfeld ook de verhalen daarover die hij had gehoord, terwijl 'onze' held 'speelfilms af[draaide] op de troepenschepen die de militairen van en naar Batavia verscheepten.' Tot 2012, toen de eerste 'gruwelfoto's' ineens in een vuilcontainer opdoken, en H.J.A. Hofland ongestoord kon beweren dat hij en natuurlijk de oorlogsmisdadigers zelf deze schendingen van het internationaal recht al die tijd wel wisten. Eerder wisten 'we' het natuurlijk 'niet' om de eenvoudige reden dat 'we' het 'niet' wilden 'weten.' Net zo min als Hofland en de andere collaborateurs 'niet' willen 'weten' dat, zoals de goed geïnformeerde Patrick Cockburn in de London Review of Books van 6 november 2014 berichtte,
When the bombing of Syria began in September, Obama announced with pride that Saudi Arabia, Jordan, the United Arab Emirates, Qatar, Bahrain and Turkey were all joining the US as military partners against Isis. But, as the Americans knew, these were all Sunni states which had played a central role in fostering the jihadis in Syria and Iraq.
This was a political problem for the US, as Joe Biden revealed to the embarrassment of the administration in a talk at Harvard on 2 October. He said that Turkey, Saudi Arabia and the UAE had promoted 'a proxy Sunni-Shia war' in Syria and 'poured hundreds of millions of dollars and tens of thousands of tons of weapons into anyone who would fight against Assad -- except that the people who were being supplied were al-Nusra and al-Qaida and the extremist element of jihadis coming from other parts of the world'.
He admitted that the moderate Syrian rebels, supposedly central to US policy in Syria, were a negligible military force... In Turkey, Erdogan said that so far as he was concerned the PKK was just as bad as Isis.
Er zijn de afgelopen jaren talloze bewijzen opgedoken dat NAVO-landen als de VS en Turkije, en westerse bondgenoten als Saoedi-Arabië, Quatar en Koeweit, ISIS financieel en militair steunen:
a year ago Newsweek reported the testimony of a former ISIS communications technician, who had travelled to Syria to fight the regime of Bashir al-Assad.
The former ISIS fighter told Newsweek that Turkey was allowing ISIS trucks from Raqqa to cross the 'border, through Turkey and then back across the border to attack Syrian Kurds in the city of Serekaniye in northern Syria in February.' ISIS militants would freely travel 'through Turkey in a convoy of trucks,' and stop 'at safehouses along the way.'
The former ISIS communication technician also admitted that he would routinely 'connect ISIS field captains and commanders from Syria with people in Turkey on innumerable occasions,' adding that 'the people they talked to were Turkish officials… ISIS commanders told us to fear nothing at all because there was full cooperation with the Turks.'
In January, authenticated official documents of the Turkish military were leaked online, showing that Turkey’s intelligence services had been caught in Adana by military officers transporting missiles, mortars and anti-aircraft ammunition via truck 'to the al-Qaeda terror organisation' in Syria.
According to other ISIS suspects facing trial in Turkey, the Turkish national military intelligence organization (MIT) had begun smuggling arms, including NATO weapons to jihadist groups in Syria as early as 2011.
The allegations have been corroborated by a prosecutor and court testimony of Turkish military police officers, who confirmed that Turkish intelligence was delivering arms to Syrian jihadists from 2013 to 2014.
Documents leaked in September 2014 showed that Saudi Prince Bandar bin Sultan had financed weapons shipments to ISIS through Turkey. A clandestine plane from Germany delivered arms in the Etimesgut airport in Turkey and split into three containers, two of which were dispatched to ISIS.
A report by the Turkish Statistics Institute confirmed that the government had provided at least $1 million in arms to Syrian rebels within that period, contradicting official denials. Weapons included grenades, heavy artillery, anti-aircraft guns, firearms, ammunition, hunting rifles and other weapons — but the Institute declined to identify the specific groups receiving the shipments.
In een uitzending van Democracy Now! van 19 november 2015 was het volgende onthullende interview te horen:
I’d like to turn to a clip from an Al Jazeera interview in August with the former head of the U.S. Defense Intelligence Agency, Michael Flynn. The host, Mehdi Hasan, questions Flynn about how much the U.S. knew about the rise of the so-called Islamic State in Syria.
MEHDI HASAN: Many people would argue that the U.S. actually saw the rise of ISIL coming and turned a blind eye, or even encouraged it as a counterpoint to Assad. In a secret analysis by the agency you ran, the Defense Intelligence Agency in August 2012 said — and I quote… 'there is a possibility of establishing a declared or undeclared Salafist Principality in Eastern Syria... and this is exactly what the supporting powers to the opposition want, in order to isolate the Syrian regime.' The U.S. saw the ISIL caliphate coming and did nothing.
MICHAEL FLYNN: Yeah, I think that what we—where we missed the point — I mean, where we totally blew it, I think, was in the very beginning. I mean, we’re talking four years now into this effort in Syria. Most people won’t even remember—it’s only been a couple years—the Free Syrian Army, that movement. I mean, where are they today? Al-Nusra, where are they today, and what have — how much have they changed? When you don’t get in and help somebody, they’re going to find other means to achieve their goals. And I think right now what we have allowed is—
MEHDI HASAN: Hold on, you were helping them in 2012, while these groups
MICHAEL FLYNN: Yeah, we’ve allowed this — we’ve allowed this extremist — you know, these extremist militants to come in —
MEHDI HASAN: But why did you allow them to do that, General?
MICHAEL FLYNN: Those are — those are —
MEHDI HASAN: You were in post. You were the head of the Defense Intelligence Agency.
MICHAEL FLYNN: Yeah, right, right. Well, those are… Those are policy issues.
MEHDI HASAN: I took the liberty of printing out that document.
MICHAEL FLYNN: Yeah, yeah.
MEHDI HASAN: This is a memo I quoted from. Did you see this document in 2012? Would this come across your table?
MICHAEL FLYNN: Yeah, yeah, yeah. I paid very close attention to all the [inaudible] —
MEHDI HASAN: OK, so when you saw this, did you not pick up a phone and say, 'What on Earth are we doing supporting these Syrian rebels?'
MICHAEL FLYNN: Sure. I mean, that—that kind of information is presented, and —
MEHDI HASAN: And what did you do about it?
MICHAEL FLYNN: — those become — those become — I argued about it.
MEHDI HASAN: In 2012, your agency was saying, quote, 'the Salafists, the Muslim Brotherhood and [al-Qaeda in Iraq] are the major forces driving the insurgency in Syria.'
MICHAEL FLYNN: Mm-hmm.
MEHDI HASAN: In 2012, the U.S. was helping coordinate arms transfers to those same groups. Why did you not stop that, if you’re worried about the rise of, quote-unquote, 'Islamic extremism'?
MICHAEL FLYNN: Yeah, I mean, I hate to say it’s not my job, but that — my job was to ensure that the accuracy of our intelligence that was being presented was as good as it could be. And I will tell you, it goes before 2012 — I mean, when we were in Iraq, and we still had decisions to be made before there was a decision to pull out of Iraq in 2011. I mean, it was very clear what we were going to face.
Aldus de feiten uit de mond van de voornaamste betrokken autoriteit, 'het voormalige hoofd' van het 'U.S. Defense Intelligence Agency,' luitenant generaal 'Michael Flynn,' en nog steeds verklaart 'de beste journalist van de twintigste eeuw,' Henk Hofland, dat hij en de zijnen van niets 'weten.' In plaats van voortaan beschaamd zijn mond te houden, schrijft hij onweersproken column na column in De Groene Amsterdammer, als ware hij wel degelijk goed geïnformeerd. Hofland weet zelfs niet eens dat 'een nieuwe krijgsgeschiedenis, waarin vooral de afgelopen vijftien jaar uiterst kritisch worden beschreven,' al door zeker een tiental Amerikaanse en Europese intellectuelen is geschreven, zoals de lezers van mijn weblog uit mijn verwijzingen weten. Maar de hoogbejaarde en zijn jongere, zelfbenoemde 'politiek-literaire elite' in de polder lezen geen boeken van buitenlandse experts, zoals me keer op keer weer opvalt, en vandaar dat hun gevaarlijke nonsens kan doorgaan. Voor hen bestaat slechts het zwart-wit beeld van de goeden versus de kwaden. De goeden bezitten nobele motieven, de kwaden daarentegen worden slechts gedreven door primitieve instincten. Dit infantiele mens- en wereldbeeld is evenwel al langere tijd onhoudbaar geworden, omdat 'onze' tegenstanders steeds duidelijker de westerse hypocrisie en het westers terrorisme kunnen aantonen. Daardoor maken ze in toenemende mate wereldwijd de handhaving van de status quo onmogelijk. Het rijke deel van de mensheid is niet langer meer in staat om het arme deel probleemloos met geweld eronder te houden. De armen en berooiden staan met de rug tegen de muur, hebben niets te verliezen, zelfs hun eigen leven niet, en slaan nu, na 5 eeuwen westerse hegemonie, terug. In één van zijn laatste interviews vóór zijn overlijden in 2010, zei de Britse historicus Tony Judt:
When Bush said that we are fighting terrorism ‘there’ so that we won’t have to fight them ‘here,’ he was making a very distinctively American political move. It is certainly not a rhetorical trope (manier van spreken. svh) that makes any sense in Europe, [where politicians recognize that] if we begin a war between Western values and Islamic fundamentalism, in the manner so familiar and self-evident to American commentators, it won’t stay conveniently in Baghdad. It is going to reproduce itself thirty kilometers from the Eiffel Tower as well.
De in het begin van dit artikel geciteerde Britse antropoloog Hugh Gusterson schreef in 2010 dat:
antropologists from Mars might note that many people in the Middle East feel about U.S. Drone attacks the way Richard Cohen (Amerikaanse columnist. zie http://stanvanhoucke.blogspot.nl/2015/11/vluchtelingenstroom-31_30.html svh) feel toward suicide bombers. The Drone attacks are widely perceived in the Middle East as cowardly, because the drone pilot is killing people on the ground from the safety of an air-conditioned pod in Nevada, where there is no chance that he can be killed by those he is attacking. He has turned combat into hunting. In this regard, the drone is the culmination of a long tradition of colonial war-fighting technologies--going back at least to the machine guns with which British and French colonial soldiers mowed down spear-carrying Africans--that ensure that the 'natives' die, in an unfair fight, in considerably larger numbers than the colonial soldiers.
Op zijn beurt wijst de Franse filosoof Grégoire Chamayou zijn boek Drone Theory (2015) erop dat
Talal Asad (Amerikaanse antropoloog werkzaam aan de City University of New York. svh) suggests that the horror provoked in Western societies by suicide bombings lies in the fact that the author of the attack, through his action, a priori rules out any kind of retributive justice. By dying with his victim, coagulating (samenvallen. svh) both crime and punishment within a single action, he makes punishment impossible and thereby deactivates the fundamental resort of a form of justice conceived in the penal mode. He will never be able 'to pay for what he has done.'
The horror aroused by the idea of death administered by pilotless machines is perhaps connected to a similar perception. Gusterson goes on to say 'The drone operator is also a mirror image of the suicide bomber in that he too deviates, albeit in the opposite direction, from our paradigmatic image of combat.'
Het militaire en politieke concept van 'Shock and Awe' is in feite niets anders dan dit laatste, het consequentieloos vermoorden van de zwakkeren. Het 'Schrik' aanjagen en 'Vrees' inboezemen door middel van een overmacht aan niets en niemand ontziend geweld is in de praktijk hetzelfde als massaal terrorisme, gericht tegen een burgerbevolking, zoals iedere televisiekijker kan weten, en waarvan ik het resultaat in 1995 met eigen ogen in Irak heb kunnen aanschouwen.
Het is belangrijk de westerse terreur niet te vergeten, zodra men de stellige overtuiging leest van columnist H.J.A. Hofland in De Groene Amsterdammer van 18 november 2015 dat 'Wij geen spionnen [hebben] bij IS,' én dat 'hun denkwereld ons volstrekt vreemd is.' Hoe kan Hofland zo zeker weten dat de westerse geheime diensten geen 'spionnen' bij ISIS hebben? Ik vraag dit allereerst omdat zijn belangrijkste informatiebron, volgens eigen zeggen, de televisie is, zoals ondermeer bleek toen hij in De Groene zijn publiek nog eens liet weten hoe 'kolonel Kadhafi ten val' was 'gebracht,' namelijk
[m]et consequente luchtsteun aan de rebellen, en zonder dat ook maar één vreemde soldaat daar voet aan de grond heeft gezet. Onze luchtmacht heeft er ook nog aan meegedaan. President Obama vond er een naam voor: leading from behind. Het is redelijk goed afgelopen. Libië zien we niet meer op de televisie.
En daarom was het Hofland de televisiekijker annex gerespecteerd opiniemaker ontgaan dat Libië inmiddels een chaos was geworden van elkaar bestrijdende terreur-bendes, die in de terminologie van Hofland 'rebellen' worden genoemd. Daarnaast is het belangrijk op te merken dat geheime diensten, het woord geeft het al aan, in het geheim werken, en die geheimen zeker niet prijsgeven aan een 88-jarige die columnist is van een slecht geïnformeerd weekblad, dat in een minuscule oplage in een kikkerlandje verschijnt. Kortom, Hoflands bewering is gezwetst. Hetzelfde gaat op voor zijn opmerking dat 'hun denkwereld ons volstrekt vreemd is.' Deze bewering is nota bene afkomstig van de man die al in het begin van de jaren vijftig, ik citeer Hofland nu, 'gruwelfoto's' had gezien van Nederlandse oorlogsmisdaden in voormalig Nederlands-Indië, maar die desondanks als gerenommeerd journalist het al die decennia verstandiger had gevonden om over die oorlogsmisdaden te zwijgen. Gezien vanuit het perspectief van het door 'Nederlandse militairen' gebruikte 'structureel en extreem geweld tegen Indonesiërs in de periode 1945-1950,' is het uiterst onwaarschijnlijk dat de 'denkwereld' van ISIS voor Hofland en de zijnen 'volstrekt vreemd' is. Om het breder te trekken: wat zou voor de daders van Auschwitz en Hiroshima, Vietnam, Abu Ghraib, Guantanamo zo 'volstrekt vreemd' kunnen zijn aan de 'denkwereld' van ISIS? Ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat hier het onderhuids racisme van Hofland en zijn 'Groene'-publiek opnieuw opspeelt. Dit verklaart tevens waarom zij in staat zijn de wet van oorzaak en gevolg te negeren. Ze weigeren te beseffen dat westerse clandestine activiteiten elders, thuis desastreuze gevolgen kunnen hebben, of zoals de gezaghebbende Amerikaanse oud CIA-adviseur en hoogleraar, wijlen Chalmers Johnson, stelde in zijn trilogy Blowback:
my country is launched on a dangerous path that it must abandon or else face the consequences.
In het eerste boek van zijn drieluik, getiteld Blowback: The Costs and Consequences of American Empire verklaarde Johnson:
In Blowback, I set out to explain why we are hated around the world. The concept 'blowback' does not just mean retaliation for things our government has done to and in foreign countries. It refers to retaliation for the numerous illegal operations we have carried out abroad that were kept totally secret from the American public. This means that when the retaliation comes – as it did so spectacularly on September 11, 2001 – the American public is unable to put the events in context. So they tend to support acts intended to lash out against the perpetrators, thereby most commonly preparing the ground for yet another cycle of blowback. In the first book in this trilogy, I tried to provide some of the historical background for understanding the dilemmas we as a nation confront today, although I focused more on Asia – the area of my academic training – than on the Middle East.
Het tweede boek, The Sorrows of Empire. Militarism, Secrecy, and the End of the Republic (2004) vatte Chalmers Johnson als volgt samen:
The Sorrows of Empire was written during the American preparations for and launching of the invasions and occupations of Afghanistan and Irak. I began to study our continuous military buildup since World War II and the 737 military bases we currently maintain in other people's countries. This empire of bases is the concrete manifestation of our global hegemony, and many of the blowback-inducing wars we have conducted had as their true purpose the sustaining and expanding of this network. We do not think of these overseas deployments as a form of empire; in fact, most Americans do not give them any thought at all until something truly shocking, such as the treatment of prisoners at Guantanamo Bay, brings them to our attention. But the people living next door to these bases and dealing with the swaggering soldiers who brawl and sometimes rape their women certainly think of them as imperial enclaves, just as the people of ancient Iberia or nineteenth-century India knew that they were victims of foreign colonization.
En over Nemesis. The Last Days of the American Republic (2006), het laatste boek van de trilogie schreef hij:
In Nemesis, I have tried to present historical, political, economic, and philosophical evidence of where our current behavior is likely to lead. Specifically, I believe that to maintain our empire abroad requires resources and commitments that will inevitably undercut our domestic democracy and in the end produce a military dictatorship or its civilian equivalent. The founders of our nation understood this well and tried to create a form of government – a republic – that would prevent this from occurring. But the combination of huge standing armies, almost continuous wars, military Keynesianism, and ruinous military expenses have destroyed our republican structure in favor of an imperial presidency. We are on the cusp of losing our democracy for the sake of keeping our empire. Once a nation is started down that path, the dynamics that apply to all empires come into play – isolation, overstretch, the uniting of forces opposed to imperialism, and bankruptcy. Nemesis stalks our life as a free nation.
De alom gerespecteerde Chalmers Johnson was een voormalige 'cold warrior,' die gaandeweg door zijn ervaringen als 'consultant' van de macht in Washington en op Wall Street doorkreeg dat
A nation can be one or the other, a democracy or an imperialist, but it can’t be both. If it sticks to imperialism, it will, like the old Roman Republic, on which so much of our system was modeled, lose its democracy to a domestic dictatorship.
Mocht u meer over hem willen weten dan kunt u ook mijn interview met Chalmers Johnson lezen: http://home.planet.nl/~houck006/johnson.html
Hoe onbenullig steken de praatjes van Henk Hofland af tegen de inzichten van een Amerikaanse geleerde die van binnenuit wist wat de werkelijkheid was. Lees ondermeer dit consequentieloos gekwek van de grijze eminentie van de polderpers:
Europa verandert in een soort Brussel, daar zou het op neerkomen. In alle opzichten voert het Westen op het ogenblik een ongelijke strijd tegen de terreur.
Daar komt nog bij dat we door onze eigen inlichtingendiensten misschien misleid zijn. Afgelopen zondag heeft president Obama verklaard dat hij een paar hooggeplaatste ambtenaren van het ministerie van Defensie opdracht heeft gegeven om na te gaan of recente rapporten van de inlichtingendiensten over de strijd tegen IS niet veel te optimistisch zijn. Hoge ambtenaren in het Pentagon zouden daarin veranderingen hebben aangebracht alvorens ze aan een wijdere circulatie prijs te geven. In Washington werd IS als een regionale organisatie beschouwd. Intussen weten we beter. Ik heb maar één wens, zei de president. De waarheid. Die is hem intussen bewezen. Maar wat zal hij doen? Nog meer bombarderen?
Pardon? 'We' zijn 'misschien misleid' door 'onze eigen inlichtingendiensten?' Hoe nu, 'misschien'?En 'de president' heeft 'maar één wens,' te weten 'De waarheid'? Hoe weet de televisiekijker Hofland zo zeker dat 'de president' werkelijk op zoek naar 'de waarheid' is? Misschien omdat hij 'de president' is? Zo nee, waarom dan wel? En waarom zouden 'onze eigen inlichtingendiensten' niet 'de waarheid' tegen 'de president' hebben verteld? Welk belang zouden ze hebben om niet alleen 'de president' te misleiden, maar ook 'ons'? Waarom verspreidt De Groene Amsterdammer elke week weer Hoflands nonsens? Dat is in elk geval voor de redactie geen raadsel. Vertel het 'ons.' Volgende keer meer over 'onze' opinies fabricerende 'politiek-literaire elite,' onder aanvoering van het media-orakel Henk Hofland.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten