zondag 8 maart 2015

Henk Hofland en de Massa 16



Wanneer Henk Hofland in De Groene Amsterdammer van 25 februari 2015 constateert dat 'De terroristen van IS op de chaos [gedijen]' dan is onvermijdelijk de vraag: hoe is die 'chaos' in Irak en Libië ontstaan? Het antwoord is: door het westerse geweld, onder aanvoering van de VS. Waarom vertelt Hofland dit niet aan zijn publiek? Omdat deze informatie niet in zijn propaganda-versie van de werkelijkheid past. De huidige realiteit vereist een permanente staat van oorlog met iedereen die zich niet neerlegt bij de neoliberale ideologie onder leiding van Washington en Wall Street. Aangezien dit moet worden gerechtvaardigd, is propaganda de belangrijkste functie van de westerse commerciële journalistiek. 

De elite in de VS gedraagt zich net als de elite in welk imperium dan ook, en werkt op die manier aan haar eigen ondergang, zoals de geschiedenis vanaf de oudheid aantoont. Henk Hofland gedraagt zich daarbij als elke sycophant sinds de dagen van het Assyrische rijk. De geschiedenis is een herhaling van zetten, alleen in technologisch opzicht is de mensheid geëvolueerd. De elite is kennelijk niet in staat te leren, en dit maakt haar zo gevaarlijk. Ook de 'democratie' is niet in staat gebleken om de grootste dwaasheden in te tomen, laat staan uit de wereld te helpen. Eén van de belangrijke oorzaken van deze ontwikkeling is dat de zogeheten 'vrije pers' in het Westen elke dissidente opvatting weg filtert, en wel omdat, zoals de Amerikaanse socioloog C.Wright Mills opmerkte  

het doel van de opinie-organisatoren [is] om de bevolking in een voortdurende staat van emotionele onderworpenheid te houden... Immers, als het maar eenmaal gelukt is om een mentaliteit van volgzaamheid en gehoorzaamheid te kweken, is het niet moeilijk meer om de mensen te doen geloven en te doen voelen wat men maar wil... hun opinies zijn parallel omdat ze alle uit één bron afkomstig zijn: die van de media.

Edward Bernays, de grondlegger van de public relations-industrie, die door het tijdschrift Life in 1999 werd uitgeroepen tot 'one of the 100 most influential Americans of the 20th century,' stelde al in 1928 dat 'the engineering of consent the very essence of the democratic proces' is, oftewel 'the freedom to persuade and suggest.'  Bernays benadrukte dit proces met de woorden:

The conscious and intelligent manipulation of the organized habits and opinions of the masses is an important element in democratic society. Those who manipulate this unseen mechanism of society constitute an invisible government which is the true ruling power of our country.

In 1984 concludeerde de Amerikaanse historicus Marvin Olasky dat Bernays, in het begin van de twintigste eeuw 'één van de eersten' was geweest 

to realize fully that American 20th Century liberalism would be increasingly based on social control posing as democracy, and would be desperate to learn all the opportunities for social control that it could. 

Op zijn beurt kwam de Amerikaanse historicus, professor Stewart Ewen, in zijn studie PR! A Social History of Spin (1996) tot de slotsom dat al vanaf de jaren twintig van de vorige eeuw 

the mass media, dominated by commercial interests, would provide subservient channels through which as broad public might be schooled to a corporate point of view.

In zijn boek Crystallizing Public Opinion schreef Bernays in 1923 over en voor zijn rijke opdrachtgevers: 

The minority has discovered a powerful help in influencing majorities. It has been possible so to mould the mind of the masses that they will throw their newly gained strength in the desired direction. Propaganda is the executive arm of the invisible government.

Het spreekt voor zich dat hij rijkelijk beloond werd voor zijn inzicht in 'the concious and intelligent manipulation of the organized habits and opinions of the masses,' dat een 'indispensable feature of democratic society' was geworden, zoals hij zelf het zo treffend vaststelde. Vanaf toen wist de 'intelligent few,' deze 'invisible wire pullers,' zoals Bernays hen noemde, hoe ze 'continuously and systematically' de voorname taak van 'regimenting the public mind' het best in de praktijk kon brengen. Als geen ander wist Joseph Goebbels hoe bruikbaar het werk van Bernays was, de nazi-minister van propaganda had Bernays' boek Propaganda (1928) dan ook onder handbereik in zijn werkkamer.

Edward Bernays, tezamen met andere vooraanstaande Amerikaanse intellectuelen, waarschuwde de elite al een eeuw geleden voor de gevaren van de democratie. Immers, op die wijze konden grote groepen burgers een greep krijgen op hun eigen toekomst en deze ontwikkeling zou de macht van de elite drastisch inperken. 'Freedom' kan alleen in handen zijn van de machtigen en rijken en hun woordvoerders in de mainstream media, die de middelen hebben om die 'vrijheid' vorm en inhoud te geven, waardoor 

Today it is impossible to overestimate the importance of engineering consent; it affects almost every aspect of our daily lives.

Voor zijn baanbrekende bijdrage aan de beheersing van de massa werd Bernays in 1949 door de prestigieuze American Psychological Association gehuldigd. Hoe invloedrijk de inzichten van Bernays waren, bleek hetzelfde jaar nog eens toen de redactie van het gerenommeerde tijdschrift Fortune zonder enige ironie vaststelde dat

it is as impossible to imagine a genuine democracy without the science of persuasion [i.e. propaganda] as it is to think of a totalitarian state without coercion. The daily tonage output of propaganda and publicity... has become an important force in American life. Nearly half of the contents of the best newspapers is derived from publicity releases; nearly all the the contents of the lesser papers... are directly or indirectly the work of PR departments.

In dezelfde jaren twintig van de vorige eeuw benadrukte de invloedrijkste Amerikaanse mainstream-opiniemaker, Walter Lippmann, dat journalisten als ‘gespecialiseerde klasse’ de taak hebben om de gemeenschappelijke belangen… die voor het overgrote deel de publieke opinie ontgaan’ zo te presenteren dat ze door de massa aanvaard worden, waarbij natuurlijk de ‘gemeenschappelijke belangen’ allereerst en vooral de rijken dienen. Met andere woorden: de westerse media moeten de visie van de machtigen propageren. En ziedaar Henk Hofland die zolang als ik leef als geen ander in Nederland de belangen van de gevestigde orde dient. 

In de fascinerende BBC-serie Century of Self (2002) verklaarde documentairemaker Adam Curtis over Bernays:

In 1939 Edward Bernays, Sigmund Freud's nephew, created a vision of a future world in which the consumer was king. It was at the World's Fair in New York, and Bernays called it democracity. It was one of the earliest and most dramatic portrayals of a consumerist democracy, a society in which the needs and desires of individuals were read and fulfilled by business and the free market. 

Stuart Ewen beschreef het zo: 

The World's Fair created a spectacle in which all of these concerns were met and they were met by Westinghouse and General Motors and the American Cash Register Company. Company after company presented itself as a sort of centerpiece of a society in which human desire and human want and human anxiety would all be responded to, and it would all be met purely through the free enterprise system. There was this sort of notion that the free market was something that was not guided by ideologies or by political power. It was something that simply was guided by people's will.' 

Opnieuw Adam Curtis: 

This was the model of democracy that both new Labour and the American Democrats had bought into in order to regain power. They had used techniques of consumers and they had accepted Bernays' claim that this was a better form of democracy. But in reality the World's Fair had been an elaborate piece of propaganda designed by Bernays for his clients, the great American corporations. Privately Bernays did not believe that true democracy could ever work. He had been profoundly influenced in this by his uncle's theory of human nature. Freud believed that individuals were not driven by rational thought but by primitive unconscious desires and feelings. And Bernays believed that this meant it was too dangerous to let the masses ever have control over their own lives. And consumerism was a way of giving people the illusion of control while allowing the responsible elite to continue managing society.

In 1933, het jaar dat Hitler democratisch aan de macht kwam, schreef de invloedrijke Amerikaanse hoogleraar Harold Lasswell in de Encyclopedia of the Social Sciences dat aangezien de 'masses are still captive to ignorance and superstition' de komst van de democratie 'compelled the development of a whole new technique of control, largely through propaganda.' Want, zo stelde Lasswell, propaganda is 'the one means of mass mobilisation which is cheaper than violence, bribery or other possible control techniques.' Om een geavanceerde, technologische massamaatschappij zo efficient mogelijk te laten draaien is propaganda de goedkoopste en veiligste manier voor de elite om de massa gehoorzaam te houden. Let wel, Lasswell was geen marginale figuur met malle standpunten. Hij werd en wordt nog steeds alom gerespecteerd. Dit is wat de Nederlandse versie van Wikipedia over hem meldt:

Lasswell was één van de meest creatieve en invloedrijke wetenschappers van zijn tijd. Door gebruik te maken van een scala van psychologische en sociologische methoden in een discipline die tot dan toe alleen gebruik maakte van historische, juridische en filosofische methoden werd Harold Lasswell de grondlegger van de hedendaagse politieke wetenschap en met name de politieke psychologie. Ook op het gebied van de communicatiewetenschappen heeft hij met zijn communicatiemodel een grote invloed gehad. Op het gebied van beleidsstudies was het Harold Lasswell die de richting aangaf met de omschrijving waaraan deze (toen) nieuwe discipline moest voldoen (multi-disciplinair, probleem oplossend, expliciet normatief).

Als één van de belangrijkste adviseurs van de politieke en economische elite verklaarde Lasswell dat propaganda onmisbaar was in een democratie omdat 'men are often poor judges of their own interests' en dus bewerkt moeten worden om zaken te steunen die ze normaal niet zouden steunen. De commerciële massamedia spelen in dit proces een doorslaggevende rol, dat was en is nog steeds de algemene opvatting van Hoflands toonaangevende 'politiek-literaire elite' en haar opdrachtgevers. Ook de invloedrijke Walter Lippmann wantrouwde een ware democratie in een moderne samenleving. Het gewone volk kon zijn eigen belangen niet zomaar gaan formuleren, want dan zou het een chaos worden. Het publiek mocht tijdens verkiezingen zijn stem geven aan — door coöptatie samengestelde – beleidsbepalers en verder niets. Om dit proces mogelijk te maken en zo glad mogelijk te laten verlopen, moest de mainstream pers worden ingezet. Zij was verantwoordelijk voor ‘het fabriceren van consensus… een zelfbewuste vaardigheid en standaard instrument van een regeringen die namens het volk besturen.’ Keer op keer onderstreepte Lippmann het belang dat journalisten de juiste ‘reflexen’ ontwikkelden en voldoende geconditioneerd zouden worden waardoor ‘de aandacht van de media natuurlijk voor een belangrijk deel gestuurd’ kon worden ‘door de politieke machten,’ zoals de huidige hoofdredacteur van Vrij Nederland, Frits van Exter, het eens in een onbewaakt moment formuleerde. 

Walter Lippmann besefte de propagandistische waarde van een gecontroleerde pers, die er diep van doordrongen is dat zij ‘moet… kiezen.’ Dit was en is nog steeds de heersende opvatting in brede kringen van de Amerikaanse en Nederlandse elite. Robert Lansing, minister van Buitenlandse Zaken onder president Woodrow Wilson, verklaarde dat de westerse massa ‘onwetend en geestelijk onvolwaardig’ was en dus via de 'vrije pers' in de juiste richting gemanipuleerd moest worden. Ook Reinhold Niebuhr, hoogleraar Praktische Theologie uit New York, de ‘officiële theoloog van het establishment,’ waarschuwde voor de domheid van de gemiddelde mens… het proletariaat,’ dat niet de rede volgde maar het geloof en daarom door de media gevoed moest worden met ‘emotioneel krachtige oversimplificaties,’ die dienden om de ‘noodzakelijke illusie,’ in stand te houden. De illusie dat de VS een echte democratie is, waarbij iedere burger in alle vrijheid de politieke koers van zijn land bepaalt, en de commerciële pers 'onafhankelijk' is. Dezelfde illusie dus die Henk Hofland cum suis, tegen beter weten in, verspreiden. Volgens Niebuhr moet men ‘de verantwoordelijkheden van de macht onder ogen zien,’ zodat de noodzakelijke illusie’ kan blijven bestaan. Die is noodzakelijk wil de economische en politieke elite ongestoord haar werk kunnen doen, wat in de praktijk neerkomt op het uitbuiten en onderdrukken van het ‘proletariaat,’ hier zowel als in de rest van de wereld. De massa moet door de massa-media worden gedisciplineerd en gedirigeerd, anders zal de westerse beschaving ten onder gaan, zo vreesde Niebuhr. Het resultaat van deze strategie is niet uitgebleven, want ondanks, of beter nog, juist dankzij de overvloed aan massamedia is de constatering van John Berger correct dat 

er grote delen van de… arbeiders en middenklasse bestaan die zich niet helder kunnen uitdrukken als gevolg van de grootscheepse culturele deprivatie. De middelen om datgene wat ze weten te vertalen in gedachten is hen ontnomen… Ze bezitten geen voorbeelden die ze kunnen volgen, waarbij woorden ervaringen duidelijk maken.

Een avondje televisie kijken en men weet wat Berger bedoeld. ‘Wat kan er, uitgezonderd halve waarheden, grove simplificaties of onbenulligheden, overgebracht worden aan dat half-geletterde massale gehoor, dat… overal de voorstelling mag bijwonen?’ zo schreef de emeritus hoogleraar George Steiner, die aan Yale en Oxford doceerde. Zonder enige schroom stelde ook Frits van Exter vast dat

De aandacht van de media [wordt] natuurlijk voor een belangrijk deel gestuurd… door de politieke machten… Dat geldt voor de nationale politiek, maar natuurlijk ook voor de internationale politiek … Het heeft voor een deel te maken met de vluchtigheid van het medium. Deels ook volgen de media elkaar, sommige zijn dominanter, en andere lijden aan kuddegedrag… het werkt voor een deel reflexmatig. Reflexen zijn het, je bent daar geconditioneerd in.

Op de Amerikaanse website International Clearing House stelde op 5 maart 2015 de mij onbekende Dennis Bortko terecht dat

the mainstream media is used to push specific agendas, to deny any alternative storylines, and to maintain a specific worldview, which is considered acceptable and to demonize any alternative explanations or worldviews. In other words, it's a very important tool used to keep the public inside a mental box, which is essential in shaping, manipulating and controlling public opinion and the society.

I concentrate on mind-control as one of the major aspects of how mainstream media is used to control the population… mind control, where various specific phrases, sentences and words are inserted in order to steer the reader into believing some specific ideas, yet it's done quite cleverly because the reader is guided but not specifically told exactly what to think. This is why the tactics of mainstream media require a deep analysis because they're very carefully crafted and not easily noticeable to the unaware mind.

Dit is de bredere context, waarin Henk Hofland en de andere mainstream-opiniemakers van de 'vrije pers,' mogen opereren binnen de nauwe grenzen van wat de macht acceptabel acht. En die onvrijheid is dermate geïnternaliseerd dat 'de politiek-literaire elite' in de polder zich er niet langer van bewust is, of misschien manifesteert zich hier cognitieve dissonantie, waarbij een irrationele houding wordt gerationaliseerd. Hoe dan ook, in de praktijk is er sprake van de 'vrijheid' van onvrijen. In dit opzicht functioneert de neoliberale 'democratie' totalitair. Daarom omzeilt Hofland de vraag hoe de 'chaos' in Irak en Libië is ontstaan. De 'beste journalist van de twintigste eeuw' in de polder weet uit meer dan een zestig jaar ervaring tot op de millimeter precies waar de grenzen liggen van wat hij mag melden en wat niet.


'Mission Accomplished.' Henk Hofland met de P.C. Hooftprijs 2011, die de 'beste journalist van de twintigste eeuw' als bevestiging kreeg dat hij meetelt, en vanwege zijn 'virtuoze omgang met het woord.' Het was een prijs voor zijn dienstbaarheid aan de gevestigde wanorde. O, eeuwige ironie. Ons nageslacht zal er over oordelen. 


Geen opmerkingen:

"Israel is burning children alive"

Khalissee @Kahlissee "Israel is burning children alive" "You are destroying this country shame on all of you" Ex U.S. ...