Hipsters? 'Voor degenen die binnen in een mythe leven, lijkt die een vanzelfsprekendheid.' Links de Makjes, rechts de Sauertjes.
Het probleem met jou is dat je
verdomd vaak gelijk hebt, en dat het vaak geen prettige mededelingen zijn die
je te melden hebt… Jij ziet veel dingen scherper en eerder, maar,’ zo schreef Geert Mak mij in januari 2012, 'Ik kan niet zonder hoop, Stan, dat klinkt
misschien wat pathetisch, maar het is toch zo.'
Waar is die ‘hoop’
op gebaseerd? In elk geval niet op feiten die ik aanvoer, zo blijkt uit Mak’s
woorden zelf. Maar op wat dan? In zijn onlangs in het Nederlands vertaalde
essaybundel De Stilte van Dieren. Over de
vooruitgang en andere moderne mythen schrijft de Britse filosoof John Gray:
Het
denkbeeld dat imperialisme de ontwikkeling van de mensheid ten goede zou kunnen
komen, is reeds lang in diskrediet geraakt. Er is echter geen afstand gedaan
van het vertrouwen dat vroeger in koloniale tijden werd gesteld. Zelfs zij die
in naam meer traditionele geloofsovertuigingen aanhangen, vertrouwen voor hun
geestelijke rust op een geloof in de toekomst. De geschiedenis mag dan een
opeenvolging van absurditeiten, tragedies en wandaden zijn, niettemin kan –
zoals iedereen volhoudt – de toekomst nog steeds beter zijn dan alles in het
verleden. Deze hoop opgeven zou eenzelfde toestand van vertwijfeling
teweegbrengen als die waardoor Kayerts het spoor bijster raakte.
Kayerts is een
van de twee protagonisten uit Joseph Conrad’s An Outpost Of Progress dat in 1896 verscheen en handelt over een
Europeaan die tot barbarij vervalt en vervolgens zelfmoord pleegt, omdat
Kayerts geen houvast meer kon vinden in het vooruitgangsgeloof. Gray:
Geloof
in vooruitgang brengt vele voordelen, met wellicht als belangrijkste dat het
een overmaat aan zelfkennis voorkomt. Toen Kayerts en zijn metgezel zich in
Kongo waagden, waren de vreemden die ze ontmoetten niet de inheemse bewoners
maar zijzelf…
'De
rivier, het oerwoud, heel het grote land dat gonsde van leven – het kwam hun
voor als één grote leegte. Zaken doemden op en verdwenen voor hun ogen zonder
doel of samenhang. De rivier stroomde door een leegte. Uit die leegte kwamen nu
en dan kano’s, en mannen met speren vulden dan ineens de binnenplaats van de handelspost…'
Afgesneden
van hun gewoonten verliezen Kayerts en Carlier (Kayerts’ metgezel die hij vermoordt. svh) de vermogens die nodig zijn om het leven voort te zetten. ‘De
samenleving had… hun daarbij elke vorm van zelfstandig denken, alle initiatief,
alles wat afwijkt van het normale ontzegd – verboden zelfs, op straffe des
doods. Ze konden slechts leven als een automaat.’
De
automaatachtige staat van moderne mensen kan als een beperking overkomen.
Feitelijk is het voor hen een voorwaarde om te kunnen overleven…
Tegenover dit
diepe inzicht staat de oppervlakkige door Mak met instemming opgetekende bewering
van Derk Sauer dat Cosmopolitan ‘de
mensen [leerde] om hun individualiteit weer uit te dragen.’ Al in de
negentiende eeuw besefte een schrijver als Joseph Conrad dat de moderne massamens geen
individualist was die kracht in zichzelf vond, maar iemand die via
geconditioneerde reflexen als een kuddedier reageerde. Conrad wijst erop dat de massa bestaat uit:
types
die slechts kunnen bestaan dankzij de hoge organisatiegraad van geciviliseerde
massa’s. Weinig mensen beseffen dat hun leven, het wezen van hun karakter, wat
ze kunnen en wat ze durven, slechts uitdrukking zijn van hun geloof in de
veiligheid van hun omgeving. Hun moed, hun kalmte, hun zelfvertrouwen, hun
emoties en principes, de meest verheven zowel als de meest banale gedachten –
het zijn allemaal geen producten van het individu, maar van de massa – van de
massa die blindelings gelooft in de onoverwinnelijke macht van zijn instanties
en zijn zeden, in de sterkte van zijn politie en zijn overtuiging.
Maar valt de
omgeving weg dan vervalt de mens maar al te snel in barbarij, zoals we
elke dag hier en elders kunnen zien. Zijn beschaving is een niet doorleefde
werkelijkheid, maar een flinterdun masker die wegvalt zodra hij geconfronteerd wordt met de rauwe werkelijkheid. Deze realiteit staat haaks op
de fundamentele veronderstellingen van de vooruitgangsgelovigen die niet zonder
‘hoop’
kunnen, hoop dat het allemaal goed zal aflopen, hoe slecht de zaken er ook
voorstaan. Auschwitz en Hiroshima zijn voor hen niet meer dan kortstondige
aberraties op weg naar de bevrijdende vooruitgang waarnaar wij collectief op
weg zijn. Aan het einde van de rit staat de verlossing. Zij kunnen domweg de
werkelijkheid niet accepteren, want dat zou hun mythes opblazen, hun hele mens- en wereldbeeld
vernietigen. John Gray over Conrad’s protagonisten in Een voorpost van de vooruitgang:
Toen
ze zich buiten hun vertrouwde omgeving waagden, waren de twee mannen niet meer
bij machte te handelen. Sterker nog: ze hielden op te bestaan.
Voor
degenen die binnen in een mythe leven, lijkt die een vanzelfsprekendheid. De
menselijke vooruitgang is zo’n vanzelfsprekendheid. Als je die aanvaardt, heb
je een plek in de grootse ontwikkelingsgang der mensheid. Maar de mensheid gaat
uiteraard helemaal nergens naartoe. ‘Mensheid’ is een fictie samengesteld uit
miljoenen individuen die stuk voor stuk een uniek en eenmalig leven leiden.
Toch is de mythe van de vooruitgang extreem sterk. Als ze haar kracht verliest,
worden degenen die haar naleven – zoals Conrad dat beschrijft voor Kayerts en
Carlier – ‘als gevangenen die hun hele leven achter tralies hebben gezeten en
zich, plotseling op vrije voeten gesteld, met de vrijheid geen raad weten.’
Wanneer hun het geloof in de toekomst wordt ontnomen, verliezen ze ook het
beeld dat ze van zichzelf hebben. Als ze dan de dood verkiezen, komt dat
doordat ze zonder dat geloof het leven niet meer kunnen begrijpen.
Voor
opiniemakers als Mak en Sauer (in mindere mate) is ‘hoop’ de boei waaraan ze
zich vastklampen, en waarmee ze zichzelf een rolmodel aanmeten. En dus
omschrijft Mak zijn Nederlandse informant in Rusland als ‘vrolijk, geestdriftig
en optimistisch,’ een man naar zijn hart en goddank geen ‘doemdenker’ als
bijvoorbeeld de grote auteur John Steinbeck die ‘tijdens zijn reis met Charley
voor het eerst ongenadig geconfronteerd [werd] met degene die hij in
werkelijkheid was: een oudere man die zichzelf overschreeuwde, die zijn
leeftijd niet kon accepteren, zijn jeugd niet kon loslaten,’ zo
oordeelde Mak omdat Steinbeck zijn eigen land kritisch had geanalyseerd in zijn
Travels With Charley, en daarmee Mak’s
‘hoop’
in een glorieuze toekomst voor zijn ‘droomland’ onderuit had gehaald. Het
verklaart ook de villeine felheid waarmee Mak de Nobelprijswinnaar Steinbeck in Reizen
zonder John veroordeelt wanneer hij het heeft over ‘Steinbeck’s eeuwig sluimerend
pessimisme,’ die volgens Mak ‘ongegeneerd’ naar buiten was
gebroken. In zijn boek Cannery Row
bleek, aldus Mak, ‘Steinbeck… een doemdenker,’ te zijn die de ‘Grootse Levensdoelen’ had afgewezen, en zodiende ‘een buitengewoon on-Amerikaans, misschien
zelfs anti-Amerikaans – boek’ geschreven
had over het land waarvoor Mak ‘altijd
al… een geheime liefde’ heeft gekoesterd. Auteurs dienen van hem een hoopvolle
boodschap aan hun publiek te geven. Niet alleen omdat dit lekker in de markt
ligt en hoge oplages garandeert, maar allereerst omdat hij als zoon van de
dominee, niet zonder een verlossingsgedachte kan. Het geloof in de
vooruitgangsgedachte, gebaseerd op de Verlichtingsmythe, moet het gat vullen
dat de dood van de christelijke god had achtergelaten.
Fragment uit Geert Mak's In Europa: 'Cosmopolitan toont een complete andere levensstijl, met moderne en open verhoudingen tussen mannen en vrouwen, chefs en ondergeschikten.’ Een ander: ‘Cosmopolitan toont de Russinnen nieuwe rolmodellen: ongebonden vrouwen, goed opgeleid, werkend, in staat om de postmoderne samenleving ten volle uit te buiten. Het zijn de overwinnaars van de mannen.’ Derk Sauer: 'Dit blad leerde de mensen om hun individualiteit weer uit te dragen. Het was hun gids voor het nieuwe leven.'
John Berger schreef over dat 'het nieuwe leven' van opniemakers als Sauer en Mak, in zijn essaybundel Hold Everything Dear. Dispatches On Survival And Resistance:
Today it is... foreign invaders who switch signs to confuse local populations, confuse them about who is governing who, the nature of happiness, the extent of grief, or where eternity is to be found. And the aim of all these misdirections is to persuade people that being a client is the ultimate salvation.
Yet clients are defined by where they check out and pay, not by where they live and die.
Bericht uit het land waar 'het nieuwe leven' werd ontwikkeld:
Random Notes From the Police State
Tuesday, 23 April 2013 09:13
By William Rivers Pitt, Truthout | Op-Ed
if you think we're all hapless dupes playing along with the fascist takeover of America, by all means, come to Boston and see for yourselves.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten