maandag 5 november 2012

'Deskundigen' 21


De auteur Geert Mak verkondigt regelmatig algemeenheden over Europeanen en Amerikanen in de trant van dat 'de Amerikanen hele optimistische mensen [zijn] vergeleken met ons fatalistische Europeanen,' zoals hij bij Pauw en Witteman verkondigde. En ook in zijn  reisboek treft men talloze algemeenheden aan zodra het 'de Amerikanen' betreft. Zo spreekt hij van 'Amerikaanse lef en die benijdenswaardige flair!' met uitroepteken. Maar nu verklaart hij ineens tegenover Vrij Nederland dat 'je het ook snel afleert om in algemeenheden over' de VS 'te spreken.'  Mak licht deze opmerkelijke omslag niet toe. De kennelijk onder de indruk zijnde VN-journalist vraagt er niet naar. Wat de lezer wel verneemt is dat 'behalve duider van Jorwerd, Amsterdam en Europa Geert Mak in het spoor van John Steinbeck ineens ook Amerika-expert' is geworden, ondanks zijn uiterst gebrekkige historische kennis van de VS zoals ik met feiten heb proberen aan te tonen. Maar omdat er in Nederland geen werkelijk intellectueel klimaat bestaat kan Geert Mak van de ene op de andere dag uitgeroepen worden tot 'Amerika-expert.'  Laart ik daarom doorgaan met zijn zogenaamde expertise tegen het licht te houden.

Op pagina 155 van zijn reisboek presenteert Geert Mak zijn lezerspubliek opnieuw de Reader's Digest versie van de Amerikaanse geschiedenis wanneer hij schrijft:

Thomas Jefferson was nog maar drieendertig jaar oud toen hij in 1776 de Onafhankelijkheidsverklaring optekende, een van de mooiste staatsdocumenten die ooit zijn geschreven. 'We hold these truths to be self-evident, that all men are created equal, that all men are created equal, that they are endowed by their Creator with certain unalienable rights, that among these are Life, Liberty and the Pursuit of Happiness...' Zijn uitgangspunt was een staat waarin de burgers niet alleen rechten hadden om zich tegen machthebbers te verdedigen -- zoals hier en daar in Europa al het geval was --, maar waarin alle soevereiniteit bij het volk werd gelegd.

Deze laatste zin is nonsens. De slaveneigenaar Jefferson was een veel gecompliceerdere persoonlijkheid dan de versie die Mak klakkeloos overschrijft.  Geen enkele zichzelf respecterende historicus zal nog durven te beweren dat Jefferson de 'hoogste macht of gezag' bij 'het volk' wilde leggen. Dat is onwetenschappelijke mythe. Feit is namelijk dat vrouwen, zwarte slaven, indianen en arme blanken niet mochten stemmen. In de praktijk waren zowel Jefferson als alle andere Founding Fathers van mening dat er geen 'onvervreemdbare rechten' moesten bestaan voor 'alle mensen,' laat staan dat zwarte slaven moesten worden bevrijd en dat indianen in 'vrijheid' hun eigen geluk zouden mogen 'nastreven.' 

Mak had dit kunnen weten als hij de Amerikaanse geschiedenis had bestudeerd, als hij bijvoorbeeld  Facing West. The Metaphysics of Indian-hating & Empire-Building van de Amerikaanse historicus Richard Drinon had gelezen, een studie die door Amerikaanse historici als professor Walter LaFeber en professor Richard Slotkin wordt gerekend tot 'the best-written, the most comprehensive and scholarly, and certainly the most provocative account of the policy that over four centuries resulted in exterminating "savages" who stood in the path of American expansion.'  Drinnon's onderzoek 'makes vital connections between our past and our present, between the events and ideas that have shaped American history and the way we think, act, and see the world now.'

Drinnon constateert over Jefferson's tweeslachtigheid:

'hints of living relationships between the ideals and the man are most difficult to find.' 

Bij weinig andere mensen is het verschil tussen mythe en werkelijkheid zo groot als bij Jefferson. Drinnon verwijst naar het 'brilliantly iconoclastic' portret van Jefferson and Civil Libertiesuit 1963, waarin historicus en Pulitzer Prijs-winnaar, wijlen, professor Leonard W. Levy beschreef hoe deze

ideologue of freedom came out for dictatorship in times of crisis, supported loyalty oaths, favored prosecution -- at the state level -- for 'seditious' libel, accepted concentration camps for the politically unreliable, adopted censorship, and indulged in other authoritarian acts that led Levy to find 'a strong pattern of unlibertarian, even antiliberatarian thought and behavor extending throughout Jefferson's long career. 

Over Jefferson's diepgeworteld racisme merkt Drinnon op dat

in Notes on the State of Virginia (Paris, 1785) he tried to extricate himself by depicting blacks as creatures of the body and sensation rather than of the mind and reflection, and doubted their fitness for freedom; but he disguised this 'anti-negro diatribe' by casting it as a scientific hypothesis...' 

Jefferson, die kinderen verwekte bij één van zijn zwarte slavinnen, was tegelijkertijd een rijke aristocraat uit Virginia met een 'great personal aversion to miscegenation, or, as he put it, ''to the mixture of color here.''' Om te voorkomen dat er rassenvermenging zou ontstaan en

stain 'the blood of the master,' the great revolutionary proposed to rid the country of them all, those previously freed and those newly emancipated: through 'expatriation' to Afrika or the West Indies -- he wavered on 'the most desirable receptacle' -- the problem would disappear with the last shipload,

aldus de politicus die volgens Mak 'alle soevereiniteit bij het volk' wilde leggen. De indianen mochten van Jefferson wel blijven op voorwaarde dat

they should give up the chase, dispose of lands needed only for hunting, become tawny yeomen farmers, and intermix with the white population.

Op 3 november 1802, Jefferson was inmiddels president van de VS geworden, schreef hij aan Handsome Lake, de grote profeet van de Seneca-indianen dat diens angst voor het verlies van nog meer land aan de blanken volkomen ongegrond was. Jefferson:

You remind me, brother, of what I said to you when you visited me the last winter, that the lands you then held would remain yours, and shall never go from you but when you should be disposed to sell. This I now repeat and will ever abide by.

Deze woorden zijn even helder en 'mooi,' om in de terminologie van Mak te blijven, als de woorden in de Onafhankelijksverklaring. Even mooi, even helder maar ook even leugenachtig, want nog geen twee maanden na deze geruststellende woorden

a working paper 'Hints on the Subject of Indian Boundaries' contained Jefferson's covert suggestions for extinguishing titles to lands they refused to sell; the following month a confidential message shared his disingenous hints with Congress -- minus some awkward details -- on how to undermine Indian leaders who persisted 'obstinately in these dispositions.' Though duty required him to submit his views to the legislature, he warned that, 'as their disclosure might embarrass and defeat their effect, they are committed to the special confidence of the two houses.' Therewith he secretly launched a systematic campaign of psychological warfare against the tribes... it entrapped their leading men into running up debts at government trading posts so they would have to sell their lands to pay... Jefferson's letters to lieutenants in the field filled in the details,' 

aldus de historicus Richard Drinnon, die hieraan toevoegt:

Jefferson's letter to Governor William Henry Harrison of the Indiana Territory revealed most candidly how the trap should be sprung, leaving the Indians dependent on the market economy and relieved of their extensive forests:

'To promote this disposition to exchange lands, which they have to spare and we want, for necessaries, which we have to spare and they want, we shall push our trading uses, and be glad to see the good and influential individuals among them run in debt, because we observe that when debts get beyond what the individuals can pay, they become willing to lop them off by a cession of lands.'

Hoe de doortrapte slavenhouder en president Thomas Jefferson in de ogen van Geert Mak daadwerkelijk 'alle soevereiniteit bij het volk' wilde leggen maakt hij niet duidelijk. Wel is duidelijk dat Mak weinig van het leven van Jefferson afweet, anders had hij dit niet beweerd. Maar omdat deze bewering zo wonderwel past in zijn 'geheime liefde' voor het land paste deze onzin naadloos in zijn ideologische verhaal. Gezien de feiten die ik hierboven geef komt Mak's bewering dat 'soms vooral links het standpunt van Jefferson uit[draagt],' in een wel heel opmerkelijk daglicht te staan. Althans voor geinformeerde waarnemers, maar afgaande op de publieke reacties vrees ik dat de meeste lezers van Mak's reisboek niet verwonderd zullen opkijken. Want wat betekenen begrippen als 'soevereiniteit' en 'links' nog zodra ze door Mak's tekstverwerker zijn gehaald?  Bovendien hadden we bij Pauw en Witteman volgens Vrij Nederland te maken met 'het puikje van de Nederlandse Amerika-watchers,' een kwalificatie waaraan Mak zelf toevoegde: 'Jammer dat Leon de Winter er niet was, dan was het stel compleet geweest.' Geert Mak is in zijn eigen expertise gaan geloven omdat in het zichzelf bevestigende kringetje van de polder-mainstream niemand hem tegenspreekt. Dus doe ik het maar.

Geen opmerkingen: