dinsdag 3 juni 2008

CIDI Bestuurslid schendt Internationaal Recht 14


21 December 2007 schreef ik de volgende e-mail aan het College van Bestuur van de Universiteit Leiden:

'Ter attentie van:Prof.mr. P. F. van der Heijden Rector Magnificus en Voorzitter CvBMw.prof.dr. M.C.E. van Dam-Mieras Vice-Rector Magnificus CvBDrs. H.W. te Beest Vice-Voorzitter CvB

Geacht College van Bestuur,

In verband met het schrijven van een boek over Palestina voor uitgeverij Atlas in Amsterdam verzoek ik u vriendelijk maar dringend een antwoord te geven op enkele vragen die ik na deze aanleiding aan u zal stellen.Deze week ontving ik de volgende email:‘Geachte heer Van Houcke,Het CIDI organiseert/sponsort aan de universiteit Leiden samen met een universitair docent verschillende collegereeksen die met Israël te maken hebben (de kwantumfysica interesseert het CIDI wellicht niet).U ziet in onderstaand doorgestuurd mailtje wat er de komende tijd op het programma staat.Ik heb als student Hebreeuws/jodendom een aantal van de colleges bijgewoond. Het laatste college werd door prof. Shavit afgesloten met de mededeling dat anti-zionisme het bekende antisemitisme is maar dan in moderne gedaante. Niet verrassend, wel weinig academisch. Een andere spreker maakte tussen neus en lippen door melding van de kwaadaardigheid van dhr. Ahmadinejad. Ook stelde de dame van het CIDI nu en dan sturende vragen aan een spreker (als het 'nodig' was), bijv. in de strekking, "maar voor de volledigheid moet ik daar ook bij vertellen dat de moefti van Jeruzalem heel goed bevriend was met Adolf Hitler." (dit is geen letterlijk citaat, maar het komt er op neer). Het is zeer waarschijnlijk dat de sprekers, met name degene die helemaal uit Budapest kwam aanzetten speciaal voor deze gelegenheid, door het CIDI betaald werden om te komen.Voor de volledigheid, de meeste tekst die werd voorgedragen waren vrij standaard inzichten, ik heb niets gehoord dat ik niet elders had kunnen horen, en er werden geen Israëlische vlaggen opgehangen o.i.d.Maar desondanks (en propaganda die als zodanig herkenbaar is werkt ook niet zo goed :) ).Mijn vraag aan u is of u als journalist belangstelling hebt voor het uitzoeken van de vraag of dit zomaar kan in Nederland, dat een propaganda-instituut van een niet onomstreden staat zich bezig houdt met colleges geven aan een naar verluid onafhankelijke instelling als de univ. te Leiden.Heeft het CIDI wellicht een officiële erkenning als onderwijsinstituut?Als de Iraanse ambassade, of de Fatah, of nog leuker, de 'politiek tak van de' Hamas, een collegereeks over Gaza of Iran zou medeorganiseren (zo de mensen die dat willen doen al een visum krijgen) volgen er Kamervragen en hysterische taferelen in ons geliefde laagland (dat is althans mijn vermoeden), een stortvloed aan waarschuwende artikelen van de laaglandse neocons, Leon de Winter roept het einde van de beschaving uit in een Duitse krant, en dan zwijg ik nog van wat onze eigen blonde überfascist allemaal zal uithalen.Ook vraag ik me af of Pfizer, J&J of Bayer zomaar colleges mogen betalen en medeorganiseren aan het LUMC, AMC of Erasmus MC, of Philips of GE aan de TU Delft (maar misschien mag dat allang en heb ik onder een steen geleefd?).In verband daarmee, vraag ik me af hoe dit, puur juridisch, zit.Met vriendelijke groeten, en bij voorbaat hartelijk dank,’Tot zover de email. Ik heb de feiten gecheckt en zag dit op de website van het CIDI:Centrum Informatie en Documentatie Israel > CollegesCIDI (i.s.m. de Universiteit Leiden) - AlgemeenDe collegeserie 'zionisme: 100 jaar later' is nu te beluisteren via internet!Ga naar http://www.cidi.nl/, en klik op de banner rechts ('luister en lees: collegeserie over zionisme online'). Op de pagina vind je een geluidsopname van elk college. Ook kun je kijken naar de powerpointpresentatie die Prof. Hofmeester gebruikte voor haar college, en is het volledige transcript van het college van Prof. Miller hier te lezen. Binnenkort zal ook het transcript van het college van Pof. Shavit aan de site worden toegevoegd. Je ontvangt daarover t.z.t. nog bericht.Daarnaast attendeer ik je graag op het volgende: van 9 januari tot en met 26 maart, organiseert het CIDI de collegereeks 'Israelische buitenlandse politiek'. De reeks wordt dit jaar voor de twintigste achtereenvolgende keer gehouden en is elk jaar een succes. Mis het niet en meld je aan! In overleg met je faculteit zijn studiepunten voor de reeks verkrijgbaar. Bijgesloten vind je een poster met een overzicht van alle colleges.Nog bedankt voor je gemotiveerde deelname aan de collegeserie over zionisme! Mocht je nog vragen hebben, bezoek dan onze website, bel 070-3646862 of mail mij op t.shlomi@cidi.nl.Vriendelijke Groeten en tot ziens,Tuvit Shlomi CIDIhttp://www.cidi.nl/CIDI-collegeColleges Israelische buitenlandse politiekWoensdagochtenden 9 januari - 26 maart 2008, 10.00 - 12.30 uur* Studenten kunnen studiepunten voor het college krijgen *CIDI organiseert per 9 januari 2008 de jaarlijkse interuniversitaire collegereeks over de Israelische buitenlandse politiek. Deze colleges zijn bedoeld voor studenten en toehoorders met een bijzondere interesse voor Israel en het Midden Oosten. Voor studenten is de collegereeks gratis, toehoorders betalen 130 euro (Vrienden van CIDI 100 euro). Meer achtergronden over de colleges vindt u in het .doc bestand dat u hier kunt downloaden.Het programma (dat u hier in .pdf formaat kunt downloaden) ziet er als volgt uit:9 januari Historische achtergronden van de staat IsraelDrs. C.J. van Horzen (docent Erasmus Universiteit)16 januari Politieke ontwikkelingen sinds de stichting van de staat Israel W.R.F. Kortenoeven (Midden-Oosten specialist, researcher CIDI)23 januari Internationaal terrorisme en de juridische (on)mogelijkheden Prof. dr. U. Rosenthal (hoogleraar Universiteit Leiden)30 januari De Arabische perceptie van het Israelische buitenlandse beleid Drs. R.H. Hoff (docent School voor de Journalistiek Utrecht)6 februari Israel en Nederland Prof. dr. F. Grünfeld (hoogleraar Universiteit Maastricht en Universiteit Utrecht)13 februari De rol van internationale organisaties bij het Israelisch-Palestijns conflict Drs. D.A. Leurdijk (Instituut Clingendael)20 februari De toegang tot water in het buitenlandse beleid van Israel Drs. H.W.H.A. Donkers (docent Universiteit Nijmegen)27 februari Europa en Israel Dr. A. Pijpers (Instituut Clingendael)6 maart (donderdagavond van 19:30 – 22:00) De psychologie van het vredesproces Dr. J. Meijers (psycholoog, verbonden aan de Hebreeuwse Universiteit Jeruzalem)12 maart Arabische en islamitische opvattingen over het Israelisch-Palestijns conflict Prof. dr. J.J.G. Jansen (hoogleraar Universiteit Utrecht)19 maart Amerika en Israel Drs. W. Post (Amerika deskundige)26 maart Het Israelische beleid ten aanzien van vredesopties Drs. R.M. Naftaniel (directeur CIDI)Locatie: Rabin Centrum voor Cultuur en Educatie (CIDI-gebouw), Den HaagOpgave en inlichtingen: 070 - 3656862 of e-mail: cidi@cidi.nlStudenten gratis, toehoorders €130,- (Vrienden CIDI €100,-)Tot zover het CIDI. Mijn vragen aan u zijn deze:
Van wie precies is het initiatief voor samenwerking uitgegaan? Ik vraag dit aangezien het CIDI volgens de Israelische kwaliteitskrant Haaretz ‘een ‘pro-zionistische lobby groep’ is.
Zie: http://www.haaretz.com/hasen/spages/917224.html
En ook talloze anderen beschouwen het CIDI als de spreekbuis van de Israelische politiek. Naar ik aanneem ziet de Universiteit Leiden er scherp op toe dat de waardevrije wetenschappen, gedoceerd aan de Universiteit, op geen enkele wijze in het gedrang komen. Merkwaardig is daarom het CIDI 'in samenwerking met de Universiteit Leiden colleges’ te laten geven over een zo controversieel onderwerp als Israel.
Hoe ernstig daarmee de wetenschappelijke onafhankelijkheid geweld wordt aangedaan mag ondermeer blijken uit het feit dat het bedrijf van CIDI-bestuurslid Doron Livnat meewerkt aan de bouw van de muur op bezet Palestijns gebied, volgens het Internationaal Gerechtshof in Den Haag een project in strijd met het internationaal recht en als zodanig even illegaal als de joodse nederzettingen op de Westbank. Deze ‘advisory opinion’ uit 2004 is nog eens bekrachtigd door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties. In een speciale resolutie riep de wereldgemeenschap Israel op om de bouw onmiddellijk te staken, de muur af te breken en de gedupeerden financieel te vergoeden. Bovendien wees het ICJ de regeringen van de aangesloten landen erop dat ze de Israelische schendingen van het internationaal recht dienen te belemmeren, zoals uw voormalige wetenschappelijk medewerker professor John Dugard omstandig uit de doeken kan doen.
Naar aanleiding hiervan liet het Nederlands Instituut Palestina/Israël (NIPI) weten dat het ‘onaangenaam verrast is dat een maatschappelijke organisatie als het CIDI, die de oprichting van een levensvatbare Palestijnse staat zegt voor te staan, een bestuurslid heeft dat betrokken is bij de bouw van de illegale muur – een project van de Israëlische regering dat een levensvatbare Palestijnse staat onmogelijk maakt. NIPI roept het CIDI op hierover opheldering te geven en zich van Doron Livnat te distantiëren, indien Livnat niet onmiddellijk alle activiteiten staakt die samenhangen met de bouw van de muur.’
Desondanks liet ‘Cidi-directeur Ronny Naftaniel in een reactie weten dat hij het werk van Livnat bij Lima Holding als privézaak ziet.’ Het CIDI weigert zodoende consequenties te trekken uit de uitspraak van het Internationaal Gerechtshof in Den Haag, het hoogste rechtscollege in de wereld. Wat is de reactie van het College van Bestuur van de Universiteit Leiden hierop? Is het voor het College aanleiding om samenwerking met deze ‘pro-zionistische lobby groep’ tenminste op te schorten zolang het weigert het internationaal recht te respecteren?Ook over de werkwijze van de CIDI-medewerkers valt het nodige op te merken. Ik zag dat op 16 januari het volgende college gepland stond:Politieke ontwikkelingen sinds de stichting van de staat Israel W.R.F. Kortenoeven (Midden-Oosten specialist, researcher CIDI)Met betrekking tot W.R.F. Kortenoeven: dit schreef het CIDI na de - volgens Amnesty en Human Rights Watch - Israelische schendingen van de mensenrechten en het oorlogsrecht in 2006 in Libanon:
'Van pro naar anti; Historische sympathie voor Israel in Nederland kalft af...Wim Kortenoeven vervangt Ronny Naftaniel, die de directeur is van het CIDI en anders altijd het woord voert. Maar die is met vakantie. Nu zit hij op Naftaniels kamer - op een bovenverdieping in de Haagse binnenstad - en probeert ervan te maken wat ervan te maken valt.Hij stuurt de hele week al e-mails terug naar de mensen die het CIDI gemaild hebben. Hij verwijst hen naar een Libanese website, http://www.libanoscopie.com/, waarin wordt gezegd dat Hezbollah de aanval van Israel heeft uitgelokt door zelf een raket op het dak van het flatgebouw te plaatsen. En dat er eerst invalide kinderen naar dat flatgebouw waren gebracht. "Ik kan niet nagaan of dat waar is", zegt hij. "Maar ik vind dat mensen dit moeten weten."Hij verwijst ook naar http://eureferendum.blogspot.com/, een website waarop foto's van de puinhoop na de aanval met elkaar worden vergeleken. Foto's van een reddingswerker met een dood meisje, steeds op een andere plek en op een ander tijdstip, in andere kleren soms en tussen andere mensen. Doesn't Hezbollah have anyone else the media can photograph, staat erbij.Soms helpen die e-mails, zegt Wim Kortenoeven.'Zie: http://www.cidi.nl/
Ik citeer andermaal: "Ik kan niet nagaan of dat waar is... soms helpen die e-mails." Hier wordt openlijk toegegeven dat W.R.F. Kortenoeven die als de Midden-Oosten specialist en researcher van het CIDI, in samenwerking met u een college geeft, met materiaal die hij niet op zijn juistheid kon controleren propaganda bedreef, en daarmee oorlogsmisdaden verdoezelde.Ik merk tevens op dat het CIDI zich nooit publiekelijk distantieert van de grootschalige Israelische schendingen van het internationaal recht en van talloze VN- resoluties. Integendeel zelfs. Het CIDI kweekt regelmatig een bepaalde sfeer en bedrijft hetze tegen landen die door Israel gezien worden als vijanden van de ‘joodse natie’.Een recentelijk voorbeeld van CIDI propaganda is dit:
'Ehud Barak: Iran heeft kernwapenprogramma waarschijnlijk hervat Iran heeft waarschijnlijk zijn kernwapenprogramma hervat. Dat heeft de Israëlische minister van Defensie, Ehud Barak, dinsdag gezegd, aldus de Israëlische legerradio.Daarmee spreekt hij een rapport over de nucleaire ambities van Iran van het Amerikaanse National Intelligence Estimate (NIE) tegen. Volgens NIE heeft het land zijn programma om kernwapens te maken hoogstwaarschijnlijk in 2003 stopgezet. Sindsdien zouden er ook geen pogingen meer gedaan worden om nucleaire wapens te ontwikkelen.Barak erkent dat Iran destijds het programma heeft gestaakt, maar voegt eraan toe informatie te hebben dat het "waarschijnlijk'' weer is hervat. Hij zei weinig geloof te hechten aan het rapport van de Amerikaanse inlichtingendiensten.Ook de Amerikaanse president Bush vindt dat Iran nog steeds een bedreiging vormt voor de wereld. "Het rapport is een waarschuwing, een signaal dat Iran het programma kan herstarten." Daarom blijven "alle opties op de tafel" in zijn beleid voor Iran. Bush: "Iran was gevaarlijk, Iran is gevaarlijk, Iran blijft gevaarlijk als het de kennis heeft om een kernwapen te maken."'Lees verder: http://www.cidi.nl/
Let wel, er staat waarschijnlijk, dus absoluut zeker is het allerminst. En zeker volstrekt onvoldoende om te pleiten voor het bombarderen van Iran zoals de extremisten in Israel doen. Een militaire aanval op Iran is onder deze omstandigheden volgens het internationaal recht een agressiedaad, een terreurdaad dus, die het CIDI steunt. Waarom het CIDI terrorisme steunt maakt deze volgens Haaretz 'pro-Zionistische lobby groep' niet duidelijk. Hoe propagandistisch het CIDI te werk gaat blijkt ook uit de regel die volgt op de kwalificatie waarschijnlijk: 'Daarmee spreekt hij een rapport over de nucleaire ambities van Iran van het Amerikaanse National Intelligence Estimate (NIE) tegen.'Ik zag dat de Universiteit Leiden al eerder betroken was bij ‘colleges’ over Israel: Woensdag 7 februari 2007 Ontstaansgeschiedenis van de staat Israël Deze inleidende lezing is bedoeld om de toehoorders een globaal idee te geven van de ontstaansgeschiedenis van de staat Israël. Er wordt een overzicht gegeven van de verschillende factoren die hebben bijgedragen tot de oprichting. Daarbij worden historische, ideologische en demografische aspecten belicht. De lezing begint bij de voorlopers van de Zionisten en komt via de verschillende immigratiegolven tot de moderne tijd. De belangrijkste VN-resoluties komen kort aan bod maar de nadruk ligt op de tijd voor 1948.Spreker: Dr. Hannah Neudecker, universitair docent aan de opleiding Hebreeuws/ Aramees (TCMO) van de Universiteit Leiden.Tijd19.30 uur – 21.00 uurPlaatsKamerlingh Onnes Gebouw, Zaal C131 Steenschuur 25 te LeidenWoensdag 21 maart 2007Israël en het internationale recht Vanwege de conflictueuze relatie tussen Israël en haar buurlanden zijn vele aspecten van deze relatie aan VN-resoluties en verdragen gebonden. De meest belangwekkende internationale afspraken worden in deze context kort besproken. Hierbij zal aandacht worden gegeven aan de mogelijkheden en beperkingen van het internationale recht, de verschillen in benadering van een populatiegroep of een officiële staat en de grootste uitdagingen voor de verdere ontwikkeling van het internationale recht. Ook zal de spreker dieper ingaan op het advies dat het Internationaal Gerechtshof heeft uitgebracht aan de Algemene Vergadering van de VN over de (on)rechtmatigheid van de bouw van de muur in de bezette gebieden.Spreker: Prof.dr. Peter Kooijmans, emeritus hoogleraar internationaal recht aan de Universiteit Leiden, oud-minister en voormalig rechter bij het Internationaal Gerechtshof in Den Haag.Tijd19.30 uur – 21.00 uurPlaatsKamerlingh Onnes Gebouw, Zaal C131 Steenschuur 25 te LeidenBegrijp ik nu goed dat de studenten hier ook studiepunten voor krijgen?Ik constateer dat er op het collegelijstje sprake is van een overtegenwoordiging van de pro-Israel lobby. Denkt u hiermee het wetenschappelijk niveau recht te doen? Is dit een waarheidsgetrouwe afspiegeling van de uiteenlopende standpunten over Israel? Mag ik er vanuit gaan dat de Universiteit Leiden ook samenwerking voorstaat met het Nederlands Palestina Komitee?
Wat betreft de kosten. Wie ontvangt het geld? De Universiteit, het CIDI, de sprekers?Dan tenslotte nog dit: 'In 1998, John Dugard was appointed as Chair in Public International Law at Leiden University in the Netherlands and as Director of the advanced LLM programme in Public International Law.'
Het is dezelfde John Dugard die als Speciale Rapporteur van de Verenigde Naties schreef: "Israel's defiance of international law poses a threat not only to the international legal order but to the international order itself. This is no time for appeasement on the part of the international community."
Zie: Question of the Violation of Human Rights in the Occupied Arab Territories, Including Palestine: Report of the Special Rapporteur of the Commission on Human Rights, John Dugard, on the situation of human rights in the Palestinian territories occupied by Israel since 1967', United Nations, 7 Dec. 2004 Ref: E/CN.4/2005/29.’Mijn vraag is tenslotte hoe de Universiteit Leiden in zee kan gaan met een ‘pro-zionistische lobby organisatie’ die propaganda bedrijft voor een land dat door een van uw voormalige hoogleraren bestempeld werd als een 'bedreiging... van de internationale orde'?In afwachting van uw antwoord,vriendelijke groetstan van houcke'
Tot zover de mail. U kunt mij steunen door mijn email te ondertekenen. Dan stuur ik die ondertekeningen naar hen op. In elk geval hou ik u op de hoogte."
"-----Oorspronkelijk bericht-----Van: Amerongen, W.P. van [mailto:WP.vanAmerongen@BB.LeidenUniv.nl] Verzonden: dinsdag 26 februari 2008 15:54Aan: stan10@planet.nlOnderwerp: FW: Vragen aan College van Bestuur

Geachte heer Van Houcke,
In uw e-mailbericht stelt u een aantal vragen over de colleges die de opleiding Hebreeuwse en Aramese talen en culturen van de Universiteit Leiden samen met het CIDI heeft aangeboden of aanbiedt.
Het spreekt vanzelf dat binnen de opleiding Hebreeuwse en Aramese talen en culturen college wordt gegeven over het Israel van nu. In het reguliere curriculum staat bijvoorbeeld een college over etniciteit en minderheden in het moderne Israel op het programma.
Omdat het onderwerp Israel ook voor een breder universitair en buitenuniversitair publiek interessant is worden daarnaast incidenteel lezingenseries georganiseerd. Een voorbeeld is de serie Israel, die begin 2007 onder de vlag van het Studium Generale van de Universiteit Leiden werd georganiseerd.
Geregeld werkt bij dergelijke Studium Generale-achtige collegeseries de universiteit samen met andere organisaties. De sprekers zijn niet uitsluitend wetenschappers, maar kunnen ook andere maatschappelijke ‘spelers’ zijn. Hun standpunten zijn soms controversieel. Op deze manier fungeert de universiteit als plein voor wetenschappelijk en maatschappelijk debat, en krijgen studenten de kans met diverse publieke figuren in debat te gaan.
Studenten kunnen soms voor dergelijke series, in combinatie met een extra studieopdracht, studiepunten verdienen. De verantwoordelijkheid voor het toekennen van studiepunten ligt bij de examencommissie van de betrokken opleiding.
In 2007 heeft de opleiding heeft de opleiding samen met en op initiatief van het CIDI een dergelijke voor een breed publiek toegankelijke collegeserie aangeboden over de geschiedenis van het Zionisme. Het criterium voor het uitnodigen van de sprekers was dat dezen wetenschappelijk actief zijn en verbonden zijn aan een universiteit. De verantwoordelijkheid voor de studiepunten lag bij de examencommissie van de opleiding Hebreeuwse en Aramese talen en culturen.
Reiskosten en honoraria zijn betaald door het CIDI. De Universiteit Leiden heeft tijd en zalen ter beschikking gesteld, en heeft bekendheid gegeven aan de reeks.
Dit eenmalige college staat los van het jaarlijkse college ‘Israëlische buitenlandse politiek’, dat het CIDI zelf aanbiedt aan studenten van diverse universiteiten. Hieraan nemen geregeld Leidse studenten deel. De examencommissie van de Leidse opleiding Hebreeuwse en Aramese talen is eindverantwoordelijk voor het toekennen van studiepunten aan haar eigen studenten.
Erop vertrouwend uw vragen hiermee voldoende te hebben beantwoord,
Hartelijke groet,
Wim van Amerongen woordvoerder Universiteit Leiden"

Ik stuurde 3 maanden later de volgende e-mail aan de woordvoerder van de Universiteit Leiden:
"geachte heer van amerongen

dank u voor uw schrijven van dinsdag 26 februari 2008.

in verband met het hoofdstuk over de media dat ik nu schrijf, heb ik uw e-mail als volgt samengevat. 1. Het initiatief tot samenwerking is van de universiteit uitgegaan. 2. het college van bestuur van de universiteit vindt het feit dat een bestuurslid van het CIDI het internationaal recht schendt geen reden om de samenwerking met deze volgens de Israelische kwaliteitskrant Haaretz “pro-zionistische lobby groep” op te schorten, laat staan te verbreken. 3. de studenten van de universiteit krijgen studiepunten voor deze college’s 4. het college van bestuur vreest niet dat de kwaliteit van het onderwijs in het gedrang komt door gebruik te maken van een CIDI-medewerker die bewust ongecheckte informatie verspreidt. 5. het college van bestuur is er niet op tegen dat de universiteit een serie college’s organiseert in samenwerking met het Nederlands Palestina Komitee, college’s waarvoor de studenten studiepunten krijgen. het spreekt daarbij voor zich dat het NPK daarvoor de reiskosten en honoraria zal betalen.
mocht u enige bezwaar tegen deze conclusies hebben, dan verneem ik dit graag zo spoedig mogelijk.
vriendelijke groet
stan van houcke"
Ik heb er niets meer op gehoord en ik ga dan ook ervan uit dat mijn conclusies kloppen.
Overigens: de onwetenschappelijke werkwijze van de al eerder genoemde CIDI-medewerker Wim Kortenoeven blijkt ondermeer uit zijn boek De Kern van de Zaak. Feiten en Achtergronden van het Arabisch-Israelisch Conflict. De Groningse student internationale betrekkingen, Jelle Bruinsma, schreef dat kenmerkend aan het boek is dat Kortenoeven het “bijna nergens noodzakelijk vindt om naar wetenschappelijke literatuur te verwijzen,” hoewel er “enkele uitzonderingen zijn. De belangrijkste uitzondering is Joan Peters. Op pagina 129, onder de kop een volk zonder een geschiedenis, verklaart hij dat “verantwoordelijke bestudering van de geschiedenis van de afgelopen 150 jaar leidt tot de voor velen onthutsende conclusie dat er geen ‘homogeen’ Palestijns volk bestaat, maar dat we te maken hebben met het multi-etnische product van relatief recente migratiegolven naar het tot het midden van de negentiende eeuw grotendeels onbewoonde en braak liggende gebied dat Hadrianus ooit Palestina liet noemen en dat bij de Arabieren bekend stond als ‘Zuid-Syrie’. Deze actief door Arabische propaganda verhulde realiteit is overvloedig en gedetailleerd door historici aangetoond, in het bijzonder door Joan Peters (in From Time Immemorial – the Origens of the Arab-Jewish Conflict over Palestine) en Samuel Katz (in Battleground – Fact and Fantasy in Palestine).” In werkelijkheid is Joan Peters geen historica, maar een voormalige tv-producente van het Amerikaanse netwerk CBS, die een controversieel boek schreef dat volgens Yehoshua Porath, emeritus hoogleraar in de Geschiedenis van het Midden Oosten van de Hebreeuwse Universiteit van Jeruzalem, “het beschikbare bronnenmateriaal buitengewoon tendentieus gebruikt – of negeert.” In een kritiek voor The New York Review of Books schreef hij al in 1986 dat ‘lezers van haar boek ervoor moeten gewaarschuwd om de feitelijke beweringen niet te accepteren zonder hun bronnen te controleren… Iedereen die bekend is met de publicaties van de extreem nationalisten van Zeev Jabotinsky’s Revisionistische partij zullen de versleten en in diskrediet geraakte argumenten in mevrouw Peters boek onmiddellijk herkennen… Het is betreurenswaardig dat ze weer nieuw leven in worden geblazen.” In 2002 concludeerde de criticus Paul Blair dat “From Time Immemorial “een propagandawerk is… Het pleidooi van Peters berust op verdraaiing en verzinsel.” De politieke wetenschapper Norman Finkelstein ontmaskerde het boek als bedrog, terwijl de Amerikaanse filosoof Frank J. Menetrez er nog eens op wees dat Yehoshua Porath “het boek omschrijft als ‘je reinste oplichterij’ eraan toevoegend dat ‘tenminste in Israel het boek alom werd afgewezen als pure nonsens, totaal onbruikbaar behalve dan misschien als een propaganda wapen.” Naar aanleiding hiervan schrijft Jelle Bruinsma: “Desondanks heeft de Nederlandse Israel Lobby geen problemen het boek te gebruiken als belangrijkste bron van informatie.” En ook de Universiteit van Leiden heeft er kennelijk geen moeite mee. De Groningse student wijst ook op het “racisme” in het boek van Kortenoeven. Zo staat op pagina 102 onder de vet gedrukte kop “Realiteiten die niet kunnen worden weggeredeneerd”: als punt 2: “Het bestaan van een reusachtige vijfde kolonne binnen Israel, in de vorm van bijna 1,3 miljoen Palestijnse Arabieren (januari 2004) die over een Israëlisch paspoort beschikken.” Met andere woorden, volgens deze CIDI-onderzoeker is 20 procent van de Israelische bevolking een verdachte “vijfde kolonne,” waarmee hij suggereert dat deze officiële ingezetenen van het land een potentieel gevaar vormen. Het niveau van zijn ‘’wetenschappelijk” kennis wordt nog eens aangetoond door wat hij op pagina 411 schrijft over “De Israelische verovering van ‘de Westbank’, Gazastrook, Golanhoogte en Oost-Jeruzalem.” Onder het kopje: “Feit” staat: “Volgens het volkenrecht is dat niet het geval, omdat de veroveringen het gevolg waren van een door Arabische landen begonnen agressieoorlog.” Met deze onjuistheid probeert Kortenoeven te bewijzen dat de bezetting en annexatie van het veroverde gebied legaal is volgens het internationaal recht. Dat Israel zelf de oorlog begon met zogeheten “preventieve luchtaanvallen” en dus niet de Arabische landen verzwijgt hij, dat feit is in zijn betoog onbruikbaar. Op pagina 412 tenslotte beweert de CIDI-activist dat na de verovering van het door de Verenigde Naties aan de Palestijnen gegeven land er geen sprake is van illegale joodse nederzettingen, want “in 1967 werd, waar het gaat om joodse vestiging, in wezen de juridische situatie van vóór 1948 hersteld. Bijgevolg is er feitelijk geen verschil tussen joodse vestiging in Galilea en de kuststrook of de Golan, Judea en Samaria (de terminologie van het expansionistische zionisme voor de West Bank svh).” Dat wil zeggen, geen verschil in de ogen van deze CIDI lobbyist die aan de Universiteit Leiden colleges geeft over Israel. Daarentegen is volgens het internationaal recht en de wereldgemeenschap, bij monde van de VN, wel degelijk sprake van illegale landroof. Maar dat is voor propagandisten een te verwaarlozen detail en het speelt ook geen rol van betekenis in het besluit van het Leidse College van Bestuur om samen te werken met het CIDI. Trouwens, Kortenoeven trad ook op voor het Studium Generale van de Rijksuniversiteit Groningen. Hoewel het CIDI altijd een weerwoord eist, is het niet bereid om in discussie te gaan met goed gedocumenteerde opponenten, zoals Norman Finkelstein. En uit eigen ervaring weet ik dat CIDI-directeur Ronny Naftaniel nooit reageert op door mij publiekelijk geuite kritiek en die ik het CIDI regelmatig email.
Propagandisten mogen dus aan de Universiteit Leiden doceren. Zoals bekend is het wetenschappelijk niveau aan deze universiteit de laatste jaren scherp gedaald en
staat ergens in de middenmoot van de befaamde Times lijst: http://www.timeshighereducation.co.uk/hybrid.asp?typeCode=144 Leiden staat op 84ste plaats, ver onder de Universiteit van Amsterdam die op de 48ste plaats staat en achter Delft die de 63ste plaats bekleedt.
Het is ook een universiteit waar betrekkelijk veel rechtse ideologen doceren. De arabist Hans Jansen is er jarenlang als universitair docent aan verboden geweest. Dezelfde Hans Jansen die enige tijd geleden voorstelde om in Nederland doodseskaders de vrije hand te geven. Zie: http://stanvanhoucke.blogspot.com/2008/03/professor-hans-jansen.html

3 opmerkingen:

Sonja zei

Beste Stan, het is frustrerend zijn om nooit een duidelijk antwoord te krijgen van dit soort bolwerken. Dat is ook mijn ervaring. Maar buiten het keurslijf van de bekende propaganda bestaan er namelijk geen antwoorden, en dat geeft meteen het sektarische karakter van de Universiteit Leiden en de pro-Israël lobby weer.

Wat ik uit het antwoord aan jou van de woordvoerder Wim van Amerongen haal, is dat de Universiteit van Leiden niet (meer) onderwijst. "Op deze manier fungeert de universiteit als plein voor wetenschappelijk en maatschappelijk debat, en krijgen studenten de kans met diverse publieke figuren in debat te gaan." Natuurlijk is dat ook goed, het debat, maar hoe kan een student een debat aangaan wanneer hij of zij eerst heeft geleerd dat er maar 1 standpunt bestaat, namelijk het Israëlische? Eerst worden ze overstelpt met eenzijdige informatie (zo begrijp ik dat), en dan een debat? Waarover dan? De neuzen staan inmiddels toch allemaal dezelfde kant op? Er bestaat toch geen controverse? Je moet wel van goede en breed georiënteerde huize komen om niet geheel gebrainwashed van die universiteit af te komen. Dat dat ook daadwerkelijk gebeurt wordt nog elke dag bewezen.

Anoniem zei

Ik weet niet hoe we straks terug gaan kijken op onze instanties en regeringen, wanneer we ons o zo zullen schamen voor de bom die per ongeluk op Teheran is gevallen, met 13 miljoen doden tot gevolg. "Erg he --we hebben het nooit geweten".

ron zei

Studenten worden eenzijdig gebrainwashed op alle universiteiten. De eerste paar jaar, de meest kwetsbare voor ze, is het ( vaak eenzijdig) stampen,daarna zijn ze al verloren.............Daarom haken de werkelijk intelligente studenten af ,of somigen zijn "van huis uit" sterk genoeg om er zonder kleerscheuren doorheen te komen...........triest,maar waar.