Wanneer
opiniemaker Henk Hofland schrijft dat ‘populistisch alarmisme’ de oorzaak
is dat ‘het vredestichtende Westen’ niet nog meer geweld in het Midden-Oosten
kan ontketenen dan is er maar één conclusie mogelijk: H.J.A. Hofland gelooft
werkelijk dat de rampzalige gewelddadige westerse interventies in Afghanistan,
Irak en Libië een zegening zijn geweest voor die landen. Met andere woorden:
hij is onwetend, en daarmee is hij zijn gezag als opiniemaker kwijt. Bovendien
ontbreekt het hem aan logica, want hij kan, net als iedereen, nu weten dat het
westers geweld niet heeft geleid tot gerechtigheid, orde en gezag, maar tot een desastreuze chaos. Wat is belangrijker: chaos, onder het mom van 'democratie,' of datgene wat in het Engels ‘justice’ heet? De Franse
filosoof Alain Badiou stelt daarover in Philosophy
for Militants:
equality
and universality are the characteristics of valid politics in the field of
philosophy. The classical name for it is justice. Justice means examening any
situation from the point of view of an egalitarian norm vindicated as
universal.
One
will note that, in the idea of justice, equality is far more important than
liberty, and universality far more important than particularity, identity or
individuality. This is why there is a problem with the current definition of
democracy as representative of individual liberties.
Richard
Rorty has declared, I quote him: ‘Democracy is more important than philosophy.’
With this political principle, it is a political principle, Rorty prepares in
fact the dissolution of philosophy and the cultural relativism. But Plato at
the very beginning of philosophy says exactly the contrary: ‘Philosophy is much
more important than democracy.’ And if justice is the philosophical name for
politics as a collective truth, then justice is more important than freedom.
Vanuit de aanname dat 'all men are created equal' zijn 'de universele rechten van de mens' aangenomen door de wereldgemeenschap. Het problem met de neoliberale 'democratie' is dat het een politiek-economisch systeem is waarbij ‘in 30 years the inequities will be greater. With population growing at 80 million a year, instead of 3 billion living on under $2 a day, it could be as high as 5 billion. In 30 years, the quality of our environment will be worse. Instead of 4 percent of tropical forests lost since Rio, it could be 24 percent.’ En: ‘The richest 300 people on earth have as much wealth as the poorest 3 billion. This is no accident; those in power write the rules.’ Bovendien sanctioneert de neoliberale 'democratie' het feit dat elk jaar de arme landen 600 miljard betalen aan de rijke landen voor leningen die al vele malen zijn terug betaald. Jaarlijks verdwijnt in totaal 2 biljoen dollar (biljoen: een miljoen maal een miljoen) van de arme landen naar de rijke landen. http://www.therules.org
Deze
onrechtvaardigheid, die een schending betekent van 'de universele rechten van de mens' wordt in stand gehouden om de ‘vrijheid’ mogelijk te maken van een kleine groep miljardairs om zich nog meer te verrijken ten koste van de armen. Is dit ver doorgevoerde
individualisme in de toekomst houdbaar, niet alleen moreel, maar ook materieel?
Volgens de mainstream opiniemakers wel, dit materialistisch individualisme is
zelfs de kern van de neoliberale ‘democratie,’ waarvan de bezuinigingen door politici en pers als noodzakelijk worden verkocht aan het grote publiek. Hofland en de zijnen willen
zelfs nog meer militair ingrijpen om
deze vorm van ‘democratie’ te kunnen verspreiden, dit alles ook in de naam van de mensenrechten die dagelijks op grote schaal
geschonden worden door de kapitalistische ‘democratie,’ zoals uit bovenstaande
cijfers blijkt. Daarover wordt niet nagedacht door de zelfbenoemde ‘politiek-literaire
elite,’ wanneer ze zich weer eens publiekelijk bezig houdt met internationale politieke
onderwerpen. ‘Democratie’ is een inhoudsloos slagwoord, waarmee het Westen de beschaving verspreidt door
haar af te schaffen, net zoals het christendom dit tijdens de koloniale periode dit deed. Het politiek gebruik van het begrip ‘democratie’ leidt niet
tot een gedachten-uitwisseling, maar stopt die juist. In het kader van de ‘democratie’
liet de Amerikaanse elite meer dan 3 miljoen Zuid-Oost Aziaten vermoorden en
werden Iraakse gevangenen door Amerikaanse folteraars in Abu Ghraib gemarteld en vermoord. Desondanks eist
Hoflands ‘politiek-literaire elite’ in de polder dat deze ‘democratie’
wordt ‘geëxporteerd.’ Milan
Kundera waarschuwt dan ook voor het volgende:
je kunt je de toekomst wel voorstellen zonder de klassenstrijd of zonder
de psychoanalyse, maar niet zonder de onweerstaanbare opkomst van pasklare
ideeën die, ingevoerd in computers, gepropageerd door de massamedia, het gevaar
met zich meebrengen binnenkort de macht te worden die elk oorspronkelijk en
individueel denken verplettert en zo de werkelijke essentie van de Europese
cultuur van onze tijd verstikt.
Democratie zonder gerechtigheid is een systeem dat de plutocraten dient. Ook al ontbreekt een aanzienlijk deel van de bevolking de taal en kennis om hun kritiek duidelijk te verwoorden, voelt het intuïtief aan dat er iets fundamenteel fout zit. In 2006 schreef de bekende Poolse journalist Ryszard Kapuściński in zijn boek De Ander daarover:
Enerzijds hebben we in de mediawereld te maken
met een groeiende globalisering, maar anderzijds nemen ook de mediale
oppervlakkigheid, de wanorde en het gebrek aan samenhang toe. Hoe meer men in contact
staat met de media, des te meer klaagt men over een gevoel de kluts kwijt te
zijn en over eenzaamheid.
Daar komt in Nederland nog een ander probleem bij, namelijk het
provincialisme, dat Kundera in zijn essay-bundel The Curtain als volgt
definieert:
As the inability (or the refusal) to see one's
own culture in the large context... The small nation inculcates in its writer
the conviction that he belongs to that place alone.
Bovendien is 'conformism a habit cultivated by
the well-off,' en dit geldt zeker voor de ‘elite,’ zo vertelt op zijn beurt John
Berger, terwijl voor degenen die zijn buiten gesloten niet veel
meer rest dan ‘wanhoop’:
Despair is the emotion which follows a sense
of betrayal. A hope against hope (which is still far from a promise) collapses
or is collapsed; despair fills the space in the soul which was occupied by that
hope. Despair has nothing to do with nihilism.
Nihilism, in its contemporary sense, is the
refusal to believe in any scale of priorities beyond the pursuit of profit,
considered as the end-all of social activity, so that, precisely: everything
has its price. Nihilism is resignation before the contentation that Price is
all. It is the most current form of human cowardice,
aldus de befaamde Britse auteur in Hold Everything Dear. Dispatches On Survival And Resistance. (2007) Uiteindelijk is de 'hoop,' waarin de Makkianen en hun publiek geloven, niets anders dan een vorm van berusting, een vlucht nog voor de strijd is aangegaan. In Summer in Algiers schrijft Albert Camus over het begrip ‘hoop’:
aldus de befaamde Britse auteur in Hold Everything Dear. Dispatches On Survival And Resistance. (2007) Uiteindelijk is de 'hoop,' waarin de Makkianen en hun publiek geloven, niets anders dan een vorm van berusting, een vlucht nog voor de strijd is aangegaan. In Summer in Algiers schrijft Albert Camus over het begrip ‘hoop’:
From Pandora's box, where all the ills of humanity
swarmend, the Greeks drew out hope after all the others, as the most dreadful
of all. I know no more stirring symbool; for, contrary to the general belief,
hope equals resignation. And to live is not to resign oneself.'
Hoop
consolideert het onrecht. Het creëert de status quo waar alleen de vermogende ‘elite’
van profiteert. Aan zijn nagels hangend boven de afgrond hoopt de
verdoemde dat hij zal overleven. ‘Hoop’ is het laatste dat rest,
ze ligt voorbij het domein van het handelen. Alleen de daad van de dissident
maakt een einde aan de ‘hoop.’ Ondertussen gaat de werkelijkheid
van de realpolitiek ongestoord verder en veroorzaakt hier zowel als elders steeds meer
slachtoffers om de neoliberale macht in het zadel te houden, een feit dat zelfs
beroemde Amerikaanse mainstream ‘anchors’ als Ted Koppel niet
langer meer geheim kunnen houden. In 2006 schreef hij na zijn pensionering (!)
in een New York Times-column dat de illegale inval Amerikaanse alles te maken had met ‘Oil.':
Perhaps the day will come
when the United States is no longer addicted to imported oil; but that day is
still many years off. For now, the reason for America's rapt attention to the
security of the Persian Gulf is what it has always been. It's about the oil… If
those considerations did not enter into the Bush administration's calculations
when the president ordered the invasion of Iraq in 2003, it would have been the
first time in more than 50 years that the uninterrupted flow of Persian Gulf
oil was not a central element of American foreign policy.
Ruim
zeven jaar na Koppel’s woorden is de Nederlandse ‘politiek-literaire
elite’ nog steeds niet zover. Volgens Hofland is er juist sprake van ‘het
vredestichtende Westen,’ beweert hoogleraar journalistiek Marc
Chavannes dat voor de Amerikaanse elite ‘democratie’ een ‘exportartikel’
was, stelt ‘schrijvend cultuur-redacteur Raymond van den Boogaard’
dat de VS Irak binnenviel om er de democratie te brengen, en schreef in 2012
Geert Mak dat ‘het land decennialang als ordebewaker en politieagent’
in de wereld ‘fungeerde.’ Deze misdadige voorstelling van zaken
is erop gericht het inmiddels geglobaliseerde neoliberale bestel alsnog te
legitimeren, desnoods met de absurde leuze ‘Geen Jorwerd zonder Brussel.’ Inmiddels kan iedereen dankzij de
onthullingen op internet weten hoe Mak’s ‘ordebewaker’ en ‘politieagent’
in het geheim uitspookt:
WASHINGTON -- The National Security Agency has been gathering
records of online sexual activity and evidence of visits to pornographic
websites as part of a proposed plan to harm the reputations of those whom the
agency believes are radicalizing others through incendiary speeches, according
to a top-secret NSA document.
http://www.huffingtonpost.com/2013/11/26/nsa-porn-muslims_n_4346128.html
http://www.huffingtonpost.com/2013/11/26/nsa-porn-muslims_n_4346128.html
We moeten er dus van uitgaan dat de ‘politiek-literaire
elite’ in Nederland de totalitaire tendensen van de neoliberale elite
in en rond Washington op de koop toeneemt zodra ze weer eens hoog opgeeft van de westerse ‘democratie.’ Ook daarom
aanvaard ik het gezag niet van Hoflands ‘politiek-literaire’ polder ‘elite.’
Het behoren tot een ‘elite’ is in de allereerste plaats een verplichting en geen
privilege. En degenen die deze verplichting verzaken behoren dus niet tot een ‘elite,’
maar zijn slechts brutale praatjesmakers. Tot zover punt twee van de drie
redenen waarom het gezag van de polder ‘elite’ niet geaccepteerd kan worden,
te weten:
- Haar gebrek aan
logica.
- Haar onwetendheid,
c.q. naïviteit.
- Haar
medeplichtigheid aan de geglobaliseerde chaos.
Young Leaders. Study Group members Jeanine Jerkovic (American), Sheila Sitalsing (Dutch), and Friederike Stützle-Dahns (German)
Wat betreft de ‘medeplichtigheid,’ moet duidelijk zijn dat de commerciële massamedia reclame en propaganda maken voor een systeem waarbij dagelijks in de Derde Wereld 20.000 kinderen van honger omkomen en naar schatting 4000 kinderen door vervuild water sterven. In het eerste geval betekent dit 7 maal zoveel doden als tijdens de aanslagen van 11 september 2001, in het tweede meer dan 1 maal, elke dag weer, zonder dat de commerciële massamedia hier permanent structureel aandacht aan besteden. En als de ‘vrije pers’ hier aandacht aan besteedt dan nooit zal ze een directe koppeling maken tussen het kapitalistische systeem en zijn slachtoffers. De mainstream media doen het in feite voorkomen alsof de groeiende kloof tussen arm en rijk het gevolg is van een natuurwet, een fenomeen waar de mens geen greep op heeft. Of als er al sprake mocht zijn van menselijke verantwoordelijkheid, dan nooit die van de westerling, maar die van corrupte regimes die er een puinhoop van maken. Het feit dat maar al te vaak die regimes worden gesteund door de westerse elite wordt verzwegen. De rol van de massamedia is tevens onmisbaar wanneer leiders in de arme wereld uit de pas gaan lopen en de belangen van hun eigen bevolking boven die van de westerse economische macht gaan stellen, zoals bijvoorbeeld het geval was met de Venezolaanse president Hugo Chavez. Dan wordt een dergelijke dissident gecriminaliseerd door de commerciële journalisten. Een illustratie daarvan is de in Suriname geboren columniste voor de Volkskrant Sheila Sitalsing, die in oktober 2012 Chavez afschilderde als een paranoïde parvenu omdat hij gewaarschuwd had voor het gevaar dat als zijn rechtse mededinger naar het presidentschap zou winnen ‘de bourgeoisie dan weer aan de macht komt, het verwerpelijke marktdenken, het vuige kapitalisme. Dat de Yankees dan aan de poorten zullen rammelen, azend op die onmetelijke olieplas waarop hij veertien jaar lang ronddobberde, gezeten op zijn troon.’ (de woorden zijn van Sitalsing) In een poging Chavez’s integriteit aan te tasten schreef ze:
Sinds Saddam Hussein en Moammar Kadhafi,
bondgenoten in de oliehandel, uit de weg zijn geruimd, weet hij het zeker: er
is een Amerikaans complot tegen iedereen die de toegang tot olie in gevaar
brengt. Onder het motto ‘de vijanden van mijn vijanden zijn mijn vrienden’ deed
hij verwoede pogingen in het gevlij te komen bij de as van het kwaad.
Om het beeld van een dictator op te roepen verzweeg
Sitalsing het volgende:
‘Like
most Latin American countries, Venezuela has an unequal distribution of wealth.
The rich tend to be very rich and the poor very poor. In 1970, the poorest
fifth of the population had 3% of national income, while the wealthiest fifth
had 54%.[48] For
comparison the UK 1973 figures were 6.3% and 38.8%, and the US in 1972, 4.5%
and 42.8%.’
De
populariteit van Chavez onder de meerderheid van de Venezolanen is vooral te
verklaren uit het feit dat hij de armoede heeft teruggedrongen.
Chávez maakte een einde aan de neoliberale uitverkoop van zijn land. De meest strategische sectoren van de economie werdengenationaliseerd. In totaal kwamen meer dan vierhonderd bedrijven in de handen van de overheid. Geen wonder dat de reactie van de (economische) elite zo hevig is.
Chávez maakte een einde aan de neoliberale uitverkoop van zijn land. De meest strategische sectoren van de economie werdengenationaliseerd. In totaal kwamen meer dan vierhonderd bedrijven in de handen van de overheid. Geen wonder dat de reactie van de (economische) elite zo hevig is.
Deze politiek heeft duidelijke vruchten afgeworpen. Tussen 1996 en 2010 is de armoede gedaald van 71% naar 27%, dat is na Ecuador de beste prestatie van het continent. Er is nog steeds een grote kloof tussen rijk en arm, maar wist je dat de gini-coëfficiënt – die een graadmeter is voor die kloof – in Venezuela op dit moment zowat de beste is van Latijns-Amerika? De kindersterfte is onder Chávez gehalveerd en het analfabetisme uitgeroeid.
Volgens
het CIA World Factbook is
onder Chavez het percentage inwoners onder de armoedegrens gehalveerd, tot
rond de 27 procent, zeer tot het ongenoegen van de neoliberale machthebbers in
het Westen onder aanvoering van de Verenigde Staten, zoals in de Britse pers
uitlekte:
The
failed coup in Venezuela was closely tied to senior officials in the US
government, The Observer has established.
Die
staatsgreep mislukte omdat de armen uit de sloppenwijken massaal naar het
centrum van de hoofdstad waren opgetrokken om daar hun steun aan Chavez te
betuigen, die tijdens een staatsgreep, gesteund door de CIA, door de rijke ‘elite’
was ontvoerd. Dat Chavez op brede steun kan rekenen van de kiezers blijkt uit
de talloze verkiezingen die hij won en uit het feit dat hij in oktober 2012
weer met een meerderheid van 54 procent de recente verkiezing heeft gewonnen.
Tot grote ergernis van de neoliberalen en hun spreekbuizen in de westerse
massamedia, onder wie Sheila Sitalsing die na een feitelijke inleiding het
volgende beweert:
‘Chavez
was nog niet zo lang president toen hij rond de eeuwwisseling op tournee door
het Midden-Oosten zijn mede Opec-leden – Irak, Iraq, Libië Koeweit, Saoedi-Arabië – opjuinde om voor hogere olieprijzen te lobbyen. Toen kostte een
vat Brent nog geen twee tientjes; nu is dat 100 dollar.’
Met
andere woorden: toen de armste 20 procent van de Venezolaanse bevolking met 3
procent van het nationale inkomen genoegen moest nemen terwijl de rijkste 20
procent met meer dan de helft aan de haal ging, kostte een vat olie nog
geen twee tientjes, terwijl het nu 100 dollar is, en de armen in Venezuela
dankzij het bewind van de regering Chavez daarvan profiteren. Een
schande, vindt Sitalsing, zo blijkt uit haar kwalificatie ‘opjuinen,’ oftewel
‘ophitsen.’ Latijns Amerikanen mogen
geen hogere prijs van hun grondstoffen vragen, dat mogen alleen westerse
concerns zodra ze hun producten elders in de wereld slijten. Verontwaardigt over het feit dat Chavez het marktdenken, dat elders tot zoveel onrecht leidt, geen voorrang verleent schreef ze dat hij ‘veertien jaar lang ronddobberde’ op ‘die onmetelijke olieplas.’ Volgens Sitalsing zou, als Chavez is vertrokken, ‘gedaan zijn met de volksrevolutie die hij de afgelopen veertien jaar zo hartstochtelijk heeft vormgegeven: gratis huisvesting, gratis onderwijs, talloze gratis voorzieningen voor de armen. Dit alles gefinancierd dankzij de olie…’ En dat zit deze neoliberale econome dwars. Dat geld had naar de rijken gemoeten.
Precies een jaar later, oktober 2013, kreeg Sheila Sitalsing de
zogeheten Heldringprijs,
‘in het leven geroepen door de NRC... De
juryvoorzitter Jeroen Smit zei over Sitalsing het volgende 'In een tijd waarin
we worden overspoeld door hele en halve waarheden, geven haar analyses een
veilig gevoel. Zij heeft het allemaal goed voor ons uitgezocht.'
De lamme prijst in de polderjournalistiek de blinde. Zelfs de schijn van
onafhankelijkheid laat de Hollandse ‘politiek-literaire elite’ onmiddellijk vallen zodra de belangen van hun broodheren bedreigd worden
door ‘het
volk’ met zijn hinderlijk ‘populistisch alarmisme.’ De nestor
van de Nederlandse mainstream journalistiek, Henk Hofland, haat het canaille en
motiveert dit ondermeer als volgt:
‘terwijl het
consumentisme de geest van de massa’s veroverde, begon internet zich te
ontwikkelen tot het nieuwe medium: the electronic highway.’ Alleen daardoor
worden onze ‘bestuurders’ kennelijk geheel ten
onrechte vandaag de dag ‘uitgeleverd aan het onmiddellijke oordeel van de dan
plotseling goedgelovige massa.’
Ziedaar de eenvoud van de grootste polderjournalist van de twintigste eeuw die zichzelf als een heer van stand gedraagt. Ziedaar de eeuwige onnozelheid van de
gevestigde orde die de wereld opzadelt met een almaar toenemende wanorde. De
huidige generatie opiniemakers heeft haar gezag lang geleden verloren omdat
ze zich niet houdt aan de eigen -- telkens weer met veel tromgeroffel beleden -- normen en waarden. Het opmerkelijke is nu dat de mainstream spreekbuizen van de
ware macht nog niet doorhebben dat ze hun geloofwaardigheid
kwijt zijn.
1 opmerking:
http://www.kb.nl/sites/default/files/bovenbazen.jpg
Een reactie posten