Erik Akerboom, als directeur-generaal van de AIVD waarschuwde u voor het gevaar van dissidente stemmen in Nederland. Daarom wil ik dit keer een korte beschrijving geven van het land waarin u en ik wonen. Onlangs citeerde Myriam Hermans, die ik verder niet ken, op Facebook de joods Duitse filosofe Hannah Arendt: 'Het is een treurige waarheid dat het meeste kwaad wordt gedaan door mensen die niet kunnen kiezen tussen goed of kwaad.' Mevrouw Hermans voegde hieraan toe: 'Onder de banaliteit van het kwaad wordt verstaan hoe het kwaad zich gemakkelijk kan manifesteren als de individuele verantwoordelijkheid verloren gaat.' En: 'Wat is totalitair denken? Totalitarisme is een politiek systeem waarbij de gehele maatschappij ondergeschikt wordt gemaakt aan het staatsidee en de politiek de gehele samenleving tot in de diepste geledingen doordringt.'
Al deze elementen herken ik in uw bewering dat ‘2022 een grimmig jaar’ was, vanwege ‘een veelheid aan dreigingen, want natuurlijk [speelt] het conflict in Oekraïne voor ons een hele belangrijke rol en de opkomst van China.’ Waarom precies de twee grootste landen van Azië het Westen ‘bedreigen,’ maakte u niet precies bekend. Kennelijk ging u ervan uit dat de niet aflatende propaganda van de zichzelf censurerende polderpers dit al genoegzaam duidelijk had gemaakt. Op zijn minst suggereert de AIVD dat de Russische Federatie geen genoegen zal nemen met het beschermen van de Russisch-talige bevolking in de Donbas tegen het al acht jaar durend geweld van het Zelensky-regime in Kiev, maar dat de Russische tanks, eenmaal in beweging, de Europese hoofdsteden zullen bedreigen, of iets in die trant, want geen enkele EU-politicus durft duidelijk te zeggen waarom de Europeanen de Russen zo moeten vrezen. Zelfs op de vraag waarom de Russische Federatie de rest van Europa zal aanvallen terwijl het Avondland één van de belangrijke afnemers is van de vitale Russische grondstoffen, ligt een taboe. Daarover spreekt de ‘vrije pers’ in het Westen niet. Logica is niet meer.
Het grote probleem in Nederland is dat er geen ware onafhankelijke intelligentsia bestaat. Daar is het land te klein voor; een ieder is hier afhankelijk van de ander, met als gevolg dat in het gecorrumpeerde poldermodel elke controversiële opvatting meteen verijdeld wordt. Dissidente opvattingen worden onmiddellijk gemarginaliseerd door ze eenvoudigweg te verzwijgen. Hetzelfde geldt nu sinds enige tijd voor het journalistieke principe van hoor en wederhoor, met uiteindelijk als resultaat dat Nederland de afgelopen vier decennia geen echte publieke maatschappijkritiek heeft gekend. Zodra die opklinkt wordt de kritiek doorgaans geridiculiseerd, of zelfs gecriminaliseerd, inclusief de man of vrouw die deze kritiek verwoordt. Ik schrijf met klem ‘doorgaans,’ want om de democratische schijn van ‘een vrije pers’ hoog te houden mogen af en toe speciaal aangewezen intellectuelen wel eens mopperen over de stand van zaken. Zo prijkte op de cover van het februari-nummer 2023 van Vrij Nederland het hoofd van de ‘Essayist Maxim Februari’ met daaronder zijn uitspraak: ‘Dat we de macht al jaren niet bevragen, is angstaanjagend.’ Let wel, Februari wordt door het kleine kringetje van de zelfbenoemde ‘politiek-literaire elite’ alhier gezien als een exemplarisch voorbeeld van de polder-intelligentsia, terwijl ook hijzelf, volgens eigen zeggen, ‘de macht al jaren niet’ het vuur aan de schenen legt. In Vrij Nederland verklaart hij over de polder-intellectuelen:
Het grote gevaar van de laatste jaren is dat iedereen die zichzelf een beetje als een intellectueel beschouwt, zegt: weet je wat, we stoppen met denken want dat is gewoon het allerbeste wat wij op dit moment kunnen doen. Het gaat zo slecht met de wereld, we laten de macht alles regelen. Terwijl ik vind dat het je taak is, als pers, als wetenschap, als kunst om die macht voortdurend te bevragen. Dat we dat al jaren niet doen, is angstaanjagend.
Het is opmerkelijk dat de mainstream-publicist Maxim Februari niet weet dat zowel in de Verenigde Staten, als in de voormalige gekoloniseerde wereld en de grote Europese cultuurlanden al driekwart eeuw een levendige intellectuele discussie gaande is over de beperkingen van het regelmatig repressieve westen. Ook bij Februari is het ‘denken’ gestagneerd, zoals de lezer van mijn weblog weet door mijn veelvuldig gebruik van citaten van grote hedendaagse, niet-Nederlandse denkers. Wanneer Februari beweert dat hij vandaag de dag ‘duidelijk wil maken dat we geregeerd worden door abstracties,’ en ‘dat op het moment dat je alle beslissingen overlaat aan systemen, je het menselijke, het belichaamde gesprek kwijt’ bent, kan de enige conclusie zijn dat deze ‘polder-intellectueel’ niet op de hoogte is van wat de kritische westerse intelligentsia sinds de negentiende eeuw heeft geschreven.
Waarom is het ‘progressief’ om bijvoorbeeld de door de NAVO uitgelokte oorlog in Oekraïne blind te steunen? Omdat ‘je anders een wappie [bent] en niet goed bij je hoofd,’ aldus vat onze filosofe in Vrij Nederland het hedendaagse ‘gesundes Volksempfinden’ in Nederland samen. Ook hier geeft hij evenwel geen verklaring, maar slechts een beschrijving, waarop al veel eerder internationaal georiënteerde denkers van naam hebben gewezen, zoals de lezers van mijn weblog weten. Dat is ook de voornaamste reden dat zij door mij worden geciteerd. Eén van de redenen dat de Nederlandse intelligentsia is vastgelopen in een doodlopende straat blijft simpelweg het feit dat de klasse der intellectuelen in het kleine Nederland sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw naar binnen gekeerd is geraakt, provinciaals is in plaats van kosmopolitisch. Voor zowel de bourgeoisie als de kleinburger betekenden de wilde jaren zestig en zeventig teveel verandering, teveel onzekerheid. De enige Nederlandse historicus van wereldnaam, Johan Huizinga wees al een eeuw geleden erop dat de ‘Nederlandse volksaard’ allereerst ‘tot grondtrek’ heeft ‘dat het onheroïsch is.’ Hier kent men de grootsheid van het verzet niet, zoals opnieuw tijdens de Tweede Wereldoorlog bleek en vandaag de dag opnieuw blijkt. Huizinga:
Hoe kan het anders? Een staat, opgebouwd uit welvarende burgerijen van matig grote steden en uit tamelijk tevreden boerengemeenten, is geen kweekbodem voor hetgeen men het heroïsche noemt.
Men collaboreert hier liever met de macht. Dit manifesteert zich ondermeer in het politieke fanatisme van bijvoorbeeld een oerburgerlijke partij als D’66, die nu ook Taiwan wil bewapenen en op die manier meewerkt aan de voorbereidingen van een Derde Wereldoorlog. Binnenlands blijkt dit absurde fanatisme uit de toenemende maatschappelijke onverdraagzaamheid. Zo is het hier bijna altijd geweest. Huizinga concludeerde al in de jaren twintig van de vorige eeuw dat ‘Hypocrisie en farizeïsme hier individu en gemeenschap [belagen]!’ en dat het niet ‘valt te ontkennen, dat de Nederlander een’ toen nog ‘lichte graad van knoeierij of bevoorrechting van vriendjes zonder protest verdraagt,’ een mentaliteit die anno 2023 is uitgemond in de grootschalige corrumpering van zowel de politiek als de bureaucratie, die er juist op zouden moeten toezien dat de democratie niet van binnen wordt uitgehold. Maar deze analyse kan een gelauwerd intellectueel in het kleine land zich niet permitteren. En dus zoekt Maxim Februari de oorzaak elders. Zij zegt in het maandblad Vrij Nederland:
De technologische uitvindingen zijn een feit. Het is ook niemands schuld, uitvindingen worden nu eenmaal gedaan uit nieuwsgierigheid. En we kunnen elkaar voor rotte vis uitmaken en elkaar ontzettend hard op het hoofd slaan, maar dat maakt het leven er niet gezelliger op Dus we zullen met z’n allen moeten bedenken: wat nu? Wat vinden we wenselijk gedrag? Welke waarden willen we hooghouden? Hoe zorgen we dat de rechtsafhandeling een beetje netjes verloopt?
Alleen al zijn taalgebruik demonstreert hoe groot zijn intellectuele achterstand is. Of juister nog: het is alsof Februari in een volstrekt ander universum leeft dan de meesten van ons. Tussen hem en de Nederlandse intelligentsia enerzijds, en anderzijds de rest van de mensheid gaapt een grote kloof. Ik vrees dat Maxim zijn hele leven lang een onoverbrugbare intellectuele achterstand heeft opgelopen. Hoe anders is zijn beschamende naïviteit te verklaren. Al sinds meer dan driekwart eeuw hebben Europese en Amerikaanse, Afrikaanse en Aziatische intellectuelen zich uitgesproken over de complexe gevolgen van de revolutionaire technologische ontwikkelingen. Vergeefs, want voor Februari is het allemaal terra incognita. Dit verraadt de intellectuele luiheid en het autisme van de Nederlandse intelligentsia. De onnozelheid die spreekt uit zijn opmerking dat het ‘niemands schuld’ is, omdat ‘uitvindingen nu eenmaal gedaan [worden] uit nieuwsgierigheid,’ demonstreert slechts dat hij niet weet dat de hedendaagse ‘uitvindingen’ gefinancierd worden door machtige instituten en concerns, niet uit ‘nieuwsgierigheid’ maar omdat er een militair- dan wel financieel belang aan ten grondslag ligt. Nadat hij eerst cliché’s heeft opgesomd als dat ‘er grote veranderingen op het spel [staan]. Je ziet de politiek onderuit zakken,’ stelt Februari: ‘Heel slimme mensen moeten daarover gaan nadenken.’ Kennelijk is hij vergeten dat al in de vierde eeuw voor Christus de Griekse filosoof Plato, leerling van Socrates en leraar van Aristoteles, zich uitgebreid met dit onderwerp bezighield. Eén van de invloedrijke denkers in de westerse filosofie kan men niet ongestraft terzijde schuiven om zelf opnieuw het wiel uit te vinden. En welke hedendaagse ‘heel slimme mensen moeten gaan nadenken’ over de ineenstorting van de westerse cultuur? Hijzelf komt niet verder dan:
we moeten digitaal wakker worden. Je kunt de boel de boel laten, maar je kunt ook denken: als we nou een beetje die kant op duwen, dan wordt het misschien nog wat.
2 opmerkingen:
De racistische inteelt en het bevindelijke treiterfascisme waar met het sadistisch koloniseren de hele wereld mee te maken kreeg, is een gang van zaken waar geen academicus zijn of haar carrière om wil beëindigen om dit onbespreekbare taboe te doorbreken met wetenschappen over erfelijkheidsleer en mensenkennis, terwijl de bewijzen daarvan toch evident in de gereformeerde religieuspolitieke cultuur van Nederland en overal waar kolonisten zich vestigden voor het oprapen liggen, alle psychisch-psychotische en fysiek-lichamelijke degeneraties op de wereld zijn in katholieke kerkordes en moslimbroederschappen en protestantse zwarte kousen kerken begonnen en dit heeft zich via slavernij voortgezet in kapitalistische industrialisatie, het bezitten en uitbuiten van de gehele wereldbevolking en onze planeet Aarde, culminerend in maffiastaten die elkaar bestrijden met conventionele en biologische en nucleaire massavernietigingswapens plus apocalyptische klimaatcrises met economische sanctieterreur om hun degenererende macht maar niet over te hoeven moeten laten aan het algemene bezit van de ontelbare ware bezitters van onze planeet, die als zij al niet reeds zo gedegenereerd waren deze kosmische geschiedenis (r)evolutionair vernieuwend nog tot een goed einde hadden kunnen brengen.
"Al zal je gelijk hebben, je moet het niet zeggen, want dan speel je Poetin in de kaart" is een credo dat ik regelmatig toegeworpen krijg.
Een reactie posten