- herman,BeantwoordenVerwijderen
In de 'Pedagogie van de Onderdrukten' schreef de Braziliaanse geleerde Paulo Freire:
'In een situatie van manipulatie komt links bijna altijd in de verzoeking "snel terug te keren tot de macht" en vergeet dat het noodzakelijk is zich samen met de onderdrukten te organiseren. Ze geraakt in een onmogelijke "dialoog" met de heersende elite. Het eindigt ermee, dat ze door deze elite wordt gemanipuleerd -- en niet zelden vervalt ze zelf in een soort elite-spel, dat ze dan "realisme" noemt.' - Stan,BeantwoordenVerwijderen
Dat klopt.
Maar wordt de SP dan in het pak genaaid, of is het machtswellust? Kan het allebei?
Als je als linkse politicus echt een bedreiging vormt voor het wereldwijde kapitaal, krijg je te maken met de privé-militie van dat kapitaal, de geheime dienst en het leger van de VS. Je hoeft daar niet eens links voor te zijn. En je mag er (zie Kennedy) ook president van de VS voor zijn.
Een politieke partij is maar een middel, geen doel. Als er geen enkele toekomst is voor linkse politiek, is dan cynisme het enige antwoord? De SP is, o.a. wat betreft de banken en de NAVO een beetje de weg kwijt. Is dat onomkeerbaar? Hebben we geen kamerlid Van Houcke nodig?
In de VS zijn linkse denkers consequenter en radicaler dan in Nederland. Met het twee-partijenstelsel hebben ze verder ook totaal geen invloed binnen het politiek systeem. Als die mensen de kans kregen om met een SP-achtig vehikel het Congres binnen te komen zouden ze erg blij zijn.
Ik ga er vanuit dat de SP is geïnfiltreerd door de geheime diensten van bepaalde kapitalistische staten, zoals dat met alle potentieel radicale partijen het geval is. Staat de democratie volledig machteloos tegenover propaganda, infiltratie, inkapseling, verzoeking en manipulatie? Of kunnen we wellicht terugmanipuleren?
Ik verwijs nog even naar een stukje van mijn hand dat ooit de eer kreeg hier geplaatst te worden:
http://stanvanhoucke.blogspot.nl/2009/03/jan-marijnissen-van-de-sp-23.html - de democratie zoals wij die kennen is propaganda, niets anders. het enige dat we kunnen doen is de ondergaande zon beschrijven, we kunnen de zon niet tegenhouden. het kapitalisme wordt als een natuurwet gezien en is het daardoor ook. zolang dit het geval is, kan de democratie niets betekenen. het enige dat we kunnen is beschrijven, niet veranderen.BeantwoordenVerwijderen
- Als de democratie "niets anders" is dan propaganda, waarom wordt de democratie dan bestreden door de rijken?BeantwoordenVerwijderen
Waarom moesten voor G. Bush twee verkiezingen worden gestolen/gemanipuleerd (2000, 2004)?
Het militaire en inlichtingenapparaat van de VS, soms geassisteerd door bepaalde Europese landen, heeft in de loop van de afgelopen decennia tientallen keren een democratische ontwikkeling of de sociaal-democratie in tientallen landen de nek omgedraaid, of de nek proberen om te draaien, of daar bij geassisteerd t.b.v. lokale fascistoïde elementen. Nicaragua, Panama, Grenada, Chili, Somalië, de Filippijnen, Joegoslavië, Korea (bij het installeren van koloniale collaborateurs, hetgeen mede bijdroeg aan de Koreaanse oorlog), Venezuela, Argentinië, Iran (Mosaddegh), Indonesië, Irak (jaren 1950), enz. enz. Dat hoef ik je niet te vertellen.
Het gaat daar echt niet alleen om revolutionaire regimes.
In de VS, in Europa en overal ter wereld heeft de elite de oorlog verklaard aan de democratie. Voor de globalisering moeten alle democratische rechten en mensenrechten worden opgeofferd voor het eigendomsrecht van corporaties. We horen letterlijk dat er geen alternatief is voor het installeren van "technocraten" omdat de democratie het zaakje allemaal niet meer kan volgen.
Blijkbaar schuilt in de democratie dus nog steeds een latent gevaar voor de 'eigenaars' van de wereld.
Je schrijft, "de democratie zoals wij die kennen". Er is altijd wel een ideale werkelijkheid buiten de onze, zoals er voor de marxisten ook altijd wel een ideaal socialisme bestaat dat helaas elke keer weer werd gecorrumpeerd (omdat iemand Trotski niet hadden gelezen of iets dergelijks). Ik ben bekend met het verschijnsel van de parallelle universa, maar helaas zitten wij er voor zover bekend in maar één daarvan. De vraag is dus of we, bij het observeren van mensen die formeel een verandering van het systeem voorstaan maar in de praktijk het systeem overeind blijken te houden (in onze analyse dan), als enige uitweg hebben om cynisch te worden en als buitenstaander onze verachting daarover voor het voetlicht te brengen.
Ik ben het nog steeds met Parenti eens dat de eigenaars van de economie machtig zijn maar niet almachtig, dat ze enorme invloed hebben, zelfs ideologisch, maar dat ze niet in staat zijn om alle gedachten van mensen te vormen (die van jou en mij bijvoorbeeld niet); en dat ze meestal hun zin krijgen, maar toch niet altijd. Het doel is de hele wereld terug naar de Derde Wereld, en dat is nog niet zover.
Wat mij betreft is de maatstaf voor de rechtvaardiging van cynisme de vraag of de vijand dat cynisme beschouwt als een overwinning of als een nederlaag. - hermanBeantwoordenVerwijderen
je verwart cynisme met scepsis. een cynicus is iemand die overal de prijs van weet maar niets de waarde, aldus oscar wilde. een scepticus bekritiseert de goedgelovigheid van mensen.
de democratie wordt volstrekt niet door de rijken bestreden, ze hebben juist gezorgd voor deze vorm van democratie waarbij de afgelopen drie decennia alle serieuze controle op de economie via deregulering en privatisering is afgebroken. bovendien krijgen ze geweldige subsidies en belastingvoordelen waardoor bijvoorbeeld in de vs 1 procent van de allerrijksten nu meer dan 40 procent van alle rijkdommen bezit en eenvijfde van het totale jaarlijkse inkomen binnensleept. daarnaast zorgt hun militair industrieel complex ervoor dat de miljarden verslindende oorlogen overal ongestoord doorgaan en de nieuwe oorlog met china gestaag wordt voorbereid. beter dan ze het nu hebben is ondenkbaar. de democratie is voor hen de goedkoopste manier om het volk eronder te houden. Noam Chomsky wees in dit opzicht terecht op het volgende feit toen hij over de invloedrijke Verlichtingsfilosoof David Hume schreef:
'in considering his First Principles of Government, he expressed his puzzlement over ''the easiness with which the many are governed by the few" and "the implicit submission with which the men resign their own sentiments and passions to those of their rulers". "When we enquire by what means this wonder is brought about", Hume concluded, "we shall find, that as Force is always on the side of the governed, the governors have nothing to support them but opinion. It is therefore, on opinion only that government is founded; and this maxim extends to the most despotic and most military governments, as well as to the most free and most popular.'''
De machtige ontleent zijn macht aan meningen, niet aan feiten, vandaar de journalistieke taak om als doorgeefluik van meningen te dienen. 'On opinion only that government is founded.'
de eigenaars van de economie zijn wel degelijk almachtig, bedrieg jezelf niet. zolang zij in staat zijn het bewustzijn van de mens te bepalen en zo de mens weet te conditioneren dat hij zijn eigen onderdrukker is geworden, blijven zij oppermachtig. gemarginaliseerde mensen zoals jij en ik tellen niet mee, ook niet onder het bewind van de sp. sterker nog, de sp zal dissidenten harder aanpakken dan de eigenaren van de economie. de hele wereld terug naar het niveau van de derde wereld is volgens mij niet datgene wat we nu zien. de welvaart verschuift alleen van hier naar daar. de westerse economische macht heeft de westerse middenklasse niet meer nodig en al helemaal niet de onderkaste oftewel de voormalige arbeidersklasse, en wel omdat in de derde wereld zich weet te ontwikkelen en daar een middenklasse en arbeidersklasse groeit die de nieuwe consumenten zijn van de rotzooi die geproduceerd wordt. het kapitalisme heeft zich losgezongen van alles, zelfs van de nationale grenzen. -
- Stan,BeantwoordenVerwijderen
Je schrijft: "de eigenaars van de economie zijn wel degelijk almachtig".
Als ze echt zo almachtig zouden zijn (en ik ontken hun grote macht niet) zouden we nog steeds in 1900 leven, met kinderarbeid, zonder minimumloon, met werkdagen van 14 uur, zonder ontslagbescherming of regels over een veilige werkplek, zonder publiek gefinancierd (hoger) onderwijs, zonder algemeen stemrecht, enz. Hoe onvolledig en onvolmaakt ook, al die dingen zijn toch niet zonder belang.
Het feit dat "de Almachtigen" (Stan), resp. "de machtigen" (moi) nu tegen al die dingen hun klassenstrijd voeren, betekent dus m.i. dat ze die dingen decennialang hebben moeten tolereren - tegen hun wil.
Democratie is niet verzonnen door de rijken, maar omarmd door de bankiers toen ze erachter kwamen dat een formele democratie legitimiteit verschaft aan de staatsschuld. In koninkrijken kan de koning bij overlijden de staatsschuld in het graf meenemen en hebben de bankiers het nakijken. Of de koning kan desgewenst de bankier executeren. In een democratie schuift de staatsschuld eindeloos door (al groeiend, uiteraard) over de generaties, en de kiezers legitimeren als het ware met hun stem die schuld.
Maar nu zien we dat aangezien de bevolking langzamerhand in opstand begint te komen (in Zuid-Europa althans) dat bankiers en de financiële sector hun geloof in democratie zijn verloren en overal "technocraten" willen installeren. Dat zie je aan de ingezonden stukken van de pseudoconomen en de redactionele commentaren, waarin de democratie "stuurloos" wordt genoemd, bijv. omdat de Grieken geen coalitie kunnen sluiten om het land verder naar de klote te kunnen helpen zodat de bankiers de zaak kunnen overnemen en de publieke sector kunnen opkopen voor een paar cent op elke door het publiek geïnvesteerde euro. Vervolgens kan de hele economie worden getransformeerd in een neofeodale "tolpoort"-economie, waarin voor elke dienst direct moet worden afgerekend met de bankiers, tegen prijzen die het land binnen een decennium in een absoluut derdewereldland veranderen.
Het is uiteraard zo dat binnen de invloedssfeer van de niet 100% neoliberale economieën, zoals Rusland en China, nieuwe welvaart en een zekere middenklasse kan ontstaan. Maar geglobaliseerd kapitalisme betekent niet dat "de welvaart verschuift". Kapitalisme brengt algemene armoede voort en rijkdom voor een kleine elite, geen algemene welvaart, ook niet regionaal - tenzij kapitalisme wordt bedwongen in een gemengde economie zoals in Europa en de VS na de Tweede Wereldoorlog. Democratie is in essentie de poging van de bevolking om het kapitalisme te bedwingen om meer algemene welvaart te creëren.
Een corruptie van democratie betekent niet dat die strijd niet bestaat, of niet soms succesvol is. De essentie van democratie is een strijd tussen de elite en de rest. Dat "de rest" soms moe, verward of gedesillusioneerd de strijd lijkt op te geven, betekent niet dat die strijd niet bestaat.
Wat betreft de globalisering, het financieel kapitalisme van nu is niet meer het industrieel kapitalisme dat Lenin en Luxemburg analyseerden. De marxisten begrijpen de globalisering niet als ze Marx' Het kapitaal erop toepassen. Hun hoop was erop gericht dat het kapitalisme de hele wereld zou overspoelen, overal een arbeidersklasse zou creëren en overal de overgang tot socialisme mogelijk zou maken.
Maar de wereld ziet er anders uit dan ze hadden verwacht. Er is geen arbeidersklasse ontstaan, maar slechts eilanden van "free trade zones" of "business zones" of wat dan ook die de facto onderdeel zijn van de staat waar de multinational vandaan komt. Ze worden gefinancierd en gesubsidieerd door het gastland (dat werkgelegenheid wordt beloofd) maar voordat er een georganiseerd bewustzijn kan ontstaan onder de arbeiders van hun exploitatie is de tent alweer verhuisd naar wie weet een ander werelddeel. - herman,
ik citeer je: 'Als ze echt zo almachtig zouden zijn (en ik ontken hun grote macht niet) zouden we nog steeds in 1900 leven, met kinderarbeid, zonder minimumloon, met werkdagen van 14 uur, zonder ontslagbescherming of regels over een veilige werkplek, zonder publiek gefinancierd (hoger) onderwijs, zonder algemeen stemrecht, enz. Hoe onvolledig en onvolmaakt ook, al die dingen zijn toch niet zonder belang.'
nee, de stelling is onjuist, alles is in beweging, panta rei, niets is ooit statisch, dus hier in het westen heeft dankzij keynes de economische elite een tijdlang gedacht dat door het betalen van een fatsoenlijk loon het kapitalisme kon bloeien. bovendien moesten ze voorzichtig zijn met de kinderen, want zij waren de toekomstige arbeiders. algemeen kiesrecht heeft ertoe geleid dat de burger een consument is geworden en daar draait het allemaal om. belangrijker nog: al deze verworvenheden bestaan niet in de derde wereld waar de neoliberalen hun werk naar toe hebben geoutsourced, en wel omdat het lage lonen landen zijn, waar geen strenge milieuwetten bestaan. vandaar dat er nu een structurele werkloosheid hier in het westen is ontstaan en de middenklasse aan het verarmen is. kort samengevat, deze stelling van je is onjuist. rest later.
In mijn boek 'De val van het Amerikaanse Imperium' schrijf ik ondermeer dit:
Net als de geestelijkheid in de Middeleeuwen het monopolie op de waarheid bezat, bepaalt in de moderne tijd de pers wat waar is en wat niet, wie meetelt en wie niet, wie de vijand is en wie niet. Er bestaat in wezen maar één officiële versie van de werkelijkheid en die wordt wereldwijd via ontelbare kanalen 24 uur per dag erin gehamerd, en in die werkelijkheid is geen ruimte voor dissidente meningen. Alles dient zich binnen een van boven aangestuurde context te volstrekken. En die context is de consumptiemaatschappij waaraan nu alles en iedereen ondergeschikt is, en die maar één motief kent: winst, dus begeerte. Want:
'Het punt is dames en heren dat “begeerte” – bij gebrek aan een beter woord – goed is. Begeerte is juist. Begeerte werkt. Begeerte maakt duidelijk, snijdt overal dwars doorheen, en legt het wezen bloot van de evolutionaire levenskracht. Begeerte, in al haar vormen – het hunkeren naar leven, naar geld, naar liefde, kennis – heeft de vooruitgang van de mens gekenmerkt. En begeerte – let op mijn woorden – zal niet alleen Teldar Papier redden, maar ook dat andere slecht functionerende concern, de Verenigde Staten geheten,’
zoals de hoofdrolspeler in de film Wall Street een zaal vol aandeelhouders laat weten. ‘Begeerte is goed,’ in de ogen van degenen die een fortuin verdienen aan de 24 uurs economie, waar ‘geld nooit slaapt,’ en corrupte beursspeculanten met hun excessieve bonussen, hun voorkennis en hun genadeloze minachting voor fatsoen en de samenleving alles onderwerpen aan maar één motief: geld maken, veel geld.
In de uitgebreid gedocumenteerde studie Land of Desire. Merchants, Power, and the Rise of a New American Culture begint de Amerikaanse historicus, professor William Leach bij het ontstaan van de consumptiecultuur:
‘In 1906 schreef de handelaar John Wanamaker dat “iedereen die iets nieuws begint op hetzelfde punt staat waar Columbus stond toen hij uitvoer. Weinigen geloofden dat hij ooit het Land van Begeerte zou bereiken.” Wanamaker kondigde de opkomst van een nieuwe cultuur aan die het Amerikaanse leven zou gaan domineren. Centraal daarin was de zoektocht naar genot, veiligheid, comfort, en materieel welzijn. “Het spreekt ons aan,” zei een andere handelaar, “alleen over onszelf, ons plezier, ons leven. Het zegt niet ‘Bid, gehoorzaam, offer uzelf op, respecteer de Koning, vrees uw meester.’ Het fluistert, ‘Amuseer uzelf, zorg voor uzelf.’ Is dit niet het natuurlijke en logische gevolg van een eeuw van individualisme?” In de decennia na de Burger Oorlog begon het Amerikaanse kapitalisme een duidelijk herkenbare nieuwe cultuur te produceren, niet verbonden met traditionele familie- of gemeenschaps waarden, met religie in welke conventionele betekenis dan ook, of met politieke democratie. Het was een wereldse zakelijke- en marktgeoriënteerde cultuur, met het wisselen en de omloop van geld en goederen als basis van haar esthetische bestaan en van haar morele bewustzijn… De fundamentele kenmerken van deze cultuur waren aankoop en consumptie als de middelen om geluk te verwerven; de cultuur van het nieuwe; de democratisering van begeerte; en geldwaarde als de dominante maatstaf van alle waarde in de maatschappij. Tegen de Eerste Wereldoorlog werden Amerikanen verleid tot allereerst consumentengenot en luxe in plaats van arbeid als de weg naar geluk. De wortels van deze verleiding lagen diep verankerd in de Amerikaanse en Europese geschiedenis. Generaties lang was Amerika geportretteerd als een plaats van overvloed, een tuin waarin alle paradijselijke verlangens zouden worden bevredigd. Vele protestantse kolonisten dachten zelfs dat de belofte van een duizendjarige vrederijk –de wederkomst van Christus – voorbeschikt was om hier tot vervulling te komen en dat het Nieuwe Jeruzalem niet alleen verlossing en spirituele zaligheid zou brengen maar ook wereldlijke zegeningen en de beëindiging van de armoede. Tegen het begin van de negentiende eeuw was deze mythe getransformeerd, geürbaniseerd en vercommercialiseerd, in toenemende mate afgesneden van haar religieuze doeleinden en steeds meer gericht op persoonlijke bevrediging en zelfs op nieuw genotparadijzen als warenhuizen, theaters, restaurants, hotels, danszalen, en amusementsparken… dit nieuwe tijdperk verkondigde dat het najagen van goederen de manier was om al “het goede” te bereiken.’
Alleen als consument zou de burger kunnen worden verlost van het aardse lijden. Dat was goed voor het individu en zeker niet in de laatste plaats goed voor het kapitalisme. Hierop werd keer op keer gehamerd door de economische elite. Zo stelde de Amerikaanse journalist Samuel Strauss in 1924:
‘Voorheen was de taak dingen te leveren die de mens wilde; de nieuwe noodzaak is de mens dwingen dingen te wensen die machines moeten produceren wil deze beschaving niet ten onder gaan… het probleem dat vandaag de dag voor ons ligt is niet hoe goederen moeten worden vervaardigd, maar hoe consumenten moeten worden vervaardigd.’
Op zijn beurt hield in de jaren dertig Paul Mazer, een Wall Street bankier werkzaam voor de in 2008 failliet gegane Lehman Brothers, zijn publiek voor:
‘Wij moeten Amerika van een noodzaak- in een begeertecultuur veranderen. Mensen moet worden getraind om te begeren, om nieuwe dingen te willen, zelfs voordat de oude volledig zijn verbruikt,’ kortom ‘de menselijke begeerte moet zijn behoeften overschaduwen.’
Om deze cultuuromslag mogelijk te maken waren de massamedia onontbeerlijk. Net als de kerk in de middeleeuwen zijn de media het communicatiekanaal van en voor de massa, en net als de geestelijkheid claimt de pers het monopolie op de waarheid. De neef van Freud en adviseur van president Wilson, de Amerikaan Edward Bernays, die algemeen beschouwd wordt als de grondlegger van de public-relations industrie, beklemtoonde in 1928 dat:
‘het bewerkstelligen van instemming de ware essentie is van het democratisch proces, de vrijheid om te overtuigen en te opperen.’
In navolging van toonaangevende Europese sociale wetenschappers stelde Bernays dat een ware democratie onmogelijk was en wel omdat het individu niet in staat is op grond van rationele overwegingen te beslissen wat juist en onjuist is. In een massamaatschappij reageert de mens, eenmaal in het openbaar, als massa, die
‘niet denkt in de strikte zin van het woord. In plaats van gedachten heeft ze impulsen, gewoontes, en emoties. Bij het nemen van een besluit, is haar eerste impuls het voorbeeld te volgen van een vertrouwenwekkende leider.’
De macht moest daarom het volgende nooit uit het oog verliezen:
‘De bewuste en intelligente manipulatie van de georganiseerde gewoontes en opinies van de massa een belangrijke component vormt van een democratische maatschappij. Degenen die dit ongeziene maatschappelijke mechanisme manipuleren vormen een onzichtbare regering die de ware heersende macht in ons land is… In nagenoeg elke handeling in ons dagelijks leven, of dit nu op het gebied van politiek of zaken is, in ons maatschappelijk gedrag of onze ethisch denken, worden wij gedomineerd door het betrekkelijk klein aantal personen… die de mentale processen en de sociale patronen van de massa begrijpen. Het zijn zij die aan de touwtjes trekken die de publieke opinie beheersen.’
Bernays’ standaardwerk Propaganda was niet alleen in de VS buitengewoon invloedrijk, maar ook in nazi-Duitsland. Het stond prominent in de boekenkast in Goebbels’ werkkamer. Ook qua taalgebruik sloot het naadloos aan op het mens- en wereldbeeld van zowel zogeheten democratische- als totalitaire regimes. Beide kampten met de beheersingsproblemen van massamaatschappijen, beide systemen moesten allereerst de massa in het gareel te houden, of zoals Bernays het doel van propaganda samenvatte als:
‘het disciplineren van de publieke opinie op precies dezelfde manier als een leger de lichamen van zijn soldaten disciplineert.’
Aldus dit citaat uit mijn laatste boek. En zo is er een consumentencultuur ontstaan die het neoliberalisme in het zadel houdt. waar we mee geconfronteerd worden is niet in de eerste plaats een economisch probleem, maar een cultureel probleem van immense omvang. Tirannie in de moderne vorm is een sociaal fenomeen, geinternaliseerde onvrijheid, de gedachtenloosheid, de gehoorzaamheid van de beul. Tirannie uit zich niet langer meer exclusief als gewelddadige repressie zoals die zich manifesteert onder tirannen, maar als een vorm van een 'onzichtbare macht' over de gedachten en meningen die het individu in een massamaatschappij gevangen houden binnen de context die de macht en niemand anders bepaalt. Zoals ik in vier decennia journalistiek heb kunnen zien is de ergste censuur die van de zelfcensuur. De mens is zijn eigen onderdrukker, hij wordt getiranniseerd door zijn eigen angsten. Niet alleen zijn lichaam maar zijn psyche zit gevangen in gedachten en overtuigingen van de opiniemakers, waardoor hij zijn eigen gedachten niet accepteert, niet zijn eigen menselijkheid, dat wat hem tot mens maakt, zijn autonomie. Nog voordat er een schot is gelost heeft de moderne massamens niet alleen de ander maar vooral ook zichzelf verraden uit angst anders in de steek te worden gelaten door zijn zijn collega's en uit angst gemeden te worden door de gemeenschap. Als deugd iets te maken heeft met de eisen van het geweten dan zal de deugdzame mens altijd uiterst eenzaam zijn, beschouwd worden als een verschoppeling of in de beangstigende terminologie van Tocqueville voor de massa altijd 'een onzuiver wezen' zijn.' De mensheid wordt op dit moment naar zijn eigen ondergang geleid door de macht, maar zolang de massa de regel liefheeft zal zij zich onbewust neerleggen bij de gang van zaken. Brood en Spelen. Sport en Sex. Iemand moet het zeggen. Als de SP aan de macht komt zullen er alleen andere clowns de buhne betreden, maar het circus blijft hetzelfde. De SP is even links als rechts, de enige drijfveer die de partijbonzen hebben is het verkrijgen van macht, ten koste van alles, en zeker van de eigen idealen.
stan
Michael Parenti,
Democracy for the Few