Van de website van David Rietveld:
'De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de voortgaande islamisering van Nederland onmiddellijk tot staan moet worden gebracht,
constaterende dat de voortdurende immigratie van mensen uit met name moslimlanden gepaard gaat met enorme problemen op het gebied van criminaliteit, uitkeringsafhankelijkheid en integratie;
overwegende dat het behoud van de Nederlandse identiteit en kernwaarden onder grote druk staat door de voortgaande immigratie van moslims die onze waarden vaak niet blijken te delen;
verzoekt de regering, er zorg voor te dragen dat zo snel mogelijk een moslimimmigratiestop wordt ingesteld,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Fritsma. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.
De heer Kamp (VVD):
Voorzitter, heeft de heer Fritsma de problemen met immigranten uit moslimlanden, zoals hij het noemt, al eens vergeleken met de problemen met immigranten die afkomstig zijn uit Afrikaanse landen? Als die problemen met elkaar vergelijkbaar zijn, waarom haalt hij dan één groep, die van de moslims, eruit? Waarom niet ook negroïde mensen? Het klinkt zo discriminerend, realiseert hij zich dat?
De heer Fritsma (PVV):
Nee, dit is een doeltreffende maatregel om grote problemen op te lossen. Wij hebben een groot probleem met de islamisering van Nederland. Genoeg is genoeg, er hoeft van ons gewoon geen moslim meer bij te komen. Hele stadswijken worden gedomineerd door moslims, het is een ons wezensvreemde cultuur. Nogmaals, moslims brengen grote problemen met zich mee op het gebied van uitkeringsafhankelijkheid en criminaliteit. Kijk naar Marokkanen, kijk naar Turken. Vandaar deze motie.
En om uw vraag nog beter te beantwoorden, wij volgen twee lijnen. Naast deze moslimimmigratiestop hebben wij voorstellen gemaakt voor het algemene vreemdelingenbeleid: het tegengaan van het opeenstapelen van procedures, de termijn waarna een zelfstandig verblijfsrecht mogelijk wordt, op tien jaar bepalen en maximaal één partner laten overkomen. Die maatregelen hebben betrekking op iedere vreemdeling. Die staan dus naast het voorstel voor een immigratiestop.
De heer Kamp (VVD):
Mij klinkt het voortdurend over één kam scheren van alle moslims en die ook voortdurend associëren met alle negatieve dingen die je maar kunt bedenken, bijzonder onprettig in de oren.
De heer Fritsma (PVV):
Dat is een waardeoordeel waarop ik verder niet hoef te reageren, zo lijkt mij.
De heer Van der Staaij (SGP):
Voorzitter, ik heb nog een meer procedurele vraag. Klopt het dat de heer Fritsma en zijn partij er een hekel aan hebben dat er in Nederland telkens wordt geprocedeerd over exact dezelfde kwestie, ook als er al een duidelijke uitspraak is?
De heer Fritsma (PVV):
Kunt u dit specificeren?
De heer Van der Staaij (SGP):
Ik doel op telkens weer een nieuwe procedure over dezelfde kwestie in asielzaken, op de stapeling van procedures. Daar bent u toch erg tegen?
De heer Fritsma (PVV):
Inderdaad, wij zijn tegen het stapelen van procedures in vreemdelingenzaken.
De heer Van der Staaij (SGP):
Geldt hetzelfde niet voor het indienen van moties? U hebt eerder een motie ingediend met dezelfde strekking. Die heeft het niet gehaald. Zouden er dan niet eerste nieuwe feiten of omstandigheden moeten zijn alvorens dezelfde procedure te starten en met bijna dezelfde motie te komen?
De heer Fritsma (PVV):
Het een is volkomen onvergelijkbaar met het ander. Het starten van telkens nieuwe juridische procedures is niet vergelijkbaar met het indienen van moties in deze Kamer. Ik meen dat ik hier verder niet op in hoef te gaan.
De heer Van der Staaij (SGP):
Dan wil ik nog een zuiver informatieve vraag stellen. Wat heeft het voor zin om als een soort ritueel een motie in te dienen als eenzelfde motie het kortgeleden niet heeft gehaald?
De heer Fritsma (PVV):
De zin daarvan is simpel: wij vinden het belangrijk dat deze maatregel wordt doorgevoerd en omdat dat voor ons van groot gewicht is, blijven wij dit zeggen. Duidelijker kan ik het niet uitleggen.
De heer Spekman (PvdA):
Voorzitter. Ik vind dat de heer Fritsma wederom een vreselijke uitspraak doet. Ik kan daar niet zomaar aan voorbijgaan. Namens mijn partij wil ik mij ervan distantiëren. Mijnheer Fritsma, u zet een hele bevolkingsgroep en een hele geloofsgroep weg op een manier alsof de leden ervan allemaal criminelen of zakkenvullers zijn. Ik vind dat zeer oneerlijk tegenover zoveel mensen die zich in Nederland de pestpokken werken en die in Nederland een bijdrage willen leveren aan de samenleving. Kunt u deze mensen wel gewoon in de ogen kijken en tegen ze zeggen: u hoort hier niet thuis, want u bent in mijn ogen een zakkenvuller, u bent in mijn ogen een crimineel? Kunt u dat zeggen tegen die hele bevolkingsgroep, die hele geloofsgroep?
De heer Fritsma (PVV):
Voorzitter. Mensen die niet crimineel zijn en die onze kernwaarden delen, worden met onze visie niet uitgezet.
De heer Spekman (PvdA):
Iedere moslim deelt dus niet uw kernwaarden. Iedere moslim heeft niet het vermogen om te leven zoals wij dat hier doen.
De heer Fritsma (PVV):
Ik heb het niet over iedere moslim. Er zijn problemen met een grote groep. Ik zeg niet dat er problemen zijn met iedere moslim.
De heer Spekman (PvdA):
Maar u zegt: er mag absoluut geen moslim meer bijkomen …
De heer Fritsma (PVV):
Klopt!
De heer Spekman (PvdA):
… in Nederland, en dat impliceert toch op zijn minst …
De heer Fritsma (PVV):
Rond de één miljoen is voor ons inderdaad meer dan genoeg.
De heer Spekman (PvdA):
Rond, dus het mogen er ietsje meer zijn.
De heer Fritsma (PVV):
Nee, ik ben duidelijk geweest. Wat ons betreft komt er niet één meer bij.
De heer Spekman (PvdA):
Maar daarmee zegt u toch feitelijk dat iedere moslim in principe niet deugt.
De heer Fritsma (PVV):
Nee, dat zeg ik natuurlijk niet. Ik zeg alleen dat wat ons betreft er in Nederland geen enkele moslim bij komt.
De heer Van Haersma Buma (CDA):
Ik vind de vraag van de heer Spekman terecht. Gaat u een geloofstoets invoeren en die gebruiken bij mensen die naar Nederland willen komen?
De heer Fritsma (PVV):
Dit gaat natuurlijk te ver.
De heer Van Haersma Buma (CDA):
Ik stel de vraag nog een keer en dan wil ik een gewoon antwoord van u. Er kan geen moslim meer bij: heeft u dat gezegd?
De heer Fritsma (PVV):
Ja, dat heb ik gezegd. Wij pleiten voor een moslimimmigratiestop. Dat hebt u goed begrepen.
De heer Van Haersma Buma (CDA):
Juist. Gaat u een geloofstoets invoeren en gebruiken bij iemand die naar Nederland wil komen?
De heer Fritsma (PVV):
Wij meten heel simpel. Wij laten deze immigratiestop gelden voor mensen afkomstig uit moslimlanden, zoals Turkije en Marokko. Het gaat bijvoorbeeld om gezinsmigranten. Nederland heeft opengestaan voor gezinsmigranten. Wij zeggen dat gezinsmigranten zich ook in Marokko kunnen vestigen. Waarom moeten zij dat in Nederland doen? Als een Marokkaanse man een Marokkaanse vrouw over wil laten komen, wordt het tot nu toe als vanzelfsprekend geacht dat Nederland de vestigingsplaats is. Wij willen af van die vanzelfsprekendheid.
De heer Van Haersma Buma (CDA):
U zei net: wij willen voor Nederland een moslimimmigratiestop. Nu zegt u iets heel anders. Nu zegt u: wij willen een immigratiestop voor mensen uit Turkije en Marokko.
De heer Fritsma (PVV):
Nee, uit moslimlanden …
De heer Van Haersma Buma (CDA):
Dus een christen uit Turkije …
De heer Fritsma (PVV):
… zoals Marokko.
De heer Van Haersma Buma (CDA):
Mag ik de heer Fritsma nog een vraag stellen, voorzitter?
De voorzitter:
Een heel korte vraag.
De heer Van Haersma Buma (CDA):
Ik geef toe dat dit een raar tijdstip is voor deze discussie, maar de uitspraken van de heer Fritsma zijn zodanig dat zij niet onbesproken kunnen blijven. Mijnheer Fritsma, een christen uit Turkije komt er niet in?
De heer Fritsma (PVV):
Nee, want de immigratiestop geldt niet voor christenen. Het is een moslimimmigratiestop. U kunt wel blijven zoeken naar definities en voorwaarden, maar dat is niet nodig.
De heer Anker (ChristenUnie):
Voorzitter. Wat wij nu doen, is een heel radicale uitspraak van de heer Fritsma op zijn merites beoordelen en nagaan in hoeverre die juridisch houdbaar is. Mijnheer Fritsma, u zegt: er zijn genoeg moslims in dit land, er hoeft er niet één meer bij. Ik heb met mijn bijdrage waardering uitgesproken voor onze rechtsstaat en herinnerd aan verhalen van mensen die in een zeer povere rechtsstaat leven. Zij moeten vrezen voor vervolging vanwege hun geloofsovertuiging en zij worden gediscrimineerd. Mijn vraag aan u is: onderschrijft u onze Grondwet en ons recht op vrijheid van godsdienst? Zo ja, hoe rijmt u dat dan met uw uitspraak dat er voldoende moslims in ons land zijn, dat er niet één meer bij mag?
De heer Fritsma (PVV):
De moslims die in ons land zijn en die niet crimineel zijn, hebben wat mij betreft vrijheid van godsdienst.
De heer Anker (ChristenUnie):
U hebt het gehad over moslims en u hebt gezegd: er zijn genoeg moslims. U hebt het niet gehad over criminelen, maar over moslims. Bent u bereid om uw uitspraken te nuanceren en om misschien te zeggen dat het over misdadigers gaat en om het hele verhaal over moslims erbuiten te houden? Volgens mij bent u een geloofsgroep aan het discrimineren.
De heer Fritsma (PVV):
Nee, nee, nee. Ik nuanceer niets. Nogmaals, u zegt dat ik het over criminelen heb. Ik zeg niet dat alle moslims Nederland uit moeten, die woorden probeert u mij een beetje in de mond te leggen. Ik zeg dat in elk geval criminele vreemdelingen teruggezonden moeten worden naar het land van herkomst. Met mensen die niet crimineel zijn, gewoon werken en de Nederlandse kernwaarden accepteren en respecteren, hebben wij natuurlijk geen enkel probleem.
De heer Anker (ChristenUnie):
Dan is mijn conclusie dat u voortaan het woord "moslims" daar niet meer mee in verband moet brengen, en dat hebt u wel gedaan. Volgens mij is dat ook de tekst van uw motie.
De heer Fritsma (PVV):
Ik vraag om een beetje realiteitszin. Als je kijkt naar de criminaliteitscijfers dan weet je dat die bij bijvoorbeeld Marokkanen vele malen hoger liggen dan bij autochtonen. Deze verontwaardiging kan ik mij niet zo goed voorstellen. Het belang van de Nederlandse samenleving moet in onze ogen gewoon zwaarder wegen dan het belang van potentiële immigranten uit moslimlanden.
De heer De Wit (SP):
Ik doe dit niet graag, omdat ik vind dat elke fractie de motie moet kunnen indienen die het van belang vindt, maar een discriminerende motie wil ik niet geacht worden te steunen. Mijn fractie trekt de steun die de heer Fritsma gevraagd heeft voor deze motie, bij dezen in.
De heer Van Haersma Buma (CDA):
Mijn fractie had die steun niet uitgesproken.
Mevrouw Azough (GroenLinks):
Dat geldt ook voor mijn fractie. Deze motie hoort niet in een democratische rechtstaat.
De heer Spekman (PvdA):
Dat geldt ook voor mijn fractie. Ik vind het een schande.
De heer Anker (ChristenUnie):
Ik hield mijn hand bewust omlaag.
De heer Kamp (VVD):
Wij hebben deze motie ook niet gesteund.
De heer Pechtold (D66):
Ik heb niet mijn hand opgestoken bij deze motie.
De heer Fritsma (PVV):
Ik vind het veelzeggend. Het belang van de Nederlandse samenleving wordt met dit gedrag ondermijnd. Dat is de conclusie die ik hieraan verbind. En het benodigde respect voor standpunten van collega-politici wordt hierdoor ook ondermijnd. En dat vind ík een schande.
'De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de voortgaande islamisering van Nederland onmiddellijk tot staan moet worden gebracht,
constaterende dat de voortdurende immigratie van mensen uit met name moslimlanden gepaard gaat met enorme problemen op het gebied van criminaliteit, uitkeringsafhankelijkheid en integratie;
overwegende dat het behoud van de Nederlandse identiteit en kernwaarden onder grote druk staat door de voortgaande immigratie van moslims die onze waarden vaak niet blijken te delen;
verzoekt de regering, er zorg voor te dragen dat zo snel mogelijk een moslimimmigratiestop wordt ingesteld,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
Deze motie is voorgesteld door het lid Fritsma. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.
De heer Kamp (VVD):
Voorzitter, heeft de heer Fritsma de problemen met immigranten uit moslimlanden, zoals hij het noemt, al eens vergeleken met de problemen met immigranten die afkomstig zijn uit Afrikaanse landen? Als die problemen met elkaar vergelijkbaar zijn, waarom haalt hij dan één groep, die van de moslims, eruit? Waarom niet ook negroïde mensen? Het klinkt zo discriminerend, realiseert hij zich dat?
De heer Fritsma (PVV):
Nee, dit is een doeltreffende maatregel om grote problemen op te lossen. Wij hebben een groot probleem met de islamisering van Nederland. Genoeg is genoeg, er hoeft van ons gewoon geen moslim meer bij te komen. Hele stadswijken worden gedomineerd door moslims, het is een ons wezensvreemde cultuur. Nogmaals, moslims brengen grote problemen met zich mee op het gebied van uitkeringsafhankelijkheid en criminaliteit. Kijk naar Marokkanen, kijk naar Turken. Vandaar deze motie.
En om uw vraag nog beter te beantwoorden, wij volgen twee lijnen. Naast deze moslimimmigratiestop hebben wij voorstellen gemaakt voor het algemene vreemdelingenbeleid: het tegengaan van het opeenstapelen van procedures, de termijn waarna een zelfstandig verblijfsrecht mogelijk wordt, op tien jaar bepalen en maximaal één partner laten overkomen. Die maatregelen hebben betrekking op iedere vreemdeling. Die staan dus naast het voorstel voor een immigratiestop.
De heer Kamp (VVD):
Mij klinkt het voortdurend over één kam scheren van alle moslims en die ook voortdurend associëren met alle negatieve dingen die je maar kunt bedenken, bijzonder onprettig in de oren.
De heer Fritsma (PVV):
Dat is een waardeoordeel waarop ik verder niet hoef te reageren, zo lijkt mij.
De heer Van der Staaij (SGP):
Voorzitter, ik heb nog een meer procedurele vraag. Klopt het dat de heer Fritsma en zijn partij er een hekel aan hebben dat er in Nederland telkens wordt geprocedeerd over exact dezelfde kwestie, ook als er al een duidelijke uitspraak is?
De heer Fritsma (PVV):
Kunt u dit specificeren?
De heer Van der Staaij (SGP):
Ik doel op telkens weer een nieuwe procedure over dezelfde kwestie in asielzaken, op de stapeling van procedures. Daar bent u toch erg tegen?
De heer Fritsma (PVV):
Inderdaad, wij zijn tegen het stapelen van procedures in vreemdelingenzaken.
De heer Van der Staaij (SGP):
Geldt hetzelfde niet voor het indienen van moties? U hebt eerder een motie ingediend met dezelfde strekking. Die heeft het niet gehaald. Zouden er dan niet eerste nieuwe feiten of omstandigheden moeten zijn alvorens dezelfde procedure te starten en met bijna dezelfde motie te komen?
De heer Fritsma (PVV):
Het een is volkomen onvergelijkbaar met het ander. Het starten van telkens nieuwe juridische procedures is niet vergelijkbaar met het indienen van moties in deze Kamer. Ik meen dat ik hier verder niet op in hoef te gaan.
De heer Van der Staaij (SGP):
Dan wil ik nog een zuiver informatieve vraag stellen. Wat heeft het voor zin om als een soort ritueel een motie in te dienen als eenzelfde motie het kortgeleden niet heeft gehaald?
De heer Fritsma (PVV):
De zin daarvan is simpel: wij vinden het belangrijk dat deze maatregel wordt doorgevoerd en omdat dat voor ons van groot gewicht is, blijven wij dit zeggen. Duidelijker kan ik het niet uitleggen.
De heer Spekman (PvdA):
Voorzitter. Ik vind dat de heer Fritsma wederom een vreselijke uitspraak doet. Ik kan daar niet zomaar aan voorbijgaan. Namens mijn partij wil ik mij ervan distantiëren. Mijnheer Fritsma, u zet een hele bevolkingsgroep en een hele geloofsgroep weg op een manier alsof de leden ervan allemaal criminelen of zakkenvullers zijn. Ik vind dat zeer oneerlijk tegenover zoveel mensen die zich in Nederland de pestpokken werken en die in Nederland een bijdrage willen leveren aan de samenleving. Kunt u deze mensen wel gewoon in de ogen kijken en tegen ze zeggen: u hoort hier niet thuis, want u bent in mijn ogen een zakkenvuller, u bent in mijn ogen een crimineel? Kunt u dat zeggen tegen die hele bevolkingsgroep, die hele geloofsgroep?
De heer Fritsma (PVV):
Voorzitter. Mensen die niet crimineel zijn en die onze kernwaarden delen, worden met onze visie niet uitgezet.
De heer Spekman (PvdA):
Iedere moslim deelt dus niet uw kernwaarden. Iedere moslim heeft niet het vermogen om te leven zoals wij dat hier doen.
De heer Fritsma (PVV):
Ik heb het niet over iedere moslim. Er zijn problemen met een grote groep. Ik zeg niet dat er problemen zijn met iedere moslim.
De heer Spekman (PvdA):
Maar u zegt: er mag absoluut geen moslim meer bijkomen …
De heer Fritsma (PVV):
Klopt!
De heer Spekman (PvdA):
… in Nederland, en dat impliceert toch op zijn minst …
De heer Fritsma (PVV):
Rond de één miljoen is voor ons inderdaad meer dan genoeg.
De heer Spekman (PvdA):
Rond, dus het mogen er ietsje meer zijn.
De heer Fritsma (PVV):
Nee, ik ben duidelijk geweest. Wat ons betreft komt er niet één meer bij.
De heer Spekman (PvdA):
Maar daarmee zegt u toch feitelijk dat iedere moslim in principe niet deugt.
De heer Fritsma (PVV):
Nee, dat zeg ik natuurlijk niet. Ik zeg alleen dat wat ons betreft er in Nederland geen enkele moslim bij komt.
De heer Van Haersma Buma (CDA):
Ik vind de vraag van de heer Spekman terecht. Gaat u een geloofstoets invoeren en die gebruiken bij mensen die naar Nederland willen komen?
De heer Fritsma (PVV):
Dit gaat natuurlijk te ver.
De heer Van Haersma Buma (CDA):
Ik stel de vraag nog een keer en dan wil ik een gewoon antwoord van u. Er kan geen moslim meer bij: heeft u dat gezegd?
De heer Fritsma (PVV):
Ja, dat heb ik gezegd. Wij pleiten voor een moslimimmigratiestop. Dat hebt u goed begrepen.
De heer Van Haersma Buma (CDA):
Juist. Gaat u een geloofstoets invoeren en gebruiken bij iemand die naar Nederland wil komen?
De heer Fritsma (PVV):
Wij meten heel simpel. Wij laten deze immigratiestop gelden voor mensen afkomstig uit moslimlanden, zoals Turkije en Marokko. Het gaat bijvoorbeeld om gezinsmigranten. Nederland heeft opengestaan voor gezinsmigranten. Wij zeggen dat gezinsmigranten zich ook in Marokko kunnen vestigen. Waarom moeten zij dat in Nederland doen? Als een Marokkaanse man een Marokkaanse vrouw over wil laten komen, wordt het tot nu toe als vanzelfsprekend geacht dat Nederland de vestigingsplaats is. Wij willen af van die vanzelfsprekendheid.
De heer Van Haersma Buma (CDA):
U zei net: wij willen voor Nederland een moslimimmigratiestop. Nu zegt u iets heel anders. Nu zegt u: wij willen een immigratiestop voor mensen uit Turkije en Marokko.
De heer Fritsma (PVV):
Nee, uit moslimlanden …
De heer Van Haersma Buma (CDA):
Dus een christen uit Turkije …
De heer Fritsma (PVV):
… zoals Marokko.
De heer Van Haersma Buma (CDA):
Mag ik de heer Fritsma nog een vraag stellen, voorzitter?
De voorzitter:
Een heel korte vraag.
De heer Van Haersma Buma (CDA):
Ik geef toe dat dit een raar tijdstip is voor deze discussie, maar de uitspraken van de heer Fritsma zijn zodanig dat zij niet onbesproken kunnen blijven. Mijnheer Fritsma, een christen uit Turkije komt er niet in?
De heer Fritsma (PVV):
Nee, want de immigratiestop geldt niet voor christenen. Het is een moslimimmigratiestop. U kunt wel blijven zoeken naar definities en voorwaarden, maar dat is niet nodig.
De heer Anker (ChristenUnie):
Voorzitter. Wat wij nu doen, is een heel radicale uitspraak van de heer Fritsma op zijn merites beoordelen en nagaan in hoeverre die juridisch houdbaar is. Mijnheer Fritsma, u zegt: er zijn genoeg moslims in dit land, er hoeft er niet één meer bij. Ik heb met mijn bijdrage waardering uitgesproken voor onze rechtsstaat en herinnerd aan verhalen van mensen die in een zeer povere rechtsstaat leven. Zij moeten vrezen voor vervolging vanwege hun geloofsovertuiging en zij worden gediscrimineerd. Mijn vraag aan u is: onderschrijft u onze Grondwet en ons recht op vrijheid van godsdienst? Zo ja, hoe rijmt u dat dan met uw uitspraak dat er voldoende moslims in ons land zijn, dat er niet één meer bij mag?
De heer Fritsma (PVV):
De moslims die in ons land zijn en die niet crimineel zijn, hebben wat mij betreft vrijheid van godsdienst.
De heer Anker (ChristenUnie):
U hebt het gehad over moslims en u hebt gezegd: er zijn genoeg moslims. U hebt het niet gehad over criminelen, maar over moslims. Bent u bereid om uw uitspraken te nuanceren en om misschien te zeggen dat het over misdadigers gaat en om het hele verhaal over moslims erbuiten te houden? Volgens mij bent u een geloofsgroep aan het discrimineren.
De heer Fritsma (PVV):
Nee, nee, nee. Ik nuanceer niets. Nogmaals, u zegt dat ik het over criminelen heb. Ik zeg niet dat alle moslims Nederland uit moeten, die woorden probeert u mij een beetje in de mond te leggen. Ik zeg dat in elk geval criminele vreemdelingen teruggezonden moeten worden naar het land van herkomst. Met mensen die niet crimineel zijn, gewoon werken en de Nederlandse kernwaarden accepteren en respecteren, hebben wij natuurlijk geen enkel probleem.
De heer Anker (ChristenUnie):
Dan is mijn conclusie dat u voortaan het woord "moslims" daar niet meer mee in verband moet brengen, en dat hebt u wel gedaan. Volgens mij is dat ook de tekst van uw motie.
De heer Fritsma (PVV):
Ik vraag om een beetje realiteitszin. Als je kijkt naar de criminaliteitscijfers dan weet je dat die bij bijvoorbeeld Marokkanen vele malen hoger liggen dan bij autochtonen. Deze verontwaardiging kan ik mij niet zo goed voorstellen. Het belang van de Nederlandse samenleving moet in onze ogen gewoon zwaarder wegen dan het belang van potentiële immigranten uit moslimlanden.
De heer De Wit (SP):
Ik doe dit niet graag, omdat ik vind dat elke fractie de motie moet kunnen indienen die het van belang vindt, maar een discriminerende motie wil ik niet geacht worden te steunen. Mijn fractie trekt de steun die de heer Fritsma gevraagd heeft voor deze motie, bij dezen in.
De heer Van Haersma Buma (CDA):
Mijn fractie had die steun niet uitgesproken.
Mevrouw Azough (GroenLinks):
Dat geldt ook voor mijn fractie. Deze motie hoort niet in een democratische rechtstaat.
De heer Spekman (PvdA):
Dat geldt ook voor mijn fractie. Ik vind het een schande.
De heer Anker (ChristenUnie):
Ik hield mijn hand bewust omlaag.
De heer Kamp (VVD):
Wij hebben deze motie ook niet gesteund.
De heer Pechtold (D66):
Ik heb niet mijn hand opgestoken bij deze motie.
De heer Fritsma (PVV):
Ik vind het veelzeggend. Het belang van de Nederlandse samenleving wordt met dit gedrag ondermijnd. Dat is de conclusie die ik hieraan verbind. En het benodigde respect voor standpunten van collega-politici wordt hierdoor ook ondermijnd. En dat vind ík een schande.
3 opmerkingen:
Ik denk dat een journalist een goed excuus heeft om zich voor politiek te interesseren. Mijn excuses zijn bijna op vrees ik.
Laten ze in de Tweede Kamer allemaal in een kring gaan staan, vervolgens een kwart slag draaien, en dan bij degene die voor hen staat een mes in de rug steken. Dat is voor mij politiek.
Bedankt voor dit stukje notulen.
Als een meneer van de PVV zegt dat "het belang van de Nederlandse samenleving wordt ondermijnd" om het indienen van een puur xenofoob voorstel te verdedigen, dan weet je dat de geestelijke gezondheidszorg in ons land inderdaad niet helemaal goed functioneert.
Als ik dit zo lees. vraag ik me af of politici een inburgeringstoets wel doorstaan?
Kennelijk heeft de PVV zelf geen enkele notie van onze 'kernwaarden'.
Je moet er niet aan denken dat dit ooit aan de macht zou komen.
Een reactie posten