Omdat het poldermodel een eufemisme is voor corruptie: de VVD-er Mark Rutte wordt achtervolgd door schandalen en toch vraagt NRC Handelsblad de typische Hollandse vraag:
Is Ruttes ‘stinkende best’ nog goed genoeg?
Mark Rutte Ruttes politieke overlevingsdrang is enorm en zijn ‘vergeetachtigheid’ heeft hem daarbij vaak gered. Maar nu lijkt er een grens te zijn bereikt.
Wopke Hoekstra vond het vreemd, zei hij donderdagavond in de Tweede Kamer. Met Mark Rutte van de VVD hadden de verkenners Kajsa Ollongren en Annemarie Jorritsma het gehad over de problemen bij het CDA, het verlies bij de verkiezingen, over het gebrek aan „stabiliteit” in de partij. Dat stond in het gespreksverslag waardoor ook was onthuld wie over een andere baan voor CDA’er Pieter Omtzigt was begonnen: Rutte. Maar met hém, politiek leider van het CDA, was het allemaal niet besproken alsof het een probleem was in de formatie.
Maar was het vreemd?
Niet voor Mark Rutte. Die wil, weten mensen om hem heen, niets liever dan de hele dag problemen oplossen. Ook als dat de problemen zijn van een andere partij en zijn eigen VVD daar last van heeft. Rutte moet er niet aan denken dat hij premier zou worden van een kabinet zonder het CDA. Dan zou „de wolk van linkse partijen” die hij al eerder noemde als schrikbeeld, nóg groter worden. Eén linkse partij erbij vinden de VVD’ers meer dan genoeg.
Voorkeurstemmen
Nu had het CDA een ongelukkig verlopen verkiezingscampagne achter de rug. Hoekstra maakte fouten, de strategie leek onduidelijk en de nummer twee op de kandidatenlijst, Pieter Omtzigt, was te moe om mee te doen aan de campagne. Maar hij ging wel op pad om reclame te maken voor zijn boek Een nieuw sociaal contract. Op het Binnenhof was het idee dat Omtzigt, vooral door zijn inspanningen voor ouders die waren geraakt door de Toeslagenaffaire, misschien meer voorkeurstemmen zou krijgen dan lijsttrekker Hoekstra.
En als iemand wist hoe dat de stabiliteit van je partij onderuit kon halen, was het Mark Rutte.
In 2006, bij zijn eerste Tweede Kamerverkiezingen als lijsttrekker van de VVD, had nummer twee, Rita Verdonk, bijna zeventigduizend stemmen meer gehaald dan hijzelf. In de parlementaire geschiedenis van Nederland was dat niet eerder voorgekomen.
Net als Omtzigt had Verdonk zelf ook lijsttrekker willen worden. Haar succes bij de verkiezingen bewees, vond ze, dat dat ook veel beter zou zijn geweest voor de partij – onder Ruttes leiding had de VVD zes zetels verloren. In interviews maakte ze duidelijk wat ze van Rutte vond: een zwakke leider. Medewerkers hoorden haar in ruzies met Rutte een keer roepen: „Negen! Negen van deze stoelen hier zijn van mij.” De VVD had negen van de 22 zetels te danken aan háár kiezers.
In september 2007 zette Rutte haar uit de fractie, tot woede van een flink deel van de achterban. De Telegraaf kondigde zijn ondergang al aan: „Vaarwel Mark”. Op een partijcongres in Veldhoven, in Noord-Brabant, leek het erop dat hij zou worden weggestuurd – er was een motie van wantrouwen tegen hem ingediend – en Rutte rekende daar zelf ook op. Tegen een naaste medewerker zei hij op de ochtend van het congres dat ze er samen nog „tot het laatste moment” van moesten „genieten”. Want ook de dieptepunten hoorden bij de politieke geschiedenis waar hij al vanaf de middelbare school zo graag zelf een rol in wilde spelen.
Stinkende best
Maar net als deze week in de Tweede Kamer was Mark Rutte in 2007 niet van plan om het zomaar te laten gebeuren. Hij zei aan het begin van het congres dat hij zijn „stinkende best” ging doen om de leden achter zich te krijgen. En alsof er niets was veranderd: na de aangenomen motie van afkeuring van deze week, midden in de nacht, zei hij dat hij zijn „stinkende best” zou gaan doen om het vertrouwen van mensen terug te winnen.
In 2007 was het gelukt, vooral door een optreden van oud-VVD-leider Frits Bolkestein. Hij had Verdonk eerst gesteund, maar noemde het nu „de beste optie” dat ze eruit was gezet. Bolkestein vond dat het afgelopen moest zijn met de ruzies. De stemming in de zaal was daarna veranderd, Rutte kon blijven.
Maar Verdonk was lang niet Ruttes enige probleem. Twee jaar later, na ophef over zijn idee om het ontkennen van de Holocaust niet langer strafbaar te maken, stond de VVD in de peilingen op 12 zetels en was het partijvoorzitter Ivo Opstelten die maar net kon voorkomen dat het hoofdbestuur Rutte aan de kant zette. Hij was al drie jaar partijleider en er waren nog maar weinig VVD’ers die dachten dat het nog iets zou worden met Rutte.
Maar net als nu was er voor hem geen logische opvolger. En een jaar later, in 2010, was alles anders: na een slimme verkiezingscampagne en hulp van partijgenoten die Rutte leerden om het alleen nog maar over economie en veiligheid te hebben, werd de VVD voor het eerst de grootste partij van Nederland.
Ook als premier maakte Rutte dieptepunten mee die net zo goed tot zijn politieke einde hadden kunnen leiden. Er was de opstand in de VVD nadat hij in de formatie van Rutte II, met de PvdA in 2012, de ziektekostenpremie inkomensafhankelijk had willen maken. Je had de gebroken beloften uit de campagne van 2012 – over de hypotheekrenteaftrek, de Europese steun aan Griekenland, de duizend euro voor elke werkende Nederlander – en de mislukte afschaffing van de dividendbelasting in Rutte III.
Politiemissie Kunduz
Rutte kwam elke keer met excuses, beloofde beterschap. En het leek elke keer weer te werken. In maart van dit jaar won hij voor de vierde keer de Tweede Kamerverkiezingen.
De macht leek in die tien jaar steeds vanzelfsprekender te worden voor Rutte. In 2011 bemoeide hij zich intensief met GroenLinks toen hij de politiemissie in de Afghaanse provincie Kunduz wilde regelen met steun van die partij – gedoogpartner PVV moest er niets van hebben. Rutte ging thuis langs bij een medewerker van Jolande Sap, in die tijd GroenLinks-leider, om met Sap te bespreken hoe haar partij de missie kon steunen.
Zo redde hij in de zomer van 2017 ook de formatie van zijn derde kabinet: hij ging langs bij de ChristenUnie, in het huis van een fractiemedewerker, om van de Kamerleden te horen wat hun grootste problemen waren in de onderhandelingen over medische ethiek.
En precies zo leek Rutte de interne problemen van het CDA te willen oplossen om een stabiel kabinet tot stand te brengen: Rutte IV. Hij had het idee van een ministerspost voor Pieter Omtzigt ook al met Hoekstra besproken en deed dat opnieuw in zijn gesprek met de verkenners Ollongren en Jorritsma. Naar eigen zeggen zonder het te onthouden – hij vond het, zei hij in de Tweede Kamer, niet heel bijzonder: zijn partij gunde Omtzigt een plek in het kabinet. Alsof zijn partij daar over ging.
Ruttes geheugen
Rutte is een man van vaste gewoontes en methodes. Als zijn bemoeienis met partijen succes heeft, zo blijkt, gaat hij daar graag mee door. Maar kun je dat ook doen met de uitleg die je geeft als het misloopt?
Op donderdagavond konden collega’s van andere partijen het eerst nauwelijks geloven dat Rutte wéér zei dat zijn geheugen hem in de steek had gelaten. Net als bij het memo over de dividendbelasting voor grote bedrijven, uit de formatie van 2017, dat er toch bleek te zijn, en bij de burgerdoden na een Nederlands bombardement in Irak in 2015. Het nieuws over Irak kwam pas jaren later naar buiten. Maar het gesprek met de verkenners was net geweest. Hoe kun je dan vergeten zijn dat je het over een kabinetspost voor Omtzigt hebt gehad, en dat dat ‘de functie elders’ was?
Was dit niet een kwijtgeraakte herinnering te veel?
Rutte noemde het zelf „verklaarbaar”: de VVD wilde gewoon graag weer met het CDA regeren en die partij had het moeilijk. Dan denk je mee. Hij kwam opnieuw met excuses, beloofde beterschap. In de Tweede Kamer maakte het geen indruk meer, uit een peiling van EenVandaag bleek vrijdagmiddag dat het vertrouwen van kiezers in hem in één week ruim was gehalveerd: van 54 procent naar 25 procent.
‘Platgeluld’
In de tijd dat Rutte eind jaren tachtig voorzitter was van de liberale jongerenclub JOVD waren er al JOVD’ers die vonden dat ze door hem werden „platgeluld” als er problemen waren. En er waren oud-JOVD’ers die daar steeds weer aan dachten als Rutte, jaren later, de ene na de andere politieke crisis als premier overleefde, en het ene na het andere schandaal in zijn partij. Zou er een dag komen dat de kiezers ook vonden dat ze door hem werden platgeluld? En hem dus niet meer geloofden?
Op vrijdagochtend, op het Binnenhof voor de deur van zijn ministerie, begon Rutte tegen journalisten over de verkiezingsuitslag. De afgelopen jaren was er volgens hem van alles goed gegaan en ook van alles verkeerd, de uitslag noemde hij „de neerslag van het gemiddelde”. Zo ging dat in de politiek. En als de motie van wantrouwen wél door een meerderheid van de Tweede Kamer was aangenomen, zei hij, dan hadden de journalisten hem nu voor de deur van de VVD-fractiekamer kunnen interviewen. „Dan had ik mij beperkt tot de functie van fractievoorzitter.”
Niet eerder was Rutte in zijn lange politieke carrière zo beschadigd uit een crisis gekomen. Maar de politiek verlaten? Dáár had hij deze week geen moment aan gedacht.
Hij liep weg en zwaaide vrolijk naar de groepjes mensen die stonden te kijken. Ze zwaaiden terug, er waren er die voor hem klapten. Een paar mensen riepen „boehoe!”.
3 opmerkingen:
Eens, lang gelee, ging ik met de PSJW, die om verklaarbare rede niet meer bestaan sinds zij van hun werkgroepenimago zijn ontdaan, naar het jongerenparlement, naar ik meen in de sociëteit De Witte aan de laan van Nieuw Oost Indië in Den Haag, maar m'n herinneringen er aan zijn vaag.
Om daar de jonge blonde Hans Wiegel zijn retorische kunststukjes te zien etaleren. Een tijdje later zou er een fototentoonstelling worden georganiseerd met foto's uit Vietnam waarvoor ik op hun verzoek met deuren van de sloop panelen had gemaakt en zwart geverfd. Toen ik uitgenodigd was voor de opening die ik zou bijwonen waarvoor ze mij een adres en tijd hadden gegeven ging ik daar enthousiast naar toe en wat bleek. Ik was terechtgekomen in een oprichtingsvergadering van een afdeling van de D'66. Nooit meer wat van de PSJW vernomen. Werkgroepen pasten niet in hun Responsebilitytoprotect geleuter in de maak en ik heb die tentoonstelling nooit gezien.
Ruttù ? Nog zo'n wonder van techniek. Het is hoog tijd dat iemand er de stekker van uittrekt. Dan valt het stil als een door het Pentagon Artificial Intelligence aangestuurde robot zonder batterijen.
Het is aan de Laan van Meerdervoort (in het verlengde van de Javastraat).
bereid u maar vast voor op het einde van Nederland: Nederland wordt een vasal staat van de Verenigde Staten van Amerika. Om te beginnen: Mark Rutte wordt opnieuw premier. Mark rutte zal u de vreugdevolle mededeling doen dat Ab Osterhaus minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport wordt.
Een reactie posten