In zijn boek The End of Democracy (2017) wijst de Belgische cultuur-criticus Christophe Buffin de Chosal op het volgende:
The best definition of democracy is not ‘government of the people’ or ‘rule by the people,' for these expressions are utopian and meant to deceive. The best definition was given by the Russian philosopher Vasily Rozanov (1856–1919. svh): ‘Democracy is the system by which an organized minority governs an unorganized majority.’ This ‘unorganized majority’ is the people, aggregated and individualistic, incapable of reaction because disjointed.
This definition of democracy is consistent with the notion of ‘utilitarian enframing’ Yvan Blot (overleden Franse conservatieve politicus. svh) brought to light. The individual therein is considered as human material — ‘the most important of raw materials. He is reduced solely to his utilitarian aspects of producer, consumer, and taxpayer. He is merely a tool programmed by the media and education, and distracted from his natural aspirations by occupational work (necessary to assure his subsistence and to repay sensual pleasures to which he looks forward. This schema contrived for the totalitarian regimes of the twentieth century suits even better the democratic societies of the twenty-first century, which have allowed the totalitarian descent by a more gradual route.
According to the concept of ‘utalitarian enframing,’ the individual is at the service of an oligarchy greedy for power and personal enrichment. In order to suitably fulfill his role as ‘raw material,’ the individual must be void of any roots: without race, without nation, and without religion. He must be void of an ideal; or rather his sole ideal must be simply the satisfaction of his needs. In morality, he must be relativistic so as to readily accept all tendencies of the ruling power and all attacks on human dignity when presented in a favorable light by the ruling power and justified by an inordinate (excessief. svh) appeal to emotions. Furthermore, the individual must be void of personality as of independent judgment. It is imperative that he conform to the movements of the crowd and not seek to be different. He must therefore ‘be brought up in a purely technical and utilitarian manner, without the general culture letting him think he is a free man.’
Such is the individual in a democracy. It is the composite of such individuals which is called the people. The intention, then, of democratic power is not to serve the good of the people, but to make use of the people for the good of the ruling oligarchy. From this vantage point, it is better for the individuals to no longer form a people at all, but rather a completely disposable and submissive human reserve. If this intention has not yet been fully realized, it is clear that it is well on its way to fulfillment. But it clashes with the reality of human nature, which rebels insofar as it is able in the face of its utilitarian debasement.
Om zo efficient mogelijk te kunnen functioneren moet vandaag de dag de massamens inderdaad ontworteld zijn, vervreemd van zijn omgeving en van zichzelf, met maar één ideaal: het bevredigen van vooral zijn primaire behoeften. Hij kent geen doorleefde moraliteit. Op die manier kan hij zich zo flexibel mogelijk opstellen, daarbij gedreven door gemanipuleerde emoties, en geconditioneerde reflexen. Bovendien dient hij geen persoonlijkheid te hebben die onafhankelijk oordeelt. Noodzakelijk is ook dat hij zich niet wil onderscheiden van de massa. Daarom moet hij ‘be brought up in a purely technical and utilitarian manner, without the general culture letting him think he is a free man.’ Over dit laatste schreef de Franse socioloog Jacques Ellul:
Techniek vereist voorspelbaarheid en, evenzeer, precisie in de voorspellingen. Het is dus noodzakelijk dat de techniek prevaleert over het menselijk wezen. Voor de techniek is dit een zaak van leven of dood. De techniek moet de mens reduceren tot een technisch dier, de koning van de slaven der techniek. Voor deze noodzaak moet de menselijke grilligheid vermorzeld worden; de technische autonomie gedoogt geen menselijke autonomie. Het individu moet worden gekneed door technieken, hetzij negatief (door de technieken om de mens te kunnen begrijpen) of positief (door de aanpassing van de mens aan het technisch kader), om de schoonheidsfouten die zijn persoonlijke wil veroorzaakt in het perfecte patroon van de organisatie te kunnen wegvagen.
Het zal duidelijk zijn dat in een dergelijk technocratisch systeem democratie onmogelijk is. De elite en haar technocratisch bestel dulden geen tegenspraak, om de simpele reden dat zelfs bij het minste verzet van alles spaak loopt 'in het perfecte patroon' van een totalitair bestel. Wanneer nu Ian Buruma, als liberal opiniemaker van de ‘urban elites,’ beweert dat tot de komst van president Trump de VS stond voor ‘a force for good. An ideal of American openness and democracy was still worthy of admiration,’ dan is dit een simplistisch politiek oordeel, dat op geen enkele wijze ingaat op de vraag hoe het te verklaren is dat ook de Amerikaanse zogeheten ‘democratie’ in een onoverzienbare chaos is veranderd, en zelfs Buruma zich nu gedwongen voelt toe te geven dat de ‘Pax Americana haar einde [nadert].’ Later meer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten