donderdag 16 maart 2017

Bas Heijne's Propaganda 4



Onder de kop ‘Rusland beïnvloedt ons vooral online’ berichtte NRC Handelsblad op 8 januari 2017 dat:

Volgens de AIVD Rusland ook in Nederland probeert de beeldvorming over het eigen land te beïnvloeden, met als doel het beleid te veranderen. Harde bewijzen geeft de inlichtingendienst niet. De Russische pogingen tot invloed zijn vooral online goed zichtbaar.

Wat staat hier precies? Allereerst dat ‘Rusland ons vooral’ via internet ‘beïnvloedt,’ omdat de ‘Russische pogingen tot invloed vooral online goed zichtbaar’ zijn. Dit is een cirkelredenering, dus ‘een drogreden die volgt uit een manier van redeneren waarbij al als juist wordt aangenomen wat nog bewezen moet worden, of waarbij feiten gebruikt of aangehaald worden waarvan de spreker/schrijver foutief veronderstelt dat ze al bestaan of verwezenlijkt zijn.’ Er wordt namelijk geen enkel concreet bewijs geleverd dat datgene wat op internet staat ook daadwerkelijk direct afkomstig is van de Russische regering. Vandaar dat de NRC gedwongen is te bekennen dat de AIVD geen ‘[h]arde bewijzen geeft,’ om de door de krant klakkeloos overgenomen bewering hard te maken. Desondanks suggereert de journalist Wilmer Heck — auteur van dit ‘nepnieuws’ — alsof de Nederlandse burger wordt gehersenspoeld door Russische propaganda, want:

[d]e AIVD windt er geen doekjes om. ‘De wereldwijde Russische campagne om beleid en beeldvorming ten aanzien van Rusland te beïnvloeden raakt ook Nederland.’ Dat schrijft de inlichtingendienst op zijn website. ‘Rusland maakt hierbij deels gebruik van een contactennetwerk dat in de jaren daarvoor is opgebouwd. (…) Rusland heeft veel kennis en ervaring, met name vanuit de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, op het gebied van beïnvloedingsoperaties. (…) Die zijn veelal gericht op het politieke en zakelijke domein, maar ook op cultuur en media,’ zo vervolgt de AIVD.



Hetgeen de Nederlandse inlichtingendienst als ‘nieuws’ presenteert, is evenwel volstrekt geen ‘nieuws.’ Elke staat probeert een zo positief mogelijk ‘beeld’ van zichzelf te creëren, om zo het ‘beleid’ van andere landen te beïnvloeden. Het is algemeen bekend dat bijvoorbeeld 

[a]t various times, under its own authority or in accordance with directives from the President of the United States or the National Security Council staff, the Central Intelligence Agency has attempted to influence domestic and international public opinion, and sometimes law enforcement.

This is an area with many shades of gray. There is little argument, for example, that the CIA acted inappropriately in providing technical support to White House operatives conducting both political and security investigations, with no legal authority to do so. While there is an established history of assigning responsibilities for international psychological operations to various organizations, depending if the operation is overt or clandestine, there are also questions of the wisdom of a particular operation.

Things become much more ambiguous when law enforcement may expose a clandestine operation, a problem not unique to intelligence but also seen among different law enforcement organizations, where one wants to prosecute and another to continue investigations, perhaps reaching higher levels in a conspiracy.

Not all inappropriate activities were initiated or conducted by the Central Intelligence Agency, but by other members of the United States Intelligence Community. In particular, the Federal Bureau of Investigation took a very broad view of its mandate to collect information to protect the state from domestic subversion. In other cases, the National Security Agency intercepted electronic communications without the warrants deemed necessary at the time.

Another overt organization, the National Endowment for Democracy, was created in 1983. William Blum, an author and critic of the CIA and U.S. foreign policy, suggests it was set up to legally continue the CIA's prohibited activities of support to selected political parties abroad. See additional discussion under USA 1983.

Bovendien is bekend dat:

The Central Intelligence Agency has made use of mass media assets, both foreign and domestic, for its covert operations. It was first reported on in the late 1960s, when it became known that the Congress for Cultural Freedom was largely funded by the CIA. In 1973, the Washington Star-News reported that CIA had enlisted more than thirty Americans working abroad as journalists, citing an internal CIA inquiry ordered by CIA director William E. Colby. The Church Committee was the first congressional committee established in the 1970s to look specifically into the CIA's past activities. Some classified information in the (unpublished) report of the Pike Committee was leaked to The Village Voice, which showed more details on the CIA's media manipulation. The Committee mentioned that the:

‘CIA, as no doubt every other major intelligence agency in the world, has manipulated the media. Full-time foreign correspondents for major U.S. publications have worked concurrently for CIA, passing along information received in the normal course of their regular jobs and even, on occasion, traveling to otherwise non-newsworthy areas to acquire data. Far more prevalent is the Agency's practice of retaining free-lancers and "stringers" as informants… CIA acknowledges that "stringers" and others with whom the Agency has a relationship are often directed to insert Agency-composed "news" articles into foreign publications and wire services. U.S. intelligence officials do not rule out the possibility that these planted stories may find their way into American newspapers from time to time, but insist that CIA does not intentionally propagandize in this country.”'

In the mid-1990s, the CIA named Chase Brandon, an operations officer who was assigned to South America, as liaison to Hollywood. Brandon's film credits include The Recruit, The Sum of All Fears, Enemy of the State, Bad Company and In the Company of Spies. He has consulted for television programs including The Agency, Alias and JAG. He has appeared on Discovery, Learning Channel, History Channel, PBS, A&E, and has been interviewed on E! Entertainment, Access Hollywood, and Entertainment Tonight.

The Guardian journalist John Patterson criticizes the CIA assistance as being only to complimentary productions, including not running material, such as ‘the original pilot episode of The Agency, which was pulled. It featured the spymasters preventing a plot by a Bin Laden-backed terrorist cell to blow up a fictionalized Harrods. The airing of such an episode might have pointed up the real CIA's corresponding lack of success in foiling the World Trade Center attacks.’

According to Brandon, the agency would not endorse Spy Game, starring Robert Redford and Brad Pitt. The final rewrite ‘showed our senior management in an insensitive light and we just wouldn't want to be a part of that kind of project,’ said Brandon, who also withheld approval from 24, a Fox series about a fictional intelligence agency, CTU, that also suggests all is not hunky-dory (kits. svh) in the company's upper echelons. And The Bourne Identity, based on the 1984 novel by Robert Ludlum, was ‘so awful that I tossed it in the burn bag after page 25.’

Patterson observed ‘It used to be the case that if a movie explicitly condemned CIA actions — such as Under Fire — the studios could be counted on to bury it. That was no longer true after Costa-Gavras's Missing won Jack Lemmon an Oscar in 1982, and Iran-Contra slimed (besmeuren. svh) the CIA in the late 1980s. Since then, “CIA renegade” has become a dependable staple not just of big-budget movies like Enemy of the State, but also of a million straight-to-cable action-schlockfests (rotzooi. svh) starring Chuck Norris or Steven Seagal.’

Met andere woorden: zolang de AIVD, en zijn spreekbuizen in de mainstream-media geen namen van journalisten of publicisten kunnen geven van wie bewezen kan worden dat zij op de loonlijst van de Russische Federale Veiligheidsdienst (FSB) staan om valse informatie door te geven, is er niets aan hand en doet de NRC niets anders dan stemming maken tegen de Russische Federatie om dat land zoveel mogelijk te stigmatiseren en te criminaliseren. Veel aannemelijker zou zijn om bijvoorbeeld de oud-buitenland redacteur van de NRC, Hubert Smeets, vele jaren lang verantwoordelijk voor de Rusland-verslaggeving, te beschuldigen van te nauwe CIA-banden. Niet alleen is hij correspondent geweest in Moskou en voert hij al vele jaren een anti-Russische hetze, verdraait hij feiten, nam hij in 2012 een zogeheten 'studiereis' naar de VS aan, georganiseerd door de Atlantische Commissie, die al sinds de jaren vijftig propaganda maakt voor de NAVO, en lekte februari 2016 uit dat Smeets samen met Laura Starink (ex-NRC) en Hella Rottenberg (ex-VK) 294.000 euro van de PVDA-minister van Buitenlandse Zaken had gekregen om een anti-Russische website op te zetten, waaraan propagandisten deelnemen als de hyperventilerende historicus Dirk-Jan van Baar en de al even mallotige VVD-historicus Arend Jan Boekestijn en niet te vergeten de getatoeëerde historicus Raymond van den Boogaard, die graag over zijn ‘Russofobie’ spreekt tegenover een ieder die wil luisteren, en mij enkele jaren geleden nog wist te verzekeren dat de ‘Amerikanen’ onder Bush junior Irak waren binnengevallen 'om er de democratie te brengen.' Ook de oud NRC-hoofdredacteur en voormalig CDA-staatssecretaris Ben ‘Bilderberg’ Knapen is van de partij, evenals de oud-diplomaat Marcel Kurpershoek, die in februari 2016 van mening was dat ‘Syrië voor Poetin ook een testcase [is] om te kijken hoe ver hij kan gaan,’ en hieraan opgewonden toevoegde: ‘Parallellen die worden getrokken met het falen van de Volkerenbond in Ethiopië en het testen van Hitlers nieuwe arsenaal in de Spaanse burgeroorlog vanaf 1936 zijn niet helemaal uit de lucht gegrepen,’ daarmee suggererend dat de Russen klaar staan om Europa binnen te vallen. 


Ziedaar de crème de la crème van de polder-intelligentsia. Ondanks de obscure rol die Hubert Smeets speelt, zal de NRC nooit de betrouwbaarheid van zijn vroegere werknemer in twijfel trekken, tenzij hij op heterdaad wordt betrapt, wat natuurlijk nooit uit te sluiten is, zeker niet wanneer men weet dat de ‘CIA, as no doubt every other major intelligence agency in the world, has manipulated the media,’ en dat de CIA zelfs toegeeft ‘that “stringers” and others with whom the Agency has a relationship are often directed to insert Agency-composed “news” articles into foreign publications and wire services.’ Wat de NRC de Russen verwijt doen, ironisch genoeg, ook de AIVD en de mainstream-pers, namelijk de publieke opinie beïnvloeden. Ik bedoel, welk land doet dit niet? Maar daar gaat het Heck en de NRC in dit geval niet om, hun doel is niet het verspreiden van ‘nieuws’ maar van angst. Hier is sprake van een postmoderne variant van het McCarthyisme uit de  Koude Oorlog. Op die manier kan in de huidige crisistijd niet alleen de aandacht worden afgeleid van binnenlandse spanningen, maar ook de verhoging van militaire uitgaven worden gerechtvaardigd. Immers, één van ‘de beginstelen’ van de krant is dat:

de veiligheid van de wereld niet bevorderd [zal] worden door een Nederlands neutralisme. Vandaar dat wij de grondslag van het Atlantisch bondgenootschap aanvaarden — niet om ideologische redenen, maar omdat vrede en veiligheid in Europa, bij gebreke van een betrouwbaar veiligheidsstelsel, niet gediend zijn met het ontstaan van machtsvacua. 

Daarom heeft de NRC Handelsblad de NAVO door dik en dun gesteund, in de overtuiging dat als de kapitalistische ideologie niet met geweld wordt gehandhaafd en uitgebreid er anders een ‘machtsvacuüm’ zal ontstaan. Dit ‘beginsel’ zoals de krant het zelf noemt, is dan ook de voornaamste reden geweest dat  NRC Handelsblad op 20 maart 2003 in een redactioneel commenteer meedeelde dat hoewel ‘[we] aan de casus belli tegen Irak twijfelen’ de krant toch van oordeel was dat 

Nu de oorlog is begonnen, president Bush en premier Blair [moeten] worden gesteund. Die steun kan niet blijven steken in verbale vrijblijvendheid. Dat betekent dus politieke steun —  en als het moet ook militaire.

Dat de neoliberale ideologie van het kapitalisme met haar massale NAVO-geweld de afgelopen kwarteeuw vooral in het Midden-Oosten en de Maghreb grote chaos heeft veroorzaakt, en in flagrante stijd is met het ‘beginsel’ dat ‘NRC-publicaties worden geredigeerd vanuit een liberale geesteshouding met eerbied voor het individu en de beginselen van verdraagzaamheid, redelijkheid en openheid,’ is een feit dat de redactie en hoofdredactie van de krant negeren, wanneer ‘de grondslag van het Atlantisch bondgenootschap,’ namelijk de westerse hegemonie, bedreigd wordt. Dit gebrek aan rationaliteit is niet verwonderlijk aangezien logica nooit het sterkste punt is van concerns die alleen maar uitzijn op zoveel mogelijk winst. Met het oog op NRC’s geclaimde ‘liberale geesteshouding met eerbied voor’ de ‘beginselen van verdraagzaamheid, redelijkheid en openheid,’  is het onthullend ook het volgende fragment over de beweerde ‘Russische beeldvorming in Nederland’ te analyseren:  

In veel landen, waaronder de Verenigde Staten, is onrust ontstaan over vermeende Russische inmenging in het democratische proces. De vraag is nu wat er in Nederland zichtbaar is van mogelijke Russische beïnvloeding van media en politiek.

Met name het neerhalen van vlucht MH17 en de Nederlandse voortrekkersrol bij nieuwe sancties tegen Rusland maken Nederland volgens inlichtingenexperts tot een relevant doelwit in de Russische informatiecampagne. ‘De Russische inspanning op dit gebied lijkt mondiaal, en ook in Nederland, geïntensiveerd na de interventie in Oekraïne,’ schrijft de AIVD.

Zoals vaker bij inlichtingendiensten blijft het bewijs voor de beschuldigingen achterwege. Welke beïnvloeding er precies plaatsvindt, wordt volgens de AIVD wel met relevante Nederlandse overheden gedeeld, maar niet met het publiek.

Zichtbare Russische beïnvloeding vindt in Nederland vooral via internet plaats. Daar zijn Engelstalige media als RT (voorheen Russia Today) en Sputnik, die door de Russische overheid worden gefinancierd, nadrukkelijk aanwezig. Beide mediakanalen zijn opgericht om de Russische visie op de werkelijkheid te presenteren.

RT claimt een bereik van ruim 700 miljoen mensen in meer dan 100 landen, al zetten analisten daar vraagtekens bij. Behalve via internet is het kanaal bij meer dan drie miljoen mensen in Nederland via de kabel beschikbaar. Een mediatoezichthouder in het Verenigd Koninkrijk tikte RT op de vingers vanwege misleidende of onevenwichtige berichtgeving over de conflicten in Syrië en Oekraïne. Sputnik verspreidt regelmatig nepnieuws.

Daar gaan we: dat ‘In veel landen, waaronder de Verenigde Staten, onrust [is] ontstaan over vermeende Russische inmenging in het democratische proces,’ klopt in zoverre dat die ‘Russische inmenging’ inderdaad ‘vermeend,’ is omdat die ‘informatie’ berust op oncontroleerbare beweringen van de CIA, een alles behalve betrouwbare bron zoals de geschiedenis van deze inlichtingendienst aantoont. Met andere woorden: in deze zin wordt van alles gesuggereerd, maar werkelijk niets bewezen. Dit is geen serieuze journalistiek, maar domweg het verspreiden van ‘nepnieuws.’ Ook de volgende bewering ondergraaft zichzelf: 

‘De Russische inspanning op dit gebied lijkt mondiaal, en ook in Nederland, geïntensiveerd na de interventie in Oekraïne,’ schrijft de AIVD.

Wat staat hier? ‘De Russische inspanning… lijkt mondiaal’ en ‘lijkt’ dus ‘ook in Nederland geïntensiveerd na de interventie in Oekraïne.’ Volgens Van Dale Groot Woordenboek der Nederlandse Taal betekent ‘lijken’ in dit geval: ‘de indruk wekken.’ Met andere woorden: het hoeft niet waar te zijn, daarom gebruikt de AIVD niet dat de ‘Russische inspanning… mondiaal’ IS. Bij het beschuldigen van een ander is ‘lijkt’ altijd een zwaktebod. Voorbeeld: Hubert Smeets ‘lijkt’ op een ‘CIA-stringer.’ Hoewel hij er verdacht veel op ‘lijkt,’ hoeft hij het niet te zijn, maar ondertussen heb ik wel zijn integriteit aangetast. En juist dat is dan ook wat de AIVD en de NRC met betrekking tot Rusland proberen te doen, en trouwens ook Hubert Smeets zelf toen hij tijdens één van zijn televisie-optredens in het programma Nieuwsuur op vrijdag 31 oktober 2014, naar aanleiding van de MH17-zaak, over Aleksej Poesjkov, voorzitter van de Buitenland Commissie van het Russische parlement,  verklaarde:

Hij is getrouwd met een actrice. Dat zal hij ook zelf goed kunnen, denk ik… Ik ben geen specialist als het gaat om technisch onderzoek, hè, dus ik klets misschien ook een beetje uit mijn nek… Ik heb het gevoel, als ik zo'n beetje, als amateur-psycholoog naar het interview kijk… Maar misschien vergis ik me vreselijk hoor en is het gewoon een klassiek Russische koers om verwarring te zaaien… Dat weten wij niet, want wij zijn natuurlijk niet bij het onderzoek betrokken, het kan zijn dat hij inderdaad pressie wil uitoefenen, of misschien zelfs intimidatie…

Geen enkel bewijs aanvoeren, maar vanuit een diep ressentiment de Ander zijn integriteit ontnemen. Het is een oude beproefde CIA en KGB-tactiek, niet ingaan op de zaak, maar bij gebrek aan argumenten de angst en de ressentimenten onder het publiek bespelen. Zo deed de nazi-leider en journalist Julius Streicher het om joodse Europeanen te demoniseren. In 1946 werd hij opgehangen, vanwege zijn werk voor de antisemitische ‘Der Stürmer,’ die de weg naar de ‘holocaust’ opende. Uiteindelijk zijn woorden onontbeerlijk om te kunnen moorden. Hubert Smeets dus, en nu het aanstormende talent Wilmer Heck met ondermeer zijn opmerking: ‘Zoals vaker bij inlichtingendiensten blijft het bewijs voor de beschuldigingen achterwege.’ Desondanks beweert de NRC-redacteur tegelijkertijd: ‘Rusland beïnvloedt ons vooral online.’ Maar hetzelfde geldt voor Hubert Smeets en Wilmer Heck die zowel CIA als AIVD-propaganda verspreiden, zoals in zowel NRC Handelsblad ‘goed zichtbaar’ is, als ‘vooral’ ook ‘online.’ En omdat Huberts Smeets met zijn nauwe NAVO-banden door de Nederlandse regering wordt betaald om permanent propaganda voor het westers militair-industrieel complex te maken, loopt het publiek het gevaar zijn beweringen te gaan geloven. In zijn boek Propaganda. The Formation of Men’s Attitudes zette al in de jaren zestig de Franse socioloog Jacques Ellul met betrekking tot het feit dat  ‘propaganda een directe aanval is op de mens’ uiteen dat: 

The strength of propaganda reveals, of course, one of the most dangerous flaws of democracy. But that has nothing to do with my own opinions. As I am in favor of democracy, I can only regret that propaganda renders the true exercise of it almost impossible. But I think it would be even worse to entertain any illusions about a co-existence of true democracy and propaganda. Nothing is worse in times of danger than to live in a dream world. To warn a political system of the menace hanging over it does not imply an attack against it, but is the greatest service one can render a system.


Ellul benadrukt dat

In reality propaganda cannot exist without using the mass media. If, by chance, propaganda is addressed to an organized group, it can have practically no effect on individuals before that group has been fragmented,

en dat daarom

Propaganda must be total. The propagandist must utilize all of the technical means at his disposal – the press, radio, TV, movies, posters, meetings… Propaganda tries to surround man by all possible routes, in the realm of feelings as well as ideas, by playing on his will or on his needs, through his conscious and his unconscious, assailing him in both his private and his public life. It furnishes him with a complete system for explaining the world, and provides immediate incentives to action. We are here in the presence of an organized myth that tries to take hold of the entire person.

Through the myth it creates, propaganda imposes a complete range of intuitive knowledge, susceptible of only one interpretation, unique and one-sided, and precluding any divergence. This myth becomes so powerful that it invades every area of consciousness, leaving no faculty or motivation intact. It stimulates in the individual a feeling of exclusiveness, and produces a biased attitude. The myth has such motive force that, once accepted, it controls the whole of the individual, who becomes immune to any other influence. This explains the totalitarian attitude that the individual adopts — wherever a myth has been successfully created — and simply reflects the totalitarian action of propaganda on him.

Not only does propaganda seek to invade the whole man, to lead him to adopt a mystical attitude and reach him through all possible psychological channels, but, more, it speaks to all men. Propaganda cannot be satisfied with partial successes, for it does not tolerate discussion; by its very nature, it excludes contradiction and discussion. As long as a noticeable or expressed tension or a conflict of action remains, propaganda cannot be said to have accomplished its aim. It must produce quasi-unanimity, and the opposing faction must become negligible, or in any case cease to be vocal.

Veelzeggend is tevens dat Propaganda. The Formation of Men’s Attitudes (1968) in het Engels werd vertaald op voorspraak van Aldous Huxley, de auteur van Brave New World. Ellul’s beschrijving verklaart een aantal irrationaliteiten en taboes van de ‘vrije pers,’ en van de consumptiecultuur die zij dient. Mij wordt regelmatig gevraagd waarom de plausibelere analyses van buitenlandse deskundigen geen aandacht krijgen in het werk van de Nederlandse zogeheten ‘vrije pers.’ De reden is, zoals Ellul terecht stelt, dat ‘[p]ropaganda must be total... Propaganda cannot be satisfied with partial successes, for it does not tolerate discussion; by its very nature, it excludes contradiction and discussion.’ Dit verklaart tevens waarom mainstream-collega’s van mij, die ik al heel lang persoonlijk aanspreek op hun corrupte houding, nooit publiekelijk met mij en mijn bronnen in discussie gaan. Fundamentele kritiek ‘must… cease to be vocal,’ en dissidente stemmen moeten, net als destijds de dissidenten in de Sovjet Unie, ‘become negligible.’ Internet is de 'samizdat' geworden van het Westen, in de zin die de Russische schrijver Vladimir Boekovski eraan  gaf: ‘Samizdat: ik schrijf zelf, ik redigeer zelf, ik censureer zelf, ik geef zelf uit, ik verspreid zelf en ik zit er zelf een straf voor uit.’ Het kenmerkende van de mainstream-media is dat zij door de komst van internet het monopolie op de berichtgeving hebben verloren, waardoor zij niet langer meer bij machte zijn te bepalen wat waar en niet waar is. Het enige dat mijn mainstream-collega’s nog kunnen doen is te proberen de verloren macht terug te winnen door internet af te schilderen als een bron van ‘nepnieuws,’ en dit is precies de reden waarom een commerciële krant als de NRC beweert dat ‘Rusland ons vooral online [beïnvloedt].’ Hier betreden ‘we’ het domein van het absurdisme, want waarom zouden alleen de westerse commerciële massamedia ‘ons’ in toenemende mate ‘online’ mogen beïnvloeden. Dat de NRC zich stoort aan het feit dat zij concurrentie heeft gekregen, is begrijpelijk,  maar dat de krant zowel RT als Sputnik verwijt dat ‘[b]eide mediakanalen’ de ‘Russische visie op de werkelijkheid presenteren’ is ronduit onthullend. De redactie en hoofdredactie van de ‘kwaliteitskrant’ stellen daarmee expliciet en publiekelijk dat zij niet gediend zijn van het aloude journalistieke principe van hoor en wederhoor. Vanuit een lachwekkende pedanterie ergert  NRC Handelsblad zich aan het feit dat — naast haar westerse, lees Amerikaanse ‘visie op de werkelijkheid’ — nu ook ‘de Russische visie op de werkelijkheid’ in het Westen bekend wordt. Als onafhankelijk journalist, die nog wel waarde hecht aan hoor en wederhoor, verwelkomde ik de komst van beide ‘mediakanalen,’ omdat de exclusief westerse ‘visie van de werkelijkheid,’ -- ‘financed by the corporate media’ -- door mij en eveneens door een toenemend aantal lezers als dermate propagandistisch wordt ervaren dat de krantenoplagen, inclusief die van de NRC, blijven dalen. De opvatting van NRC-redacteur Wilmer Heck, en daarmee zijn krant, verraadt de propagandistische mentaliteit van de zogeheten ‘vrije pers’ dat de ‘visie op de werkelijkheid’ van de NAVO voldoende is, en het grote publiek daarom niet op de hoogte hoeft te worden gebracht van de ‘Russische visie op de werkelijkheid.’ De verklaring voor deze houding gaf Jacques Ellul al ruim een halve eeuw geleden toen hij benadrukte dat:

Propaganda must be continuous and lasting — continuous in that it must not leave any gaps, but must fill the citizen’s whole day and all his days; lasting in that it must function over a very long period of time. Propaganda tends to make the individual live in a separate world; he must not have outside points of reference. He must not be allowed a moment of meditation or reflection in which to see himself vis-à-vis the propagandist, as happens when the propaganda is not continuous. At that moment the individual emerges from the grip of propaganda. Instead, successful propaganda will occupy every moment of the individual’s life… The individual must not be allowed to recover, to collect himself, to remain untouched by propaganda during any relatively long period, for propaganda is… based on slow, constant impregnation. It creates convictions and compliance through imperceptible influences that are effective only by continuous repetition.


Binnen de propagandistische consensus bestaat geen enkele ruimte voor ‘de visie’ van de Ander, die door de elite tot vijand is bestempeld, zoals de NRC onbewust duidelijk maakt. De eigen propaganda kan alleen effectief zijn wanneer de ‘visie’ van de tegenstander verzwegen wordt. De westerse mainstream-journalist kan zodoende zonder enig bewijs ‘informatie’ van de eigen, per definitie, onbetrouwbare geheime diensten klakkeloos overnemen, zonder dat de intelligentsia in de polder zich hierover publiekelijk verwondert. Interessant is dat ‘we’ nu enerzijds de suggestieve, tendentieuze berichtgeving zien van de ‘vrije pers,’ en anderzijds de op feiten gebaseerde kritiek van een groeiende aantal kritische burgers. Twee maanden nadat de NRC met het ‘nepnieuws' van de AIVD kwam, verscheen maandag 13 maart 2017 op de Amerikaanse financiële nieuwssite  Zero Hedge de volgende informatie over de belangrijkste bron van de westerse massamedia zodra het Rusland betreft:

Ron Paul, the prominent libertarian communicator, and three-time US presidential candidate declared this week in a Fox Business interview that it is ‘fantastic’ that WikiLeaks revealed on Tuesday thousands of US Central Intelligence Agency (CIA) documents and files.

Speaking with host Kennedy, Paul further says that the information exposed ‘indicates that liberty is in big trouble’ and states his concern about there having been insufficient media coverage of the information and outlines the potential dangers related to technology…

Paul’s discussion raises the very crucial question ‘do we live in a police state?’ As AntiWar’s Justin Raimondo warns, the latest WikiLeaks revelations tell us the answer is ‘Yes.’

WikiLeaks and Julian Assange would have gone down in history as the greatest enemies of government oppression of all kinds in any case, but their latest release — a comprehensive exposé of the US intelligence community’s cyberwar tools and techniques — is truly the capstone (afronding. svh) of their career. And given that this release — dubbed ‘Vault 7’ — amounts to just one percent of the documents they intend to publish, one can only look forward to the coming days with a mixture of joyful anticipation and ominous fear.

Fear because the power of the Deep State is even more forbidding — and seemingly invincible — than anyone knew. Joyful anticipation because, for the first time, it is dawning on the most unlikely people that we are, for all intents and purposes, living in a police state. I was struck by this while watching Sean Hannity’s show last [Wednesday] night — yes, Fox is my go-to news channel — and listening to both Hannity and his guests, including the ultra-conservative Laura Ingraham, inveigh (tekeer gaan. svh) against the ‘Deep State.’ For people like Hannity, Ingraham, and Newt Gingrich (of all people!) to be talking about the Surveillance State with fear — and outrage — in their voices says two things about our current predicament: 

  1. Due to the heroic efforts of Julian Assange in exposing the power and ruthlessness of the Deep State, the political landscape in this country is undergoing a major realignment, with conservatives returning to their historic role as the greatest defenders of civil liberties, and 
  2. American ‘liberalism’ — which now champions the Deep State as the savior of the country — has become a toxic brew that is fundamentally totalitarian.

Aan dit laatste lijdt in Nederland niet alleen een ‘links-liberaal’ weekblad als De Groene Amsterdammer, maar ook het uitgesproken rechtse dagblad als De Telegraaf, en de NRC met zijn ‘journalistiek’ die, zo claimt de krant, ‘feitelijk, zakelijk en objectief’ is. Het ‘totalitaire’ aspect van deze publicaties blijkt onder andere uit het feit dat zij  voor hen oncontroleerbare ‘informatie’ van een geheime dienst als betrouwbaar doorgeven. Een treffend voorbeeld van hun onvoorwaardelijke loyaliteit aan de staat gaf de hier in de polder door zijn mainstream-collega’s zo bewonderde Henk Hofland in zijn NRC-column van woensdag 1 december 2010. Naar aanleiding van de onthullingen van Julien Assange's WikiLeaks, waarschuwde Hofland onder de kop 'De risico’s van de openbaarheid' voor het volgende:

het grote publiek is minder dan ooit geneigd om de gezagsdragers op hun woord te geloven. De nieuwe, geëmancipeerde internetgebruiker is ervan overtuigd dat hij, ongeacht zijn kennis van zaken, in staat is om zijn eigen conclusies te trekken. En dan komt WikiLeaks met een overstelpende hoeveelheid onthullingen en daarna nog zo’n stortvloed. Valt zo’n chaos van feiten nog te beoordelen, kan er een steekhoudend oordeel over de verantwoordelijken worden uitgesproken? Bestuurders voelen zich in het nauw gedreven, aan de ene kant doordat het onvermijdelijke internet ook een middel tot voorbarige openbaarheid kan zijn, aan de andere kant doordat ze daarmee worden uitgeleverd aan het onmiddellijke oordeel van de dan plotseling goedgelovige massa. De verborgen zwakte van internet is dat het oorzaak kan zijn van een laaiende volkswoede.

Digitaal zijn, opmerkelijk genoeg, Hoflands beweringen bij NRC Handelsblad niet meer terug te vinden, maar hier nog wel: https://salonvansisyphus.wordpress.com/2010/12/05/de-risico’s-van-de-openbaarheid/  

Was er volgens Hofland in 2010 nog sprake van de 'verborgen zwakte van internet,' waardoor 'Bestuurders zich in het nauw [voelen] gedreven' door 'voorbarige openbaarheid' die 'democratische' autoriteiten uitlevert 'aan het onmiddellijke oordeel' van de 'dan plotseling goedgelovige massa,' in De Groene Amsterdammer van 14 mei 2015 kwam de éminence grise van de polderpers weer met een aangepast verhaal door te stellen dat '[s]inds 9/11 vooral de Amerikaanse diensten in toenemende mate [zijn] ontspoord,' en dat de 'eerste keer' dat dit 'duidelijk' werd 'in 2006' was, 

nadat Julien Assange zijn WikiLeaks had opgericht. In 2013 kwamen de eerste onthullingen van Edward Snowden. Daaruit blijkt dat de Amerikaanse geheime diensten, in het bijzonder de NSA, enorme hoeveelheden data verzamelen, bij de vijand én bij de bondgenoten. Dat maakt in de geheime parktijken geen verschil meer. Onlangs is gebleken dat de telefoon van bondskanselier Merkel werd afgeluisterd. Vrienden bespioneren elkaar niet, zei ze. Toen bleek dat de Duitse geheime dienst met de collega's samenwerkte. Als Assange en Snowden in Amerika verschijnen worden ze gearresteerd en berecht; elders, ook in Navo-landen, worden ze als helden beschouwd.


Aldus H.J.A. Hofland in zijn uiteenzetting over ‘Het’ door hem betreurde, overigens vermeende 'verval van de Navo.' Gezien zijn eerdere waarschuwing moet de lezer ervan uitgaan dat het werk van 'Assange en Snowden' voorbeelden zijn van 'voorbarige openbaarheid,' waardoor '[b]estuurders zich in het nauw gedreven [voelen]’ door 'voorbarige openbaarheid,' die leidt tot 'een laaiende volkswoede,' onder 'de plotseling goedgelovige massa,' en dat 'wij' als fatsoenlijke burgers '[d]e risico’s van de openbaarheid' serieus moeten gaan nemen, want 'internet,' met zijn 'verborgen zwakte' is immers één van de oorzaken van 'Het verval van de NAVO,' waardoor het 'bondgenootschap' anno 2015 'tegen groeiende bedreigingen geen gemeenschappelijk beleid weet te formuleren, laat staan dat het de opdringende vijanden weet te verslaan,’ te weten ‘Rusland,’ en zijn bondgenoten. De trouwe lezers van Hofland wisten inmiddels dat in de ogen van de meester-journalist 'internet het machtsgevoel van de ontevredenen [heeft] vergroot. Nu kunnen ze de wereld in hun wrok laten delen. Deze bloggers zijn de permanent wrokkenden in digitale gedaante,' aldus verkondigde de stem van het establishment in zijn NRC-column van 10 maart 2010 onder de kop 'Helemaal gek maken.' Zijn eigen wrok tegen 'bloggers' en anderen die via internet de leugens van 'onze' autoriteiten onthulden en becommentarieerden was eenvoudig verklaarbaar: internet had Hoflands geloofwaardigheid en zijn monopolie op de waarheidsvinding definitief vernietigd nadat met feiten kon worden aangetoond dat hij vooral een opportunistische praatjesmaker was. Desondanks beschouwde zijn NRC- en Groene-publiek hem nog steeds als een betrouwbare bron. En juist daarin schuilt het gevaar van de propagandist. Om de bevolking alvast mentaal te mobiliseren voor een nieuwe Koude Oorlog beweerde Hofland in De Groene Amsterdammer van 11 februari 2015 naar aanleiding van de Oekraïense burgeroorlog, die was ontstaan na een westerse interventie:

President Poetin wil geen compromis, zoals de praktijk van deze oorlog aantoont. Economische tegenmaatregelen van het Westen hebben tot vermindering van de Russische levens­standaard en een grote daling van de roebel geleid, maar ze hebben geen effect gehad op de oorlogs­politiek van Moskou. Het is dus noodzaak voor het Westen om grenzen aan de Russische expansie te stellen. We naderen het stadium waarin van Poetin alles te verwachten valt.

Hoewel het jaar daarna Hofland zelf niet meer bestond, verdween de erfenis van de Koude Oorlogsretoriek geenszins. Zo blijkt ondermeer uit de propaganda van zijn opvolger bij de NRC, de huidige Koude Oorlogsprofeet Bas Heijne, die als columnist al op maandag 21 juli 2014, slechts vier dagen na het neerstorten van de MH17, op hoge toon liet weten dat ‘[d]e terreurdaad met het vliegtuig van Malaysia Airlines het moment [is] voor Nederland om eens te stoppen met zijn knuffelhouding tegenover Rusland,’ terwijl hij over geen enkel bewijs beschikte wie de daders waren. Maar omdat de hetze tegen ‘Poetin’ in de Nederlandse mainstream-media al ruimschoots vóór het neerstorten van het vliegtuig was begonnen, blies ook Heijne braaf zijn partijtje mee, en eiste hij als mainstream-opiniemaker op martiale toon dat er ogenblikkelijk stappen tegen Rusland zouden worden genomen. Zonder enige rationele distantie bespeelde hij in een staat van grote opwinding de anti-Russische sentimenten door te stellen: 

Nederland is een klein land, dus de afschuwelijke dood van 193 landgenoten bij de aanslag op vlucht MH17 zal jarenlang zijn weerslag hebben in de Nederlandse samenleving, misschien wel heel veel jaren. Zo veel mensen staan in een directe relatie met de slachtoffers of hun familieleden; een aantal vrienden van mij hebben een goede vriend of kennis verloren. De afgelopen dagen vulden de sociale media zich met uitroepen van ongeloof, rauw verdriet en hartverscheurende getuigenissen van verlies, vriendschap en liefde. Dit is een nationale tragedie.

Toch klonk de eerste reactie van de regering op deze terreurdaad erg voorzichtig of zelfs vreemd gedempt. De minister-president weigerde zich te laten verleiden tot speculaties over de daders en sprak slechts van een reusachtige ‘ramp.’ Eerst moesten alle feiten bekend zijn, sprak hij — in zijn geval een bekend refrein.

En weg was NRC’s ‘beginsel’ van ‘redelijkheid.’ Heijne had ineens elke distantie verloren en reageerde als de eerste de beste van razernij vervulde populist. Het was de hoogste ‘[t]ijd dat Nederland stopt met het knuffelen van Rusland,’ zo luidde de opdracht boven zijn column. Wie knuffelde, wanneer en waar, werd niet duidelijk maar overduidelijk was voor hem in elk geval dat ‘de afschuwelijke dood van 193 landgenoten bij de aanslag op vlucht MH17 zal jarenlang zijn weerslag hebben in de Nederlandse samenleving, misschien wel heel veel jaren,’ en zeker bij Heijne thuis, aangezien ‘een aantal vrienden van mij een goede vriend of kennis [hebben] verloren.’ Nu het tragische zo dichtbij was gekomen, eiste hij dat woorden onmiddellijk werden vervangen door daden. De nucleaire grootmacht Rusland moest worden aangepakt door het NAVO-lid Nederlander. Zonder over enig bewijs te beschikken sprak de opiniemaker meteen van een ‘terreurdaad,’ begaan in opdracht van het door Nederland beknuffelde ‘Rusland.’ Hoe absurd, pathetisch en bovenal gevaarlijk de NRC-columnist reageerde blijkt tevens uit zijn volgende kritiek: 

De minister-president weigerde zich te laten verleiden tot speculaties over de daders en sprak slechts van een reusachtige ‘ramp.’ Eerst moesten alle feiten bekend zijn, sprak hij — in zijn geval een bekend refrein.

Als onafhankelijke waarnemer, die destijds ook nog eens in Italië verbleef, liet ik mij niet meeslepen met de nationale hysterie die in het vaderland was uitgebroken. Ik beschouwde dan ook de reactie van premier Rutte als juist. Zonder enig juridisch houdbaar bewijs kan een ‘minister-president’ van een ‘democratische rechtstaat’ en NAVO-lid vanzelfsprekend niet gaan gissen over de identiteit en nationaliteit van ‘de daders.’ Zou de premier dit wel doen dan waren de politieke- en mogelijk zelfs militaire consequenties niet te overzien zijn geweest. Even mallotig was Heijne’s stelling dat premier Rutte ‘slechts [sprak] van een reusachtige “ramp.”’ De NRC-columnist besefte niet dat een ‘minister-president’ op dat moment onmogelijk kon spreken van een ‘terreurdaad.’ Ook als ‘de daders’ zullen worden veroordeeld, dan nog hoeft dit niet op grond van een ‘terreurdaad,’ maar vanwege een gruwelijke vergissing als gevolg van de 'fog of war' tijdens de Oekraïense burgeroorlog. Vanzelfsprekend moeten eerst ‘alle feiten bekend zijn,’ voordat iemand ‘de daders’ kan aanwijzen. Dit geldt niet alleen voor de premier van Nederland, maar zelfs voor Bas Heijne, ‘de scherpste pen van NRC Handelsblad,’ die als een populist in zijn ‘kwaliteitskrant’ uiterst tendentieus te keer ging. In dezelfde krant dus, die 11 jaar eerder het Nederlandse kabinet had opgeroepen deel te nemen aan de, volgens het internationaal recht, grootschalige Shock and Awe-oorlogsmisdaden tegen Irak, zonder dat Heijne zich onmiddellijk hiervan publiekelijk distantieerde. Sterker nog, zonder dat Bas van zijn vooruitgangsgeloof viel, en zonder dat hij ‘Nederland’ opriep ‘om eens te stoppen met zijn knuffelhouding tegenover’ de Verenigde Staten, terwijl de bewijzen van Amerikaanse ‘terreurdaden’ allang door Amerikaanse soldaten en intellectuelen waren aangedragen. Van dezelfde journalistieke hysterie getuigde de column van zijn leermeester Henk Hofland in De Groene Amsterdammer van 30 juli 2014, toen ‘de beste journalist van de’ hele twintigste ‘eeuw’ zonder enig hard bewijs, met 100 procent zekerheid wist te berichten wie precies de daders waren geweest. Onder de kop 'Poetins escalatie' beweerde hij met grote stelligheid dat:

Het neerschieten van het Maleisische verkeersvliegtuig door Oekraïense separatisten nu de oorzaak [blijkt] te zijn van een internationale escalatie die zich in steeds hoger tempo ontwikkelt,

om aansluitend met nauwelijks ingehouden enthousiasme te constateren dat:

[d]egenen die Poetin als de hoofdschuldige zien en scherpere maatregelen eisen, worden snel talrijker. De voorstanders van een diplomatieke oplossing verliezen terrein.


Voor alle duidelijkheid: ik stel hier niet dat de propaganda van mijn mainstream-collega’s het resultaat is van een complot, aangestuurd door de ‘powers that be.’ Geenszins zelfs, want een dergelijk complot is absoluut niet nodig om de mainstream-pers in Nederland te bewegen zonder enig bewijs onmiddellijk ‘Rusland’ te beschuldigen van een ‘terreurdaad.’ Overigens, een verwijt dat tot gruwelijke consequenties kan leiden, tot zelfs een nucleair armageddon. De mainstream-media weten, net als in de rest van het 'Vrije Westen,' wat van hen verwacht wordt; de propaganda is bij haar zo diep geïnternaliseerd dat zij zich hier niet eens meer van bewust is. Uit een geconditioneerd reflex blazen zij de Koude Oorlog-hysterie nieuw leven. Het zijn in het 'communicatietijdperk' de commerciële massamedia die de sfeer rijp maken voor een alles vernietigende oorlog. Niet voor niets schreef Marshall McLuhan, één van de meest voor aanstaande geleerden op mediagebied, dat 'All media exist to invest our lives with artificial perceptions and arbitrary values.' Zonder die 'arbitraire waarden' en 'artificiële percepties' kunnen de mainstream-opiniemakers geen aanzien verwerven, en had iemand als Bas Heijne als een ‘nobody’ door het leven gemoeten. Zijn anti-Rusland hetze is weerzinwekkend. Deze conclusie wordt nog eens ondersteund door het 297 pagina's tellende boek Frontline Ukraine. Crisis In The Borderlands (2015), geschreven door de Britse hoogleraar Russische en Europese Politiek, Richard Sakwa, die ‘published extensively on Soviet, Russian and post-communist affairs, and has written and edited several books and articles on the subject.’ Sakwa is geen mainstream-opiniemaker die zijn meningen zonder bronvermelding overschrijft uit de Amerikaanse massamedia of via inlichtingendiensten krijgt aangedragen. Professor Sakwa beschikt als ‘Associate Fellow of the Russia and Eurasia Programme at the Royal Institute of International Affairs, a member of the Advisory Boards of the Institute of Law and Public Policy in Moscow, a member of the Eurasian Political Studies Network and a member of Academy of Learned Societies for the Social Sciences’ over veel meer en veel gevarieerdere bronnen dan Bas Heijne ooit zal beschikken. In het hoofdstuk The New Suicide of Europe stelt hij het volgende vast:

On hearing of the outbreak of World War I, Pope Benedict XV declared that it represented 'the suicide of Europe.' One hundred years later we can talk of a 'new suicide,' as the idealism associated with a whole era of European integration had been revealed as nugatory (nietszeggend. svh) and an illusion. At the heart of the EU is a peace project, and it delivered on this promise in Western Europe before 1989. However, when faced with a no less demanding challenge inn the post-Communist era — to heal the Cold War divisions and to build the foundations for a united continent — the EU has spectacularly failed. Instead of a vision embracing the whole continent, it has become little more than the civilian wing of the Atlantic security alliance. Even its increasingly limited commitment to social and cross-national solidarity is jeopardized by the putative Transatlantic Trade and Investment Partnership (TTIP). Atlanticism is becoming increasingly ramified, while Russia is increasingly left out in the cold.

In zijn uitgebreid gedocumenteerde analyse wijst professor Richard Sakwa erop dat:

Ukraine exposed the crisis in the EU's development. As an institution, it struggled to make itself relevant in devising policies that could provide solutions to fundamental international problems. The drift towards a merger with the Atlantic security system left it bereft of autonomy and policy instruments when it really mattered — maintaining peace on the European continent. As Lukyanov (hoofdredacteur van het tijdschrift Russia in Global Affairs, voorzitter van het 'Presidium of the Council on Foreign and Defense Policy.' svh) puts it, the EU was preoccupied with its own survival and 

'internal disagreements caused by the conflict over Russia constitute no less of a risk than the losses Europe will suffer as a result of downgrading its ties with Moscow. The question of which risk is more dangerous will be answered by the EU in due course.'

It is easy to argue that the EU as an institution was marginalized as the crisis developed, and this was indeed the case, but its performance was even worse: it failed to restrain the war party in Washington or to articulate a strategy that was more nuanced and in keeping with its proclaimed normative values. The EU proved desperately inept as a conflict regulator.

En zo wordt Europa met steun van opiniemakers als Bas Heijne meegesleept in de uitzichtloze Amerikaanse confrontatiepolitiek, zoals Afghanistan, Irak, Libië en Syrië hebben aangetoond. Die politiek kan zelfs tot een nieuwe wereldoorlog leiden. Onder de kop ‘The American Media Hide From The Truth’ berichtte op 13 maart 2017 de Amerikaanse voormalige staatsecretaris van Financiën in de regering Reagan, dr. Paul Craig Roberts:

The CIA created and accumulated from other sources a huge array of malware and cyber attack capability capable of stealing information from any individual, any government, any corporation, any intelligence agency and either leaving no trace or leaving a ‘fingerprint’ of an innocent party. The CIA, being arrogant and incompetent, lost control over its monster which escaped and now is in the hands of we know not who. Floating around the Internet, it was sent to WikiLeaks. Listen to Julian Assange’s explanation of the capability of the CIA’s spyware, which includes end runs around encryption:

Julian Assange Press Conference On The CIA Vault 7 Release | March 9th, 2017

The presstitute (A term often used by independent journalists and writers in the alternative media in reference to journalists and talking heads in the mainstream media who give biased and predetermined views in favor of the government and corporations, thus neglecting their fundamental duty of reporting news impartially. It is a portmanteau of press and prostitute. svh) media’s response was not outrage over the CIA’s criminal behavior, compounded by its incompetence in failing to keep the package from escaping. Rather, the whores who comprise the US media turned on Julian Assange for making known what we need to know. Brian Ross, the chief presstitute at ABC, wanted to know if WiliLeaks took money from Russia. Presstitute Andrea Mitchell, faithful to the CIA, quickly got former CIA director Michael Hayden on TV to agree with her that ‘Wikileaks has struck again’ and revealed information damaging to the US about the CIA’s foreign intelligence operations. You can see what a great lie Andrea and Hayden have conspired to tell by listening to Assange explain the information delivered into his hands.

The American print and TV media are servants of the police state. This makes the US media the principal threat that Americans face. The US media is the handmaiden of war, the police state, lies, and evil. The presstitutes have no shame over their lack of integrity and the risk of thermo-nuclear war to which they expose humanity.

De Amerikaan Paul Craig Roberts is, in tegenstelling tot Bas Heijne in Nederland, goed geïnformeerd, en kent bovendien de werking van de macht van binnenuit. Hij was tevens 

associate editor of the Wall Street Journal. He was columnist for Business Week, Scripps Howard News Service, and Creators Syndicate. He has had many university appointments. His internet columns have attracted a worldwide following. Roberts' latest books are ‘The Failure of Laissez Faire Capitalism and Economic Dissolution of the West, How America Was Lost, and The Neoconservative Threat to World Order.’

Op zijn beurt schreef de gezaghebbende Braziliaanse geopolitieke-commentator Pepe Escobar op de website Asia Times van 9 maart 2017:

The massive WikiLeaks Vault 7 release is an extremely important public service. It’s hard to find anyone not concerned by a secret CIA hacking program targeting virtually the whole planet – using malware capable of bypassing encryption protection on any device from iOS to Android, and from Windows to Samsung TVs…

As we’re mired deep in an Orwellian total screen environment, already conceptualized by Baudrillard in the go-go 1980s, nothing so trivial as the technical proof we’re all being spied upon could alter the (im)balance. The US is already ravaged by a vicious sociopolitical war – and no ‘threat’ to established narratives allows for nuance.

The implication is that, as it stands, there won’t be a US-Russia reset anytime soon – despite hosting invitations from Iceland, Finland or Slovenia; the neocon/neoliberal galaxy nestled in powerful deep state factions will do their best to deny it.

It hardly matters that Trump absolutely does not want war: his entire domestic US economy remix could not possibly allow it. The Pentagon now is essentially an extended special ops unit: it cannot possibly fight a land war (Iran? North Korea? Ukraine?)

Russia, on the other hand, would be ready for war if needs be. The S-500 missile defense system is being deployed: some analysts (not the Ministry of Defense) are sure it’s already protecting the whole Russian landmass. China, by 2021, will have more than 1,000 very mobile warheads, or hidden in those submarines lounging in Hainan. By that time, both Iran and Pakistan will be deep into a strategic defense network with Russia-China, via the Shanghai Cooperation Organization, shielded with their own S-400 and S-500 systems.
http://www.atimes.com/article/wikileaks-trove-fails-shift-dial-trump-putin-narrative/


Foto Hierboven: Bas Heijne, het gezwollen boegbeeld van de 'politiek-literaire elite' in de polder. Volgende keer meer over de gecorrumpeerde Nederlandse mainstream-media. 



Geen opmerkingen: