Het mainstream damesblad Opzij publiceerde in september 2005 een interview met Geert Mak dat een aardig inkijkje geeft in zijn protestants-christelijke denkwereld:
Het schrijven van dat boek over Jorwerd en nog meer het volgende boek – De eeuw van mijn vader – heeft hem ontegenzeggelijk weer dichter bij het geloof gebracht. Niet het geloof in de oude vorm, niet verbonden aan het instituut kerk, maar wel het geloof in het bestaan van een liefdevolle God.
'Het is nog een zoektocht waarvan ik niet weet waar die zal eindigen. Bij het schrijven van De eeuw van mijn vader kwam ik niet alleen dichter bij de geschiedenis van mijn familie, maar ook bij hun geloof…
Wat zou je nu invullen als je op een formulier iets moest zeggen over je geloof?
‘Tien jaar geleden had ik “geen godsdienst” ingevuld. Nu zou ik “gelovig, christelijk” opschrijven.’
Wat betekent dat voor je?
‘Dat ik geloof in een genadige God. Dat is heel belangrijk: een milde, liefdevolle God. En dat je die genade overbrengt op je medemensen, dat je deel uitmaakt van een gemeenschap die de hele wereld omvat, dat er lijnen lopen tussen andere mensen en jou en tussen jou en God. Dat geeft soms troost, soms ordening, soms een gevoel van verantwoording. Het geeft lijn aan je handel en wandel. Als je vraagt wat mijn godsbeeld is: een vriendelijke, vaderlijke God, een milde man, die mensen doorziet in hun zwakheid.' […]
Geloof je in een hiernamaals?
‘Ja.’
Ook in een laatste oordeel?
‘Ja, hoewel ik ook wel eens denk dat het oordeel zich binnen jezelf voltrekt. Of er een hel en een hemel zijn? Ik weet het niet, eigenlijk geloof ik meer in een algemene genade… Het instituut godsdienst heeft een gruwelijke rol gespeeld in de wereldgeschiedenis en doet dat nog steeds. Maar tegelijk heb ik door de bestudering van de geschiedenis gezien dat goede, spirituele mensen vaak een belangrijke rol hebben vervuld, doordat ze op cruciale momenten dingen hebben gedaan die voorkomen hebben dat we hier nu onder een kleinzoon van Goebbels leven.’
Is dat alleen te danken aan gelovige mensen? Hebben socialisten, humanisten en communisten daar geen rol in gespeeld?
‘Jazeker, absoluut. Ik moet het anders zeggen: het is meer dat ik onder de indruk geraakt ben van aan de ene kant de verpletterende gruwelen en aan de andere kant de wissels in de geschiedenis waarvan ik dacht: hier kan alleen maar Onze Lieve Heer de hand in hebben gehad. We zijn door het oog van de naald gekropen.’
Welke 'wissels' dit mogen zijn wordt niet vermeld, kennelijk in de overtuiging dat de modale Opzij-lezeres al weet welke die zijn. In elk geval niet Auschwitz en Hiroshima die voor de rationele mens zowel het geloof in een 'genadige' en 'milde, liefdevolle God' als het geloof in de Verlichtingsidealen definitief vernietigden. Maar omdat Mak niet zonder 'hoop' kan moet hij wel in een irrationele verlossing geloven, net als zijn vader. Waar die vandaan moet komen weet hij niet, maar dat is voor een ware gelovige ook niet belangrijk, want als de mensen niet in de onbevlekte ontvangenis hadden geloofd dan hadden ze in dansende tafels geloofd, zoals Gustave Flaubert eens opmerkte. Flaubert:
opmerkte.
Je moet erkennen dat het al te sterk is, dansende tafels. Oh verlichting! Oh vooruitgang! Oh mensheid! En dan drijven ze de spot met de middeleeuwen, de Oudheid, de vicaris Pâris, Marie Alacoque en de Pythia! Wat een eeuwige cyclus van domheden is het voortschrijden der tijden! De wilden die denken aan zonsverduisteringen een einde te kunnen maken door op ketels te slaan, zijn niet minder dan de Parijzenaars die menen tafels te kunnen laten dansen door hun pink op de pink van hun buurman te leggen. Het is merkwaardig dat de mensen stompzinniger worden naarmate ze zichzelf meer verafgoden.
Plus ça change… De menselijke geschiedenis is een toneelstuk waarbij de decors en kostuums steeds veranderen, maar de karakters hetzelfde blijven.
Ondanks alle waarschuwingen zullen er altijd weer Makkianen opstaan die hun publiek in van alles en nog wat laten geloven, hoe absurd ook. De volgende opmerking is eveneens van een typisch Makkiaanse nietszeggendheid: 'door de bestudering van de geschiedenis [heb ik] gezien dat goede, spirituele mensen vaak een belangrijke rol hebben vervuld.' Dit is zo voor de hand liggend dat de opmerking banaal is. Duidelijk is in elk geval dat een fatsoenlijk mens geen christelijke God nodig heeft om zijn geweten te laten spreken en dat tegelijkertijd het geloof in die God geen garantie biedt dat men, zoals de vader van Geert Mak, op het juiste moment de eigen morele verantwoordelijkheid accepteert. Ook in dit geval blijven 'de karakters hetzelfde.' De identiteitsloze 'karakters' zullen altijd de andere kant opkijken, de werkelijkheid negeren, naar huis willen, zoals het leven van Geert Mak en zijn vader Catrinus Mak laat zien. De Amerikaanse auteur Edward Abbey schreef in A Voice Crying In The Wilderness:
Whenever I read Time or Newsweek or such magazines, I wash my hands afterward. But how to wash off the small but odious stain such reading leaves on the mind?
Hetzelfde gaat op voor de geschriften van Geert Mak. Wat eraan ontbreekt is de 'sense of justice' dat 'springs from self-respect.' Het is niet eens zozeer dat Mak bewust een leugen verspreidt, maar zijn beweringen zijn te vaak halve waarheden, en aldus Mark Twain, 'A half-truth is the most cowardly of lies.' Wanneer men de optimistisch bedoelde halve waarheden van de neoliberale opiniemakers verneemt blijft telkens de vraag hoe de mens die niet eens meester over zichzelf is al het andere wel zou kunnen beheersen. Een andere vraag die zij weigeren te stellen is: waarom zou de burger een systeem steunen waarbij 'de mogelijkheden van mensen ongelijk [zullen] blijven,' zoals nrc.next zijn jeugdig lezerspubliek op donderdag 23 januari 2014 liet weten. Het is verbijsterend te zien hoe de Nederlandse 'politiek-literaire elite' het totalitaire aspect accepteert van de mededeling in de nrc.next dat
in een wereld die economisch steeds meer gepolariseerd is, velen hun kansen op banen [zullen] zien verminderen, terwijl hun salarissen worden afgeknepen,
een realiteit die ook door het neoliberale 'Brussel' mogelijk wordt gemaakt. Deze werkelijkheid wordt verzwegen door de 'halve waarheden' die de Makkianen in woord en geschrift verspreiden, en die 'de meest laffe van alle leugens' is. Waarom zouden gewone burgers zich moeten neerleggen bij de 'innovatie, het wondermiddel dat voor vooruitgang zorgt' wanneer die zogeheten 'vooruitgang' onvermijdelijk tot hun uitstoting uit het systeem leidt? Waarom gaat Geert Mak in zijn propaganda voor de neoliberale Europese Unie ervan uit dat 'velen' die 'hun kansen op banen [zullen] zien verminderen,' zich vrijwillig zullen opofferen voor de 'innovatie' waarvan slechts de hooggeschoolden zullen profiteren? Welke logica schuilt hierachter? Ik stel die vraag omdat de kapitalistische 'democratie' langere tijd gelegitimeerd werd door de vooruitgangs-ideologie, waarbij
We hold these truths to be self-evident, that all men are created equal, that they are endowed by their Creator with certain unalienable Rights, that among these are Life, Liberty, and the Pursuit of Happiness. That to secure these rights, Governments are instituted among Men, deriving their just powers from the consent of the governed,
aldus de openingszin van de Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring. Maar vandaag de dag bepaalt een kleine elite, die de 'innovatie' financiert, buiten de democratie om dat een deel van de bevolking overtollig is en dus onherroepelijk in de onderkaste terechtkomt, net zoals nu al het geval is in de Verenigde Staten. Wat zich vandaag de dag voltrekt is in feite een herhaling van wat het Westen eeuwenlang in de Derde Wereld deed. In De aderlating van een continent. Vijf eeuwen economische exploitatie van Latijns Amerika (1973) schreef Eduardo Galeano:
Roven in binnen- en buitenland was het belangrijkste middel voor de primitieve accumulatie van kapitaal die na de middeleeuwen een nieuwe historische fase in de economische evolutie van de wereld deed ontstaan. Naarmate de geldeconomie zich uitbreidde, kregen steeds meer sociale lagen en gebieden van de aardbol met de ongelijke uitwisseling te maken. Ernest Mandel (joods Belgische marxistische hoogleraar. svh) heeft de waarde van het goud en het zilver dat tot 1660 uit Zuid-Amerika is weggesleept, opgeteld bij de buit die de Nederlandse Oostindische Compagnie vanaf 1650 tot 1780 uit Indonesië heeft weggehaald, bij de winsten die het Franse kapitaal gemaakt heeft met de slavenhandel in de 18de eeuw, bij de inkomsten die verkregen zijn door de slavenarbeid op de Britse Antillen en bij de anderhalve eeuw durende plundering van India door de Engelsen: het resultaat overtreft de waarde van het totale kapitaal dat omstreeks 1800 in alle Europese industrieën was geïnvesteerd. Mandel wijst erop dat deze reusachtige hoeveelheid kapitaal in Europa een klimaat schiep dat gunstig was voor investeringen, de 'ondernemersgeest' prikkelde en regelrecht de vestiging van manufacturen financierde die een grote impuls gaven tot de industriële revolutie. Maar tegelijkertijd verhinderde de geweldige internationale concentratie van de rijkdom ten gunste van Europa de leeggeroofde landen om de sprong te maken naar de accumulatie van industriekapitaal. 'De dubbele tragedie van de ontwikkelingslanden is dat ze niet alleen het slachtoffer waren van dat proces van internationale concentratie, maar dat ze later hebben moeten proberen om hun industriële achterstand in te halen, dat wil zeggen de oorspronkelijke accumulatie van industriekapitaal moesten realiseren in een wereld die overstroomd werd door artikelen die vervaardigd waren door een reeds volwassen industrie, namelijk de westerse.
Welnu, deze parasitaire cultuur, het kapitalisme, is de afgelopen vier decennia een nieuwe fase ingegaan, namelijk de neoliberale, waarbij, zo meldt het Britse weekblad The Economist 'de verstoring van de arbeidsmarkt door technologie nog maar net is begonnen,' aldus de vertaling in nrc.next, en hier komt nog bij dat
Veel van de banen die gevaar lopen voor mensen [zijn] onderaan de maatschappelijke ladder, terwijl de vaardigheden die het minst kwetsbaar zijn voor automatisering (creativiteit, management) vaak het terrein zijn van hoger geplaatsten.
De boosheid over de toegenomen ongelijkheid zal groeien, maar politici zullen moeite hebben er iets aan te doen. De vooruitgang mijden zal net zo onzinnig blijken te zijn als protesteren tegen gemechaniseerde weefgetouwen in 1810.
The Economist, spreekbuis van de neoliberale elite, heeft gelijk, de technologische 'vooruitgang' is niet te stoppen; dat zou voor het kapitalisme net zo 'onzinnig' zijn als dat het de 'slavernij' had afgeschaft die vanaf het begin van de zestiende tot het midden van de negentiende eeuw de 'vooruitgang' van het toenmalige kapitalisme mogelijk maakte. Elk systeem volgt zijn eigen onverbiddelijke logica. Elk systeem maakt zijn eigen specifieke ontwikkeling door. Wat stilstaat sterft af. Alles maakt een cyclus door. En dus heeft het kapitalisme in zijn neoliberale fase een aanzienlijk deel van de mensheid niet meer nodig om te kunnen voortbestaan. Sterker nog, net als ten tijde van de slavernij er te weinig arbeidskrachten waren, zijn er nu teveel om het neoliberalisme tot volle bloei te laten komen. De overtolligen drukken op het budget, die leveren geen geld op, maar kosten geld. Tenzij de mens het winstprincipe afschaft, zal dit systeem tegenover de blanke westerling even meedogenloos zijn als destijds tegenover de gekleurde slaaf. Het kapitalisme is namelijk a-moreel, het is een systeem van nut en efficiency dat de rijke elite bevoordeelt, zo simpel is het. De 'democratie' heeft een monster gebaard waarop geen greep meer is. En de mogelijkheden om het kapitalisme bij te sturen hebben de westerse volksvertegenwoordigers via deregulering en privatisering de afgelopen drie decennia stelselmatig afgebroken in het kader van de niet bestaande 'vrije markt.' De Amerikaanse dichter Gary Snyder schreef in Turtle Island, waarvoor hij in 1975 de Pulitzer Prize kreeg:
a culture that alienates itself from the very ground of its own being — from the wilderness outside (that is to say, wild nature, the wild, self contained, self-informing ecosystems) and from that other wilderness, the wilderness within — is doomed to a very destructive behavior, ultimately perhaps self-destructive behavior.
Het is de taak van de intelligentsia om dit duidelijk te maken. Voor een intellectueel bestaat er geen andere taak die zo belangrijk is. Ik stel dit met nadruk om duidelijk te maken dat een opiniemaker als Geert Mak, die enerzijds rondbazuint dat er 'Geen Jorwerd zonder Brussel' mogelijk is, en anderzijds dat 'ik geloof in een genadige God… een milde, liefdevolle God,' iemand is die in grote verwarring verkeert. Er schuilt een niet te verwaarlozen gevaar in het feit dat een bestseller-auteur van non-fiction boeken van oordeel is dat je Gods 'genade overbrengt op je medemensen,' wanneer die 'genade' in de praktijk betekent dat je propaganda maakt voor een neoliberaal systeem. In dat opzicht liegt Mak zelfs wanneer hij verklaart te geloven 'dat je deel uitmaakt van een gemeenschap die de hele wereld omvat, dat er lijnen lopen tussen andere mensen en jou en tussen jou en God. Dat geeft soms troost, soms ordening, soms een gevoel van verantwoording. Het geeft lijn aan je handel en wandel.' En wanneer hij zegt dat 'Als je vraagt wat mijn godsbeeld is: een vriendelijke, vaderlijke God, een milde man, die mensen doorziet in hun zwakheid,' dan is het alsof wij zijn vader horen spreken, zoals die in De eeuw van mijn vader wordt geportretteerd, een karakterloze, opportunistische man, wiens christelijk geloof onvoldoende bleek te zijn om in de jaren dertig onmiddellijk in het geweer te komen tegen het nationaal-socialisme. 'Men wist, en tegelijk wilde men niet weten, uit puur lijfsbehoud,' schreef zijn zoon Geert zes decennia later, en merkte in dit verband op dat 'Mijn vader hierin niet [verschilde] van de overgrote meerderheid.' De appel valt niet ver van de boom. Het is ook niet verwonderlijk dat Mak gelooft in 'een vriendelijke, vaderlijke God, een milde man, die mensen doorziet in hun zwakheid.' Wie anders zou zijn 'zwakheid' moeten vergeven?
Dat de van zichzelf vervreemde Mak zich nu ineens 'Thuis in de Tijd' wil voelen is een teken van hoe weinig hij van zijn eigen tijd begrijpt, laat staan van de geschiedenis. Toch wil hij de opinie van de mainstream blijven vormen en beseft hij niet dat hij beter kan zwijgen. Geert Mak en de Makkianen vormen een onderdeel van de leugen die de mainstream media verspreiden. Dinsdag 11 februari 2014 schreef de gerenommeerde Australische onderzoeksjournalist John Pilger daarover ondermeer het volgende:
There is no question that the epic crime committed in Iraq has burrowed into public consciousness. Many recall that Shock and Awe was the extension of a murderous blockade imposed for 12 years by Britain and the US and suppressed by much of the 'mainstream' media, including the BBC. Half a million Iraqi infants died as a result, according to Unicef. I watched children dying in hospitals denied basic pain-killers.
Ten years later, in New York, I met the senior British official responsible for these 'sanctions.' He is Carne Ross, once known in the UN as 'Mr. Iraq.' He is now a truth-teller. I read to him a statement he had made to a parliamentary selection committee in 2007: 'The weight of evidence clearly indicates that sanctions caused massive human suffering among ordinary Iraqis, particularly children. We, the US and UK governments, were the primary engineers and offenders of sanctions and were well aware of the evidence at the time, but we largely ignore it and blamed it on the Saddam government. [We] effectively denied the entire population a means to live.'
I said to him: 'That's a shocking admission.'
'Yes, I agree,' he replied. 'I feel ashamed about it ...' He described how the Foreign Office manipulated a willing media. 'We would control access to the foreign secretary as a form of reward to journalists. If they were critical, we would not give them the goodies of trips around the world. We would feed them factoids of sanitized intelligence, or we'd freeze them out.'
In the buildup to the 2003 invasion, according to studies by Cardiff University and Media Tenor, the BBC followed the Blair government's line and lies and restricted airtime to those opposing the invasion. When Andrew Gilligan famously presented a dissenting report on 'Today,' he and a director-general were crushed.
The truth about the criminal bloodbath in Iraq cannot be 'countered' indefinitely. Neither can 'our' support for the medievalists in Saudi Arabia, the nuclear-armed predators in Israel, the new military fascists in Egypt and the jihadist 'liberators' of Syria, whose propaganda is now BBC news. There will be a reckoning - not just for the Blairs, Straws and Campbells, but for those paid to keep the record straight.
http://truth-out.org/opinion/item/21787-the-accessories-to-war-crimes-are-those-paid-to-keep-the-record-straight
Later meer.
Later meer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten