vrijdag 28 februari 2025

Natascha van Weezel's Zionistische Leugens

Eerst een stapje terug:

De anarcho-syndicalist Rudolf Rocker zette in 1938 uiteen: 

volkeren danken alle politieke rechten en privileges die wij vandaag de dag in meer of mindere mate genieten, niet aan de goede wil van hun regeringen, maar aan hun eigen kracht. Regeringen hebben alle middelen ingezet die in hun macht lagen om het verkrijgen van deze rechten te voorkomen of ze illusoir te maken. Grote massabewegingen onder het volk en hele revoluties waren nodig om deze rechten te ontworstelen aan de heersende klassen, die er nooit vrijwillig mee zouden hebben ingestemd. Men hoeft alleen maar de geschiedenis van de afgelopen driehonderd jaar te bestuderen om te begrijpen door welke meedogenloze strijd elk recht centimeter voor centimeter aan de despoten is ontworsteld. Welke harde strijd, bijvoorbeeld, moesten de arbeiders in Engeland, Frankrijk, Spanje en andere landen doorstaan ​​om hun regeringen te dwingen het recht op vakbondsorganisatie te erkennen. In Frankrijk bleef het verbod op vakbonden bestaan ​​tot 1886. Als het niet was geweest voor de onophoudelijke strijd van de arbeiders, zou er zelfs vandaag de dag geen recht op vereniging zijn in de Franse Republiek. Pas nadat de arbeiders door directe actie het parlement met voldongen feiten hadden geconfronteerd, zag de regering zich verplicht om rekening te houden met de nieuwe situatie en de vakbonden wettelijke sancties te geven. Wat van belang is, is niet dat regeringen hebben besloten om bepaalde rechten aan het volk toe te kennen, maar de reden waarom ze dit hebben moeten doen.

In dit opzicht waren zowel de Amerikaanse Revolutie, de Franse Revolutie, en de Russische Revolutie alle drie faliekant mislukt, de eerste twee, ook door het volk gesteunde opstanden leidden ertoe dat de bourgeoisie de macht kon grijpen ten koste van de adel en geestelijkheid, en in het geval van de Russische Revolutie wist een nieuwe elite de macht te grijpen ten koste van de massa. Rocker wees erop dat zelfs in ‘landen waar zaken als persvrijheid, recht van vergadering, recht van vereniging en dergelijke al lang bestaan, proberen regeringen deze rechten voortdurend te beperken of te herinterpreteren door juridische haarkloverij. Politieke rechten bestaan ​​niet omdat ze wettelijk op een stuk papier zijn vastgelegd, maar alleen als ze een ingewortelde gewoonte van een volk zijn geworden, en als elke poging om ze te ondermijnen zal stuiten op het gewelddadige verzet van de bevolking. Waar dit niet het geval is, is er geen hulp van de parlementaire oppositie of het platonisch beroepen op de grondwet. Men dwingt respect af van anderen als men weet hoe men zijn waardigheid als mens moet verdedigen.’

De Amerikaanse journalist/schrijfster Joan Didion omschreef juist het zelfrespect van het individu als ‘een zekere taaiheid, het vertonen van een soort morele zenuw; het manifesteert wat ooit karakter werd genoemd, een eigenschap die, hoewel in het abstract goedgekeurd, soms terrein verliest aan andere, meer direct onderhandelbare deugden,

waaraan zij in het essay ‘Self-respect: Its Source, Its Power’ — opnieuw gepubliceerd in haar verzamelbundel Slouching Towards Bethlehem (1968) — toevoegde dat ‘karakter — de bereidheid om verantwoordelijkheid te nemen voor het eigen leven — de bron is waaruit zelfrespect ontspringt.’ Een karakterloos leven zonder ‘zelfrespect,’ is volgens Didion ‘de zonden van handelen en nalaten optellen, het verraden van vertrouwen, de subtiel verbroken beloften, de geschenken onherroepelijk verspild door luiheid of lafheid of onachtzaamheid. Hoe lang we het ook uitstellen, uiteindelijk gaan we helemaal alleen liggen in dat notoir ongemakkelijke bed, het bed dat we zelf maken. Of we erin slapen of niet, hangt natuurlijk af van de vraag of we respect voor onszelf hebben.

‘Om dat gevoel van eigenwaarde te hebben dat, ten goede of ten kwade, zelfrespect vormt, is potentieel alles hebben: het vermogen om te onderscheiden, lief te hebben en onverschillig te blijven. Het missen ervan is opgesloten zitten in jezelf, paradoxaal genoeg niet in staat tot liefde of onverschilligheid. Als we onszelf niet respecteren, worden we enerzijds gedwongen om degenen te verachten die zo weinig middelen hebben om met ons om te gaan, zo weinig perceptie dat ze blind blijven voor onze fatale zwakheden. Anderzijds zijn we bijzonder ondergeschikt aan iedereen die we zien, op merkwaardige wijze vastbesloten om hun valse ideeën over ons na te leven — aangezien ons zelfbeeld onhoudbaar is. We vleien onszelf door te denken dat deze dwang om anderen te behagen een aantrekkelijke eigenschap is: een gave voor verbeeldingsvolle empathie, bewijs van onze bereidheid om te geven.

‘Overgeleverd aan degenen die we niet anders kunnen dan minachten, spelen we rollen die gedoemd zijn te mislukken voordat ze zijn begonnen, waarbij elke nederlaag nieuwe wanhoop genereert over de noodzaak om de volgende eis die aan ons wordt gesteld te voorspellen en te vervullen.

Zelf-respect is zo wezenlijk voor het menselijk bestaan dat het gebrek eraan door Didion terecht gedefinieerd wordt als ‘vervreemding van zichzelf,’ aangezien men paradoxaal genoeg voor zichzelf ‘weg rent om zichzelf te vinden, en niemand thuis vindt.’

‘Het akelige feit is dat zelfrespect niets te maken heeft met de goedkeuring van anderen — die immers gemakkelijk genoeg bedrogen worden; niets te maken heeft met reputatie, wat, zoals Rhett Butler aan Scarlett O’Hara vertelde (in de klassieke film Gone with the Wind. svh), iets is waar mensen met moed zonder kunnen.

‘Zonder zelfrespect daarentegen, is een onwillig publiek van iemand zijn voor een eindeloze documentaire die gaat over iemands tekortkomingen, zowel echt als ingebeeld, met nieuwe beelden die voor elke vertoning worden ingevoegd. Daar is het glas dat je in woede hebt gebroken, daar is de pijn op X’ gezicht; kijk nu, deze volgende scène, de nacht dat Y terugkwam uit Houston, kijk hoe je deze verknoeit. Leven zonder zelfrespect is op een nacht wakker liggen, buiten bereik van warme melk, fenobarbital (kalmeringsmiddel. svh) en de slapende hand op de deken, de zonden van commissies en omissies, het verraden vertrouwen, de subtiel gebroken beloften optellen, de geschenken die onherroepelijk verspild zijn door luiheid of lafheid of onachtzaamheid. Hoe lang we het ook uitstellen, uiteindelijk gaan we alleen liggen in dat berucht ongemakkelijke bed, het bed dat we zelf maken. Of we erin slapen of niet, hangt natuurlijk af of we onszelf respecteren of niet.’

Het voortdurend liegen tegenover anderen en jezelf is een duidelijk voorbeeld van dit  gebrek aan zelfrespect.

Ik citeer Didion om het voortdurend liegen en daarmee het gebrek aan zelfrespect van Parool-columniste Natascha van Weezel duidelijk te maken. In haar krant van maandag 24 februari 2025 poogt zij op een verholen manier de zionistische genocide van de Palestijnse bevolking af te beelden als een strijd tussen in feite twee gelijkwaardige partijen. Zij doet dit door de 9 maanden oude baby Kfir Babas op te voeren als Joods-Israelisch slachtoffer dat samen met zijn ouders ‘op 7 oktober werd ontvoerd door terroristen van Hamas… Hoe lang je daarna geleefd hebt, weet ik niet. Ik kan niets anders dan janken als ik eraan denk wat die misdadige lui met jullie hebben gedaan.’  

Daarnaast meldt Van Weezel het lot van het 5-jarige Palestijnse meisje Hind Rajab toen ‘ze de auto waarin je zat doorzeefden met 335 kogels. Jij leefde nog, anders dan de rest van je familie. Je belde het noodnummer en een lieve verpleegkundige bleef uren met je aan de lijn. Ze beloofde dat het goed zou komen. Maar het kwam niet goed. Een tankgranaat maakte alsnog een einde aan je leven.’ Wie is 'ze'? Zo expliciet als haar beschrijving van het lot van Kfir Babas was, zo impliciet is haar beschrijving van het lot van Hind Rajab. Natascha suggereert iets zonder het ‘duidelijk te benoemen.’ Voor de minder subtiele lezer, ik bedoel dit: volgens Natascha van Weezel zijn de verzetsstrijders van Hamas ‘terroristen,’ en ‘misdadige lui.’ Daarentegen zwijgt zij over de Israëlische strijdkrachten die tenminste 45.000 Palestijnse burgers hebben vermoord, 70 procent van hen vrouwen en kinderen die met opzet werden beschoten en/of gebombardeerd, zoals de overvloedige filmbeelden aantonen. Maar deze Joodse terroristen worden niet eens genoemd, laat staan als ‘terroristen’ benoemd, terwijl de  zionistische militairen maar al te goed wisten dat het hier om een vijf-jarig Palestijns meisje ging. 335 kogels, en een tankgranaat die haar aan flarden schoot. Als dat geen ‘terrorisme’ is waarom is het verzet op 7 oktober dan wel ‘terrorisme’

Laat ik nog wat explicieter zijn. Hoewel bekend is dat de Hamas-strijders, hun zionistische gevangenen op alle manier probeerden te beschermen tegen Joodse militairen die van het genocidale Israëlische regime meteen opdracht hadden gekregen hun eigen landgenoten te vermoorden, bestaan er beelden waaruit blijkt dat het Kfir Babas en zijn gezin door Hamas strijders meteen in veiligheid werden gebracht om te voorkomen dat zij door de Joodse staat werden vermoord. U gelooft het niet? Welnu, hier zijn de beelden:


vrijdag 28 februari 2025

Israeli Air Force Trying to Kill the Bibas Family

Hamas protecting the Bibas family from the jewish state's Hannibal directive.


Geen opmerkingen: