Niet zo
lang geleden stelde Chris Kijne het volgende:
'Ook ik heb mijn hoogmoedige jaren gehad – en er zijn
vast mensen die vinden dat ze nog steeds niet voorbij zijn. Maar waar ík met
milde verachting op terugkijk, is de zekerheid waarmee ik vroeger in zoiets als
een socialistische heilstaat kon geloven. Die bestaat niet, en iedere poging om er te geraken
leidt tot massamoord. Maar juist omdat ik dat inmiddels begrepen heb, weet
ik ook dat het heil aan de andere kant van het spectrum evenmin te vinden is:
de volledig vrije markt is net zo bloeddorstig als de dictatuur van het
proletariaat.'
Omdat ik door mijn opvoeding dit inzicht al in mijn
pubertijd had ontwikkeld, ben ik nooit lid geworden van een of andere politieke partij of ben ik ooit een fanatieke aanhanger geweest van een of andere politieke stroming. Het meest verwant voelde ik me en voel ik me nog steeds met het libertaire anarchisme
van Anton Constandse, die mij op 13 juni 1980 uit solidariteit zijn biografie
over Bakoenin. Russisch rebel
gaf. In die tijd werd ik door de de Nederlandse mainstream-media fel aangevallen vanwege mijn verslaggeving van de zogeheten
‘kraakrellen’ in Amsterdam. Namens het volk dan wel het gezag eiste een aantal van mijn
collega’s mijn onmiddellijke ontslag als radio-verslaggever. Een van die
journalisten was ene Carel Brendel, een stotterende Parool-verslaggever
die vanachter de rug van zijn drie turven hoge collega Theo Gerritse mij
allerlei verwensingen toe wenste omdat dat ik niet 'objectief' was en hij en zijn kornuiten wel, en die nu -- na al die frustrerende jaren -- eindelijk enige naam heeft verworven als woordvoerder van de meningen van extreem rechts. Het waren prachtige tijden, zoals u zult
begrijpen, de macht had even geen greep op de gebeurtenissen, tot de
hoofdstedelijke sociaaldemocraten en communisten met tanks, militaire
scherpschutters en het dreigement dat 'de colonne eenmaal in beweging niet gestopt [kan] worden' de ‘orde’ met een overmacht aan geweld terug veroverde. Hoe dan ook, Anton
Constandse stond aan mijn/onze kant en liet weten zich een 'kameraad' van me te
voelen. Zijn argumentatie was eenvoudig, hij wilde niet 'objectief' zijn, in de woorden van de Amerikaanse historicus Howard Zinn: ‘You
Can't Be Neutral on a Moving Train,’ en wel omdat ‘From
the start of my teaching and writing, I had no illusions about “objectivity,”
if that meant avoiding a point of view. I knew that a historian (or a
journalist, or any one telling a story) was forced to choose, from an infinite
number of facts, what to present, what to omit. And that decision inevitably
would reflect, whether consciously or not, the interests of the historian.’
Deze levenshouding staat lijnrecht tegenover die van mensen als Chris Kijne, almaar op zoek naar een soort ‘objectief’
midden, waarbij hij pretendeert geen uitgesproken standpunten in te nemen, maar ondertussen wel bereid is om feiten te verzwijgen en het publiek foutief te
informeren omdat hij ‘op dit moment even niet meer weet of ik wel even
hard als vroeger mijn best moet doen om hem die waarheid te laten vertellen. Of
er inderdaad niet even een hoger belang is dan 'de waarheid, niets dan de
waarheid.'
De vraag is alleen: bestaat er zo’n
onvergankelijk midden? Ik denk het niet. Het punt is namelijk dat de bandbreedte
van Kijne's 'spectrum' in crisistijden altijd begint uit te dijen, zowel ter linker- als ter rechterzijde. Het logische gevolg is dat ook het midden breder wordt, wat in de
praktijk doorgaans betekent dat het centrum, de eeuwige schuilplaats van de kleinburger, naar rechts opschuift zoals we ook
in de recente geschiedenis hebben kunnen zien. En wat eens het redelijke midden leek,
blijkt ineens rechts te zijn, zo rechts zelfs dat het gedroomde
midden bereid is om in naam van een niet nader benoemd ‘hoger belang’ het
publiek te bedriegen omdat er ‘even’ geen ‘waarheid, niets dan de
waarheid’ meer zou bestaan. Op dat moment verschijnen opportunisten als Jan de
Quay en Hendrikus Colijn ten tonele die de bevolking dan wijs maken dat dat er ‘een nieuwe orde’ in Europa is ontstaan om vervolgens op te roepen 'de realiteit van het Duitse leiderschap in Europa te erkennen.' Kortom, ze suggereren dat wij stervelingen er dus goed aan doen het
‘veilige midden’ op te zoeken door te collaboreren met, in hun geval de nazi’s
en in het geval van Kijne te collaboreren met de geenszins democratisch
gecontroleeerde bankwereld en hun spreekbuizen in de politiek die de ‘fundamentele
oorzaken van deze crisis’ niet hebben opgelost, zoals Kijne
instemmend de woorden van oud-minister Bos citeert die met miljarden aan belastinggeld de
banken subsidieerde. Meer over college Kijne in een volgend stukje.
Voor meer over Howard Zinn:
1 opmerking:
Mensen die beweren "de waarheid zal in het midden liggen".
Dat altijd maar alles naar het midden drukken, en het midden als ideaal koesteren, is volgens mij iets heel Nederlands.
Maar 'het midden' is ook: geen kant meer uit kunnen.
Een reactie posten