In zijn zes decennia geleden verschenen boek De Zaak 40/61. Een reportage over het Eichmann Proces laat Harry Mulisch het volgende weten:
'Mir besteht mein Leben jetzt in dem Wunsche,' schrijft hij [Goethe] aan zijn vriend Overbeck, 'dass es mit allen Dingen anders gehen möge, als ich sie begreife; und dass mir jemand meine "Wahrheiten" unglaubwürdig mache'. Deze waarheid, die niemand hem ongeloofwaardig heeft kunnen maken, bestond uit het besef dat God dood is, dat de bovenste waarden zich ontwaarden en dat het nihilisme voor de deur staat: 'der unheimlichste aller Gäste' [...] uit de puinhoop er van verrees niet zo zeer een nieuwe moraal voor het individu, als wel een moraal van de rangorde der individuen, met alle implicaties van teling en geweld: de bovenste mag doden, de onderste moet sterven.
Dit nihilisme is vandaag de dag overal merkbaar, in alle lagen van de samenleving, maar bovenal bij de rijken voor wie niets meer van waarde is. Alles is verhandelbaar, moet voldoen aan de wetten van de begeerte. Niets spreekt meer in zijn eigen taal met ons. Door deze blindheid en doofheid dachten de schatrijke eigenaren van Europese voetbalclubs, die alles al bezitten, dat nu het moment was aangebroken om met voetbalclubs te gaan speculeren, om nog rijker te kunnen worden. Maar zij vergisten zich dit keer, want na de mensen alle zekerheden te hebben ontnomen, bleven alleen 'panem et circenses' over, oftewel 'brood en spelen.' In tegenstelling tot de oude elites, beseffen de nieuwe rijken, de neoliberalen, niet dat er onaantastbare regels bestaan, die, zodra ze geschonden worden, de hiërarchie vernietigen, en daarmee de samenleving. Dat realiseerde zich al in de oudheid de Romeinse dichter Juvenalis, die erop wees dat:
wij vroeger onze stem verkochten aan niemand. Al een hele tijd heeft het volk de macht afgestaan. Het volk benoemde vroeger militaire bevelhebbers, hoge ambtenaren, legioenen, alles. Nu beperkt het volk zichzelf en hoopt alleen nog op twee zaken: brood en spelen.
Vandaar dat zowel de Britse kroonprins als de Britse premier onmiddellijk protesteerden tegen het voornemen van de miljardairs met hun voetbalclubs een nieuwe competitie te beginnen om nog meer geld te maken. Maar zonder 'brood en spelen' wordt het volk niet meer afgeleid en raakt zodoende onbeheersbaar. De oude elite gelooft nog steeds in enkele waarheden, maar de nieuwe rijken, die ons naar de afgrond voeren, geloven in niets meer. En daarmee staat 'het nihilisme voor de deur: 'der unheimlichste aller Gäste.' Dit keer hebben de nihilisten een slag verloren, maar juich niet te vroeg. Zij hebben nog steeds niet de oorlog verloren. Die oorlog gaat overal door. Alleen de begeerte is de enig overgebleven drijfveer, en die begeerte is onverzadigbaar. De geschiedenis wordt nu bepaald door primitieve instincten van gestoorde individuen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten