De NOS bericht:
'Gebruik van gifgas lastig te bewijzen in deze propagandaoorlog'
Gewonden in hun ondergoed die met water worden afgespoeld. Kinderen in ademnood op een ziekenhuisbed. Het Syrische Observatorium voor de Mensenrechten is ervan overtuigd: bij de luchtaanval in de Syrische provincie Idlib is gifgas gebruikt.
Volgens rebellen is de aanval uitgevoerd door de Syrische of Russische luchtmacht. Maar zowel Rusland als Syrië ontkennen gifgas te hebben gebruikt. Zij beschuldigen op hun beurt de rebellen.
Foto's en video's uit het getroffen gebied tonen slachtoffers in ademnood. Ze hebben moeite met lopen. Bij sommigen staat het schuim op de lippen. Het zijn symptomen die al eerder te zien waren na aanvallen met chemische wapens. Maar op dit moment is er nog geen hard bewijs dat bij de aanval inderdaad een gifgas is gebruikt.
En welk gas dan? Volgens een arts, die de slachtoffers op dit moment in een plaatselijk ziekenhuis behandelt, is er meer dan één gas gebruikt. Ook wordt het uiterst giftige gas sarin genoemd.
Het zou niet voor het eerst zijn dat chemische wapens worden ingezet tijdens het inmiddels zes jaar durende conflict in Syrië. Afgelopen week nogkwamen er twee meldingen binnen van aanvallen met chemische wapens. Als de berichten kloppen, zou de aanval van vandaag wel aanzienlijk groter zijn dan de meeste eerdere aanvallen.
De eerste meldingen van het gebruik van chemische wapens in Syrië komen uit 2012, maar het bekendst en grootst is de aanval van 21 augustus 2013. Op die dag komen in Ghouta, in de buurt van Damascus, honderden mensen om het leven. De VN onderzoekt de zaak en concludeert dat er raketten met sarin zijn afgevuurd. De Syrische oppositie en ook de Verenigde Staten wijzen Assad aan als schuldige, maar die ontkent.
De aanval doet de Amerikaanse president Obama overwegen militair in te grijpen in Syrië. Maar Rusland weet de gemoederen te sussen door voor te stellen dat Assad zijn chemische wapens onder internationale controle stelt en ontmantelt. Assad gaat akkoord en de VS besluit de diplomatieke oplossing van de Russen te volgen.
Begin 2014 vertrekken scheepsladingen chemische wapens uit Syrië om elders ontmanteld te worden. Desondanks vinden ook in de daaropvolgende jaren regelmatig aanvallen met chemische wapens als chloorgas plaats. Zowel het regeringsleger als de rebellen en ook Islamitische Staat worden ervan beschuldigd de wapens te blijven gebruiken.
Volgens Sico van der Meer, defensiedeskundige van het Instituut Clingendael, is het gebruik van gifgas in dit conflict moeilijk te bewijzen. "Je weet niet of het echte beelden en echte foto's zijn. In deze propagandaoorlog worden er over en weer door alle strijdende partijen beschuldigingen geuit. Het zou niet voor het eerst zijn dat deze niet kloppen."
Volgens van der Meer moet er eigenlijk zo snel mogelijk ter plaatse onderzoek worden verricht. "Het OPCW, de organisatie voor het verbod op chemische wapens, heeft in Syrië een onderzoeksteam. Maar het is door de oorlog heel moeilijk om naar het getroffen gebied te rijden."
Oorlogsmisdaden?
Verdenkingen zijn er wel. Volgens Van der Meer vermoeden sommige experts dat Syrië een aantal chemische wapens heeft achtergehouden. "Bovendien zijn sommige chemische wapens makkelijk zelf te maken."
Onderzoekers van de VN zeggen dat ze de berichten over de chemische aanval in Idlib onderzoeken. Ze kijken ook naar de vermeende aanval op een ziekenhuis waar gewonden werden behandeld. Als de berichten waar zijn, is er volgens de onderzoekers in beide gevallen sprake van oorlogsmisdaden.
BEKIJK OOK
Mogelijk honderd doden bij gifgasaanval Syrië
http://nos.nl/artikel/2166548-gebruik-van-gifgas-lastig-te-bewijzen-in-deze-propagandaoorlog.html
'Gebruik van gifgas lastig te bewijzen in deze propagandaoorlog,' maar niet voor de NRC, aangezien die krant onderdeel is van de pro-Amerikaanse propaganda. De krant beweert:
Eliot Higgins van de Britse onderzoeksgroep Bellingcat neigt ook naar saringas.
„De reacties die we zien – pupillen als speldekoppen, schuim aan de mond, stuiptrekkingen – wijzen op saringas of iets in die aard, maar zeker geen chloorgas.”
Volgens Higgins heeft het regime het afgelopen jaar voortdurend gebruik gemaakt van het minder dodelijke chloorgas. „De laatste week of zo gebeurt het bijna dagelijks. Maar omdat het in dunbevolkt gebied plaatsvindt, of omdat er weinig dodelijke slachtoffers vallen, hebben die aanvallen weinig of geen aandacht gekregen. Maar je kan spreken van een systematische campagne van gebruik van chemische wapens. En bij gebrek aan reactie van de internationale gemeenschap heeft Damascus daar groen licht voor.”
De vraag waarom het regime chemische wapens inzet op een moment dat het haar op militair en diplomatiek vlak eerder voor de wind gaat is niet makkelijk te beantwoorden. „Er is een mix aan redenen”, zegt Higgins. „Er is het psychologisch effect. Het kan zijn dat je de gewapende strijders uit een bepaald gebied weg wilt. Khan Shaykhun ligt dicht bij de frontlijn, dus dat laatste kan een rol hebben gespeeld.”
Higgins hoopt dat de OPCW – de Organisatie voor het Verbod op Chemische Wapens van de VN – snel werk zal maken van het identificeren van het gebruikte gas.
„Turkije heeft aangeboden om slachtoffers te verzorgen. Het moet dan mogelijk zijn om snel stalen door te spelen aan de OPCW. Als het saringas is dan is dat vast te stellen: het blijft lang aanwezig in de organen.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten