zondag 7 maart 2021

Ian Buruma. Geert Mak en White Trash


Begin oktober 2016 was Ian Buruma als mainstream-opiniemaker van oordeel dat Hillary Clinton ‘was more right than wrong’ om de Trump-aanhang te criminaliseren als een ‘basket of deplorables,’ oftewel 'White Trash.' 

Nog geen vijf jaar later, op 18 januari 2021 trekt Buruma met evenveel aplomb de volgende conclusie uit zijn en Clinton's opvatting:


Dismissing Trump’s supporters as deluded, deplorable, ignorant racists will solve nothing. Their sometimes-justified fears and resentments must be addressed. People have been shabbily treated by corporate interests that care only about enriching their stockholders. Globalization has left many behind. Urban attitudes about gender and sexuality can be alarming to people with different notions about who they wish to be. Educated elites should not presume that they always know best what is good for other people.

https://www.project-syndicate.org/onpoint/overcoming-trumpism-requires-class-politics-by-ian-buruma-2021-01?barrier=accesspaylog


Zijn verhulde bekentenis dwingt een onafhankelijke waarnemer als ik te zoeken naar de oorzaken van Burma’s radicale omslag. Wat dreef deze bejaarde, wiens ‘oeuvre,’ volgens de jury van de Erasmusprijs, ‘wordt gevoed door een fascinatie voor de wereld aan gene zijde van de burgerlijke bekrompenheid en door ondogmatisch, kritisch denken’ om eerst een dogmatisch elitair standpunt in te nemen -- dat naadloos aansloot bij het alles behalve ‘kritisch denken’ van zijn door ‘bekrompenheid’ gekenmerkt bourgeois-publiek -- en zich vervolgens af te zetten tegen zijn eerder verspreide mening? Met andere woorden: waarom moeten zijn ‘deplorables’ ineens niet meer worden gecriminaliseerd als ‘betreurenswaardige’ sujetten?  En waarom zijn nu ineens, in zijn ogen, hun ‘angsten en ressentimenten soms' wel ‘gerechtvaardigd’ en in 2016 niet? 


Dit zijn geen makkelijk te beantwoorden, maar desondanks, voor de hand liggende vragen. Hoe kan iemand die, zo mogen we aannemen, als opiniemaker van de ‘corporate press’ niet alleen geloofwaardig moet zijn, maar tevens moet kunnen bogen op een aanzienlijke levenservaring, als 69-jarige nog zo fundamenteel van opinie veranderen? Het feit dat, volgens hem, ‘angsten en ressentimenten’ van de ‘deplorables’ voortaan wel ‘moeten worden aangesproken,’ maakt het des te interessanter te weten waarom zij voorheen door Ian Buruma en zijn ‘liberal urban elites’ werden genegeerd, alsof ze niet bestonden. Wij hebben het hier over ruim 62 miljoen Amerikanen, die in 2016 op de ‘populist Trump’ stemden. De motieven van zo’n aanzienlijk aantal stemmers kunnen in een ware democratie natuurlijk nooit worden genegeerd, zonder volkomen lak te hebben aan deze bestuursvorm. Dat Buruma en Clinton dit wel deden is illustrerend voor de respectloosheid van de Democraten en hun commerciële pers tegenover de vele tientallen miljoenen ‘losers’ die de neoliberale ideologie heeft gecreëerd. 


Het zou vanzelfsprekend voor hen fantastisch zijn als politici een ander volk konden kiezen, maar zover is het nog niet, dus zullen ze het moeten doen met in  het bestaande volk. En juist dit is nu langzaam maar zeker doorgedrongen tot de woordvoerders van de liberal elite, onder wie mijn oude vriend Ian Buruma. Zo schrijft hij thans dat:


The underestimation of such voters, and the complacent belief that a Biden landslide was almost a foregone conclusion, revealed the widening gulf between urban, educated, more or less progressive America and rural and working-class America. Like other progressive parties in the Western world, the Democratic Party once represented the interests of the working class — the white working class above all, but often workers of color, too. Republicans represented the interests of big business and the wealthier classes.


As the role of heavy industry shrank, the class allegiance of both major parties began to shift. Progressives everywhere paid increasing attention to racial, sexual, and gender equality. These are laudable and necessary goals, but this form of identity politics appeals more to highly educated urban citizens than to workers, miners, or farmers, whose identities are focused less on social justice than on religion and the right to own guns.


The Democratic Party’s repudiation of these voters’ views as ‘deplorable’ or ‘racist’ stoked resentment of urban elites, driving many in search of a new political home. When Donald Trump appeared before workers and farmers in his red baseball cap, he articulated their antipathies coarsely but effectively. A louche product of a milieu in which shady real-estate deals skirted the world of organized crime, Trump shared some of the class resentment of people who could only dream of his wealth. Trump became their savior, and tied the Republican Party firmly to hard-right populism. Even without Trump as president, the GOP will remain his party for a long time.  


Buruma stelt vandaag de dag dat ‘het onderschatten’ van de Trump-stemmers en het ‘zelfgenoegzame geloof’ dat Biden met klinkende cijfers zou overwinnen, ‘de almaar wijder wordende kloof onthulde tussen het geschoolde, min of meer progressieve Amerika en het rurale Amerika van de arbeidersklasse.’ Maar dit onthult nog iets anders, te weten dat de ‘corporate press’ haar werk niet heeft gedaan. In feite geeft opiniemaker Buruma zichzelf hier een brevet van onvermogen. Al begin 2002 ontdekte ik, voor de VPRO op reportage door het besneeuwde Pennsylvanië, hoe de aanslagen van 11 september 2001 een aan hysterie grenzende angst hadden veroorzaakt in de machtige en gewelddadige U.S. of A. Overal wapperden Amerikaanse vlaggen, niet als teken van kracht maar van vrees, de televisie sprak de bevolking bemoedigend toe, burgers die ik tegenkwam begonnen zich te beklagen over het miljarden verslindende Amerikaanse expansionisme, terwijl anderen de vijand het liefst met kernwapens hadden willen bestoken. In de jaren daarna reisde ik regelmatig met mijn gezin door de VS en merkte hoe de onderlinge meningsverschillen zich razendsnel verhardden, en dat gewone mensen begonnen te spreken over een burgeroorlog. Ondertussen was extreem rechts druk doende zich te bewapenen  om in actie te kunnen komen tegen de ‘swamp’ in Washington en op Wall Street, zodra het moment was aangebroken. Geen van de 'progressieve' journalisten die ik sprak, inclusief Ian Buruma en Geert Mak, realiseerden zich het gevaar van het feit dat al een halve eeuw lang het opkomstcijfer tijdens presidentsverkiezingen onder de zestig procent was gedoken, en dat tijdens de tussentijdse Congres- en gouverneursverkiezingen bijna tweederde niet meer de moeite nam te stemmen. ‘Niemand die ooit een Amerikaanse verkiezingscampagne van nabij heeft meegemaakt,’ zo beweerde Geert Mak nog in zijn bestseller Reizen zonder John. Op zoek naar Amerika ‘zal licht denken over het vitale karakter van de Amerikaanse democratie,’ terwijl zijn collega opiniemaker Ian Buruma pas in 2020 tegenover de Volkskrant wist op te merken dat ‘Amerika geen plek meer [is] om naar te vluchten als het elders misgaat,’ en ‘zijn vertrouwen [verloor] in de Verenigde Staten.’  


Al die jaren gingen de zelfvoldane opiniemakers, zowel hier als elders, er blind vanuit dat de toekomst een weerspiegeling zou zijn van het verleden, en de status quo desnoods met massaal geweld zou kunnen worden afgedwongen. Vandaar dat zowel Mak als Buruma van oordeel waren dat, gezien het gevaar dat Rusland en China zouden vormen, Europa zich zwaarder moest bewapenen en zelfs een deel van de ‘dirty work’ uit handen moest nemen van NAVO-bondgenoot ‘Amerika.’ Beide geprivilegieerde heren, die nooit een oorlog van nabij hadden meegemaakt, leken regelmatig net zo stoer als Braveheart, maar dan zonder zelf hun hoofd uit te steken. Een ieder met een beetje gezond verstand zal het gevaar beseffen van dit slag opiniemakers van de massamedia. Dit is dan ook de voornaamste reden om  te onderzoeken waarom zowel Geert Mak als Ian Buruma als het ware van het ene op het andere moment fundamenteel van mening kunnen veranderen. Daarover later meer. 





2 opmerkingen:

Rene Westermann zei

Ian Buruma schrijft:

As the role of heavy industry shrank, the class allegiance of both major parties began to shift. Progressives everywhere paid increasing attention to racial, sexual, and gender equality. These are laudable and necessary goals, but this form of identity politics appeals more to highly educated urban citizens than to workers, miners, or farmers, whose identities are focused less on social justice than on religion and the right to own guns.

Let u vooral op de laatste zin: Volgens Ian Buruma zouden..workers, miners, or farmers..are more focused on religion and the rights to own guns..Ziehier de onverbeterlijke betweterigheid van dit slag polder intellectuelen. De lezer en schrijver wil onderzoeken waarom dit soort intellectuelen steeds met alle winden meewaaien. De hint is in dit stukje van Ian Buruma al geboden: Steek eerst je handen in het zaagsel voor je een aal kunt grijpen.

Bauke Jan Douma zei

Laten we wel wezen -- door alle pompeus ogende en klinkende Engelstalige retoriek heen (het is een maniertje) zegt Buruma bat weinig, en dat wat hij zegt zijn platitudes, gisteren's inzichten, herkauwen van noties die bij scherper ziende geesten vorige maand al genoteerd werden.