woensdag 30 januari 2013

'Deskundigen' 95



Nemen wij, chroniqueurs van het heden en verleden, onze taak, het ‘uitbannen van onwaarheid’, serieus genoeg?  Zeker in deze tijd? Ik vraag het me af. Op dit moment vindt op Europees en mondiaal niveau een misvorming van de werkelijkheid plaats die grote consequenties heeft.
Geert Mak. Vrijdag 2 november 2012
Het schrijven van een boek is net zoiets als een reis, het is proces dat meestal al snel een eigen leven gaat leiden, een eigen dynamiek krijgt en een eigen richting zoekt. En ik sta nog maar aan het  begin.
Geert Mak. 28 december 2010
Het argument van ‘eigen leven, eigen dynamiek,’ is onjuist. Een reisboek is geen roman. Een roman is een literaire zoektocht naar een diepere waarheid die de auteur zelf nog niet kent, maar die hij al schrijvende onder woorden weet te brengen. Dat wil zeggen: als hij erin slaagt om van de roman een kunstwerk te maken. Daarentegen is een reisboek een verslag van hetgeen de schrijver tijdens zijn reis heeft meegemaakt en het beeld dat hij zich daarvan heeft gevormd. Laat ik daarom, in tegenstelling tot Mak, niet de macht over het stuur verliezen en mijn route verder uitstippelen, met als leidraad het feit dat het kapitalisme nu zijn eigen grenzen en die van de natuur heeft overschreden. De mensheid is  gedwongen een symbiose te vinden om als ondersoort te kunnen overleven. Ik geef een voorbeeld van een symbiotisch systeem.

Op 6 augustus 2010, precies op de dag dat de VS voor het eerst in Hiroshima de herdenking bijwoonde van de slachtoffers van de eerste atoombom-ontploffing boven een stad waabij in één klap naar schatting 140.000 burgers gedood werden, rijden mijn vrouw en ik steeds hoger de Sierra Nevada in, naar het onherbergzame gebied van de bristlecone pine (Pinus longaeva), waarvan sommige exemplaren rond de 4500 jaar oud zijn, en hier al stonden ten tijde van de bouw van de eerste Egyptische piramide. Sommige afgestorven bomen van 9000 jaar oud staan nog steeds overeind of liggen op de kale, rotsige berghellingen. Na een lange slingerende tocht via een ongeplaveide weg arriveren we op meer dan drie kilometer hoogte ‘the Patriarch Grove.’ Net onder de boomgrens staat world's largest Bristlecone Pine, the Patriarch Tree,’ ver weg op de achtergrond zien we de droge ‘Great Basin’ in Nevada en besneeuwde bergtoppen. De bristlecone is een schitterende knoestige deels kale boom die in kou en hitte en stormen al duizenden jaren weet te overleven op een onvruchtbare grond. Om de lezer een indruk te geven van deze gigant hier eerst enige informatie van Wikipedia:

Bristlecone pines grow in isolated groves just below the tree line, between 1,700 and 3,400 m (5,600 and 11,200 ft) elevation on dolomitic soils. Because of cold temperatures, dry soils, high winds, and short growing seasons, the trees grow very slowly. Even the tree's needles, which grow in bunches of five, can remain on the tree for forty years, which gives the tree's terminal branches the unique appearance of a long bottle brush.
The wood is very dense and resinous, and thus resistant to invasion by insects, fungi, and other potential pests. The tree's longevity is due in part to the wood's extreme durability. While other species of trees that grow nearby suffer rot, bare bristlecone pines can endure, even after death, often still standing on their roots, for many centuries. Rather than rot, exposed wood, on living and dead trees, erodes like stone due to wind, rain, and freezing, which creates unusual forms and shapes.
The bristlecone pine has an intrinsically low rate of reproduction and regeneration, and it is thought that under present climatic and environmental conditions the rate of regeneration may be insufficient to sustain its population. The species are on the International Union for Conservation of Nature (IUCN) red list. Bristlecone pines are protected in a number of national parks such as the Ancient Bristlecone Pine Forest in the White Mountains of California and the Great Basin National Park in Nevada, where cutting or gathering wood is prohibited.


The green pine needles give the twisted branches a bottle-brush appearance. The name bristlecone pine refers to the dark purple female cones that bear incurved prickles on their surface. These ancient trees have a fittingly gnarled and stunted appearance, especially those found at high altitudes, and have reddish-brown bark with deep fissures. As the tree ages, much of its vascular cambium layer may die. In very old specimens, often only a narrow strip of living tissue connects the roots to a handful of live branches.
Oldest living organisms
The bristlecone pines are the oldest single living organisms known (though some plants form clonal colonies which may be many times older). The oldest bristlecone pines are single plants that have been alive for a little less than 5,000 years. These very old trees are of great importance in dendrochronology or tree-ring dating.
Gnarled bristlecone pine wood
The oldest (non-clonal, acknowledged) living organism known is a bristlecone pine tree nicknamed "Methuselah" (after Methuselah, the longest-lived person in the Bible). It is located in the Ancient Bristlecone Pine Forest in the White Mountains of eastern California; however, its precise location is undisclosed by the U.S. Forest Service to protect the tree from vandalism. The age of Methuselah was measured by core samples in 1957 to be 4,789 years old.
In the Snake Range of eastern Nevada Donald R. Currey, a student of the University of North Carolina, was taking core samples of bristlecones in 1964. He discovered that "Prometheus" in a cirque below Wheeler Peak was over 4,000 years old. It is thought that his coring tool broke, so the U.S. Forest service granted permission to cut down "Prometheus". There are many different versions of this story, and nobody can say for sure whether or not Currey knew the age of the tree before cutting it down. 4,844 rings were counted on a cross-section of the tree, making "Prometheus" at least 4,844 years old, the oldest known non-clonal living thing…
The Rocky Mountain population is severely threatened by an introduced fungal disease known as white pine blister rust, and by pine beetles.

De Ancient Bristlecone Forest staat op zwaar geerodeerde berghellingen. Het bos getuigt van een overlevingsintelligentie die ver uitstijgt boven die van de mens. Door zich permanent aan te passen weet de bristlecone het verouderingsproces te vertragen en te overleven in de meest extreme omstandigheden. De U.S. National Park Service:
Bristlecone pines in Great Basin National Park grow in isolated groves just below treeline. Conditions are harsh, with cold temperatures, a short growing season, and high winds. Bristlecone pines in these high-elevation environments grow very slowly, and in some years don't even add a ring of growth. This slow growth makes their wood very dense and resistant to insects, fungi, rot, and erosion. Vegetation is very sparse, limiting the role of fire. Bristlecone pine seeds are occassionally cached by birds at lower elevations. Bristlecone pines grow more rapidly in more ‘favorable’ environments at lower elevations. They do not achieve their legendary age or fascinating twisted shapes.

While bristlecone pines are the longest-living tree, scientists debate what is truly the oldest living thing. The creosote bush that grows in the Mojave Desert may be older. The cresote achieves its age by ‘cloning’ new bushes from its root system. Yet bristlecone pines surely deserve our respect for not only surviving harsh conditions, but thriving in harsh conditions.
De oeroude bristlecone gedijt het best in erbarmelijke condities. Frictie laat hem leven, langdurig en gezond in een ongeving waar jaarlijks niet meer dan 25 centimer neerslag valt, minder dan eenderde van de regenval in Nederland. Toen wij over de gebroken witte kalkhoudende rotsen langs de in de felle zon gebleekte stammen wandelden was het warm, maar in de winter is het hier in dit onbeschutte landschap ijskoud. De redenen waarom de bristlecone zo oud wordt zijn de volgende:
Dieback… Bristelcones have the ability to let entire sections of a tree die off in order to maintain the nutrient flow to one portion, allowing the tree to continue living. Examine an ancient tree up close and you may find just one thin strip of bark carrying nutrients and water to a small distorted branch.
Tolerance… Bristlecones tolerate alkaline, dolomitic soils which gives them a competitive edge over other species. The highest concentrations of bristlecone trees tend to be found on outcrops of white dolomite.
Tough Wood… A short growing season produces a highly dense and resinous wood. Thus natural disease barrier effectively blocks insect penetration, prevents heart rot and even resists the abrasive effects of blowing sand and ide crystals!
Tenacious Needles… While other conifers replace needles every few years, bristlecone trees can retain their needles for up to 40 years! This unique needle retention capacity reduces energy demands on the trees – an important adaptation in an environment with only a 6 to 8 week growing season.
Fire Danger? … Lightning-caused fire us a natural part of most forest ecosystems, but in this ‘forest’ the lack of ground fuel and a short fire season reduce the impact of fire on the trees.


De negatieve condities waaronder de bristlecone moet leven worden door hem dus omgezet in  positieve voorwaarden om te kunnen overleven. In tegenstelling tot de irrationele mens vernietigt deze boom de overlevingskansen van zijn nazaten niet. Een van ‘s wereld’s grootste deskundigen op het gebied van de bristlecone pine, de Amerikaanse geleerde dr. Edmund Schulman van de University of Arizona, wees er in 1957 op dat
In the oldest bristolcone, growth had been exceedingly slow almost from the very first year, in contrast to larger but younger pines, which show fairly fast growth in the early decades of life. Does this indicate anything other than the fact that the oldest pines are found only on the most difficult sites? Some of the old trees have been adding only an inch or less of rings per century throughout their long lives. There is something a little fantastic in the persistent ability of a 4,000-year old tree to shut up shop almost everywhere throughout its stem in a very dry year, and faithfully to reawaken to add many new cells in a favoravle year.
Is het een natuurwet dat alles wat sneller is, ook sneller opbrandt? Net als bij culturen. Een bestaansvorm die veel energie verbruikt in relatief korte tijd heeft een kortere levensduur om de eenvoudige reden dat hij zichzelf uitput en zichzelf geen tijd gunt te herstellen. Bovendien handelt onze cultuur agressief en de geschiedenis leert dat agressie op den duur zoveel weerstand oproept dat de aggressor eraan bezwijkt. Ook dat is een natuurwet. De Amerikaanse socioloog Richard Widick schrijft in zijn studie Trouble In The Forest. California’s Redwood Timber Wars hoe dit agressieve
culture system of democratic republican polity  and public-sphere media-driven capitalism –arrived on the redwood coast of northern California in 1850, setting in motion the total transformation of the region’s environment and native lifeworlds...
Trouble in the Forest: California's Redwood Timber WarsPrecies hetzelfde parasitaire proces vindt nu onder druk van de economische macht wereldwijd plaats, met alle desastreuze gevolgen van dien voor mens en natuur. Het hele begrip natuur kreeg tijdens de industriele revolutie een andere inhoud doordat men de natuurlijke omgeving begon te zien in termen van productie en consumptie. Widick:
commodification is ‘the division of nature into means and objects of production and consumption’; it produces ‘a new nature, a specifically capitalist second nature.’ This is nature subjected ‘to the discipline of the financial market,’ the transformation of lakes, coastlines, forests, and all biological systems into assets, the economization of all things natural, and ultimately the remaking of nature ‘in the image of capital, for example, via bioengineering, factory forests and the like.’ And all of this was ‘unimaginable before social [life] and cultural life were commodified.’
Alles moest dus eerst ontzield worden, niets kon meer in zijn eigen ‘taal’ met ons spreken, maar moest worden teruggebracht tot een ding, inclusief de mens, en zeker de mens die inferieur werd geacht vanwege huidskleur, godsdienst of lagere schooling. Zo ontstond
the well-known internal class contradiction that follows from competitive and accelerating scientific exploitation of labor and results in continuous downward pressure on prices (including wages, the price of labor), ultimately driving the system into so-called realization or demand crises. Open competition between capitals to cut the cost of production drives wages down while increasing the rate of production, leaving masses impoverished and so many products that consuming them all becomes a new central problem. This first contradiction compels the system through recurring bouts of expansion, crisis, and reorganization – a business cycle in which individual capitals are forced to continuously expand their markets and aggregate power lest they fall behind in the all-out competition.
Een systeem dat zijn markten en grondstoffen voortdurend met zoveel mogelijk militair geweld moet veilig stellen, een feit dat de belangrijkste oorzaak is geweest van het ontstaan van een alles overheersend militair-industrieel complex, waarvoor oud-opperbevelhebber van de Geallieerde Strijdkrachten, Dwight Eisenhower, tijdens zijn afscheidsrede als president in 1961 vergeefs waarschuwde:
military spendingWe annually spend on military security more than the net income of all United States corporations. This conjunction of an immense military establishment and a large arms industry is new in the American experience. The total influence – economic, political, even spiritual – is felt in every city, every Statehouse, every office of the Federal government. We recognize the imperative need for this development. Yet we must not fail to comprehend its grave implications. Our toil, resources and livelihood are all involved; so is the very structure of our society.
In the councils of government, we must guard against the acquisition of unwarranted influence, whether sought or unsought, by the military-industrial complex. The potential for the disastrous rise of misplaced power exists and will persist. We must never let the weight of this combination endanger our liberties or democratic processes. We should take nothing for granted. Only an alert and knowledgeable citizenry can compel the proper meshing of the huge industrial and military machinery of defense with our peaceful methods and goals, so that security and liberty may prosper together. . . . As we peer into society’s future, we -- you and I, and our government -- must avoid the impulse to live only for today, plundering, for our own ease and convenience, the precious resources of tomorrow. We cannot mortgage the material assets of our grandchildren without risking the loss also of their political and spiritual heritage. We want democracy to survive for all generations to come, not to become the insolvent phantom of tomorrow.
En alhoewel een opiniemaker als Geert Mak’s beweert dat ‘doemdenkers’ rond 1960 ‘met hun sombere voorspellingen de plank mis[sloegen],’ omdat volgens hem de VS ‘nog een prachtige halve eeuw voor de boeg had,’ heeft Eisenhower gelijk gekregen, hetgeen nog eens aantoont hoe de westerse mainstream zelfs nog achteraf blind is voor de realiteit. Dezelfde president Eisenhower had tevens het morele gelijk aan zijn kant toen hij al in 1953 tijdens een lezing voor de American Society of Newspaper Editors verklaarde :

Every gun that is made, every warship launched, every rocket fired signifies, in the final sense, a theft from those who hunger and are not fed, those who are cold and are not clothed. This world in arms is not spending money alone. It is spending the sweat of its laborers, the genius of its scientists, the hopes of its children. The cost of one modern heavy bomber is this: a modern brick school in more than 30 cities. It is two electric power plants, each serving a town of 60,000 population. It is two fine, fully equipped hospitals. It is some 50 miles of concrete highway. We pay for a single fighter plane with a half million bushels of wheat. We pay for a single destroyer with new homes that could have housed more than 8,000 people. This, I repeat, is the best way of life to be found on the road. the world has been taking. This is not a way of life at all, in any true sense. Under the cloud of threatening war, it is humanity hanging from a cross of iron.
Ondanks al deze waarschuwingen van een oud-militair constateerde oktober 2010 de Amerikaanse historicus Lawrence Davidson, professor of Middle East history West Chester University:  
In the United States, war is a massive industry. We ignored Dwight Eisenhower's warning about the growing military-industrial complex and so this vast interlinked network is now one of the foundations of the US economy. The vested interests involved here are of every class and every ethnicity. To rapidly dismantle this complex risks depression for the nation. To come to a clear recognition of this situation is like looking into the abyss. Indeed, the vast majority of people will refuse to look. And they will support the hunting down of those who have invited them to look (Julian Assange, co-founder of WikiLeaks, is now a wanted man). The government will label them traitors, put them in prison and throw away the key… Finally, on Armistice Day in 1948, a colleague of Dwight Eisenhower, General Omar Bradley, made a speech in which he said ‘The world has achieved brilliance without wisdom, power without conscience...’ It was not a particularly original observation, for in one form or another it has been said many times before and many times since. The implication is that tomorrow will probably look very much like today. And so it will. As a wise swamp possum once observed, ‘We have met the enemy ... and he is us.’
Het systeem dat het Westen heeft opgebouwd is onvermijdelijk geeindigd in een permanente staat van oorlog met mens en natuur, nu onder aanvoering van de VS. De Amerikaanse socioloog Richard Widick:
The result is a capital culture driven to continuously expand, which it does by innovative technology, speed-up, replacement of labor by machinery, the expansion of scale, vertical and horizontal merging of firms, and every other imaginable strategy to reduce the cost of production. The system survives, in other words, only by dint of the application of science and technology to everything, all the time, from here to infinity. To exist it must continuously revolutionize the means of production. Nationalism, colonialism, imperialism, urbanization, war, and the advertising system are among the developments that this analyses of capital culture’s structural compulsion to expand can help us interpret.
Zijn er dan geen tegenkrachten? Jazeker, maar die worden gemarginaliseerd of als dat niet meer mogelijk is, geincorpereerd in het systeem, waarbij – om een actueel voorbeeld te geven – in de VS de ‘ban on women in combat’ nu opgeheven is in het kader van het feminisme, zodat – o eeuwige ironie – Amerikaanse vrouwen gelijkwaardig zijn in het doden van het toenemende aantal wereldbewoners die het Amerikaanse mens- en wereldbeeld bestrijden.  Over die tegenkrachten schrijft de academicus Widick:
These are responses to the ongoing exploitation of communities, identities, and environments by the same systemic forces of capitalism against which early labor movements moved. They are surface signs of the deep and continuous revolution – that is, the modernization of every domain of social and ecological life – that drove mercantilism through slave accumulation and indigenous plunder into the era of unionism and eventually to that of civil rights and finally to that of today’s class and race politics… Together with the post-Cold War expansion of capital, the rise of this globally identified movement of movements signals the coming of an era increasingly defined by the second contradiction in capitalism, an antagonism that potentially unites every other human interest: the contradiction of global capital by global ecology. Not transcending but absorbing and extending the first contradiction, the second marks that point where capitalism begins to destroy its external conditions of possibility for production, namely, the communities of labor and environment that constitute its profit-generating capacity, including the spatial arrangements uniting these elements in built environments like cities, watersheds, states, and ecosystems.
In een interview met mij in 2010 vatte Widick het huidige syteem kort samen met de opmerking dat de inherente interne tegenstrijdigheden van het neoliberalisme de basis hebben gelegd voor de irrationele vernietiging van de mens en de natuur. Meer daarover morgen.
RankCountrySpending ($ Bn.)[3]% of GDPWorld share (%)Spending ($ Bn. PPP)[3]
World total1,7382.51001562.3
1United States United States711.04.741711
2China Chinay143.02.08.2228
3Russia Russiay71.93.94.193.7
4United Kingdom United Kingdom62.72.63.657.5
5France France62.52.33.650.1
6Japan Japan59.31.03.444.7
7India India48.92.62.8117
8Saudi Arabia Saudi Arabiaz48.58.72.858.8
9Germany Germanyy46.71.32.740.4
10Brazil Brazil35.41.52.033.8
11Italy Italyy34.51.62.028.5
12South Korea South Korea30.82.71.842.1
13Australia Australia26.71.81.516.6
14Canada Canaday24.71.41.419.9
15Turkey Turkeyy17.92.31.025.2


1 opmerking:

Sonja zei

Nederlandse 'deskundigen' in 'Aanval Israël op Syrië is logisch': Ko Colijn en Leo Kwarten, lees en huiver.

“We Just Do What the Israelis Want Us to Do”

  “We Just Do What the Israelis Want Us to Do” The Scourging of Gaza: Diary of a Genocidal War Jeffrey St. Clair December 21, 2024 + On Dece...