dinsdag 16 december 2014

Media Corruptie 53


November 18, 2014: it’s a day that should live forever in history. On that day, in the city of Yiwu in China’s Zhejiang province, 300 kilometers south of Shanghai, the first train carrying 82 containers of export goods weighing more than 1,000 tons left a massive warehouse complex heading for Madrid. It arrived on December 9th.

Welcome to the new trans-Eurasia choo-choo train. At over 13,000 kilometers, it will regularly traverse the longest freight train route in the world, 40% farther than the legendary Trans-Siberian Railway. Its cargo will cross China from East to West, then Kazakhstan, Russia, Belarus, Poland, Germany, France, and finally Spain.

You may not have the faintest idea where Yiwu is, but businessmen plying their trades across Eurasia, especially from the Arab world, are already hooked on the city 'where amazing happens!' We're talking about the largest wholesale center for small-sized consumer goods -- from clothes to toys -- possibly anywhere on Earth.



Toen ik nog een kind was sprak ik als een kind, dacht ik als een kind, redeneerde ik als een kind. Nu ik volwassen ben heb ik al het kinderlijke achter me gelaten. Nu kijken we nog in een wazige spiegel, maar straks staan we oog in oog.
1 Korintiërs 13: 11-12

Elf jaar na de aanslagen van 11 september 2001 en het massale geweld dat de VS vervolgens ontketende, schreef Geert Mak 'op zoek naar Amerika' in zijn Reizen zonder John dat 'het land over voortreffelijke informatiesystemen,' en ‘over briljante strategen en politieke analisten’ beschikt, en niet te vergeten, 'de Amerikaanse diplomaten tot de beste ter wereld [horen],' die allen tezamen ervoor hebben gezorgd dat de VS 'decennialang de ordebewaker en politieagent' van de wereld zijn geweest. Deze beweringen werden door de Nederlandse 'politiek-literaire elite' dusdanig betrouwbaar geacht dat Mak na het verschijnen van zijn boek door de Nederlandse mainstream-pers onmiddellijk werd uitgeroepen tot 'Amerika-deskundige.' Als zodanig stelde de bestseller-auteur, voorafgaand aan de herverkiezing van president Obama, in 2012 op de EO-Radio dat 'het beter is voor Nederland en de internationale gemeenschap dat Obama de verkiezingen wint.' In welk opzicht en waarom, vertelde de voorspeller er niet bij, maar het kan in elk geval niet vanwege het volgende zijn geweest: 'U.S. Ramping Up Major Renewal in Nuclear Arms':

KANSAS CITY, Mo. — A sprawling new plant here in a former soybean field makes the mechanical guts of America’s atomic warheads. Bigger than the Pentagon, full of futuristic gear and thousands of workers, the plant, dedicated last month, modernizes the aging weapons that the United States can fire from missiles, bombers and submarines.

It is part of a nationwide wave of atomic revitalization that includes plans for a new generation of weapon carriers. A recent federal study put the collective price tag, over the next three decades, at up to a trillion dollars.

This expansion comes under a president who campaigned for 'a nuclear-free world' and made disarmament a main goal of American defense policy,

aldus de New York Times op 21 september 2014. In wat voor een virtuele wereld wij inmiddels zijn binnengetreden blijkt ondermeer uit het feit dat 

Shortly after he first entered the oval office in early 2009, the Nobel Peace Prize commission awarded President Obama with its highest award for, among other factors, taking a strong stance against international nuclear procurement.

De werkelijkheid telt kennelijk niet meer, zelfs niet wanneer autoriteiten hun ervaringen uit de praktijk vertellen. De voormalige Amerikaanse 'commander in chief of the Strategic Air Command,' verantwoordelijk voor het inzetten van kernwapens, generaal Lee Butler, pleitte na zijn vertrek 

for the elimination of all nuclear weapons at a National Press Club luncheon on December 4, 1996. He also issued a Joint Statement with General Goodpaster. The next day a statement was released with the signatures of dozens of generals and admirals from seventeen countries, including Russia and the United States, that called for deep reductions in nuclear stockpiles.

Tijdens een interview van de gerenommeerde Amerikaanse journaliste Jane Ayers met Butler riep de generaal b.d. op tot een wereldwijde afschaffing van kernwapens, waarbij 'he emphasized his concern about the fragility of the world’s nuclear first alert systems, and especially with Russia.' Tijdens de eerder genoemde lezing voor de National Press Club sprak hij van 'the grotesquely destructive war plans and daily operational risks' van de huidige nucleaire systemen en benadrukte dat 'a world free of the threat of nuclear weapons is necessarily a world devoid of nuclear weapons.' Volgens hem is er sprake van 'mind-numbing compression of decision-making under the threat of a nuclear attack.' Maar al deze angstaanjagende waarschuwingen van iemand uit de praktijk zijn niet voldoende geweest voor president Obama om af te zien van de peperdure vernieuwing van het hele Amerikaanse nucleaire wapenarsenaal. En desondanks kan de Nederlandse mainstream-journalist en bestseller-auteur Geert Mak onweersproken in een uitzending van de christen-fundamentalistische Evangelische Omroep beweren dat 'het beter is voor Nederland en de internationale gemeenschap dat Obama de verkiezingen wint,' naar alle waarschijnlijkheid vanuit zijn veronderstelling dat de VS ‘decennialang als ordebewaker en politieagent [fungeerde].’ Opnieuw, voor de polderpers telt de werkelijkheid niet. Nog een voorbeeld. In 2012 verklaarde Geert Mak tegenover het  weekblad Vrij Nederland, naar aanleiding van zijn optreden bij Pauw en Witteman als onderdeel van 'het puikje van de Nederlandse Amerika-watchers,' met de nodige pedanterie: 'Jammer dat Leon de Winter er niet was, dan was het stel compleet geweest,' waaraan hij toevoegde dat De Winter's visie over de VS 'heel interessant'is, omdat hij 'conservatief Amerika' onderzoekt. 'Hij heeft volstrekt gelijk als hij zegt dat die kant in de Europese verslaggeving verwaarloosd wordt,' aldus Mak. Woensdag 10 december 2014 toonde Leon de Winter in De Telegraaf hoe 'jammer'het is dat hij als 'puikje van de Nederlandse Amerika-watchers' er niet bij was om de televisiekijker zijn 'heel interessante' meningen te vertellen. Onder de kop 'Obama wil onrust bij minderheden' verkondigde De Winter:

Voor een 'permanente revolutie' heb je permanente crises nodig. Dat is een les die Barack Obama perfect begrepen heeft toen hij onderweg was naar het Witte Huis. Opgevoed door een radicaal-linkse moeder, radicaal-linkse grootouders en op Hawaï begeleid door een vaderlijke communistische dichter, in Chicago bevriend met radicaal-linkse academici en activisten, gaf hij gedurende zijn tijd als sociaal werker les in agitatie-technieken. Hij hield dit voor gematigde Democraten verborgen, maar hij is een idealist met neomarxistische sympathieën. De 'mars door de instituties' bekroonde hij met het ambt van de machtigste man op aarde. Historici zullen nog bibliotheken volschrijven over zijn briljante campagne-strategieën.

Maar Obama kon ook duidelijk zijn: hij wilde Amerika fundamenteel veranderen. Daarvoor heeft een linkse agitator crises nodig. De crisis van het racisme, bij voorbeeld…

Wat willen Obama en zijn progressieve medestanders? Ze willen onrust bij minderheden, bij zwarten, latino's, Aziaten. Hij wil hen politiek activeren en organiseren rondom het grote schandaal van het racisme… Obama wilde Amerika transformeren in een Europese sociaaldemocratische verzorgingsstaat en Amerika's suprematie in de wereld beknotten door o.a. op het leger te bezuinigen en de CIA te degraderen tot een martelinstituut — de globale politieman, zonder wie de vrije wereld verloren is, raakt hierdoor tandeloos. 

Hoewel de opvattingen van Leon de Winter krankzinnig zijn, omdat ze geen enkele relatie meer hebben met de werkelijkheid, vindt 'Amerika-watcher' Geert Mak diens kijk op de zaak ''heel interessant.' Niemand van de spraakmakende gemeente in de polder die de wenkbrauwen fronste. Integendeel, dit oordeel wordt  gezien als een schoolvoorbeeld van deskundigheid uit de mond van iemand die volgens Volkskrant-opiniemaker Paul Brill 'een monumentaal boek' schreef met 'een schat aan informatie,' dat het 'qua betrouwbaarheid wint' van hetgeen Nobelprijswinnaar John Steinbeck een halve eeuw geleden te melden had. De corruptie onder Hoflands 'politiek-literaire elite' is zo groot dat de werkelijkheid niet telt. Ik merk hierbij op dat autisme een communicatiestoornis is, die gevaarlijke consequenties heeft zodra autisten publieke figuren worden. Ook Roel van Duijn's optreden is in dit opzicht exemplarisch. Als ideoloog van de provobeweging was hij  meer dan een halve eeuw geleden betrokken bij het opstellen van de beginselverklaring van deze enige echt radicale beweging die Nederlands gekend heeft. In die verklaring lezen we de volgende stelling:

Provo ziet zich voor de keus gesteld: desperaat verzet of lijdzame ondergang. Provo roept op tot verzet waar het kan. Provo ziet in dat het de uiteindelijke verliezer zal zijn, maar de kans deze maatschappij nog eenmaal hartgrondig te provoceren, wil het zich niet laten ontgaan.  

Hoe waar deze woorden zijn, zullen de schrijvers ervan misschien destijds niet volledig hebben beseft, maar enig visionair inzicht kan men hen niet ontzeggen, met deze aantekening dat  in plaats van 'desperaat verzet of lijdzame ondergang' had moeten staan: 'desperaat verzet' én 'lijdzame ondergang.' Na 'wanhopig verzet' volgt als van nature de 'lijdzame ondergang,' het zich neerleggen bij de doctrine van de machtigen. Zodra het het 'desperaat verzet' wordt opgegeven, rest alleen nog 'de lijdzame ondergang.' Vandaar dat Roel van Duijn, wiens eerste publieke daad in de jaren zestig was het organiseren van demonstraties tegen de atoombom, vandaag de dag de met nucleaire wapens uitgeruste NAVO steunt, omdat 'wij alles op alles zetten om Oekraïne te steunen in zijn strijd tegen de moordenaars van onze kinderen, onze wetenschappelijke onderzoekers, onze vakantiegangers,' waarbij de oud-anarchist ervan uitgaat dat een 'Militaire nederlaag als regel zuiverend [werkt] op Russen.' De gevestigde orde moet niet langer meer 'hartgrondig' worden geprovoceerd, maar dient 'hartgrondig' te worden aangespoord om van de Oekraïense 'strijd onze strijd' te maken, om op die manier de Russen, die doortrapte 'ontkennende daders' van de aanslag op de MH 17, te 'ontmaskeren, berechten en sanctioneren.' Wat Roel van Duijn met het laatste werkwoord bedoelt weet ik niet, maar de Trouw-redactie heeft het laten staan, dus moeten we ervan uitgaan dat hij er weinig goeds mee bedoeld. Duidelijk is in elk geval dat de Russen desnoods met geweld tot de 'orde' moeten worden geroepen, de neoliberale gevestigde orde om precies te zijn. En ook deze levensgevaarlijke oproep blijft onweersproken door de Nederlandse 'politiek-literaire elite,' omdat de werkelijkheid niet telt. Ondertussen gaat elders de dagelijkse werkelijkheid wel gewoon haar gang. De Amerikaanse academicus Erik Reece schreef hierover:

We are currently witnessing -- and ignoring -- the sixth great extinction since the advent of life on earth. This is not a hysterical cry of some druid; it is cold scientific fact. 

Desondanks kan de mens in het huidige technocratische bestel niet zoveel met deze waarschuwing. Het geglobaliseerde westers neoliberaal systeem, waarbij volgens de kapitalistische ideologie het 'zelfregulerende vermogen' van de 'markt' op die manier 'collectief welvaart weet te creëren,' blijkt in de praktijk niet te werken. Integendeel zelfs, het egoïsme leidt wereldwijd, en nu ook in het Westen, tot een toenemende kloof tussen arm en rijk. Dit economisch systeem, gebaseerd op individueel egoïsme, is niet in staat een mutualistische band te scheppen tussen individu en collectief, omdat het een permanente strijd betekent met mens en natuur. Daarentegen zijn de natuurwetten gericht op samenwerking om het overleven van de myriaden vormen van leven op aarde mogelijk te maken. De soort die dit niet kan, is gedoemd uit te sterven. In zijn boek Lost Mountain: A Year in the Vanishing Wilderness Radical Strip Mining and the Devastation of Appalachia (2007) schreef de academicus Reece over de bossen in Kentucky dat tien tot twintig miljoen jaar ‘natural selection... has organized ecosystems into a complex, symbiotic relationship of species.’ Bossen zijn het concrete bewijs dat ‘nature knows best what it is doing,’ terwijl de moderne mens ‘the cycle of nature’ moedwillig of vanuit onwetendheid doorbreekt, en daarmee zijn eigen toekomst vernietigt. De mens is vanuit evolutionair oogpunt gezien minder intelligent dan bijvoorbeeld de Sequoia

De natuur heeft geen leger, en dus blijven de plunderaars aan de macht. Dat kan domweg niet anders, want ‘American democracy is that citizens have the freedom to speak, but unless they are wealthy, not the authority to be heard,’ aldus Reece. Bovendien heeft de protestants-christelijke cultuur in de VS een aanzienlijk aantal mensen fatalistisch gemaakt. Zij geloven in de legende dat 'Adam and Eve were banished onto earth and earth is an enemy,' en dat 'you don’t really have to care for it because someday you are going back to paradise when you complete your banishment,' zo verklaarde Charlotte Black Elk, een Indiaanse milieu-activiste uit de VS. Erik Reece: 'In this view, such seeming injustices as exploitative bosses, terrible working conditions, and grinding poverty may not get righted in this world, but will certainly be compensated for in the next.' Volgens hem is het gevolg van deze nihilistische houding dat:

We are currently witnessing – and  ignoring – the sixth great extinction since the advent of life on earth. This is not the hysterical cry of some druid; it is cold scientific fact.

The history of life on earth has seen five great extinctions, all caused by natural phenomena. The last extinction, 65 million years ago, possibly caused by an asteroid, wiped out the dinosaurs. Everybody learns this in school. What we don’t usually learn is that up until the age of agriculture, species became extinct at roughly the rate of a few every million years – the same rate at which new species evolved. Or as E.O. Wilson has figured it, one species out of a million went extinct each year. That formula is known to biologists and archeologists as the ‘background rate.’ Now, because of rising temperatures, chemical pollution, the introduction of exotic plants, and forest fragmentation, species worldwide are disappearing at 1,000 to 10,000 times that rate. That is to say, roughly one species goes extinct every hour.

According to the World Conservation Union Red List, one in four mammals and one in eight bird species are in some degree of danger. Since 1980, habitat destruction has reduced our closest genetic and socially predisposed relative, the bonobo of West Africa, from 100,000 to merely 3,000. Of the 9,946 known bird species, 70 percent are declining in number.

Door het 'vooruitgangsgeloof,' met zijn centrale leerstelling van de groei, verdwijnen er overal ter wereld een toenemend aantal soorten in een tempo dat 1000 tot 10.000 keer sneller is dan vóór de industriële revolutie. 'That is to say, roughly one species goes extinct every hour.' Slechts één voorbeeld: 'of the 9,946 known bird species, 70 percent are declining in number.' Dit alles is het resultaat van een westers mens- en wereldbeeld, gedomineerd door expansionisme dat een houding van permanent gemobiliseerd zijn noodzaakt. In Een ecologische geschiedenis van Noord-Amerika  (2001) stelde de Australische paleontoloog en auteur Tim Flannery:

De kern van de pionierservaring schuilt in de enorme rijkdommen en als die rijkdommen onbegrensd zijn, waarom zou je daar dan zuinig mee omspringen of ze zelfs maar efficient benutten. Het doel is de bestaansbronnen zo snel mogelijk te exploiteren en vervolgens verder te trekken. Het is deze pioniershouding ten aanzien van de benutting van bestaansbronnen die ten grondslag ligt aan het kapitalisme en waar hedendaagse natuurbeschermers het zo moeilijk mee hebben. In deze zin is de erfenis van de Amerikaanse pionier nog altijd onder ons.

Maar liefst 437 pagina’s lang laat Flannery zien hoe door de geschiedenis heen het Amerikaanse kapitalisme tevens een oorlogsverklaring was aan de natuur, en zich al snel ontwikkelde tot een roofbouw-systeem dat alles radicaal verbruikt, of als het economisch nutteloos is, verwoest:

In de jaren vijftig van de vorige eeuw hadden de Noord-Amerikanen ongeveer viervijfde van de dierenwereld van het continent uitgemoord, meer dan de helft van de bomen gekapt, de inheemse culturen vrijwel  volledig vernietigd, de meeste rivieren afgedamd, de productieve zoetwater-visserijen verwoest en een groot deel van de bodems uitgeput. Ze hadden een grote overwinning in de oorlog behaald en een van de welvarendste en zelfgenoegzaamste maatschappijen aller tijden gecreëerd, en nog was de plundering van de de natuurlijke bestaansbronnen niet afgelopen. In 1999 stonden twaalfhonderd inheemse Noord-Amerikaanse soorten op de officiële lijst van bedreigde diersoorten en dat is een zware onderschatting, want betrouwbare schattingen gaan ervan uit dat ongeveer zestienduizend soorten ernstig in hun voortbestaan bedreigd worden… superioriteit heeft wel een prijskaartje gehad, want het kostte het continent een groot deel van zijn natuurlijke rijkdommen en zijn ecologische stabiliteit. Zelfs nu nog offert het agressieve kapitalisme rivieren, bodems en de armere volkeren van Noord-Amerika op het altaar van de god van fortuin, net zoals de Azteken 500 jaar geleden met hun slachtoffers deden.

In februari 2009 waarschuwde Tim Flannery zijn landgenoten dat de terugkerende grote branden in Australië een 'Deadly reminder'waren voor het feit dat 'we must tackle climate change':

The day after the great fire burnt through central Victoria, I drove from Sydney to Melbourne. Smoke obscured the horizon, entering my air-conditioned car and carrying with it that distinctive scent so strongly signifying death, or, to Aboriginal people, cleansing.

It was as if a great cremation had taken place. I didn't know then how many people had died in their cars and homes, or while fleeing, but by the time I reached the scorched ground just north of Melbourne, the dreadful news was trickling in. And the trauma will be with us forever.

I was born in Victoria, and over five decades I've watched as the state has changed. The long, wet and cold winters that seemed insufferable to me as a boy vanished decades ago, and for the past 12 years a new, drier climate has established itself. I could measure its progress whenever I flew in to Melbourne. Over the years the farm dams filled less frequently while the suburbs crept further into the countryside, their swimming pools oblivious to the great drying.

Climate modelling suggests the decline of southern Australia's winter rainfall is caused by a build-up of greenhouse gas, much of it from coal burning. Victoria has the most polluting coal power plant on earth, and another plant was threatened by the fire.

Hoewel Flannery hier over Australië schrijft, gaat precies hetzelfde op voor de rest van de wereld. Het neoliberale model werkt overal verwoestend. In ernstige mate verstoort het de natuurlijke orde en de plaats van de mens daarin. De globalisering is de laatste fase van dit proces waarbij de hele wereld een grensgebied is geworden. De Amerikaanse historicus Jackson Turner beschreef al in de negentiende eeuw hoe de cultuur in de VS gebaseerd is op expansionisme, dat als ‘a gate of escape’ functioneert ‘from the bondage of the past.’ Dit ‘escapisme’ kenmerkt de geschiedenis van de Europese kolonisten die in 'Amerika' op zoek naar 'Lebensraum' de Indiaanse volkeren uitroeiden. Tot nu toe is er altijd een ruimte geweest om in te ontsnappen. Na 1890, toen de interne grenzen waren bereikt, verschoof de ‘frontier’ naar de Stille Oceaan, via Hawaii, de Filipijnen, Guam naar Vietnam. Het grote probleem voor Washington en Wall Street is nu dat het grensgebied in het Midden-Oosten ligt, waar de VS oorlog na oorlog verliest, terwijl bovendien in oktober 2014 bekend werd dat 'China just overtook the US to become the world's largest economy, according to the International Monetary Fund.' Daardoor is het grote probleem voor de wereld geworden dat de Amerikaanse economische en politieke elite dit feit niet kan accepteren; zij blijft de hegemonie op aarde claimen. Hoe diep deze drijfveer verankerd ligt in haar bewustzijn blijkt uit onder andere de woorden van de voormalige Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Madeleine Albright die op 19 februari 1998 in NBC's Today Show verklaarde:

If we have to use force, it is because we are America! We are the indispensable nation. We stand tall. We see further into the future.

Precies hetzelfde, maar in andere bewoordingen, verklaarde president Obama mei 2014  in een toespraak aan de West Point Military Academy:  

I Believe in American Exceptionalism with Every Fiber of My Being.

Kortom, ook de opperbevelhebber van de Amerikaanse strijdkrachten gelooft met 'elke vezel' dat de VS 'a special nation' is 'with a special role – possibly ordained by God – to play in human history. The belief in American exceptionalism is a fundamental aspect of U.S. cultural capital and national identity.'

Het begrip 'geloof' is hier op zijn plaats, aangezien het 'exceptionalisme' niet is gebaseerd op een wetenschappelijk feit. Het is een agressieve aanname, een uiterst gevaarlijke veronderstelling die net nog desastreuzer kan uitwerken als de aanname van de nazi's dat de Duitsers een 'Herrenvolk' waren, dat op zoek naar 'Lebensraum' andere volkeren aan zich kon onderwerpen en zelfs mocht uitmoorden. Niet voor niets benadrukte de Amerikaanse hoogleraar Geschiedenis Juan Cole begin december 2014 dat

The Ukraine crisis was in some ways provoked by aggressive expansionism by the EU and NATO into former Russian spheres of influence, in contradiction to promises made by the West to Premier Mikhail Gorbachev in the early 1990s.


Ondanks het feit dat de VS militair streeft naar de alleenheerschappij in de wereld, heeft Europa zich toch, via de NAVO, bondgenoot gemaakt van dit 'agressieve expansionisme.' Dit verklaart de niet aflatende anti-Rusland-hetze in de westerse mainstream-media. Er kan geen eind gemaakt worden aan de ‘frontier,’  het grensgebied, waaraan Europa c.q. de VS al sinds de ontdekking van Amerika zijn grondstoffen, markten en 'Lebensraum' dankt. Zonder 'frontier' zal het neoliberale kapitalisme al snel ineen storten, zoals nu al blijkt uit het failliet van de ‘Amerikaanse Droom,’ die het land van de ‘ongekende mogelijkheden’ zin en betekenis leek te geven. De teloorgang van de Amerikaanse illusies werd al in 1925 beschreven door één van de grootste Amerikaanse auteurs aller tijden, F. Scott Fitzgerald, in zijn roman The Great Gatsby. De Amerikaanse emeritus hoogleraar Literatuur en schrijver Kermit W. Moyer wees erop dat

In the light of Fitzgerald’s historical perspective in this novel, the dead end was inevitable from the start: as the frontier disappeared, as the possibility of making the virgin land fulfill its first intense promise passed, American materialism increasingly became just that – simple, spiritless materialism, un-regenerative and omnivorous. Gatsby (embodying the complete historical progression) inevitably arrives at this dead end himself. Near the close of the novel, Gatsby waits amidst shattered hopes for Daisy’s telephone call, the call that never comes.

Daisy is de vrouw, van wie Gatsby meent te houden. Maar in werkelijkheid is hij verliefd op de idealistische herinnering aan haar, een beeld van het verleden, een illusie, even groot als de illusie van de 'Amerikaanse Droom.' In verband daarmee wees Moyer erop dat de Amerikaanse pionier een ware erfgenaam was van

Dutch sailors; he inherited their transcendental spark and the promise of the frontier kept the spark alive; but after pursuing that promise all the way to the Pacific Ocean, he discovered that it had somehow eluded him, and he was left with nothing but the material which had fed the flame. He was rich but that was all: direction was gone, meaning was gone; the dream began to turn back upon itself… the inheritance is essentially empty.

Fitzgerald onthult de werkelijkheid door de façade om te trekken, de façade waarachter de mainstream niet durft te kijken, uit angst geconfronteerd te worden met de daarachter schuilende gapende leegte van de westerse cultuur. Dit verklaart waarom Geert Mak in een e-mail aan mij stelde dat

Het probleem met jou is dat je verdomd vaak gelijk hebt, en dat het vaak geen prettige mededelingen zijn die je te melden hebt… Jij ziet veel dingen scherper en eerder, maar,

en dan komt het:

Ik kan niet zonder hoop, Stan, dat klinkt misschien wat pathetisch, maar het is toch zo.

De mens die zich overeind probeert te houden met 'hoop' dat de 'droom' zal uitkomen, kan onmogelijk de werkelijkheid accepteren; juist op het moment dat die werkelijkheid niet meer te negeren is verlangt hij het meest intens naar hoop. De ‘hoop’ is in wezen de hoop op verlossing,  sinds de ‘ontdekking van Amerika’ de diepere drijfveer achter het gewelddadige expansionisme van de blanke kolonisten die Europa waren ontvlucht. Op zoek naar een droom sleepten zij hun judeo-christelijke geloof met zich mee, een religie die vanaf het allereerste begin een pathologische relatie heeft onderhouden met de materie. De mens als rentmeester van de christelijke god kan niet anders dan de als bedreigend ervaren natuur volledig onderwerpen, met zo’n overmaat aan geweld dat de Indianen alleen maar verbijsterd konden toekijken. Het Sioux-opperhoofd Luther Standing Bear constateerde  in de twintigste eeuw dat

The white man does not understand America. He is too far removed from its formative processes. The roots of the tree of his life have not yet grasped the rock and the soil. The white man is still troubled by primitive fears; he still has in his consciousness the perils of this frontier continent, some of it not yet having yielded to his questing footsteps and inquiring eyes… The man from Europe  is still a foreigner and an alien. And he still hates the man who questioned his path across the continent… Men must be born and reborn to belong. Their bodies must be formed of the dust of their forefathers bones. 


Anno 2014 is ook voor de blanke inwoner van de VS die droom voorbij. Wat overbleef, is alleen nog de alles overheersende angst die het land altijd al in zijn greep hield. Wie de beschrijvingen leest van de eerste pioniers ontdekt al snel dat het land en de natuur altijd als bedreigend werden gezien, als het domein van het Kwaad dat bedwongen moest worden. In 1867 beschreef Clarence King, een aan Yale Universityafgestudeerde geoloog, de woestijn ten oosten van de Sierra Nevada dan ook als Dante’s Hel.

Spread out below us lay the desert, stark and glaring, its rigid hill chains lying in disordered grouping, in attributes of the dead. The bare hills are cut out with sharp gorges, and over their stone skeletons scanty earth clings in folds, like shrunken flesh: they are emaciated corpses of once noble ranges now lifeless, outstretched as in long sleep. Ghastly colors define them from the ashen plain in which their feet are buried. Far in the south were a procession of whirlwind columns slowly moving across the desert in spectral dimness. A white light beat down, dispelling the last trace of shadow, and above hung the burnished shield of hard, pitiless sky.

En nog in 1981 luidt de tekst in het boek American Frontiers. The Photographs of Timothy H. O’Sullivan, 1867-1874 bij één van zijn foto’s van het ‘Wilde Westen’:

The grotesque  forms of volcanic rock appear to grow from the water like menacing fungal growths,

aldus Joel Snyder, hoogleraar Kunstgeschiedenis aan de University of Chicago, die tevens kwalificaties gebruikt als de ‘roar’ van een waterval, en de ‘menacing sheet of falling water,’ en om zijn verhaal kracht bij te zetten citeert hij zelfs het oudtestamentische Job 1 vers 15: ‘En alleen maar ik ben ontsnapt om het u te vertellen.’ Ook O’Sullivan, die mede voor het Amerikaanse leger de ‘awesome wilderness’ in beeld bracht, gebruikte beschrijvingen als ‘weird forms’ en de ‘wild scene,’ terwijl de eerder genoemde Clarence King sprak van ‘the lifeless region, with its savage elements,’ en 

Deep in the bed a great river fights its way through the labyrinth of blackened ruins, and plunges in foaming whiteness over a cliff of lava. You turn from the brink as from a frightful glimpse of the Inferno, and when you have gone a mile the earth seems to have closed again, 

en 

A dull, throbbing sound greeted us. Its pulsations were deep, and seemed to process from the ground beneath our feet… Dead barrenness… the forbidding gloom… the rocks seem darker and more wild… the abyss of foam with something of that air of fatal fascination which is part to make possession of men.

Geobsedeerd door een combinatie van angst en klassieke grootheidswaan, ontbreekt het de Amerikaanse elite aan maatgevoel, zoals Fitzgerald laat zien in The Great Gatsby (1925), door deskundigen algemeen beschouwd als één van de meest significante Amerikaanse romans. In 1972 merkte Kermit Moyer in een essay op dat

among recent critics at least, a strong consensus [is] that The Great Gatsby must be understood as a meditation on American history.

Moyer citeerde in dit verband wijlen Edwin Fussel, die als hoogleraar Engels aan de Universiteit van Californië in 1963 had geschreven dat

roughly speaking Fitzgerald’s basic plot is the history of the New World… more precisely, of the human imagination in the New World.

Met betrekking tot de continuïteit in de Amerikaanse geschiedenis voegde Moyer hieraan toe dat:

Fitzgerald’s subject in The Great Gatsby, Fussell insisted, is not the Jazz Age or the Lost Generation, ‘but the whole of American civilization as it culminated in his own time.’ This sort of historical approach to the novel has since become more or less standard… James E. Miller, Jr., talked about ‘the gradual expansion of the significance of Gatsby’s dream,’ an expansion which Miller saw as encompassing ‘the dream of those who discovered and settled the American continent.’ In 1958 another Fitzgerald scholar, John R. Kuehl, described The Great Gatsby as ‘a sort of cultural-historical allegory.’ Still more recently, Richard Lehan has claimed  that in The Great Gatsby ‘We move from a personal sphere (a story of unrequited love), to a historical level (the hope and idealism of the frontier and of democracy in conflict with a rapacious and destructive materialism.)’ Finally, Robert Sklar maintains that ‘the whole of American experience takes on the character of Gatsby’s romantic quest and tragic failure…’

terwijl tenslotte

Fitzgerald originally conceived of Gatsby as an historical novel set in the Gilded Age: ‘It’s locale.’ he wrote Maxwell Perkins, ‘will be the middle west and New York of 1885 I think.’


Met andere woorden: het draait om de geschiedenis van enerzijds de genocide op de Indianen en de gewelddadige Amerikaanse interventies in Latijns Amerika, China en de Filipijnen en anderzijds de grootschalige politieke en ambtelijke corruptie en de diefstal van gemeenschapsbezit door de Robber Barons in de negentiende eeuw. En nog steeds gaan de gewelddadige interventies en de grootschalige corruptie door, ondanks het feit dat deze terreur de beoogde politieke doelen niet verwezenlijkt. De New York Times berichtte op 14 oktober 2014 daarover het volgende:

The Central Intelligence Agency has run guns to insurgencies across the world during its 67-year history — from Angola to Nicaragua to Cuba. The continuing C.I.A. effort to train Syrian rebels is just the latest example of an American president becoming enticed by the prospect of using the spy agency to covertly arm and train rebel groups.

An internal C.I.A. study has found that it rarely works.
The still-classified review, one of several C.I.A. studies commissioned in 2012 and 2013 in the midst of the Obama administration’s protracted debate about whether to wade into the Syrian civil war, concluded that many past attempts by the agency to arm foreign forces covertly had a minimal impact on the long-term outcome of a conflict. They were even less effective, the report found, when the militias fought without any direct American support on the ground.

The findings of the study, described in recent weeks by current and former American government officials, were presented in the White House Situation Room and led to deep skepticism among some senior Obama administration officials about the wisdom of arming and training members of a fractured Syrian opposition.

But in April 2013, President Obama authorized the C.I.A. to begin a program to arm the rebels at a base in Jordan, and more recently the administration decided to expand the training mission with a larger parallel Pentagon program in Saudi Arabia to train “vetted” rebels to battle fighters of the Islamic State, with the aim of training approximately 5,000 rebel troops per year.

Maar omdat de Nederlandse 'politiek-literaire elite' verblindt blijft door de waan van de dag, is zij niet in staat de historische context te zien. De mens dient voorbij de eigen directe ervaring te denken om de grotere verbanden te kunnen herkennen. Wanneer Geert Mak als 'Amerika-watcher' in 2012 opmerkt dat 

Amerika in de loop van deze eeuw weer het ‘gewone’ land zal moeten worden dat het tot 1940 was,

dan toont dit aan hoe schrikbarend gering zijn historische kennis en begrip van de VS is. Immers, door het 'exceptionalisme' heeft vooral de elite er zich nooit als 'gewoon' beschouwd, maar als uitverkorenen die het aangeboren recht bezitten de rest van de mensheid desnoods met geweld te dwingen dat te doen wat zij nodig achten om de 'Amerikaanse Droom' te verwezenlijken. Het is niet vreemd dat bestseller-auteur Mak The Great Gatsby niet gelezen heeft. Het biedt hem geen hoop in bange dagen, en dus beseft hij niet dat

Gatsby’s story is a mirror which reflects an image of American History… Fitzgerald makes this parallel between Gatsby’s history and American’s history explicit on the last page of the novel:

'Most of the big shore places were closed now and there were hardly any lights except the shadowy, moving glow of a ferryboat across the Sound. And as the moon rose higher the inessential houses began to melt away until gradually I became aware of the old island here (Long Island, nabij Manhattan) that flowered once for Dutch sailors’ eyes – afresh, green breast of the new world. Its vanished trees, the trees that had made way for Gatsby’s house, had once pandered in whispers to the last and greatest of all human dreams; for a transitory enchanted moment man must have held his breath in the presence of this continent, compelled into an aesthetic contemplation he neither understood nor desired, face to face for the last time in history with something commensurate to his capacity to wonder.' 

Just as Daisy flowered for Gatsby, so the new world flowered for the Europeans who touched her shore; in both cases, for one electric moment, the material world promised to fulfill the imagination’s deepest longings,

aldus de Amerikaanse auteur Kermit Moyer. Dit magische 'elektrisch geladen moment' week al snel voor de totalitaire heerschappij van het puriteinse christendom dat de materie, de natuur en het lichaam verafschuwt en tegelijkertijd begeert en verheerlijkt met een zo onbeheerste bezetenheid dat alleen iedereen die in de weg lijkt te staan nog steeds wordt vernietigd. Daaraan ten grondslag ligt de diep gewortelde pathologische angst voor de wildernis, voor de natuur, voor alles dat een eigen stem heeft, zoals de Indianen als eersten ervoeren nadat de blanken voet aan wal hadden gezet. Opperhoofd Luther Standing Bear, een Sioux Indiaan zei het zo:

Wij beschouwden de grote open vlaktes, de prachtige golvende heuvels, en de kronkelende stromen met struikgewas, niet als ‘wild’. Alleen voor de witte man was de natuur een ‘wildernis’ en alleen voor hem was het land ‘vergeven’ van ‘wilde’ dieren en ‘wilde’ mensen. Voor ons waren ze tam. De aarde was overvloedig, wij werden omringd door de zegeningen van het Grote Mysterie. Pas toen de harige man uit het oosten kwam en met brute razernij ons en onze families die we lief hadden groot onrecht aandeed, werd de natuur voor ons ‘wild’. Toen de dieren in het woud voor zijn komst op de vlucht gingen, pas toen begon voor ons het ‘Wilde Westen.’  


Maar toen Luther Standing Bear dit zei was het land van de Indianen in het zogeheten Wilde Westen in handen gevallen van blanke christelijke speculanten die het verkochten aan al even blanke christelijke boeren. Op die manier raakte de natuur almaar meer ontzield. En dat wat ontzield is, kan niet meer een ziel krijgen, omdat ook het bewustzijn van de blanke christen ontzield was geraakt tijdens zijn nerveuze jacht op de ‘Amerikaanse Droom.’ Scott Fitzgerald in The Great Gatsby:

He had come a long way to his blue lawn, and his dream must have seemed so close that he could hardly fail to grasp it. He did not know that it was already behind him, somewhere back in that vast obscurity beyond the city, where the dark fields of the republic rolled on under the night.

Professor Moyer:

Gatsby’s dream, the dream inspired by Daisy, is here identified with the dream which pushed the frontier ever westward. The assumption contained in this identification is that, like Gatsby’s history, American history has been the record of a futile attempt to retrieve and sustain a moment of imaginative intensity and promise. By reaching into the future, by pushing continually up against the receding frontier, we have tried to recapture that original sense of wonder evoked when the whole continent was a frontier – that original sense of wonder which soured because its evocation was essentially meretricious (bedrieglijk. svh), a reading of spiritual, transcendental promise into mere materiality. So we struggle on against the current of time only to be borne back ceaselessly into the past’: our vain effort to seize the lost moment of promise by reaching to the future creates the fabric of our history.

De Amerikaanse natuur-filosoof Henry Thoreau omschreef in de negentiende eeuw deze drijfveer als volgt:

Eastward I go only by force; but westward I go free.

En in zijn beroemd geworden toespraak The Significance of the Frontier uit 1893 zei de Jackson Turner in feite hetzelfde toen hij verklaarde dat de ‘frontier’ de ‘democratie’ in stand hield door 'a gate of escape from the bondage of the past.'

Die 'poort' om te 'ontsnappen' is gesloten, of beter nog: bestaat niet meer. Daarmee is het democratisch experiment tot een einde gekomen. Een nog groter probleem is dat er daardoor geen andere uitlaatklep meer bestaat voor de groeiende sociale spanningen dan oorlog. De westerse mens, die imitatie van 'de Amerikaan,' heeft zich opgesloten in het benauwende eeuwige nu, en weet niet meer welke kant hij op moet. Wanneer hij roept dat er 'Geen Jorwert' meer mogelijk is 'zonder Brussel,' dan demonstreert hij publiekelijk dat zelfs zijn verbeeldingskracht bankroet is. Hij kan zich niets anders voorstellen dan meer van hetzelfde, meer bureaucratie, meer neoliberale machtsconcentratie, meer NAVO. Het massale geweld en de dreiging ermee moet de angstaanjagende leegte verhullen die in hem huist. En wanneer hij president Theodore Roosevelt verheerlijkt door te beweren dat voor Teddy 'orde' het politieke 'doel' was 'ook in de rest van de wereld,' dan is hij opnieuw gedwongen de werkelijkheid te vertekenen. Eén van de uitspraken van de president die 'orde' zo liefhad was namelijk 'No triumph of peace is quite so great as the supreme triumph of war,' en zijn buitenlandse politiek vatte hij kort maar krachtig samen met de woorden: 'Speak softly and carry a big stick; you will go far.' Het geweld tegen de oorspronkelijke bewoners van het land waar 'all men are created equal' betitelde Theodore Roosevelt als de 'most ultimately righteous of all wars' omdat het 'a war with savages,' was, waarbij gold dat het 'nutteloos' bleef 'to apply to savages the rules of international morality which obtain between stable and cultured communities.' De houding van de Amerikaanse blanke christen tegenover De Anderverwoorde hij als volgt: 

I don't go so far as to think that the only good Indians are dead Indians , but I believe nine out of ten are, and I shouldn't like to inquire too closely into the case of the tenth. 

Toen de klus geklaard was, kon hij tevreden stellen dat

The Indian, as an Indian, is on the point of perishing, and when he has become a United States citizen… he will completely lose his value as a living historical document.

Maar op dit laatste punt verkeek de Amerikaanse president zich. De Indiaan is alles behalve zijn 'value' kwijt. Hij is eerder het beeld geworden van wat de blanke niet wilde zien. Voor de hem geldt de mateloosheid, terwijl de Indiaan nu het voorbeeld is geworden van wat de oude Grieken 'Meden Agan' noemden, 'Alles met Mate,' om te voorkomen dat de mens het natuurlijk evenwicht verbreekt en daarmee zijn eigen ondergang bewerkstelligt. Ondertussen is de blanke, christelijke cultuur haar normen en waarden kwijt.

Vele uitspraken van verschillende Amerikaanse presidenten geven een perfect beeld van het psychische klimaat van de grootmacht, waarvoorGeert Mak een 'geheime liefde' zegt te koesteren. In Een ecologische geschiedenis van Noord-Amerika schreef Tim Flannery schreef over de eerste generaties puriteinse kolonisten:

In Europa waren ze uitschot, vervolgd en beschimpt als religieuze fanatici. Hier waren ze meester over hun eigen toekomst en tevens de potentiële heersers over een nieuw land… De wreedheid van hun regelgeving was in zekere zin een respons op hun nieuwe thuis. Zij geloofden namelijk dat Amerika een bolwerk van de duivel was. Alles in dit land leek van God verlaten, van de Indianen die zij aanzagen voor duivels-aanbidders, tot de woeste landschappen en wilde dieren.

Drie eeuwen later trof Scott Fitzgerald er een systeem aan gedreven door illusies, waarvan de onhoudbaarheid al in de jaren twintig zichtbaar waren. Giles Gunn, hoogleraar Engels aan de Universiteit van Californië stelt daarover in Critical Essays on Fitzgerald’s The Great Gatsby (1984):

Contemporary American society presents itself in The Great Gatsby as utterly devoid of any of those fresh and unexpected images which once astonished man into a new and original relation with the universe and which thus gave rise, whether in Jonathan Edwards or Ralph Waldo Emerson, in Walt Whitman or Hart Crane, to a new American imagination of wonder.

En over het falen van Gatsby om zijn illusies werkelijkheid te maken, schreef Gunn:

The tragedy, however, is not his alone, but also his society’s for both seemed doomed by what they lack – Gatsby by his lack of any critical ability to distinguish his spiritual ideals from the material conditions in and through which he must realize them; American society by its lack of either substance or form commensurate with Gatsby’s belief in them. Yet if Gatsby’s destruction by ‘the foul dust’ which floats in the wake of his illusions is thus inevitable, his inexhaustible store of wonder and good will still confer upon the very actuality which eventually extinguish them whatever truth, beauty or goodness that American actuality ever fully attains. Fitzgerald is thus able to celebrate Gatsby’s veritable religion of wonder, while at the same time exposing its pathetic vulnerability and ultimate defilement. His tribute is part of his critique, a single act of judgment and love which proves that Fitzgerald knew what he was talking about when he remarked that ‘the test of the first-rate intelligence is the ability to hold two opposed ideas in the mind, at the same time, and still retain the ability to function.’


Amerikanen, vergeleken met ons fatalistische Europeanen, [blijven]... hele optimistische mensen. Echt, dat vind ik ook fantastisch van ze.
Geert Mak. 3 oktober 2012 bij Pauw en Witteman.

The frontiers were gone – there were no more barbarians. The short gallop of the last great race, the polyglot, the hated and the despised, the crass and scorned, had gone…
F. Scott Fitzgerald. The Crack-Up. 1931

This is what I think now: that the natural state of the sentient adult is a qualified unhappiness. I think also that in an adult the desire to be finer in grain than you are, ‘a constant striving’ (as those people say who gain their bread by saying it) only adds to this unhappiness in the end – that end that comes to our youth and hope. My own happiness in the past often approached such an ecstasy that I could not share it even with the person dearest to me but had to walk it away in quiet streets and lanes with only fragments of it to distil into little lines in books – and I think that my happiness, or talent for self-delusion or what you will, was an exception. It was not the natural thing but the unnatural – unnatural as the Boom; and my recent experience parallels the wave of despair that swept the nation when the Boom was over.
F. Scott Fitzgerald. The Crack-Up. 1931

The fundamental problem is that the Americans do not respect anybody except themselves. They say, ‘We are the God of the world,’ and they don’t consult us.
Kolonel Mir Jan, woordvoerder van het Afghaanse Ministerie van Defensie. Washington Post. 3 augustus 2002

Al in het midden van de jaren twintig van de vorige eeuw liet Scott Fitzgerald in The Great Gatsby het tegendeel zien. Ross Posnock, hoogleraar Engels aan de Columbia University, schreef in dit verband over Fitzgerald’s meesterwerk:

the fact that the bourgeoisie endowed the individual with an unprecedented importance, but at the same time that same individuality was annihilated by the economic conditions to which it was subjected by the reification created by commodity production… The novel’s account of man’s relation to society… profoundly agrees with Marx’s great discovery that it is social reality rather than individual consciousness that determines man’s existence.

Far from trivial, commodities are ‘mystical,’ because they originate as ‘the products of men’s hands,’ yet ‘appear as independent beings endowed with life,’ Marx maintains. ‘This I call the Fetishim which attaches itself to the products of labor, so soon as they are produced as commodities, and which is therefore inseperable from the production of commodities.’ Capitalism, since it is founded on commodity exchange and production, forces the worker himself to become a thing to be bought and used. Yet not only the worker, Marx insists, but ‘everything… is sold as objects of exhange… everything had been transformed into a commercial commodity.’

Vandaar de moderne vervreemding die in The Great Gatsby verder wordt uitgewerkt, en één van de belangrijkste kenmerken is van onze in de VS gevormde consumptiemaatschappij. De markt bepaalt nu wie en wat de mens is. Ross Posnock:

Inevitably, then, in capitalism social relations acquire a commodified character, as people become objects for each other, sized up as commodities to be bought or sold. This condition Lukacs calls reification: Marx alienation designates the more general phenomenon of dehumanization. Crucial in understanding reification is to recognize it as a process if mystification invisible to the individual, who acts under the illusion of being a wholly free and autonomous subject, while in fact existing more as a manipulated object of larger economic and commercial powers. Instead of seeming abnormal and dehumanized, reification always appears natural, absolutely objective, and thus conceals the historic specific form of capitalist social relations. In short, the condition of reification imposes a ‘blanket ignorance upon anyone trying to understand capitalism.’ Bourgeois society enforces a veil over all contradictions in an effort to maintain the illusion that capitalism is ‘eternally valid… predestined to eternal survival by the eternal laws of nature and reason. Thus the task of filosophy, according to Marx, is to demystify, to ‘unmask human self-alienation’ endemic to capitalism… And in the realm of fiction no American novelist, with the exeption of Henry James, has dramatized more vividly and subtly than Fitzgerald the insidious extent to which money deforms human life.’
Money, says Marx, ‘since it has the property of purchasing everything… is the object par excellence.’ Money is the most mystifying, fantastic commodity of all. Describing its magical powers, Marx, in the 1844 manuscripts, provides a most relevant frame of refenrence for understanding the ‘purposeless splendor’ and ‘foul dust’ of Gatsby’s world. One brief example from Marx’s exuberant catalog of instances must suffice. ‘I am ugly, but I can buy the most beautiful woman for myself. Consequently, I am not ugly, for the effect of my ugliness, its power to repel, is annulled by money… Does not my money, therefore, transform all my incapacities into their opposites?’ This power to transform and invert is precisely what is terrifying for Marx, and a source of the incoherence of capitalist social reality. Because money ‘exchanges every qualitgy and object for every other, even though they are contradictory, it forces contraries to embrace’: ‘It confounds and exchanges everything, it is universal confusion and transposition of all things, the inverted world, the confusion and transposition of all natural and human qualities.’ The moral, emotionaland spiritual chaos unleashed by money is art the center of The Great Gatsby.

Na de beurskrach van 1929 die een einde maakte aan de Roaring Twenties van een kleine parasitaire elite, bleef Scott Fitzgerald zoeken naar de kern van het zichzelf vernietigende consumptiesysteem. In zijn in 1931 verschenen boek The Crack-Up schreef hij:

This is what I think now: that the natural state of the sentient adult is a qualified unhappiness. I think also that in an adult the desire to be finer in grain than you are, ‘a constant striving’ (as those people say who gain their bread by saying it) only adds to this unhappiness in the end – that end that comes to our youth and hope. My own happiness in the past often approached such an ecstasy that I could not share it even with the person dearest to me but had to walk it away in quiet streets and lanes with only fragments of it to distil into little lines in books – and I think that my happiness, or talent for self-delusion or what you will, was an exception. It was not the natural thing but the unnatural – unnatural as the Boom; and my recent experience parallels the wave of despair that swept the nation when the Boom was over.

Ook nu geldt: 'the Boom' is 'over.' Tijd voor bezinning. De afgelopen vijf eeuwen is het Westen rijk geworden door slavernij en landroof. Die slavernij is nog steeds niet afgelopen, omdat het kapitalisme niet zonder slavernij kan, het blijft op zoek naar lage lonen landen. Woensdag 10 december 2014 werd bekend dat:

Pope Francis is urging governments and legislatures to do more to end modern-day slavery, calling for better laws and policies to prevent human trafficking, protect victims and prosecute those responsible.
Francis also urged businesses to ensure their distribution chains are free of slave labor and asked consumers to think twice about buying goods that may have been produced by child workers or other victims of undignified working conditions.
Francis' annual peace message, released Wednesday, focused on freeing the estimated 35 million people enslaved around the world.

Elk imperium is altijd gebaseerd op deze twee elementen, vanaf de oudheid tot nu. September 2014 verscheen het boek The Half Has Never Been Told: Slavery and the Making of American Capitalism van de Amerikaanse historicus Edward Baptist, hoogleraar Geschiedenis aan de Cornell University. Hij stelt daarin het volgende:

Americans tend to cast slavery as a pre-modern institution—the nation’s original sin, perhaps, but isolated in time and divorced from America’s later success. But to do so robs the millions who suffered in bondage of their full legacy.

As historian Edward Baptist reveals in The Half Has Never Been Told, the expansion of slavery in the first eight decades after American independence drove the evolution and modernization of the United States. In the span of a single lifetime, the South grew from a narrow coastal strip of worn-out tobacco plantations to a continental cotton empire, and the United States grew into a modern, industrial, and capitalist economy. Until the Civil War, Baptist explains, the most important American economic innovations were ways to make slavery ever more profitable. Through forced migration and torture, slave owners extracted continual increases in efficiency from enslaved African Americans. Thus the United States seized control of the world market for cotton, the key raw material of the Industrial Revolution, and became a wealthy nation with global influence.

Told through intimate slave narratives, plantation records, newspapers, and the words of politicians, entrepreneurs, and escaped slaves, The Half Has Never Been Told offers a radical new interpretation of American history. It forces readers to reckon with the violence at the root of American supremacy, but also with the survival and resistance that brought about slavery’s end—and created a culture that sustains America’s deepest dreams of freedom. 

Die 'dromen over vrijheid' zijn inderdaad blijven nog steeds 'dromen.' In de praktijk van alledag heeft de 'American Dream' de aspecten van een nachtmerrie gekregen, nu zelfs voor de meerderheid van de inwoners van de VS, maar allereerst voor een aanzienlijk deel van de wereldbevolking. Niet voor niets is het Amerikaanse militair-industrieel complex de omvangrijkste ter wereld. 'Violence' is vandaag de dag nog immer de 'root of American supremacy.' Onlosmakelijk aan het 'geweld' is het roven, niet meer in de vorm van het ouderwets kolonialisme, maar in de vorm van de geglobaliseerde hegemonie. Dat is de voornaamste reden waarom vanaf de Baltische staten, via Oost-Europa, de Kaukasus, het Midden-Oosten, en Centraal-Azië tot en nog verder Japan, Amerikaanse c.q. NAVO-bases Rusland omsingelen, terwijl de in Azië gelegen militaire posten China in de gaten houden en kunnen bedreigen. Vooruitlopend daarop werd in 2011 tijdens het bezoek van president Obama aan Australië bekend gemaakt 

that United States Marine Corps and United States Air Force units will be rotated through Australian Defence Force bases in northern Australia to conduct training. This deployment was criticized by the an editorial in the Chinese state-run newspaper People's Daily and Indonesia's foreign minister, but welcomed by Australia's Prime Minister… In 2013, the USAF announced rotational deployments of fighter and tanker aircraft through Australia.

Ook hier draait het om de grondstoffen en markten. Een van 's werelds grootste deskundigen op dit gebied, de Amerikaanse hoogleraar Peace and World Security Studies, Michael T. Klare, auteur van Resource Wars (2002) en Blood and Oil: The Dangers and Consequences of America's Growing Petroleum Dependency (2005) meldde op 9 juli 2014 onder de kop 'Twenty-First-Century Energy Wars' dat


Global Conflicts Are Increasingly Fueled by the Desire for Oil and Natural Gas -- and the Funds They Generate

July 09, 2014 "ICH" - Iraq, Syria, Nigeria, South Sudan, Ukraine, the East and South China Seas: wherever you look, the world is aflame with new or intensifying conflicts…

The South China Sea

In both the East China and South China seas, China and its neighbors claim assorted atolls and islands that sit astride vast undersea oil and gas reserves.  The waters of both have been the site of recurring naval clashes over the past few years, with the South China Sea recently grabbing the spotlight. 

An energy-rich offshoot of the western Pacific, that sea, long a focus of contention, is rimmed by China, Vietnam, the island of Borneo, and the Philippine Islands.  Tensions peaked in May when the Chinese deployed their largest deepwater drilling rig, the HD-981, in waters claimed by Vietnam.  Once in the drilling area, about 120 nautical miles off the coast of Vietnam, the Chinese surrounded the HD-981 with a large flotilla of navy and coast guard ships.  When Vietnamese coast guard vessels attempted to penetrate this defensive ring in an effort to drive off the rig, they were rammed by Chinese ships and pummeled by water cannon.  No lives have yet been lost in these encounters, but anti-Chinese rioting in Vietnam in response to the sea-borne encroachment left several dead and the clashes at sea are expected to continue for several months until the Chinese move the rig to another (possibly equally contested) location.

The riots and clashes sparked by the deployment of HD-981 have been driven in large part by nationalism and resentment over past humiliations.  The Chinese, insisting that various tiny islands in the South China Sea were once ruled by their country, still seek to overcome the territorial losses and humiliations they suffered at the hands the Western powers and Imperial Japan.  The Vietnamese, long accustomed to Chinese invasions, seek to protect what they view as their sovereign territory.  For common citizens in both countries, demonstrating resolve in the dispute is a matter of national pride.

But to view the Chinese drive in the South China Sea as a simple matter of nationalistic impulses would be a mistake.  The owner of HD-981, the China National Offshore Oil Company (CNOOC), has conducted extensive seismic testing in the disputed area and evidently believes there is a large reservoir of energy there.  'The South China Sea is estimated to have 23 billion tons to 30 billion tons of oil and 16 trillion cubic meters of natural gas, accounting for one-third of China's total oil and gas resources,' the Chinese news agency Xinhua noted.  Moreover, China announced in June that it was deploying a second drilling rig to the contested waters of the South China Sea, this time at the mouth of the Gulf of Tonkin. 

As the world’s biggest consumer of energy, China is desperate to acquire fresh fossil fuel supplies wherever it can.  Although its leaders are prepared to make increasingly large purchases of African, Russian, and Middle Eastern oil and gas to satisfy the nation’s growing energy requirements, they not surprisingly prefer to develop and exploit domestic supplies.  For them, the South China Sea is not a 'foreign' source of energy but a Chinese one, and they appear determined to use whatever means necessary to secure it.  Because other countries, including Vietnam and the Philippines, also seek to exploit these oil and gas reserves, further clashes, at increasing levels of violence, seem almost inevitable.

No End to Fighting

As these conflicts and others like them suggest, fighting for control over key energy assets or the distribution of oil revenues is a critical factor in most contemporary warfare.  While ethnic and religious divisions may provide the political and ideological fuel for these battles, it is the potential for mammoth oil profits that keeps the struggles alive.  Without the promise of such resources, many of these conflicts would eventually die out for lack of funds to buy arms and pay troops.  So long as the oil keeps flowing, however, the belligerents have both the means and incentive to keep fighting.

Wil het Europa van 'Geen Jorwert zonder Brussel' meegesleept worden in een nieuwe alles verwoestende wereldoorlog om de Chinezen en Russen af te troeven, of wil de bevolking van de Europese staten dit juist voorkomen? Indien het laatste het geval is dan zal men de berichtgeving van de mainstream-media als krankzinnig terzijde dienen te schuiven, en de straat op moeten gaan. Het is tijd om de werkelijkheid niet langer meer te negeren, hoogste tijd om volwassen te worden door de realiteit onder ogen te zien, in plaats van zich te verschuilen achter 'hoop.' Camus wees al lang geleden in Summer in Algiers erop dat
  

From Pandora's box, where all the ills of humanity swarmed, the Greeks drew out hope after all the others, as the most dreadful of all. I know no more stirring symbool; for, contrary to the general belief, hope equals resignation. And to live is not to resign oneself.



ISIS—THE NEW ISRAEL

POSTED ON DEC 15, 2014


   In this June 16, 2014 file photo, demonstrators chant pro-Islamic State group slogans as they carry the group’s flags in front of the provincial government headquarters in Mosul, 225 miles northwest of Baghdad. AP Photo

The Islamic State of Iraq and Syria (ISIS) is our Frankenstein. The United States after a decade of war in Iraq pieced together its body parts. We jolted it into life. We bathed it in blood and trauma. And we gave it its intelligence. Its dark and vicious heart of vengeance and war is our heart. It kills as we kill. It tortures as we torture. It carries out conquest as we carry out conquest. It is building a state driven by hatred for American occupation, a product of the death, horror and destruction we visited on the Middle East. ISIS now controls an area the size of Texas. It is erasing the borders established by French and British colonial powers through the 1916 Sykes-Picot Agreement. There is little we can do to stop it.

ISIS, ironically, is perhaps the only example of successful nation-building in the contemporary Middle East, despite the billions of dollars we have squandered in Iraq and Afghanistan. Its quest for an ethnically pure Sunni state mirrors the quest for a Jewish state eventually carved out of Palestine in 1948. Its tactics are much like those of the Jewish guerrillas who used violence, terrorism, foreign fighters, clandestine arms shipments and foreign money, along with horrific ethnic cleansing and the massacre of hundreds of Arab civilians, to create Israel. Antagonistic ISIS and Israeli states, infected by religious fundamentalism, would be irreconcilable neighbors. This is a recipe for apocalyptic warfare. We provided the ingredients.

I and Loretta Napoleoni, the author of the book “The Islamic Phoenix,” spoke at a Dec. 2 event in Manhattan at the headquarters of the New York Society for Ethical Culture. Napoleoni pointed out that the message imparted to Muslims by ISIS is radically different from that of other jihadist groups, especially al-Qaida. ISIS does not call for martyrdom and self-immolation. It has launched a jihad against secular and discredited regimes in the Middle East rather than against Western targets abroad. It is seeking to establish, as the Zionists did in Palestine, a utopian, religious state. It holds up the ancient Caliphate—which united Muslims throughout the Middle East in the seventh century and whose time is considered the golden age of Islam—as an ideal, much as Jews held up the biblical kingdoms chronicled in the Hebrew Bible. ISIS, to build its state, has called on engineers, doctors and technicians to immigrate to the area it controls. And ISIS, although devoted to a fundamentalist form of Salafist Islam, is thoroughly modern. It has mastered sophisticated forms of electronic communication and delivers its messages through social media. And unlike groups such as al-Qaida, which bans television sets and radios, it views the technical advances of modern society as an asset. The mixture of fundamentalist religion with modernity is a potent and intoxicating brew for disenfranchised Muslims. And ISIS has attained what peaceful uprisings in the Middle East have not—liberation from detested regimes, at least for now.



“Modern technology and a clear understanding of how our multipolar world functions, however, are not enough to succeed,” Napoleoni writes of the uprisings known as the Arab Spring. “Is it possible that the ‘smartphone uprisings,’ including the Arab Spring, failed where the Islamic State has succeeded because the latter is managed by a professional elite, which guides the rank and file, while the former finds itself at the mercy of their constant interaction and participation? If so, is the Islamic State’s model of nation-building more modern than that of the Arab Spring?”



Terror, as was true for the Jewish fighters in Palestine in the late 1940s, is an effective tool to intimidate opponents and accelerate ethnic cleansing. The fear of ISIS is its most potent weapon. Iraqi army troops, although better armed than ISIS fighters and outnumbering them, drop their U.S.-supplied weapons and flee before ISIS. Shiites abandon whole villages to ISIS. And all the U.S. advisers sent to put some spine in the Iraqi government forces have so far been unable to significantly stem the advance. 

Sunni militants in Iraq consciously orchestrated the conflict between Sunnis and Shiites. This clash, as was true in the former Yugoslavia, is not the result of ancient ethnic hatreds. It was created for political expediency.When Abu Musab al-Zarqawi, a Jordanian radical, arrived in Iraq, he founded al-Tawhid al-Jihad. His group used forged documents to infiltrate over 100 fighters from al-Qaida, most of whom had been in Afghanistan, into Iraq. Zarqawi’s goal was to spark, under the cover of fighting the Western coalition forces, a sectarian conflict with the Shiites. He understood that a unified Shiite and Sunni state would thwart the dream of a Sunni Islamic state. He had to ignite a religious war. His group, in 2004, eventually became al-Qaida in Iraq and declared its loyalty to Osama bin Laden, who had initially rejected Zarqawi’s tactic of attacking Shiites. Zarqawi was killed in 2006. His death was followed a year later by the so-called Sunni awakening. By 2010 the radical group was almost extinct. 
    NEXT PAGE >>> 



Geen opmerkingen:

"Israel is burning children alive"

Khalissee @Kahlissee "Israel is burning children alive" "You are destroying this country shame on all of you" Ex U.S. ...