Van de huidige energietransitie profiteert alleen het grootkapitaal
Auteur: Gastauteur ’t Palieterke (België).
Barendrechter Kees Pieters voert in Nederland een niet-aflatende strijd tegen de dure energietransitie. Deze wiskundig ingenieur is een scherp criticus van onze huidige tijd. In 2012 schreef hij een goed gedocumenteerd zakboek over de malaise van Europa, ‘Het Westen 5 x failliet’.
Daarin reikt hij enkele oplossingen aan, zoals de oprichting van een staatsbank, het terugbrengen van de democratie op burgerniveau en de exit uit de euro. “Uiteindelijk komt een onafhankelijk Vlaanderen Nederland ten goede, want dan staat noordelijk Europa sterker.”
Gesprek met een vrolijke wetenschapper.
De titel doet anders vermoeden, maar eigenlijk is “Het Westen 5 x failliet” een licht boek waarin de huidige problemen in de economie, het monetarisme en het gebrek aan democratie in de Europese Unie helder worden uitgelegd. Het werk is niet opgepikt in de reguliere media, en dat is jammer. We gebruiken het daarom als leidraad voor dit gesprek.
Pieters, een voormalig werknemer van energiebedrijf Shell, die nu onafhankelijk consultant is, (1955) is niet louter met complexe democratische problemen bezig. Hij brengt Nederlanders samen en ageert met kennis van zaken tegen de bouw van windmolens.
“Ik ben niet tegen groene energie, maar windmolens verwoesten het landschap en zijn geen oplossing voor de energietransitie. Je hebt er teveel nodig om een degelijk stroomniveau te halen en ze kosten handenvol geld aan de belastingbetaler.”
Voor Vlaanderen vindt Pieters dat er vooral een linkse Vlaamse partij moet komen. “Vlamingen wier hart links klopt, moeten rechts stemmen als ze Vlaams willen stemmen. Willen ze een linkse stem uitbrengen, dan beschikken ze alleen over partijen die het voortbestaan van België bepleiten. Dat is nefast voor de Vlaamse democratie. Een linkse Vlaamsgezinde partij is daarom het gat in de politieke markt.”
Waar komt uw interesse in Vlaanderen vandaan?
“Ik koester de diepgevoelde mening dat ieder volk het recht heeft om zichzelf te besturen. In sommige situaties wordt dat door de internationale gemeenschap duidelijk erkend, zoals in 1948 toen Indonesië onafhankelijk werd van Nederland. Sterker nog: zelfbeschikking was toen een linkse gedachte, aangemoedigd door de linkse intelligentsia. Maar vandaag is dat een ander verhaal, zeker als je naar Vlaanderen kijkt. De idee dat Vlaanderen zelfbeschikking moet hebben, wordt als politiek ‘rechts’ gepercipieerd. Heel vreemd.”
“Ik volg de Vlaamse politiek al sinds de burgermanifesten van Guy Verhofstadt. Toen dacht ik: nou, die gaat er lekker stevig tegenaan! Maar zoals u weet, is er van die manifesten niets terecht gekomen. Sindsdien is België alleen maar ‘meer Europees’ geworden en wordt het land geprezen als voorbeeld voor het samenleven van zuidelijke en noordelijke volkeren.
Maar net daarom werkt de EU niet, vind ik.” In uw boek hebt u het over ‘het gat in de grondwet’, volgens u de kern van het probleem voor de lidstaten van de Europese Unie. Legt u dat eens uit. “Wel, een land beschikt over wetten, waarover het in het parlement stemt. Daarnaast beschikt een natiestaat ook over een stevige juridische basis, de grondwet. Die grondwet is stevig vergrendeld zodat politieke partijen niet zomaar aan de fundamenten van een land kunnen morrelen. Doorgaans is de grondwet van westerse landen dubbel vergrendeld: je hebt een meerderheid nodig in het parlement en de senaat, en na verkiezingen heb je binnen beide kamers ook telkens een tweederdemeerderheid nodig om ze te veranderen.”
“Het probleem is echter dat internationale verdragen en Europese afspraken boven de grondwet staan. Internationale verdragen en Europese regelgeving worden namelijk meestal aangenomen bij gewone meerderheid in het parlement. Zo kan je de grondwet perfect omzeilen. De massale bevoegdheidsoverdracht naar de Europese Commissie is dus in strijd met de Nederlandse grondwet. Dát is het gat in de grondwet.”
In uw boek neemt u het huidige probleem van het Europese monetarisme op de korrel. Een oplossing is, volgens u, een staatsbank waar burgers hun geld gratis in bewaring geven en waar ze geen rente ontvangen. Hoe kunnen in dat systeem mensen nog geld lenen om bijvoorbeeld een huis te kopen?
“Nou, privébanken kunnen dan wel nog leningen uitvaardigen. Mensen die rente willen op hun spaargeld, kunnen hun geld stallen bij zo’n privébank. Ze dragen dan wel het risico dat de bank failliet gaat. Privébanken gaan door de wet van vraag en aanbod wel opletten met al te hoge rentetarieven aan te bieden. Maar het klopt wel dat het dan ook duurder wordt om geld te lenen. Het effect daarvan is echter dat de huizenprijzen zullen zakken.” “Het probleem is dat privébanken tegenwoordig legale valsemunters zijn. Ze lenen immers geld uit dat ze niet hebben. Als ik nu naar de bank ga om 100.000 euro te lenen, dan tikt iemand in de ‘backoffice’ van de bank ‘100.000’ in op mijn rekening, en die 100.000 euro komt uit het niets. En dat is perfect legaal. Alle banken zijn zo in feite kaartenhuizen die continu dreigen in te storten. De gemiddelde bank heeft tegenwoordig een eigen vermogen van 6 procent. Zes procent van alle spaartegoeden is met andere woorden gedekt door echt geld.”
Geld wordt op dezelfde manier tegenwoordig ‘bijgedrukt’ door de Europese Centrale Bank. De belofte is dat de ECB altijd geld zal creëren wanneer meer geld nodig is. Waar zal dat eindigen? “Het lijkt erop dat politici de geschiedenis vergeten zijn. In Duitsland kwam er in 1922, toen men massaal Duitse Marken bijdrukte om Frankrijk terug te betalen na de oorlog, een gigantische geldontwaarding.”
“Ik zie niet in hoe de huidige situatie niet zal leiden tot sterke prijsstijgingen van de voornaamste goederen, terwijl het geld waarmee je moet betalen steeds minder waard wordt. Dat spelletje is al bezig: de huizenprijzen stijgen en vele aandelenkoersen zijn overgewaardeerd. Op een bepaald moment sijpelen die stijgingen de reële economie binnen.” Het probleem is dat de belastingbetaler zonder dat hij het wil dit systeem mee in stand houdt.
Het feit dat hij belastingen betaalt, geldt als onderpand voor het monetarisme. Er kan dus zoveel geld worden bijgedrukt als de belastingbetaler belastingen betaalt.
“De burger wordt in het monetaire systeem meegetrokken, inderdaad. De schulden van de ECB zijn uiteindelijk de schulden van alle burgers en als de ECB schulden wil a‑ ossen, zal de burger meer belasting moeten gaan betalen. De kern van het probleem is dat de euro monopolygeld is geworden. De waardedaling van de munt wordt enigszins gecompenseerd door het feit dat burgers meer belastingen moeten betalen.”
“Dit gaat verder dan alleen monetarisme. Kijk bijvoorbeeld maar naar de energietransitie: windmolenparken en zonnepaneelparken kunnen alleen gebouwd worden door er ontzettend veel subsidies tegenaan te gooien. Dat is dus belastinggeld dat aan grote energiebedrijven wordt gegeven opdat ze die transitie kunnen maken.”
“Het klimaatakkoord dat Nederland heeft afgesloten, is een akkoord dat afgesloten is met de grote energiebedrijven. Toen dat akkoord onderhandeld werd, heb ik 33 organisaties die zich verzetten tegen windmolenparken samengebracht en voorgesteld om hen te vertegenwoordigen aan die onderhandelingstafel. We wilden toen een plan voorstellen om alle windmolenparken over te hevelen van het land naar de zee. De subsidiëring van windmolenparken op land is namelijk veel duurder dan subsidiëring van windmolenparken op zee.
Je zou dus geld overhouden als je investeert in parken op zee. Als je wat je over hebt dan ook nog eens investeert in nieuwe parken op zee, dan heb je al 5 procent van de CO2 -reductie gratis weten behalen. We werden echter niet gehoord. Energiebedrijven steken die subsidies liever in hun zak en doen ermee wat ze willen. Een plan van burgers dat goedkoper én milieuvriendelijker is, daar wordt geen rekening mee gehouden. Zo werkt politiek.”
Bent u een tegenstander van groene energie? “Neen. Maar ik heb bedenkingen bij de consensus dat de opwarming van de aarde louter te wijten is aan menselijke factoren. Er zijn best genoeg wetenschappers die daaraan twijfelen, maar ze zeggen het niet.” “Ik begrijp het voorzichtigheidsstreven – we weten niet exact hoe en waarom de aarde opwarmt – dus laten we onze CO2 -uitstoot alvast verminderen. Maar pak de transitie dan wel aan op een manier die goedkoop en efficiënt is, en waar burgers zo min mogelijk last van hebben. De energie-transitie zoals we ze nu aanpakken, vergroot de uitstoot van CO2 , en kost de burger honderden miljarden. Van die transitie profiteert alleen het grootkapitaal.”
“Afgelopen zomer heb ik een ontmoeting gehad met Diederik Samsom, voormalig Nederlands voorzitter van de PVDA – vergelijkbaar met jullie sp.a – en nu kabinetschef voor Europees Commissaris Frans Timmermans die de Europese ‘Green Deal’ vorm geeft. Ik heb Samsom de casus van de Wieringermeerpolder in Noord-Holland voorgelegd, waar een windmolenpark van multinational Vattenfall stroom levert aan een datacenter van Google.
Vattenfall krijgt 660 miljoen euro van de overheid voor dat project. 32 boeren werden uitgekocht om dat project te kunnen realiseren. Iedere boer kreeg 3,3 miljoen euro, een mooi bedrag om op te hoepelen. Het hele landschap in de Wieringermeerpolder is echter om zeep: het is een bos geworden van hoge windturbines. Dat is het meest zichtbare probleem.”
“Wat niemand echter weet, is dat als het te hard waait, er te veel stroom is. De molens stilleggen wil Vattenfall niet, want dan krijgen ze geen subsidie meer.
Dus zegt Vattenfall dan tegen tuinders met grote-kassencomplexen: als het te hard waait, zet dan overdag de lampen in je kassen aan. Je krijgt dan gratis stroom!”
“Ik heb dat verhaal dus aan Samsom verteld. Die ontkende die toestanden niet, maar zei me: als je te weinig subsidie geeft, dan gebeurt er niets. Maar het is onmogelijk om te berekenen hoeveel subsidie er exact moet zijn voor zo’n project. Dus is het veiliger om te veel subsidie te geven! Nou, dat is dus de staat van de Europese sociaaldemocratie.”
***
Bron hier.
Zie voorts hier.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten