vrijdag 23 oktober 2015

Lodewijk Asscher is 'joodser geworden'


Toen ik vanmiddag boodschappen deed bij Albert Heijn zag ik in het voorbijlopen op de omslag van Vrij Nederland de kop: 

Lodewijk Asscher: ‘Ik ben joodser geworden van het schelden’

Ik ben geen lezer van Vrij Nederland, dus weet ik niet precies wat deze PVDA-minister bedoelt. Ik weet wel dat zijn neoliberaal beleid hem niet populair heeft gemaakt. Bovendien toont zijn gezever over Nederlandse jongeren van Marokkaanse afkomst aan dat zijn kritiek selectief is. Nederlandse jongeren van joodse afkomst bekritiseert hij niet wanneer die de terreur van Israel tegen de Palestijnse burgerbevolking direct of indirect steunen, soms zelfs  als militair bij de Israelische strijdkrachten. Ook dat maakt hem begrijpelijkerwijs niet geliefd. Minister Asscher zou onmiddellijk hebben negatief hebben gereageerd wanneer een Marokkaanse Nederlander van Arabische afkomst zou hebben gezegd:

Ik ben Arabischer geworden van het schelden.

Ik acht het ongepast dat een minister van alle Nederlanders, wiens a-sociale politiek hem onpopulair maakt, zichzelf nu ineens als slachtoffer opstelt. Lodewijk Asscher is een volwassen man die het terrorisme van Israel steunt door als vice-premier niets te ondernemen om de terreur van de 'Joodse staat' aan banden te leggen. Integendeel zelfs. Het Nederlandse kabinet steunt Israel politiek, diplomatie, economisch en zelfs militair. Om nu ineens zich te profileren als een gediscrimineerde jood is een gotspe. Het gevoel een gediscrimineerde jood te zijn past hem niet, ook niet omdat hij uit een familie stamt met een besmet verleden. Bekend is dat Lodewijk 'Asscher uit een Joodse familie [komt] van juristen en diamantairs uit de Amsterdamse wijk De Pijp. Zijn overgrootvader Abraham Asscher was een van de voorzitters van de Joodsche Raad.' http://nl.wikipedia.org/wiki/Lodewijk_Asscher

De feiten over de Joodse Raad, zoals ook Lodewijk Asscher ze kent:

Op donderdag 13 februari 1941 vond ten huize van Abraham Asscher de constituerende vergadering plaats. Onmiddellijk daarna zonden beide voorzitters Beauftragter Böhmcker de lijst met namen van personen die het bestuur vormden van de Joodse Raad (voornamelijk notabelen):
Abraham Asscher, voorzitter…

Oordeel

Er is na de oorlog veel kritiek geweest op de Joodse Raad. Volgens critici heeft de raad het de nazi's alleen maar makkelijker gemaakt. Grotere tegenwerking en meer zand in de organisatorische molen in plaats van collaboratie hadden misschien veel levens kunnen redden. Anderzijds wordt gesteld dat het geen zin zou hebben gehad als Asscher, Cohen of enige andere betrokkene geweigerd had om in de Joodse Raad zitting te nemen. De ervaring met de Joodse raden in Polen en Rusland heeft bewezen dat het niet accepteren van de opdracht, vluchten of zelfmoord plegen door voorzitters en leden geen verandering in de situatie bracht; er werden door de Duitsers altijd en meteen (gedwongen) plaatsvervangers gevonden. Ook hebben zij voorzitters van Joodse Raden en leden die niet serviel genoeg waren constant gewisseld. Het is dus maar de vraag of andere voorzitters (of leden) het beter zouden hebben gedaan.

De Joodse Ereraad oordeelde: 'dat de voorzitters van de Joodsche Raad gefaald hebben in een wereld, die zelf in gebreke is gebleven.' Aan het eind spreekt deze ereraad als zijn mening uit:

dat het laakbaar is geweest, de opdracht tot vorming van een 'Amsterdamse Jodenraad' en het voorzitterschap van deze raad (wat verantwoordelijkheid jegens de Duitsers medebracht) uit handen van de Duitsers te hebben aanvaard;
dat het laakbaar is geweest, het Joodse Weekblad te blijven uitgeven, toen eenmaal bleek, dat het de Duitsers van meer nut dan de Joden moest zijn, waarbij de Ereraad tevens herinnert aan zijn afkeurend oordeel over een aantal berichten, die hiervoor zijn genoemd;
dat het laakbaar is geweest, medewerking te verlenen aan een aantal anti-Joodse maatregelen, zoals het uitgeven van de Jodenster en het verzenden van bevelen om naar Westerbork te vertrekken;
dat de wijze, waarop de voorzitters de weigerachtigen tot het geven van de bijdrage tot de eerste heffing aanschreven, laakbaar is geweest;
dat de medewerking, verleend bij de selectie voor deportatie, in het bijzonder de medewerking in mei 1943, zeer laakbaar is geweest.

Abraham Asscher wees het vonnis van de hand, hij sneed alle banden met de Joodse gemeenschap door.

Op 6 november 1947 werden Cohen en Asscher op last van N.J.C. Sikkel, procureur-fiscaal van het Bijzonder Gerechtshof te Amsterdam, gearresteerd en opgesloten in het Huis van Bewaring aldaar, wegens medewerking aan de vijand waardoor de Joodse deportatie in belangrijke mate zou zijn vergemakkelijkt. Na een maand werden ze in afwachting van een eventuele berechting voorlopig vrijgelaten. In 1951 werd van strafvervolging van Cohen afgezien (Asscher was in 1950 overleden) op gronden aan het algemeen belang ontleendhttp://nl.wikipedia.org/wiki/Joodse_Raad 

Gezien Abraham Asscher's reactie op de naoorlogse publieke veroordeling van de 'zeer laakbare… medewerking, verleend bij de selectie voor deportatie, in het bijzonder de medewerking in mei 1943,' kan het niet anders dan dat 'het vonnis' van de eigen joodse gemeenschap een psychisch trauma heeft achtergelaten bij de familie Asscher, een open wond die maar niet genezen wil, om de simpele reden dat de geschiedenis een voldongen feit is. Een trauma, zeker nadat in de loop van de jaren zestig algemeen duidelijk werd hoe erg de joodse Nederlanders hadden geleden. Dit moet een onuitwisbaar stempel op het bewustzijn van Lodewijk Asscher hebben gedrukt, net zoals dit het geval is bij NSB-kinderen. Het verklaart zijn hypergevoelige reacties zodra hij ook maar vermoedt dat iets antisemitisch kan worden uitgelegd. Het verklaart ook het feit dat hij geen kritiek op Israel kan verdragen en waarom hij als minister van Werkgelegenheid, die overigens er niet in slaagt werk te creëren, zich onmiddellijk bemoeit met 'joodse zaken,' die niets te maken hebben met zijn vakgebied. Hij stelt zich roomser dan de paus op, plus royaliste que le roi, of anders gezegd: zionistischer dan de Joodse burgers in Israel, van wie de dappersten felle kritiek uiten op het zionistisch fascisme van hun staat. Het gemak waarmee nu Lodewijk Asscher met de geschiedenis aan de haal gaat om de rol van slachtoffer te kunnen spelen, is weerzinwekkend. Minister Asscher heeft, in tegenstelling tot joodse  vredesactivisten in de hele wereld, inclusief Israel, geen woord kritiek geuit op het feit dat zijn 'Joodse staat' tijdens het laatste grote militaire offensief tegen een burgerbevolking meer dan 500 Palestijnse kinderen heeft vermoord. Gezien het feit het Nederlandse kabinet geen stappen onderneemt tegen Israel, kunnen we er vanuit gaan dat ook vicepremier Asscher het bovendien acceptabel vindt dat het zionistisch regime bewust oorlogsmisdaden pleegt, zoals ondermeer blijkt uit de volgende verklaring van de Israelische commandant Gadi Eisenkot, die als GOC Northern Command het volgende heeft opgemerkt. 

'What happened in the Beirut suburb of Dahiya in 2006 will happen in every village from which shots are fired in the direction of Israel,' Eisenkot said to journalists from Yedioth Ahronoth. 'We will wield disproportionate power against every village from which shots are fired on Israel, and cause immense damage and destruction. From our perspective, these are military bases. This isn't a suggestion. This is a plan that has already been authorized.'


En eveneens de volgende schendingen van het internationaal recht leiden er niet toe dat Lodewijk Asscher en zijn kabinet stappen ondernemen tegen Israel.

Revealed: the Palestinian children killed by Israeli forces
MORE CHILDREN THAN PALESTINIAN FIGHTERS ARE BEING KILLED IN ISRAEL'S OFFENSIVE ON GAZA, ACCORDING TO THE UN. SHOWN HERE ARE THE NAME, AGE, AND SEX OF 132 OF THOSE CHILDREN, RECORDED BY THE AL MEZAN CENTRE FOR HUMAN RIGHTS.

Human Rights Watch:


Fighting in Khuza’a Shows Grave Dangers to Families Seeking Safety

AUGUST 4, 2014, MIDDLE EAST AND NORTH AFRICA DIRECTOR

(Gaza) – Israeli forces in the southern Gaza town of Khuza’a fired on and killed civilians in apparent violation of the laws of war in several incidents between July 23 and 25, 2014. Deliberate attacks on civilians who are not participating in the fighting are war crimes.

Operation Protective Edge has not officially ended, but the IDF's Technological and Logistics Directorate (known as Atal in Hebrew) has released a number of figures it collected throughout the month-long conflict.

Some of the numbers published reveal what many in the IDF already knew, and one senior officer echoed on Thursday: 'It was basically a preview of what will happen in the next war with Lebanon, where we will have 80 Shuja'ias (buurten svh) and a significant hit on the economy.'

Dat een vicepremier persoonlijke vooroordelen zijn politieke handelingen laat bepalen, is ronduit verwerpelijk. Waar staan hij en zijn PVDA eigenlijk voor? En waar staat de mainstream polderpers voor? 


Palestijnse kinderen vermoord door Israel.



En waar de VS is, is de huurlingen-staat Israel.
http://stanvanhoucke.blogspot.nl/2014/08/lodewijk-asschers-maag-5.html

Amnesty International:


Israeli forces have killed scores of Palestinian civilians in attacks targeting houses full of families which in some cases have amounted to war crimes, Amnesty International has disclosed in a new report on the latest Israeli operation in the Gaza Strip.
Families under the Rubble: Israeli attacks on inhabited homes details eight cases where residential family homes in Gaza were attacked by Israeli forces without warning during Operation Protective Edge in July and August 2014, causing the deaths of at least 104 civilians including 62 children. The report reveals a pattern of frequent Israeli attacks using large aerial bombs to level civilian homes, sometimes killing entire families.
“Israeli forces have brazenly flouted the laws of war by carrying out a series of attacks on civilian homes, displaying callous indifference to the carnage caused,” said Philip Luther, Director of the Middle East and North Africa Programme at Amnesty International.
“The report exposes a pattern of attacks on civilian homes by Israeli forces which have shown a shocking disregard for the lives of Palestinian civilians, who were given no warning and had no chance to flee.”
The report contains numerous accounts from survivors who describe the horror of frantically digging through the rubble and dust of their destroyed homes in search of the bodies of children and loved ones.
In several of the cases documented in the report, possible military targets were identified by Amnesty International. However the devastation to civilian lives and property caused in all cases was clearly disproportionate to the military advantages gained by launching the attacks.
“Even if a fighter had been present in one of these residential homes, it would not absolve Israel of its obligation to take every feasible precaution to protect the lives of civilians caught up in the fighting. The repeated, disproportionate attacks on homes indicate that Israel’s current military tactics are deeply flawed and fundamentally at odds with the principles of international humanitarian law,” said Philip Luther.
In the single deadliest attack documented in the report, 36 members of four families including 18 children were killed when the three-storey al-Dali building, was struck.  Israel has not announced why the building was targeted, but Amnesty International has identified possible military targets within the building.
The second deadliest attack appears to have targeted a member of the al-Qassam Brigades, Hamas’ armed wing, who was outside the Abu Jame’ family home. The house was completely levelled killing 25 civilians including 19 children. Regardless of the intended targets, both of these attacks constitute grossly disproportionate attacks and under international law, they should have been cancelled or postponed as soon as it was evident that so many civilians were present in the house.
Israeli officials have failed to give any justification for carrying out these attacks. In some of the cases in this report Amnesty International has not been able to identify any possible military target. In those cases it appears that the attacks directly and deliberately targeted civilians or civilian objects, which would constitute war crimes.
In all of the cases researched by Amnesty International no prior warning was given to residents of the homes which were attacked. If it had been given, excessive loss of civilian lives could clearly have been avoided.
“It is tragic to think that these civilian deaths could have been prevented. The onus is on Israeli officials to explain why they chose to deliberately flatten entire homes full of civilians, when they had a clear legal obligation to minimize harm to civilians and the means of doing so,” said Philip Luther.
The report highlights the catastrophic consequences of Israel’s attacks on homes, which have shattered the lives of entire families. Some of the homes attacked were overflowing with relatives who had fled other areas of Gaza in search of safety.
Survivors of an attack on the al-Hallaq family home described horrifying scenes of strewn body parts amid the dust and chaos after three missiles struck the house.
Khalil Abed Hassan Ammar, a doctor with the Palestinian Medical Council and a resident in the building said: “It was terrifying we couldn’t save anyone…. All of the kids were burnt, I couldn’t tell which were mine and which were the neighbours’…We carried whoever we were able to the ambulance… I only recognized Ibrahim my eldest child, when I saw the shoes he was wearing…I had bought them for him two days before.”
Ayman Haniyeh, one of the neighbours, described the trauma of trying to search for survivors:
“All I can remember are the bits and pieces I saw of bodies, teeth, head, arms, insides, everything scattered and spread,” he said. One survivor of the same attack described hugging a bag full of the “shreds” of her son’s body.
Israel has so far failed to even acknowledge any of the attacks detailed in the report and has not responded to Amnesty International’s requests for explanations of why each of these attacks took place.
At least 18,000 homes were destroyed or rendered uninhabitable during the conflict. More than 1,500 Palestinian civilians including 519 children were killed in Israeli attacks carried out during the latest Gaza conflict. Palestinian armed groups also committed war crimes, firing thousands of indiscriminate rockets into Israel killing six civilians including one child.
“What is crucial now is that there is accountability for any violations of international humanitarian law that have been committed. The Israeli authorities must provide answers. The international community must take urgent steps to end the perpetual cycle of serious violations and complete impunity,” said Philip Luther.
Given the failure of Israeli and Palestinian authorities to independently and impartially investigate allegations of war crimes, it is imperative that the international community support the involvement of the International Criminal Court (ICC).
Amnesty International is renewing its calls on Israel and the Palestinian authorities to accede to the Rome Statute and grant the ICC the authority to investigate crimes committed in Israel and the Occupied Palestinian Territories (OPT). The organization is also calling for the UN Security Council to refer the situation in Israel and the OPT to the ICC so that the prosecutor can investigate allegations of crimes under international law by all parties.
Israel has continued to deny access to Gaza for international human rights organizations including Amnesty International and the organization has been forced to conduct its research for this report remotely, supported by two fieldworkers based in Gaza. Israel has also announced that it will not co-operate with the Commission of Inquiry established by the UN Human Rights Council.
“Failing to allow independent human rights monitors into Gaza smacks of a deliberately orchestrated attempt to cover up violations or hide from international scrutiny. Israel must cooperate fully with the UN Commission of Inquiry and grant international human rights organizations such as Amnesty International immediate access to Gaza to prove its commitment to human rights,” said Philip Luther.

Lodewijk Asscher zou er goed aan doen om zijn 'joods zijn' niet te misbruiken voor politieke doeleinden, enige bescheidenheid is hier op haar plaats. Gisteren las ik nog eens in een recensie van de historicus Bastiaan Bommeljé dat 'de net opgerichte Joodsche Raad' tegen de februaristaking in 1941 was, waarbij Amsterdamse burgers zich ondermeer tegen de jodenvervolging keerden. Ik bedoel dit: het 'joods zijn' moet niet elke generatie weer gemanipuleerd worden voor eigen gewin door zich joods voelende, gecorrumpeerde autoriteiten.
http://www.historischnieuwsblad.nl/nl/artikel/6337/een-dikke-kille-laag-mist-in-europa.html

Lodewijk Asscher en partner Jildau Piena. Interim Manager at Autoriteit Financiële Markten (AFM Authority for the Financial Markets)
An innocent victim of this 'new, monstrous civilization,' a Palestinian child, his arm cut off by an Israeli settler for throwing a stone.




Geen opmerkingen:

Alleen Extremistische Joden worden Uitgenodigd door premier Schoof

  Joodse organisaties opnieuw uitgesloten van overleg over antisemitisme Onder meer Een Ander Joods Geluid, Erev Rav, gate 48 en The Rights ...