dinsdag 14 juli 2009

De Nuance van de NRC 123



Terugkomend op het argument van de NRC: 'Het stuk weidt uit, mist focus.' Duidelijker kan niet: de focus dient namelijk te zijn dat de nazi-Holocaust niet ontkend mag worden. Alle andere Holocausten, op Indianen of zwarten dan wel gelen, begaan door dezelfde christelijke cultuur die de nazi-Holocaust voortbracht, mogen wel ontkend worden. En een ieder die de discussie wil verbreden door bijvoorbeeld te wijzen op het feit dat de nazi-Holocaust geenszins uniek is, maar 5 eeuwen lang werd voorbereid in de VS en in de derde wereld, 'weidt uit'.

Men moet 1 ding niet vergeten: in deze zaak is het onderwerp niet het ontkennen van een Holocaust. Het gaat ook niet om politieke correctheid, want wees eerlijk: welke zot ontkent de nazi-Holocaust in Nederland? Ik ken er geen 1. Ik heb ook nooit in een openbare discussie iemand horen beweren dat de nazi-Holocaust niet heeft plaatsgevonden. Met andere woorden: er is geen dringende noodzaak voor een wet in Nederland om dit te verbieden. Maar zoals gezegd, over het ontkennen van een Holocaust gaat het helemaal niet. Immers de huidige minister president van Nederland ontkent de genocide van de Hollanders in Indie. Hij prees de mentaliteit die tot deze genocide leidde zelfs aan. In Hoorn en Amsterdam staan standbeelden van Hollandse oorlogsmisdadigers die genocide hebben gepleegd. Kortom, waar gaat het dan precies om? Het antwoord is kort en krachtig: het gaat om de nazi-Holocaust als politiek wapen. Israel claimt namens alle joden ter wereld te spreken, en namens 6 miljoen vermoorde joden. Kritiek op Israel is kritiek op de slachtoffer van de Holocaust, op die manier probeert de 'Joodse natie' en de pro-Israel lobby elke kritiek te criminaliseren. Daarom moet verzwegen worden dat de nazi-Holocaust absoluut niet uniek is, maar 1 van de vele genocides gepleegd door de christelijke beschaving. Over alles mag men van alles beweren, behalve over 1 ding niet, de nazi-Holocaust. De premier van de polder mag zelfs de genocide in 'ons Indie' verheerlijken, maar twijfelen aan de uniciteit van de nazi-Holocaust mag niet, want dat verzwakt het als politiek wapen.

Benjamin Beit-Hallahmi is hoogleraar psychologie aan de Universiteit van Haifa, doceerde in de VS, Engeland en Frankrijk, is auteur van talloze boeken waaronder Original Sins. Reflections on the History of Zionism and Israël. Een fragment daaruit ‘Het lijden van de joden door de eeuwen heen, en speciaal tijdens de Holocaust, is gebruikt om het ontzeggen van Palestijnse rechten te rationaliseren en te rechtvaardigen. Dit is zo doeltreffend gebeurd dat de Palestijnen beschouwd worden als de agressors in het Israëlisch-Palestijnse conflict, dat gezien wordt als een simpele voortzetting van de eeuwenlange joodse vervolging.’

In mijn boek De oneindige oorlog zegt Beit-Hallahmi:

'Zonder al te cynisch te zijn kan men zelfs spreken over een Holocaustindustrie. Maar het gruwelijke lot van zes miljoen joden kan natuurlijk geen rechtvaardiging zijn voor de onderdrukking en verdrijving van de Palestijnen. Het gebruiken van de Holocaust is dan ook geen rechtvaardiging en zelfs niet een verdediging, maar een vaak succesvolle poging om elke rationele discussie te beëindigen. Het perverse is dat de slachtoffers van de Holocaust de staat Israël nooit gemachtigd hebben om voor hen te spreken, en ook niet degenen die wisten te overleven en van wie de meesten niet naar Israël zijn uitgeweken hebben Israël het mandaat gegeven. Wat we zien is dat de schuld voor de erfzonden van de christelijke wereld zijn afgewenteld op de Palestijnen. Niet de Europeanen moesten de prijs betalen voor tweeduizend jaar joodse vervolging, maar de bewoners van Palestina. Zij werden het slachtoffer van de kolossale wraakgevoelens, terwijl zij de joden niet in getto’s hadden gestopt of gedwongen hadden een gele ster te dragen of naar de gaskamers hadden gedeporteerd. De Palestijnen hadden maar één fout: ze waren zwak en weerloos tegen de militaire overmacht, en dus waren zij de perfecte slachtoffers van de diep gewortelde rancune over het eeuwenlange onrecht de joden aangedaan in de christelijke wereld. De Palestijnen werden de vertegenwoordigers van de hele niet-joodse wereld, die door hun zwakte gestraft konden worden voor 2000 jaar antisemitisme. Maar dit gevoel kan, hoe verklaarbaar ook, geen leidraad zijn voor politiek handelen. De moderne wereld accepteert dat niet en met dit feit wordt het zionisme in toenemende mate geconfronteerd. Op dit moment zien we hoe het zionisme steeds immoreler wordt en steeds minder te rechtvaardigen. Alle rechtvaardigingen voor het zionistische verleden en de zionistische praktijk zijn op excuses gaan lijken, die een beschamende werkelijkheid moeten verhullen.’

Maar voor deze genuanceerde context is in de NRC geen ruimte. Het 'weidt uit.' Terecht wees Jan Blokker er onlangs op dat ‘na de Tweede Wereldoorlog het jodendom in de christelijke wereld vrijwel heilig [is] verklaard en geen volk dat in die processie zo hard vooroploopt als de Nederlanders.’ Het zal dan ook niemand verbazen dat de opinieredactie van de NRC de extremistische Israelische zionist Martin Levi Creveld zes kolommen breed de ruimte gaf om Israelische oorlogsmisdaden te rechtvaardigen met als ultiem argument: 'Mais c'est la guerre,' terwijl diezelfde redactie weigerde een stuk van Nederlandse juristen te plaatsen die juridisch onderbouwd aantoonden dat in Gaza oorlogsmisdaden werden gepleegd, een feit dat recentelijk in een uitgebreid Amnesty rapport nog eens werd bewezen. Ook aantallen spelen geen rol, want er zijn door de blanken meer Indianen in Amerika vermoord, meer zwarten in Afrika, dan joden in Europa. Nogmaals, het gaat niet om een Holocaust, om genocide, om oorlogsmisdaden, om mensenrechten. Het gaat de ChristenUnie en de pro-Israel lobby bij de NRC om politiek. Om dat aan te tonen stuurde ik dat stuk ter publicatie naar de NRC, en ja hoor, de opinieredactie weigerde het. Zo werken die reflexen nu eenmaal, dat weet elke door de wol geverfde journalist.

Ik citeer dienaangaande even de voormalige hoofdredacteur van Trouw, en huidige hoofdredacteur van Vrij Nederland. Tegenover Extra, een tijdschrift dat de commerciele massamedia kritisch volgde, verklaarde Van Exter onder de kop: 'De conditionering van de kudde' het volgende: 'Lezers horen wantrouwend te zijn tegenover de media ... De aandacht van de media [wordt] natuurlijk voor een belangrijk deel gestuurd … door de politieke machten … Dat geldt voor de nationale politiek, maar natuurlijk ook voor de internationale politiek … Het heeft voor een deel te maken met de vluchtigheid van het medium. Deels ook volgen de media elkaar, sommige zijn dominanter, en andere lijden aan kuddegedrag … Als je volgend bent, dan betekent dat als een autoriteit, of iemand die gekozen is om een bepaald gezag uit te oefenen, zegt “ik vind dit een belangrijk onderwerp, daar gaan we nou es wat aan doen,” dat je dat ook bekijkt. De dingen waar hij (sic) het niet over heeft, die volg je dus minder… het werkt voor een deel reflexmatig. Reflexen zijn het, je bent daar geconditioneerd in.'

1 opmerking:

Anoniem zei

Gevaarlijk onderwerp dus van een gevaarlijke journalist. Pseudoniem?

anzi