Waarom ik voor de stedenband Amsterdam-Tel Aviv-Ramallah ben
Het lijkt wel alsof het Midden-Oostenconflict elk jaar opnieuw naar Nederland wordt geïmporteerd. In de zomer van 2014 woedde de Gaza-oorlog, een heftige strijd van meer dan vijftig dagen waarbij veel te veel mensen het leven lieten. Hoewel ik probeerde van de schaarse zonnestralen te genieten overschaduwde deze tragiek alles.
In mijn woonplaats Amsterdam liepen de spanningen hoog op: wekelijks werden er demonstraties gehouden waarbij pro-Palestina aanhangers zwaaiden met zwart-wit-groen-rode vlaggen en wezen op de Gazaanse baby’s die werden vermoord. Aan de andere kant riepen liefhebbers van Israël, gewikkeld in de wit-blauwe vlag met Davidster, op de Dam dat Hamas het aan zichzelf te danken had, omdat zij waren begonnen met het afschieten van raketten. Ook op sociale media was er geen ontsnappen aan de stroom van berichten die Israël beschuldigden van oorlogsmisdaden en filmpjes waarbij zonaanbidders op het strand van Tel Aviv massaal dekking zochten zodra het luchtalarm afging. Het leek wel alsof de Nederlandse samenleving meer gepolariseerd was dan ooit tevoren: je moest óf pro-Israël zijn óf pro-Palestina.
Als linkse jood bevond ik me in een verscheurde positie. Ik vond het vreselijk dat er onschuldige mensen omkwamen bij de luchtaanvallen op Gaza en vroeg me af of de regering en het leger van Israël niet veel te hard optraden. Maar ik belde ook elke week met mijn familie in datzelfde land en hoorde hoe bang ze waren en boos op het feit dat ze hun zomermaanden voor een groot gedeelte in de schuilkelders doorbrachten. Ik draag altijd een ketting met een Davidster om mijn nek en normaal gesproken heb ik nergens last van, maar nu werd ik dikwijls uitgescholden voor ‘vuile Zionist’. Wat moest ik hiermee? Ik besloot me in een televisieprogramma uit te spreken en vertelde dat ik het vreselijk vond wat er in Gaza gebeurde, maar dat ik daar als Nederlandse jood verder weinig mee te maken had. Meteen na de uitzending werd ik door een meisje in een shirt met daarop de tekst ‘Free Gaza’ uitgescholden voor fascist, omdat ik mezelf kritisch zionistisch had genoemd. Zij zag alle zionisten als fascisten. Toen ik thuiskwam stond mijn hele Facebook tijdlijn vol verwijten van kennissen uit de joodse gemeenschap. Ik had Israël moeten verdedigen! Hoe kon ik zo stom zijn? Een enkeling noemde me zelfs landverrader.
Dit gebeurde nog geen tien maanden geleden. Afgelopen week nam de spanning weer toe op straat én in de virtuele wereld. Burgemeester van der Laan had aan de Amsterdamse gemeenteraad voorgesteld om een stedenband aan te gaan met Tel Aviv en Ramallah. Ik was hier erg enthousiast over, omdat ik het als een mooie kans zag om de Israëlische metropool en een grote Palestijnse stad via een omweg met elkaar in contact te brengen. Maar dat mijn enthousiasme totaal naïef van me was en zeker niet breed gedeeld, bleek afgelopen donderdag toen er een demonstratie tegen dit plan werd georganiseerd bij de Stopera, waar het raadsoverleg plaatsvond. Er werd gesproken over dat het hypocriet zou zijn om een dergelijke stedenband aan te gaan, omdat Israël in zijn geheel geïsoleerd zou moeten worden. Er werd scheutig gestrooid met termen als ‘Apartheidsstaat’ en er werd opgeroepen tot een algemene boycot van Israël op het gebied van economie, wetenschap, cultuur en elke vorm van samenwerking. In de gemeenteraad heerste ernstige verdeeldheid over het plan van de burgemeester. VVD, CDA en D66 stemden voor. SP, GroenLinks, de Partij voor de Dieren en de PvdA stemden tegen. Zelfs nadat Van der Laan voorstelde eerst nog maar eens op bezoek te gaan in het gebied en dan verder te kijken, werd hier door bovengenoemde partijen met argusogen naar gekeken.
Zoals ik eerder schreef heb ik me in het verleden kritisch uitgelaten tegenover het politieke beleid van Israël. En ik zal dat zeker weer doen als ik denk dat het nodig is. Maar ik ben boos dat dit plan voor een mogelijke stedenband nu lijkt te mislukken.
Nog steeds denk ik namelijk dat het een goed idee zou zijn om Tel Aviv en Ramallah middels onze hoofdstad om de tafel te krijgen. Daarnaast ben ik het er niet mee eens dat Tel Aviv zou moeten worden geboycot vanwege het beleid van de regering. Ik ben vaak in Tel Aviv geweest, een mooie stad aan de middellandse zee, waar tachtig procent van de bevolking helemaal niet op de regeringspartijen stemt, maar op de linkse Arbeiderspartij of op het nog linksere Meretz. Het is een stad van vernieuwing, van verlichting (begin juni trok de stad nog 100.000 bezoekers in verband met de Gay Pride), van cultuur en literatuur, van filosofische discussies en kritische denkers. Als kleuter speelde ik er al op het strand met Arabische kindjes. Niet voor niets werd hier afgelopen zomer een gigantische vredesdemonstratie gehouden, waarbij tienduizenden mensen een hartenkreet ten gehore brachten om te stoppen met de bombardementen op Gaza. Daarnaast is Tel Aviv het centrum van de co-existentie: op zeer regelmatige basis worden evenementen opgezet door organisaties die joden en Palestijnen bij elkaar proberen te brengen, zoals Combatants for Peace, ex-militairen van beide kanten die zich nu hard maken voor vrede door middel van geweldloze communicatietrainingen, The Circle of Bereaved Parents, ouders en partners of familieleden van omgekomen Israëliërs en Palestijnen die door samenwerking hopen dat het bloedvergieten voor eeuwig stopt, het Hebrew-Arabic Theatre, dat toneelstukken opvoert in het Hebreeuws en Arabisch met joodse en Palestijnse acteurs en het Peres Center for Peace, waar joodse en Palestijnse kinderen met elkaar voetballen terwijl hun moeders gezamenlijk computerles krijgen.
Kritisch zijn is nooit slecht, maar schiet alsjeblieft niet bij voorbaat iets af waar je niet genoeg vanaf weet. Boycot niet om het boycotten. Het argument van enkele partijen om ‘geen spanningen uit het buitenland te willen importeren’ is laf en paradoxaal genoeg gebeurt dat door dit soort beslissingen nu juist. Want voor het eerst in maanden zie ik weer afkeurende blikken als mijn ketting toevallig boven mijn jas uitsteekt.
De partijen die tegenstemden hebben zich duidelijk niet verdiept in de stedenbanden die Tel Aviv al wel heeft. Zij rekent namelijk niet alleen Den Haag, Keulen en Milaan tot haar zustersteden, maar ook… Gaza City.
De insprekers die tijdens de raadsvergadering klaagden over het nederzettingenbeleid van Tel Aviv zitten er compleet naast. Want hoewel de stad geografisch gezien nog geen 40 km bij de nederzetting Ariël vandaan ligt, is er qua ethiek en moraal geen grotere afstand denkbaar.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten