donderdag 18 oktober 2012

'Deskundigen' 2



Richard Hofstadter in 1948: 'the rudderless and demoralized state of American liberalism.'


Het programma van 'Amerika-deskundigen' bij Pauw en Witteman aan tafel werd gekenmerkt door de consensus onder de aanwezigen en het gebrek aan werkelijke kennis van zaken. Zo merkte Pauw op dat ten tijde van 'Steinbeck Amerika letterlijk het land van de onbegrensde mogelijkheden [was]. Er was ontzettend veel optimisme.' De auteur Geert Mak beaamde dit onmiddellijk, ondanks het feit dat Steinbeck in bijvoorbeeld The Grapes of Wrath een volstrekt andere werkelijkheid liet zien door over de schreeuwende armoede van failliete pachters te schrijven. Maar iedereen aan tafel zweeg eerbiedig, waarop Pauw vervolgde met de bewering dat 'als je hard wilde werken je het allemaal voor elkaar [kon] krijgen, een prachtige auto, een mooi stuk land, noem het allemaal maar op.' Opnieuw beaamde Mak deze voorstelling van zaken en deed er zelfs nog een schepje bovenop door te stellen dat 'Amerikanen, vergeleken met ons fatalistische Europeanen, op een bepaalde manier hele optimistische mensen blijven. Echt dat vind ik ook fantastisch van ze! Ze blijven de moed erin houden,' zo eindigde hij met een blij gezicht. De EO-presentator Jan van den Bosch knikte enthousiast mee. Ja, zo is het en niet anders. In het zweet des aanschijns, etc.

Dit is de gemeensplaats, de mythe, de karikatuur van de werkelijkheid. Hier zien we dat ook Mak te weinig buiten het geijkte beeld kan kijken, te weinig historische beschouwingen van gezaghebbende Amerikaanse historici heeft gelezen. Een van de meest invloedrijke Amerikaanse historici van de twintigste eeuw was Richard Hofstadter die de mythe waarin ook Mak gelooft al in 1948 als volgt doorprikte:

In American politics the development of a retrospective and nostalgic cast of mind has gone hand in hand with the slow decline of a traditional faith. When competition and enterprise were rising, men thought of the future; when they were flourishing, of the present. Now -- in an age of concentration, bigness, and corporate monopoly -- when competition and opportunity have gone into decline, men look wistfully back toward a golden age.' 

Nogmaals deze realistische beschrijving van de werkelijkheid waarin Hofstadter leefde dateert uit 1948.   Geen sprake van 'onbegrensde mogelijkheden,' maar juist de 'decline' daarvan, geen sprake van 'hele optimistische mensen,' maar burgers die wanhopig teruggrepen naar een geidealiseerd verleden, om te snappen aan het meedogenloze heden. Als je niet werkt dan heb je niet te eten in de VS. Een op de vijf kinderen lijdt honger in het land van 'the American Dream.' http://edition.cnn.com/2011/11/23/us/cnnheroes-hungry-children/index.html 

Er is geen optimisme, maar allereerst noodzaak. Er is geen sociaal vangnet voor de armen, die als 'losers' worden gekwalificeert in de neoliberale massacultuur. Als subtiele waarnemer constateerde Hofstadter het volgende in 1948:

 'Although it has been said repeatedly that we need a new conception of the world to replace the ideology of self-help, free enterprise, competition, and beneficient cupidity upon which Americans have been nourished since the foundation of the Republic, no new conceptions of comparable strength have taken root and no statesman with a great mass following has arisen to propound them. Bereft of a coherent and plausible body of belief -- for the New Deal, if it did little more, went far to undermine old ways of thought -- Americans have become more receptive than ever to dynamic personal leadership as a substitute. This is part of the secret of Roosevelt's popularity, and since his death, of the rudderless and demoralized state of American liberalism.'

Deze beschrijving staat veel dichter bij de werkelijkheid dan het juichende beeld waarin Nederlandse 'deskundigen' geloven. De ideologie van de 'self-help' is geen bewonderenswaardige deugd, zoals Mak en Van den Bosch menen, maar eerder een ondeugd, waardoor de Amerikanen ontvankelijk zijn geworden voor de cultus van de persoonsverheerlijking, van de mateloze bewondering voor de 'winners,' of dit nu een president dan wel een sportheld is, of een filmster. Dat is de mentaliteit die Hofstadter net na de Tweede Wereldoorlog rondom zich zag en niet het banale beeld dat keer op keer wordt herhaald. Mak en de zijnen leven nog in de provinciale sfeer van de jaren vijftig toen de kinderen in Nederland zongen:


'Oom Piet is weer terug uit Amerika, uit Amerika, uit Amerika
Oom Piet is weer terug uit Amerika,
Van je hiep-hiep-hiep, hoera !

Hij is nu een rijke Piet
Om wat centen kijkt ‘ie niet
En de jeugd trekt hem ‘t meest
Voor de kinderen uit de buurt
Heeft hij ’t circus afgehuurd
Jongens, jongens, wat een feest !

Oom Piet is weer terug uit Amerika, uit Amerika, uit Amerika
Oom Piet is weer terug uit Amerika
Van je hiep-hiep-hiep, hoera !'


Wisten die kinderen veel. Maar zelfs als volwassenen weten ze niet veel meer. Dat is de kracht van de propaganda en van de mythe.

Richard Hofstadter (6 August 1916 – 24 October 1970) was an American historian and public intellectual of the mid-20th century... His influence is ongoing, as modern critics profess admiration for the grace of his writing, and the depth of his insight.[1]

3 opmerkingen:

Anoniem zei

Toch werd mij reeds in 'de provinciale sfeer van de jaren' zestig op school verteld dat The A-Dream vooral steunde op de mobiliteit van werk & arbeid.

Wat volgens school inhield: het wegtrekken zodra het werk ophield, met gebrek aan gemeenschapszin en leefmilieu tot gevolg. Een soort kaalslag.

Werk trok tenslotte de grens over, arbeid bleef noodgedwongen thuiszitten.

Mobiliteit: beweeglijkheid, onbestendigheid, onvastheid (vlgs synoniemenboek).

De 'deskundigen' weten dit uiteraard, maar het andere beeld verkoopt beter (meer boeken);
Hoop doet Leven.

Of zoals Renate Rubinstein ervan maakte:
'Hoop doet kleven.'

Of zoals een waarzegster me ooit inpalmde met de geniale zin:
'U bent een typische laatbloeier.'
Gelukkig, al het goede moet allemaal nog komen
(en daar wist zij natuurlijk alles van à raison van 65 gulden).


Ton

PS: Maar uhh.. handjes-af van ome Piet!Leuke herinneringen hebben ook bestaansrecht.

AdR zei

Van Mak, die naar ik meen historicus is, zou ik - al was het maar na beider dood nog niet lang geleden - kennis van Howard Zinn of Studs Terkel verwachten.
Weer een illusie...

stan zei

mak is geen historicus, maar een jurist. enige tijd geleden schreef mak mij dat ‘ik niet zonder hoop [kan], Stan, dat klinkt misschien wat pathetisch, maar het is toch zo.’ ik denk dat naast onvoldoende geinformeerdheid zijn juist daar het probleem zit.