zaterdag 14 april 2012

Chris Kijne van de VPRO 16

Tegenover de Zeeuwse literair periodiek Ballustrada zei de dichter Hans Verhagen, die in 2009 de P.C. Hooft-prijs ontving, dat ' één van de aardige dingen' in de jaren zestig het feit was 'dat er een eerste poging werd gedaan tot verzet tegen de ziekte van de normalisering.' Doe maar normaal dan doe je al gek genoeg is de houding die van elk individu een doorsnee mens wil maken. 'In een klein dichtbevolkt land is de neiging tot overzichtelijk indelen... sterk aanwezig,'  zei Verhagen en hij vervolgde met de opmerking dat 'als je protesteert' je dan onherroepelijk 'de kans' loopt 'een querulant te worden genoemd of een zijkertje, die graag wil opvallen. Dan pas je niet meer in de groep, iets waar we vroeger trots op waren, maar dat nu gezien wordt als iets dat je welzijn kan schaden.'

In zijn roman De Conformist beschreef in 1951 de Italiaanse auteur Alberto Moravia zijn hoofdpersoon als een man die 'tot elke prijs' streefde 'naar normaliteit; een wil tot aanpassing aan een algemeen aanvaarde norm, een verlangen om gelijk te zijn aan alle anderen, omdat anders-zijn hetzelfde was als schuldig zijn.' Dat brandende verlangen veroorzaakte 'een zucht tot behagen die aan slaafsheid of aan koketterie grensde,' en resulteerde in collaboratie met het fascisme, een doctrine waarin de conformist niet gelooft, maar die hem wel een normale baan geeft, een functie en daarmee een valse identiteit. 

Het is niet vreemd dat het poldermodel altijd eindigt in collaboratie. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden uit het tolerante Nederland procentueel twee maal zoveel joden gedeporteerd als uit Belgie en drie maal meer dan uit Frankrijk. De aanpassing aan de norm die natuurlijk bepaald wordt door de macht, (welke norm van welke macht dan ook), is kenmerkend voor de Nederlander. Het poldermodel vereist een flexibele moraliteit. De grote historicus Johan Huizinga wees er in een essay over De Nederlandse volksaard op dat de Hollander met zijn tot op zekere hoogte 'burgerlijke gemoedelijkheid, een lichte graad van knoeierij of bevoorrechting van vriendjes zonder protest verdraagt.' 

Dit is de verklaring waarom de volgende opmerking van een journalist Chris Kijne geen enkele ophef onder zijn publiek heeft veroorzaakt:

'had u tot voor kort gedacht dat een minister van Financien er mee weg zou komen wanneer hij tegen de Kamer zei: "Nee, natuurlijk heb ik u vorige week, toen ik op het punt stond de grootste ingreep in de economie te doen die een minister van financien ooit heeft gedaan, niet de waarheid verteld. En als ik volgende week een nog grotere ingreep ga doen, vertel ik het u weer niet.'' Is toch gebeurd. Gaat over democratie. En het vreemdste is: we vinden allemaal nog dat Bos gelijk heeft ook. Voor ons journalisten was het natuurlijk niet nieuw dat Wouter Bos ons niet altijd de waarheid vertelde. Wel is het nieuw dat ik op dit moment even niet meer weet of ik wel even hard als vroeger mijn best moet doen om hem die waarheid te laten vertellen. Of er inderdaad niet even een hoger belang is dan "de waarheid, niets dan de waarheid."'

De meeste Nederlanders hebben hier begrip voor, of het interesseert ze domweg niet dat ze door hun journalisten bedrogen worden, omdat er 'even een hoger belang is dan "de waarheid, niets dan de waarheid."' Vandaar ook dat ze het doodnormaal vinden en zelfs prijzenswaardig dat Chris Kijne het veilige conformistische midden opzoekt, omdat 'het heil' niet te vinden is aan de uiteinden van 'het spectrum.' 

De verlossing ligt altijd in het veilige midden, niet links, niet rechts, zo heeft de ervaring hem en haar geleerd. Als het werkelijk fout mocht gaan dan kan men altijd nog de andere kant opkijken en tegelijkertijd samenwerken met de powers to be. De Nederlanders hebben zo altijd weten te overleven ten koste van alles. En zodra ze betrapt worden doen ze hetzelfde wat ze tijdens de Tweede Oorlog deden, net doen alsof de neus bloedt. Het was Huizinga die schreef dat 'hypocrisie en farizeïsme hier individu en gemeenschap belagen!' Het is een mentaliteit die leidt 'tot politieke onverschilligheid en afzijdigheid.' En net als de hoofdpersoon uit De Conformist zal hij als alles weer voorbij is 'kalm, apathisch, haast verdoofd en genegen de vreugde van anderen gade slaan, weliswaar zonder eraan deel te nemen maar ook zonder ze aan te voelen als een bedreiging of een belediging.' Frictieloos zal hij zich perfect weten aan te passen aan de nieuw ontstane orde. Let wel, Chris Kijne is geen slecht mens, zeker niet, hij is zelfs een buitengewoon aimabele man. Hij is een modern mens die probeert te overleven, net als miljarden anderen. Meer daarover later.

Geen opmerkingen:

Het Nihilistische Israel

‘Het Westen heeft de wereld niet gewonnen door de superioriteit van zijn ideeën, waarden of religie, maar eerder door zijn superioriteit in ...