dinsdag 6 april 2010

Henk Hofland 35

Wanneer de NRC-columnist Henk Hofland in De Groene Amsterdammer schrijft over een 'vernietigende stok achter de deur', dan heeft hij het in feite over westerse terreur, over het massaal bombarderen van een land, wat inde praktijk neerkomt op een collectieve bestraffing van de burgerbevolking. Vietnam, Irak, Gaza en Afghanistan zijn illustrerende voorbeelden van dit westerse geweld. http://www.groene.nl/2010/13/de-volgende-oorlog


Hier wordt een geweldige gedachtefout gemaakt door iemand die is opgegroeid in het Koude Oorlogsdenken waarbij twee staande legers op elkaar losgaan, met tank- en zeeslagen en dogfights in de lucht. Maar zeker sinds de ineenstorting van de Sovjet Unie is deze gedachte volkomen verouderd. Al eerder bleek deze doctrine niet op te gaan, zoals de Amerikanen in Vietnam ontdekten toen de machtigste strijdkrachten ter wereld het van een boeren-guerrillaleger verloor, en tenslotte hals over kop uit Saigon moest vluchten. Het dringt niet echt door tot Hofland en andere Nederlandse opiniemakers dat het tijdperk van de blanke overheersing na vijf eeuwen kolonialisme definitief voorbij is. De blanken zijn een minderheid geworden, een minderheid die niet langer in staat is om onbeperkt en zonder slag of stoot de rijkdommen van de Derde Wereld te beheersen. Want daar gaat het hier om. De rest zijn propagandapraatjes van de opiniemakers, de spreekbuizen van de macht. De guerrilla heeft een einde gemaakt aan de blanke hegemonie. In dat kader moet men de 'vernietigende stok achter de deur' interpreteren. Deze 'vernietigende stok' kan alleen maar effectief zijn als het daadwerkelijk 'vernietigend' is, dus genocide van de rebellen die onze economische belangen bedreigen. Als spreekbuis van de establishment weet Hofland als geen ander wat er op het spel staat.

De economische macht in het Westen die weet wat de toekomst gaat bieden probeert zich militair voor te bereiden op de urban warfare. Dat is niet zo verwonderlijk. Hoe anders kan men de financiele belangen van de economische elite veilig stellen tegen de groeiende onrust onder inmiddels miljarden inwoners van de Derde Wereld van wie de meerderheid in steden leeft. Men moet daarbij niet vergeten dat het plegen van grootschalige terreur een continuïteit is in de Amerikaanse geschiedenis. Jaren geleden vertelde mij de voormalige directeur van het Star Wars programma, luchtmachtkolonel b.d. Robert Bowman: ‘Het Amerikaans imperialisme dateert uit de tijd van de eerste kolonisten. Gewelddadig expansionisme is de rode draad in de geschiedenis van de Verenigde Staten.’ Een feit waar eerder al generaal Smedley Butler op wees toen deze oud-bevelhebber van het Amerikaanse Korps Mariniers in 1933 na ruim 33 jaar actieve dienst opmerkte:

‘Oorlog is misdaad. Hij wordt gevoerd ten voordele van de zeer weinigen ten koste van de massa. Ik ben heel lang een eersteklas uitsmijter geweest voor het bedrijfsleven. Voor Wall Street en voor de banken. Ik was in feite een misdadiger, een gangster voor het kapitalisme. Ik heb in 1914 Mexico veilig gemaakt voor de Amerikaanse oliebelangen. Ik hielp bij het verkrachten van een half dozijn Midden Amerikaanse republieken voor het profijt van Wall Street. In China heb ik ervoor gezorgd dat Standaard Oil ongestoord zijn weg kon gaan. Al Capone is niet verder gekomen dan drie wijken. Mijn werkterrein omvatte drie continenten.’ http://www.lexrex.com/enlightened/articles/warisaracket.htm

Duidelijk is dat we het hier hebben over een imperium dat in toenemende mate met geweld zijn hegemonie zal moeten veilig stellen, waarbij de huidige kolonisatiegrens is verschoven naar de ruimte. Wie de moeite neemt om de website van de US Space Command te bezoeken kan daar in ‘Vision for 2020’ onder de titel: ‘Het domineren van de ruimte dimensie door militaire operaties om de belangen en investeringen van de VS te beschermen’ onder andere lezen dat ‘tijdens de westwaartse expansie van het continentale VS’ legers noodzakelijk waren. Maar voor de overzeese expansie moesten westerse naties vroeger op de marine vertrouwen om ‘hun commerciële belangen te beschermen en te bevorderen.’ Het spreekt voor zich dat in het moderne tijdperk met zijn massavernietigingswapens niet alleen de marine de hegemonie in stand kan houden, en daarom moet dit ook vanuit de ruimte gebeuren, waar de VS superieur is. Vandaar dat de Amerikaanse ‘commerciële belangen’ verdedigd zullen worden met in de ruimte gestationeerde aanvalswapens,’ met raketten die elk moment overal ter wereld kunnen inslaan. Volgens Space Command zal de noodzaak van dergelijke precisiewapens toenemen als gevolg van ‘de globalisering van de wereld economie… een groeiende kloof tussen de “have” and “have-nots”’ veroorzaakt zo voorspellen de militaire planners. Ze erkennen dat de ‘groeiende economische kloof’ zal uitlopen op een ‘toenemende economische stagnatie, politieke instabiliteit, en culturele vervreemding,’ en daaraan gekoppeld een steeds massaler wordende sociale onrust en gewelddadig verzet onder de ‘have-nots’, geweld dat vooral gericht zal zijn tegen de westerse economische belangen. Door het monopoliseren van het heelal moet de VS klaar zijn om massale onrust te beheersen door ‘het gebruik van ruimte systemen en planning voor een precisie aanval vanuit de ruimte om de wereldwijde proliferatie van massavernietigingswapens te beantwoorden.’ Zie: www.fas.org/spp/military/docops/usspac/visbook.pdf


Dat is de consequentie van de 'vernietigende stok', en het zal duidelijk zijn dat een dergelijke politiek misdadig is, en een ernstige schending van alle internationale verdragen. Maar dat verzwijgt Henk Hofland, niet uit slechtheid, maar omdat hij niet beseft wat hij schrijft. Hij is zich niet bewust van de consequenties van de 'vernietigende stok'. Zijn Koude Oorlogsretoriek past niet meer in de 21ste eeuw, en wel omdat het chanteren met geweld niet meer werkt. De Derde Wereld weet dit sinds Vietnam en de westerse zwakte werd nog eens duidelijk toen de Israelische stijdkrachten door Hezbollah gedwongen werd om zich uit Zuid-Libanon terug te trekken. Er is een situatie ontstaan die ooit eens door The Doors aldus werd samengevat: 'They've got the guns, We've got the numbers.' De blanke westerling wil niet meer sterven voor zijn zogeheten idealen, maar de bewoners van de Derde Wereld wel. Zij staan met hun rug tegen de muur, hebben niets te verliezen, behalve hun armzalige leven, en zij zijn dus bereid te sterven om een fatsoenlijker leven te scheppen voor hun families en hun nazaten. Dit feit werd onderstreept door Yariv Mozer, een 30-jarige Israëlische filmmaker, wiens documentaire My First War over de Israëlische inval in Libanon in 2006 een antioorlogsfilm is van hoog niveau; sommige beelden deden me denken aan de totale chaos die Tolstoi beschrijft in Oorlog en Vrede, waarbij de generaals bevelen geven in de overtuiging dat ze de waanzin nog beheersen, terwijl de strijders aan het front allang weten dat oorlog niets ander is dan een onbeheersbaar monster, dat alles voor hun ogen verslindt. Het motto van Mozers film is een citaat uit Wilfred Owen’s gedicht Dulce et Decorum est:

‘My friend, you would not tell with such high zest

To children ardent for some desperate glory,

The Old Lie: Dulce Decorum est

Pro patria mori.’

Een week voor de wapenstilstand in 1918 betaalde Owen met zijn leven voor de oude leugen van Horatius dat het een zoete eer is om voor het vaderland te sterven. Kinderen worden niet in liefde gemaakt om op een slagveld aan stukken te worden gereten om de geopolitieke ambities van politici en generaals te dienen, zo is de overtuiging van Mozer. Yariv zei dit tegen me:

Het was vooral ook een psychologische oorlog die door Hezbollah werd gewonnen. Hoewel wij meer slachtoffers veroorzaakten en een immens veel grotere materiële schade, werd Israel psychologisch verslagen. In onze perceptie is namelijk het Israëlische leger de sterkste macht in de regio dat zijn wil aan iedereen kan opleggen, en ineens ontdekten we dat we onze problemen niet met geweld kunnen oplossen. Wij zien onszelf al heel lang als de sterkste partij, wij zijn als het ware Goliath die het tegen de kleine David moest afleggen, en dat is een geweldige psychologische dreun geweest. Het maakte ons vooral ook duidelijk dat de toekomstige oorlogen niet door ons gewonnen kan worden zoals voorheen. Moderne oorlogen worden niet meer uitgevochten met tanks die over een breed front oprukken, maar met kleine uiterst flexibele guerrilla-eenheden, die een hit-and-run tactiek toepassen. Ze blijven in groepjes van drie, vier man opereren op hun eigen terrein, die ze op hun duimpje kennen. Hezbollah heeft ons naar binnen gelokt en heeft vervolgens op een intelligente manier toegeslagen overal waar we verschenen. En zo verloren we op bijna elk gebied, we hebben onze gevangen genomen soldaten niet kunnen bevrijden -- het argument om Libanon aan te vallen -- en de raketaanvallen hebben we niet weten te stoppen. Hun antitankgeschut bleek uiterst doeltreffend, waardoor onze tanks als wapen niet langer meer efficiënt bleek. Het zijn logge gevaartes geworden, rijdende schietschijven, die door een enkele guerrillastrijder uitgeschakeld kunnen worden.’

Ik citeer twee reservisten, de een zegt: ‘Wij vechten niet tegen een leger, maar een guerrillastrijdkracht’, en de ander zegt over Hezbollah: ‘Hun discipline is veel beter dan de onze. Dat maakt hen soldaten, en geen guerrillastrijders.’ Tegen wie vochten jullie nu precies?

Yariv Mozer: ‘Volgens de definitie van het leger vochten wij tegen een guerrillastrijdkracht, maar in feite streden we tegen iets heel anders. We vochten tegen mensen die in een ideaal geloven, ze hebben een doel, ze bezitten waarden en zijn bereid ervoor te sterven. Net als de eerste generatie Israëli’s. Wat dat betreft lijkt Hezbollah op de zionisten van het eerste uur. Daarentegen zijn joods-Israëli’s in steeds minder gaan geloven, wij lijken niet meer bereid te zijn zonder voorbehoud voor een ideaal te sterven. Bovendien zijn er in Israel geen echte leiders meer, er is veel corruptie, we hebben geen legercommandanten meer naar wie we opkijken en in wie we vertrouwen hebben. Uit de reacties van de militairen aan het front blijkt ook dat niemand wist wat eraan de hand was, en waar we voor vochten, dat de situatie ‘veel complexer is dan we verwacht hadden’, zoals een hen in de film zegt. Hezbollah stuurt uiterst gemotiveerde mensen naar het front die niet bang zijn te sterven en die hun leiding respecteren. Dat ontbreekt bij ons. Het enige dat we ontdekten was dat hoe langer de oorlog duurder hoe groter de chaos bij ons was. ‘Een zinloze oorlog waarvan wij de slachtoffers zijn geworden’, zegt een ander voor de camera. Het was één grote desorganisatie, we waren in de steek gelaten soldaten, zonder informatie waar we nu echt voor vochten, te midden van totale chaos. De opdrachten veranderden drie, vier keer per dag. ‘Er is geen vertrouwen meer, de bevelen zijn krankzinnig’, dat besef was alom. Een moeder die als journaliste aan het front werkte zei tegen me: ‘Wij sturen kinderen uit om te sterven.’ Er is geen doel waarvoor we vechten, en daardoor ontbreekt de motivering. Wij hebben ons land al, wij hoeven niet andermans gebied te bezetten en te stelen. Wij moeten de Palestijnen op de West Bank en de Gaza Strook met rust laten, we moeten hun geconfisqueerde gebied teruggeven, wij hebben er geen enkel recht op, we moeten vrede sluiten. De Israëlische bevolking is na al die jaren gevechtsmoe, vergeet ook niet dat ons leger grotendeels uit burgers bestaat die ineens worden opgeroepen, veel soldaten lijden aan post traumatische stress disorder, de Israëlische samenleving is uitgeput. Hoe kun je van gewone mensen verwachten dat ze sterven voor de geopolitieke belangen van anderen. Ik ben er zeker van dat de burgers die als reservisten in 2006 vochten niet zo makkelijk naar een volgende oorlog zullen vertrekken. Ze zitten nog vol trauma’s van de vorige oorlog. Ik hoop dat we niet zo stupide zijn om door te gaan met het geweld. Ik hoop dat onze politici een dialoog beginnen met Hezbollah en zelfs met Iran. We moeten onze tegenstanders met respect tegemoet treden, niet langer met geweld. Het heeft niets opgelost, de chaos wordt alleen maar groter. Weet je, ik was tijdens de oorlog -- en trouwens nu nog steeds -- geobsedeerd door de vraag hoe de Hezbollah-strijders eruit zagen, wat voor gezichten ze hadden, wat ze wisten, door wat ze precies werden gemotiveerd, enzovoorts. Ik wil mijn tegenstanders zien, letterlijk en figuurlijk. Het zou fantastisch zijn als we bijvoorbeeld via televisie een hand naar hun zouden kunnen uitsteken, om ze te leren kennen. Ik zou als filmmaker heel graag met ze willen spreken, op dezelfde manier als ik onze soldaten sprak. Wat mij tijdens de opnamen opviel was dat niemand van de militairen aan het front de Hezbollah strijders terroristen noemde, zoals politici altijd doen. Er was respect voor de vijand, op een bepaalde manier werden de anderen door ons als soortgenoten gezien, als mensen die net als wij gevangen zitten in een groot machtspel, waarvan niemand weet wat de inzet is. Een militair zegt in de film: ‘Iemand heeft ons gestuurd om een spel te spelen dat wij niet begrijpen’, en dat is precies waar het om draait.

Dit zijn allemaal feiten die Hofland over het hoofd ziet wanneer hij schrijft over een 'vernietigende stok achter de deur.' De onbetwiste blanke heerschappij is voorbij. Dat blijkt ondermeer uit het feit dat in het machtigste imperium, historisch gefundeerd op racisme waar de meerderheid van de blanken op McCain stemden, Obama toch als president werd gekozen. De fundamentele omslag wordt tevens duidelijk uit het feit dat de VS als enige supermacht niet in staat is om Israel, Afghanistan en Irak te beheersen. Een opiniemaker die verouderde modellen hanteert heeft zijn langste tijd gehad. De werkelijkheid heeft een nieuw gezicht gekregen. De commerciele media moeten dat beseffen. Hofland zelf schreef: 'Ja, de Volkskrant en NRC Handelsblad zijn elitaire kranten. Dat is geen nadeel. Een natie kan niet zonder een politiek-literaire elite, zoals ze ook niet kan zonder een medische elite, een juridische elite of een elite van ingenieurs.' En gelijk heeft hij. Maar nu: Noblesse Oblige, handel ernaar.


1 opmerking:

Anoniem zei

Is Hofland in staat dit te erkennen?

Dat lijkt mij een grote opgave voor hem.

door trots een denkfout te handhaven en daardoor niet de feiten te erkennen, is iets dat bij vele VOORNAME en ZEER BEKWAMEN voorkomt.